Ik ben Gisela Altruye, kantdocente en al 35 jaar bezeten van Kant. In 1979 ben ik gestart met kantgroep "Terug naar 't kantkussen" en tot op de dag van vandaag zijn er nog altijd dames die reeds komen van in het begin.
Zoeken in blog
Gezien in Ieper
E-mail mij
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Chantilly Lace
Spaanse kantkussens in het Begijnhof van Diest
In Spanje is men gek op kantklossen en hun creativiteit kent geen grenzen!!
"de klantklosster" van Sveltlana Pavlickova, bekeken door de ogen van Hilde. Eigenlijk is Hilde wel een stukje "kunstenaar" want zonder al te veel technische bagage klost ze in het verre Turkije toch mooie kantwerken.
Sneeuwwitje Ondanks het snikhete Turkse weer heeft Hilde het weer klaargespeeld om deze leuke patronen, van Martine Bruggeman, uit te klossen.
Het was een tijdje rustig bij Hilde (Turkije) maar zoals je ziet hebben haar vingers niet stil gezeten !!
Franse kantkussens
Werkje van Hilde uit Turkije
Kaarten van Angèle Van der Stock
Brazilië
Popjes uit het Franse Caen
Brioude
Kantklossters van Offida
Spanje
Puerto Rico
Tsjechië
Naaldkant uit Pag.
Bedankt Gwen.
Kantwerksters uit Sri Lanka
Kantwerkster uit Cantu
Zweden : Madonna naar een skulptuur uit de kloosterkerk in Vadstena.
Antieke kantstukken
Volgende kanten zijn niet door mij gemaakt maar werden tentoongesteld te Brugge.
Zoeken in blog
Ordinaal
Vlaanderse kant
Brusselse kant
Mechelse kant
Kant van Bayeux
Chantillykant
Point à la rose
Vrienden, luister nu eens even Dréke stal toch weer de show ! Met zijn smoking en zijn strik… Was hij reuze in zijn schik !!
Beschermheren van de Franse kant
Louis XIV (1638-1715)
Jean-Baptiste Colbert (1619-1683)
Napoleon Bonaparte (1769-1821)
De M van Madammeke!!
Duitse klosjes
Het "parapluklosje" wordt gebruikt als er met metaaldraad gewerkt wordt.
2-delige Franse klosjes
Het nut zie ik er niet van in maar het zijn toch leuke hebbedingetjes!
Enkele voorbeelden van stropkant.
Eigen ontwerpen in stropkant
Duchessekant of Fijn Brugs Bloemwerk
Deense klosjes
Voorbeelden van Chantilly-kant Dit zijn foto's van oude kanten.
Bedrukt klosje
RACCROC steek
Voorbeelden van hedendaagse Chantilly kantjes
Moeder en kind
In het klosje is een klein klosje uitgesneden!!!
Enkele voorbeelden van Binche kant .
De ijsvogel : detail
't Herte : detail
Rosaline kant
Voorbeelden van Milanese kant.
Medaillon in Milanese kant
Witte Zwaan
Zwarte zwaan
De 4 seizoenen
Voorbeelden van Beverse of Rijselse kant
Russische kant Dit oud DMC patroon was oorspronkelijk een gordijnrand.Ik heb het herwerkt en geklost met zijde.
Volwerk in Russische kant Zeer mooi volwerk dat geklost is met slechts 14 klosjes.
Op 2 juni 2005 worden Mileen en Ywein 1 jaar !!!!
Enkele details van het kantwerk : De PELGRIM
Nog enkele prachtige voorbeelden van Russische kant
Sterrenbeeld : Kreeft
Vlinder in Russische kant
Vlinder in fijn bloemwerk
KERST en NIEUWJAAR
Een ster aan de hemel Vol licht in de nacht
Moge 2006 brengen... Al wat je ervan verwacht !!
Een kaarsje in deze donkere tijd is iets dat warmte brengt en het hart verblijdt !
Ik wens je : 365 dagen om van te dromen te gaan en te komen te ontvangen en te geven en tussenin... de tijd om gezond en vredig te leven !
Open monumentendag !
