Nostalgie
02-03-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Annie de Reuver
Image Slideshow

Annie de Reuver (Rotterdam, 19 februari 1917) is een Nederlandse zangeres. Zij is een van de populairste Nederlandse zangeressen in de jaren veertig en vijftig van de twintigste eeuw.

Annie de Reuver erft haar voorliefde voor muziek van moeders kant. Al tijdens haar schooltijd begint Annie met twee jongens het muzikale trio The Rhythm Aces. Daarna zingt ze bij amateur-big band The Blue Blowers.

Jaren '30
Haar debuut bij The Ramblers vindt eind 1934 plaats. Ze is dan bijna achttien jaar oud. Annie doet auditie voor dirigent Theo Uden Masman en wordt aangenomen. Al snel is ze te horen in rechtstreekse radio-uitzendingen voor de AVRO.

In 1935 treedt Annie aan in de Pulchri studio in Den Haag om plaatopnamen te maken voor Decca met The Ramblers en de Amerikaanse tenorsaxofonist Coleman Hawkins. Ze neemt drie nummers op: Some of these days, I only have eyes for you en Hands across the table.


Jaren '40
Vanaf 1940 zingt zij bij diverse orkesten: het orkest van Nico de Vries, het orkest van Boyd Bachman, bij een Amerikaans legerorkest, bij de Decibels van Eddy Meenk en bij het AVRO-Dansorkest van Hans Mossel. In Rotterdam treedt ze veel op met het orkest van Jan Pijpers. Dit alles gebeurt ondanks het geldende dansverbod, dat door de bezetter was ingesteld. Zij treedt op met tijdgenoten als Teddy Scholten en Thom Kelling en zingt Nederlandse liedjes. In 1944 komt hier een einde aan als ze een verbod krijgt. Ze wil geen lid worden van de zgn. Kultuurkamer.

Vanaf 1945 zingt Annie bij diverse orkesten, in binnen- en buitenland. Ze is vaak onderweg. Dit gaat haar tegenstaan. Ze krijgt heimwee. Als trombonist Pi Scheffer op 26 januari 1946 de Skymasters opricht, treedt Annie voor dit orkest op.

Van 1947 tot 1949 verblijft zij in Venezuela als haar toenmalige man er een Philips-afdeling leidt. Daarna keert ze bij de Skymasters terug. In totaal heeft zij vijf jaar met het orkest gezongen, o.a. drie keer per week voor de radio.


Jaren '50
Annie de Reuver wordt vooral bekend met liedjes van de hand van o.a. Tom Erich, Jaap Valkhoff en Paul Roda: Harmonica Jim, Wenen, Lied van het Pierement, Veel bittere tranen, Diep in mijn hart en Kijk eens in de poppetjes van mijn ogen. Het laatste neemt ze in 1952 voor de eerste keer op als duet met Karel van der Velden en The Skymasters.

In de jaren zestig treedt Annie vaak op. Met het orkest De Reuvertjes toernees geeft ze voorstellingen voor Nederlandse militairen in Nederland, Duitsland en op schepen. In dat orkest zitten o.a. leden van The Skymasters. Ook zingt ze voor de radio, jarenlang twee keer per week. Dit doet zij Vaak met tijdgenoot Eddy Christiani. Rond 1955 worden Eddy Christiani en Annie de Reuver door het blad Tuney Tunes (met Skip Voogd) herhaaldelijk uitgeroepen tot Nederlands beste en meest populaire Nederlandse vocalisten.


Jaren '60
Met het gezelschap De Boertjes van Buuten is Annie in de jaren zestig actief. Zij treedt op in het land en voor de radio. In 1968 begint zij als platenproducer voor Dureco, in Amsterdam. Zij komt er in plaats van Johnny Hoes, die met Telstar voor zichzelf is begonnen. Reizen én produceren blijkt niet te combineren. Anny Palmen wordt als Drika haar opvolgster bij de Boertjes van Buuten.

In het ontdekken en begeleiden van Nederlands talent voor Dureco is Annie vrij succesvol. Ze ontdekt Pierre Kartner, Oscar Harris, Danny Cardo, de Kermisklanten en Ben Cramer. Voor de laatste produceerde zij eind 1967 de eerste hit: Zai zai zai. Ook ontdekt ze Pierre Kartner, die op zijn beurt weer het zingende kapstertje Corry Konings ontdekte. Als Pierre liedjes voor de band Corry & de Rekels gaat schrijven, worden dit enorme successen. Zo wordt Huilen is voor jou te laat de bestverkochte single van 1970.

Pierre Kartner en Annie de Reuver nemen ook samen liedjes op als het Duo X. Samen met de eveneens uit Rotterdam afkomstige Jany Bron maakt Annie plaatjes als Ans & Jans en met Anny Palmen als de Annamaria's.


