Een mooie vlinder fladderde rond
op een donkere avond.
Opeens zag hij een klein lichtje in de verte.
Hij zag een vlammetje
dat zachtjes heen en weer bewoog.
De vlinder vond het prachtig.
Maar... hij wilde meer dan alleen maar bewonderen.
Hij wilde erin doordringen, zoals in een bloem,
er helemaal in opgaan.
Hij vloog er rakelings over en...
viel verdoofd neer.
Hij had zijn pootjes verbrand.
Maar zodra hij weer bijkwam,
vloog hij er opnieuw naartoe,
want die drang was te sterk in hem.
Hij ging er helemaal op in...
in de vlammen.
Verschroeid viel hij in de olie,
die het vlammetje voedde.
Stervend schreeuwde de vlinder:
"Vreselijk licht, ik dacht bij jou het geluk te vinden,
maar ik vond er slechts de dood.
Het was een dwaas verlangen.
Je bent gevaarlijk, maar nu is het te laat."
Maar het licht antwoordde:
"Arme vlinder. Ik ben niet de zon, zoals jij dacht,
ik ben slechts een vlam."
Leonardo Da Vinci
|