Terug naar 't kantkussen.
Een hobby die een obsessie werd !!
Niet alle afgebeelde kant is door mij gemaakt, dat zou trouwens onmogelijk zijn. Ik wil alleen ALLE facetten van KANT belichten !!
24-08-2007
kantkussens 3 Puerto Rico
Puerto Rico
Kussen Cuba en Puerto Rica
Volgens historici ligt de oorsprong van de kant in Puerto Rico in het feit dat zich vele Franse kolonialen zich hier gevestigd hebben na de slavenopstand in Haïti.
Haïti was een Franse kolonie en na de slavenopstand werden de Fransen verdreven en velen hebben zich in Puerto Rico en Cuba gevestigd en zo de kant geïmporteerd.
Sommigen beweren dat dank zij de Spanjaarden de kant haar intrede heeft gedaan.
De koloniale Spanjaarden hadden behoefte aan kant voor religieuze, militaire en rechterlijke doeleinden. Men gebruikte kant voor uniformen, zelfs knopen werden overtrokken met kant.
Deze Spanjaarden leerden de bevolking kantklossen.
Uiteindelijk begonnen die zelf kant te ontwerpen om te exporteren.
De kantklossters van Puerto Rico behoren tot alle lagen van de bevolking. Ze zijn fier op hun geschiedenis en Moca is het kantcentrum van Puerto Rico en heeft een heus kantmuseum.
Op het ogenblik zijn er 9.000 kantwerksters .
Kantkussens met rol werden gemaakt uit alle beschikbare materialen zoals fruitkisten of laden. Alle soorten hout werden gebruikt en de klossen werden met de hand gesneden. In het museum vinden we klosjes van wel 64 soorten hout, van verschillende dikten.
Vanaf de 16de eeuw wordt het kantklossen geïntroduceerd in Lotharingen (Lorraine) en meer bepaald in Mirecourt, door Italiaanse vioolbouwers en gesteund door de graven van Lotharingen.
Meisjes uit grote gezinnen klosten kant om hun uitzet te versieren en in de weeshuizen werd kant geklost om te verkopen.In 1790 werkten duizenden kantwerksters voor kanthandelaars uit de naburige landen. Mirecourt was gekend over heel de wereld.
1850 Was een gouden periode voor Mirecourt en omgeving. Men telde toen 25.000 kantwerksters!!!
Op het einde van de 19de en begin 20ste eeuw raakte kantklossen in verval, vooral door de veranderingen in de modewereld. Er bleven slechts enkele kantwerksters over die het kantklossendoorgaven zodanig dat deze kunst niet verloren ging.
Tegenwoordig, dank zij de Vereniging ter Promotie en Heropleving van het kantklossen, de beoefening van deze kunst weer op gang getrokken. Meer dan 140 enthousiaste kantwerksters geven Mirecourt terug een kantuitstraling.
La maison de la dentelle is opgericht in 1996 en biedt de bezoeker een overzicht van de kantgeschiedenis van Mirecourt.
Métier of carreau
Eén van de eerste kantkussens uit Mirecourt.
Dit kussen heeft een rol zodanig dat men kant aan de meter kan klossen zonder het werk van het kussen te halen.
Kussen uit 1902. Hier is in het midden een schijf gemonteerd die kan draaien zodanig dat er hoeken kunnen gemaakt worden.
Oude staalboek v uit Mirecourt, gevonden op een rommelmarkt in Parijs. Dit armoedig boekje bevat 183 stalen en is waarschijnlijk meer dan 100 jaar oud.
Queyras ligt in de Franse Alpen, dicht bij Italië.
Vanaf einde 17de eeuw kloste men hier kant voor eigen gebruik. De bevolking was zeer arm en de vrouwen maakten kant om de eigen mutsen en kappen mee te versieren.
Rond 1825 kwam er een kentering in deze huisvlijt. Sommigen klosten nog verder zuiver uit liefhebberij tot ongeveer 1850.
Het kantklossen bestond puur uit overlevering want men heeft geen enkel patroon noch prikking terug gevonden.
