xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Dinsdagochtend.
Zoals steeds is de eerste taak bij het opstaan : Witteke eten geven.
Ze staat daar ook elke ochtend luidkeels om te roepen. Zo niet deze morgen...
Ik vul haar kommetje, tik met de lepel tegen de zijkant, wat gewoonlijk een onweerstaanbaar lokmiddel voor haar is....
Geen Witteke te bekennen.
Dat is in twaalf jaar slechts éénmaal gebeurd. Ze bleef toen enkele uren weg, we weten niet wat er gebeurd was, misschien zat ze toen ergens in een tuinhuis of garage opgesloten ?
Vandaag maken we ons echt zorgen, gisterenavond was ze immers zo lusteloos, wou toen al niet eten. Heeft ze zich ergens verstopt en ligt ze daar ziek of misschien wel dood? We gaan op alle mogelijke plekken zoeken, kijken ook op straat, maar nergens een spoor van ons poesje.
De enige mogelijke schuilplaats die we niet onderzochten is de verluchtingskelder, maar die is voor mensen zeer moeilijk toegankelijk; ikzelf durf er niet in omdat het zo laag is dat je er op je buik moet doorheen schuiven.
In mijn hoofd hoor ik haar de hele dag miauwen,t is inbeelding, want ze is nergens te zien.
Ik kijk talloze keren naar haar eetbakje of ze toch niet ineens verschenen is, maar neen...
Ik loop een beetje verloren in huis en vraag me af hoe we het aan Jade moeten vertellen, want het eerste wat ze doet als ze bij ons komt is Witteke zoeken, aaien, ertegen babbelen.
Wij gaan die avond naar bed in de overtuiging dat we haar niet meer terug zullen zien.
Woensdagochtend.
t Is Hermans beurt om ontbijt te maken.
Hij komt me wekken en wanneer ik de living binnenga, maakt mijn hart een sprongetje. Bij het terrasraam zit... ons Witteke !
Met haar eetlust is het nog niet zoals het moet, maar voor de rest ziet ze er helemaal haar oude, witte, donzige zelf uit.
|