Jaren '70
Begin jaren zeventig stapt Annie over naar platenmaatschappij CNR, waar ze onder anderen De Zusjes De Roo ontdekt, die met Blauwe korenbloemen in 1971 een hit scoren.

Nadat er financiële problemen ontstaan bij CNR maakt Annie later in de jaren zeventig de overstap naar platenmaatschappij Telstar van Johnny Hoes. Daar gaat ze zich ook weer bezighouden met het ontdekken en promoten van nieuw talent. Vooral het promoten - van simpel repertoire - valt haar niet mee. Ze werkt ongeveer zeven jaar voor Johnny Hoes.

In de loop van de jaren zeventig raakt Annie betrokken bij talentenjachten van de NCRV, op freelance-basis. Op de NCRV-televisie is te zien als jurylid, op de radio presenteert ze een soort talentenjacht in het populaire programma Los Vast van Jan Rietman.


Meest recent
In 1987, op haar zeventigste, produceert ze nog de hit Kleine Jodeljongen voor Manke Nelis. Weer voor Dureco, maar nu als freelancer. Ook daarna blijft ze zo nu en dan optreden, in voornamelijk nostalgische programma's als Liedjes van toen en nu .

In 1994 krijgt Annie een koninklijke onderscheiding en de Erasmusspeld van de gemeente Rotterdam.

Op 88-jarige leeftijd, in 2005, treedt ze nog eens op in het Nieuwe Luxor Theater te Rotterdam ter gelegenheid van 60 jaar bevrijding.

Annie de Reuver is vier keer getrouwd geweest en vier keer gescheiden. Ze heeft geen kinderen en woont nog steeds in Rotterdam.

Ter gelegenheid van haar 90e verjaardag op 19 februari 2007 verschijnt haar boek "Onverbloemd". Deze biografie, geschreven door de Rotterdamse journalist Rein Wolters, beschrijft haar leven en haar contacten met vele bekende Nederlanders. Annie neemt in dit boek geen blad voor de mond en rekent o.a. af met enkele exen en ook met de Zangeres Zonder Naam. Tijdens een feestelijke middag in het Oude Luxor-Theater in Rotterdam ontving Annie het eerste exemplaar uit handen van vriend Bas van Toor.

Ter gelegenheid van de laatste aflevering van seizoen 1 van de regionale televisieshow Bassie en zijn vriendjes, gaf Annie de Reuver een gastoptreden.

Voor de seniorenzender RANO (http://www.rano.nl) vertelt zij in drie afleveringen haar verhaal.


 


» Reageer (0)
01-03-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Andre van Duin
Image Slideshow

Adrianus Marinus Kyvon werd geboren op 20 februari 1947 in Rotterdam. Al vlug ontdekte hij wat hij wilde in zijn leven: de mensen aan het lachen maken.

Niet alleen vanwege zijn rooie kuif, maar ook vanwege zijn uitgesproken gevoel voor humor viel André nogal op bij zijn klasgenootjes van de lagere school. Vooral het imiteren van bekende Nederlanders behoorde tot zijn specialiteit en naarmate klasseavondjes verstreken raakten meer en meer klasgenootjes overtuigd van zijn kwaliteiten.

Na de lagere school ging André naar de Ambachtsschool om een opleiding voor machinebankwerker te volgen. Maar zijn grootste interesse bleef uitgaan naar het parodiëren en imiteren van artiesten, tot ongenoegen van de leraren die het lang niet altijd eens waren met het tijdstip waarop hij dat deed. Met vriendjes op straat spelen was er eigenlijk nauwelijks bij, want hij was liever bezig een nieuwe act in te studeren.

In september 1962 trekt hij zijn stoute schoenen aan. Onder de naam André van Duin tikte hij een brief waarin hij zijn diensten aanbood en stuurde die naar de toenmalige chefs lichte muziek van de verschillende omroepen. Hoewel André steeds opnieuw afgewezen werd, bleef hij het proberen.

Hoewel André overdag als jongste bediende op een Rotterdams verzekeringskantoor werkte, bleef het artiestenavontuur hem trekken. Toen de AVRO-televisie in 1964 de talentenjacht ‘Nieuwe Oogst’ uitschreef, meldde onze jonge held zich meteen aan. Met groot gemak doorliep hij de voorrondes en kwam uiteindelijk als glorieus winnaar uit de finale. Naast een kanjes van een overwinningsbokaal leverde deze eerste plaats hem een optreden in de ‘televisieshow van Willeke Alberti’ op. Vanaf dat ogenblik was er geen houden meer aan en werd André het gesprek van de dag. De telefoon stond niet stil want iedereen wilde deze jonge artiest engageren.