De tamelijk eenvoudige, rechte kanten werden geklost met hennepvezels (geteeld in de streek) of Italiaans vlas. Men gebruikte de stevige Parijse tralie als grond.
De tambour
De gesulpteerde tambour is gemaakt van dennenhout, uit de streek, dat zich gemakkelijk laat bewerken. Aan de zijkant is er een deurtje om materiaal in op te bergen. Ook de klossen zijn bewerkt en meestal van verschillende dikten.
Aan Italiaanse zijde, Val Variëta gebruikt men dezelfde tombolo of tambour.
Men klost er dezelfde soort kant, misschien iets minder eenvoudig.
Soms sta ik er van te kijken wat een verscheidenheid aan kantkussens er bestaat.
Cogne
Cogne is een klein dorpje in de Vallei van Aosta, Italië.
In 1665 hebben de zusters Benedictinessen, gevlucht uit het klooster van Cluny, zich gevestigd in Aosta Vallei. Deze religieuzen onderwezen de vrouwen uit de kleine dorpen in de kunst van het kantklossen.
De geheimpjes en truckjes werden doorgegeven van moeder op dochter want echte cursussen bestonden niet.
Museum
In Cogne zijn ongeveer 130 kantklossters verenigd in een coöperatieve.
In het museum verkoopt men meterkant :
Pizzi fatto a mano al tombolo
Men klost hier meters stropkant op een ronddraaiend kussen = tombolo, met zware bolvormige klossen.
Het kussen is overtrokken met geruite stof die men gebruikt om de afstand tussen de gekleurde spelden te bepalen.
Tot zover het historische gedeelte van mijn thesis met als onderwerp :
De Zeelse kant de krone spant!
Er is nog een technisch gedeelte maar dat bewaar ik voor later.
Ik dank toch al diegenen die de moeite gedaan hebben om de dagelijkse afleveringen te lezen en ik hoop dat ik mijn steentje heb bijgedragen om de naaldkant eens in de bloemen te zetten.
Ondanks het overlijden van haar stichter-bestuurder, bleef de kantschool nog bestaan.
Mej. Roze Vergeylen nam de zware taak op zich.
Zij zorgde, het zij in mindere mate, voor bestellingen en ging de afgewerkte kanten persoonlijk in Brussel verkopen.
Rosalie reisde met de trein en werd kort voor haar dood nog beroofd van haar handtas waarin zij het geld van de verkochte kanten bewaarde.
Toen zij in 1950 plots overleed was de Zeelse kantschool haar ziel en drijfveer kwijt!
Op haar doodsprentje lezen we een eerbetoon aan deze vrouw, die samen met minister Rubbens, leefde voor de kant.
Ze heeft gelukkige jaren gekend. Haar fijn naaldenwerk vond waardering in binnen- en buitenland. Gerugsteund door een ideaal Leider, voerde ze honderden jong meisjes op in de kunst van de Zeelse kant. Wie zal ooit tellen de vele uren die ze doorgebracht heeft in het zo fijn afwerken van honderden kunstige motieven? En toch haar ideaal reikte hoger dan het vervaardigen van aards en vergankelijk naaldenwerk. Het was uitgegroeid tot een waar apostolaat : vele meisjes vonden niet alleen een werk naar hun hand, maar evenveel meisjes bewaarden in reinheid hun hart en leerden God in schoonheid dienen.
Einde citaat van het doodsprentje.
Nog enkele jaren is de naaldkant opgenomen in het programma van de beroepsschool van de Zusters van het Kapelhof te Zele.
Doch zoals ook de kloskant in de vergetelheid geraakt verdween ook de Zeelse naaldkant.
Van het levenswerk van Edmond Rubbens en Roze Vergeylen bleven nog de herinnering, een aantal prachtkanten en de leuze :
KANT
is een vrouwelijke arbeid bij uitmuntendheid!!!
Deze medaillon is een proefwerk dat werd gemaakt alvorens met het eigenlijke kantwerk te beginnen.
Doordat meer en meer mannen tewerkgesteld werden in de fabrieken, steeg het uurloon en was het voor vrouwen en kinderen geen noodzaak meer om het gezinsinkomen te verbeteren met het vervaardigen van kant.
Het werk loonde niet meer temeer als men bedenkt dat kantwerksters max. 5 frank per uur mochten verdienen wilde men het kantwerk nog kunnen verkopen.
Alhoewel de sociale vooruitgang ook haar stempel drukte op de Zeelse kantschool bleef ze toch bestaan.
Samen met Rosalie Vergeylen bleef minister Rubbens, ondanks zijn zwakke gezondheid, ijveren voor haar voortbestaan.
Ondanks de verwoede pogingen van minister Rubbens om de kantnijverheid in het algemeen en de Zeelse kantschool in het bijzonder, te vrijwaren voor een geleidelijk verval, was het einde onafwendbaar.
Eén van de voornaamste oorzaken was de wet op de leerplicht tot 14 jaar. Het was voor kinderen beneden de 14 jaar dus onmogelijk geworden om het gezinsbudget te spijzen met enkele centen. De meeste moeders waren dan ook tegen deze wet gekant!!
De meeste kantscholen sloten de deur maar in de Zeelse kantschool werd toch nog kant aangeleerd aan kinderen jonger dan 14 jaar. Waren zij voldoende onderlegd dan werden ze ingeschreven in de Vereniging voor Kunstkantwerk en kregen een vergoeding. Dit was een verdoken vorm van kinderarbeid.
KoninklijkInstituut voor het Kunstpatrimonium, werd geveild bij Christies op 6 september 1988.
De nieuwe eigenaar is onbekend.
Soms vraagt men zich af wat er met al die koninklijke geschenken gebeurt?
Naar het schijnt worden de meeste geschenken verkocht en de opbrengst gaat naar goede doelen.
Toch vind ik het enorm spijtig, het zou zelfs niet mogen gebeuren, dat de koninklijke familie geschenken die tot het patrimonium van het land behoren, van de hand doet.
In het geval van de tafelloper is dit echt onaanvaardbaar want voor veel van die vrouwen was een bijdrage van 10 cent, alhoewel met hart en ziel gegeven, een streep door hun rekening.
De koningin schudde iedereen de hand, vroeg naar hun naam, hoeveel kinderen ze hadden, hoe oud die kinderen waren en hoe ze heetten.
Bij de kantwerksters informeerde ze hoe lang er aan de kant gewerkt was en hoe ze te werk gingen om toch zon mooie dingen te maken.
Daarna mochten ze in een andere zaal. Daar stond een tafel van wel 50 meter lang gedekt met fijne porceleinen telloren, zilveren lepels en vorken en allerlei lekkers.
Precies als in de hemel!!
Ze lieten het zich allemaal goed smaken. Onder luid :
LEVE de KONINGIN!
namen ze afscheid.
Dit is het verslag zoals het in 1935 in de gazet verscheen.
Het taalgebruik is dan ook een tikkeltje ouderwets maar het heeft toch zijn charme.
Ze dachten dat ze gehuld zou zijn in zijde en hermelijn en behangen met goud en diamanten. Daar stond nu een eenvoudige, schone vrouw voor hen gehuld in een simpel blauw kleedje en een zwart fluwelen hoedje op.
Toen ze dichterbij kwam zagen ze allemaal dat dit de koningin was want ze kenden haar gezicht van de portretten die ze in de gazetten hadden gezien!
Toen trad er een vrouw naar voor die de koningin, in het Frans, in hun aller naam hulde bracht.
Daarna een Vlaamse vrouw, mevr. Segers-Vanneste uit Kortrijk :
Mevrouw,
215.000 Vrouwen uit de arbeidersstand, die samenwerkten in de Kristelijke Arbeiders Vrouwengilden (K.A.V.) brengen U vandaag de hulde hunner eerbiedige genegenheid.
Wij begroeten in U de Jonge Vorstin die moedig het leven ingaat met de vaste wil samen met Haar Doorluchtige Echtgenoot, de voorspoed van ons volk te verzekeren.
Wij begroeten in U de Jonge Moeder met wie wij ons één voelen in de liefde tot het kind en met wie wij delen in de vreugde der moederweelde.
Wij begroeten in U de Edele Vrouw op wier hulp wij durven rekenen in de strijd die wij voeren voor het hooghouden der christelijke huwelijkszeden en het geluk van het arbeidersgezin.
De belangstelling die U dezer dagen betoond hebt aan de noodlijdende gezinnen, is ons reeds daarvan een bewijs.
Wij vragen U te aanvaarden het kunstwerk, met taaie volharding door de onzen voor U vervaardigd.
Dat God U overvloedig zegene als echtgenote, als moeder, als vorstin. Dat vragen vandaag duizenden arbeidersvrouwen.
De kant die zij U aanbieden, weze een blijvend en sprekend bewijs van hun liefde en trouw.
Daarna brachten nog een kajotster en een jociste hulde aan onze vorstin.
Met popelend hart betraden ze de trappen van het paleis en met ingehouden adem schreden ze door een haag vuurrode lakeien.
Die stonden zo stijf alsof ze een bonenstaak hadden ingeslikt!!
Ze werden in een reusachtige zaal gelaten, die was zeker wel 100 voet lang. Heel het plafond en de muren waren met goud beschilderd en de lusters glinsterden van al dat geslepen kristal!
Opeens riep een lakei :
Sa Majesté la Reine !
Een brede vleugeldeur vloog open en de koningin trad binnen gevolgd door twee hofdames.
Dat vonden ze allemaal een uitstekend idee en er werd dadelijk garen besteld. E.H. Maertens van Brugge ontwierp de tekeningen. Zodra die klaar waren begonnen kantklossters van Brugge en de naaldkantwerksters van Zele aan het werk.
De naalden prikten vliegensvlug en de klosjes vlogen heen en weer op de lustige wijze van het kantwerkstersliedje.
Met 15 vrouwen werkten ze aan de tafelloper en na 10 maanden was het prachtstuk klaar!!
Het is een kunstwerk zoals er nog zelden één gemaakt werd. De tafelloper is 2 meter lang en 90 cm breed.
Langs de ene kant staat de K.A.V. afgebeeld door een boom, zwaar beladen met vruchten en omringd door moeders en kinderen.
Langs de andere kant zien we de kajotsters die rond een bloeiende appelboom dansen.
In de hoeken zijn de schilden van K.A.V., de L.O.F.C.(Waalse vrouwengilde), de V.K.A.J. en de J.O.C.F. uitgewerkt.
Het kantwerk was eertijds de roem van ons land. We zullen de koningin een kanten tafelloper geven, daaraan zal ze zien hoe kunstzinnig de Vlaamse vrouwen zijn. En onze kantwerksters, die sinds jaren niets meer te doen hebben, zullen weer een poosje werk hebben.
Binche kant uit Brugge en medaillons in Zeelse naaldkant.
Volgend artikel verscheen in een weekblad en het getuigt van veel enthousiasme en toewijding van een volk aan zijn koningin.
Er waren eens 200.000 arbeidersvrouwen, waarvan er 100.000 in Vlaanderen woonden en 100.000 in Wallonië. Die arbeidersvrouwen waren gegroepeerd in een grote gilde die ze KAV en LOFC noemden.
Op zekere dag kwam er een nieuwe koningin op de troon. Die koningin was zeer goed voor de armen en daarom werd ze door de mensen gaarne gezien!
De arbeidersvrouwen, die in de KAV waren, zegden ondereen : We moeten onze Koningin tonen dat we haar gaarne zien. We zullen allemaal 10 cent uitleggen en van dat geld zullen we een vorstelijk geschenk kopen. We zullen ook aan de Kajotsters vragen dat ze hun steentje bijdragen.
Daarmee waren ze het allemaal eens, maar wat zouden ze kopen ?
Een berichtje in mijn gastenboek doet altijd plezier maar liefst geen buttons van meer dan 40.000 KB want die vertragen het blog !
Omdat ik hen zo mooi vind !!!!
Thomas Woolner
Camino 2005
De voettocht van mijn man, Theo, naar Santiago de Compostela wordt stap na stap beschreven op zijn blog !! Interesse ? Kijk dan naar : http://blog.seniorennet.be/camino2005