Aan het eind van de jaren 60 was André van Duin te zien in de Rudi Carell Show, de show van de Mounties, het kinderprogramma Oebele en de Snip en Snap Revue. Daarnaast toerde hij nog even door de Nederlandse Antillen en Suriname.

Langzaam maar zeker begon hij met de gedachte te spelen een eigen revue op te gaan zetten. Onder auspiciën van Joop van den Ende Theatherprodukties werd dat uiteindelijk in 1970 een feit. Twee jaar lang ging de revue ‘Lach in de ruimte’ met veel succes door het land. Frans van Dusschoten en Ria Valk schitterden eveneens in deze revue, die een reeks van revues inleidde geheel volgens de traditie van Snip en Snap.

Maar André had meer noten op zijn zang. Als Daantje speelde hij in 1972 in de succesvolle televisieserie ‘Het meisje met de blauwe hoed’ een onvergetelijke rol. In datzelfde jaar ging z’n tweede revue ‘Blij blijven’ van start en scoorde hij een top 5-hit met ‘Het Bananenlied’. 1972 was ook het jaar waarop hij met Ferry de Groot de eerste Dik-Voor-Mekaar-Show realiseerde voor de toenmalige etherpiraat Radio Noordzee. Later is die radioshow door de NCRV overgenomen.

 Op de vraag wat deze raskomiek zelf aan het lachen maakt, antwoordt hij resuluut: ‘De kapriolen van Stan en Ollie en de overleden Tommy Cooper. Ik ben de grootste fan aller tijden van Laurel en Hardy. Mijn huis is er vol van. De tegenwoordige duo’s bestaan uit een komiek en een aangever, waarbij de komiek de grap voltooit. De ‘Dikke en de Dunne’ waren beiden komieken. Ja en dan Tommy Cooper. Ik heb hem in 1975 persoonlijk mogen ontmoeten in Londen. Dieman was geweldig. De manier waarop alles fout ging, dan lig ik al onder de tafel. Aan het eind van zijn programma was er nog niets gebeurd. Fantastisch!’

 

 


» Reageer (0)
28-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sandy Coast
Image Slideshow

Beatgroep uit Voorburg met oog voor kwalitatief sterke singles met hitpotentie.

1961 Opgericht in Voorburg als de Sandy Coast Skiffle Group. Als de skiffle-rage voorbij is wordt de band omgedoopt in Sandy Coast Rockers.

1963 Sandy Coast is een graag geziene gast op talentenjachten vanwege hun grote schare volgzame fans. De groep wordt telkens tweede omdat organisatoren de groep en de fans graag zien terugkomen. Hans Vermeulen komt daar achter en als Sandy Coast het verzoek krijgt mee te doen aan de talentenjacht van het popblad Hitwezen, stemt Vermeulen toe als de organisatie hem kan verzekeren dat ze zullen winnen. Sandy Coast wordt eerste (Eddie Ouwens wordt tweede met Eddy Nelson & the Edisons) en krijgt een platencontract. In augustus verschijnt de debuutsingle Being In Love. De volgende singles Subject Of My Thoughts en That Girl Was Mine zijn veelvuldig te horen op Radio Veronica, maar dit leidt niet tot grote verkoopaantallen. We'll Meet Again (augustus) en Sorry She's Mine (december) halen met pijn en moeite de onderste regionen van de top 40. Live maakt de groep echter veel indruk in het Haagse discothekencircuit.

1964 - 1966 Langzaam maar zeker bouwt de band een steeds grotere following op. De singles A Girl Like You en And Her Name Is halen de hitparade dit keer met gemak. Het album And Their Name Is, een verzameling eerder uitgebrachte singles, is een stereotype beatplaat.

1967 - 1968 Het grote succes komt met de hitsingle I See Your Face Again. De LP From The Workshop wordt alom geprezen. De van het album getrokken single Capital Punishment - een fraaie pastiche op A Day In The Life van The Beatles, met een snipverkouden Vermeulen - wordt een grote hit. De groep tekent een contract met het Engelse Page One-label in de hoop internationaal door te breken. De LP Shipwreck wordt door de critici goed ontvangen maar de verkoop is teleurstellend. De single North Canadian Paradise flopt.

1969 - 1970 Deep Down Down en Eleanor Rigby floppen ook. Door een splitsing bij Page One komt de groep daar tussen de wal en het schip terecht. Sandy Coast kan twee jaar lang geen platen maken. Uiteindelijk koopt Willem van Kooten (alias Joost den Draaier) de band vrij.

1971 Sandy Coast tekent een nieuw platencontract bij Polydor. Dit blijkt een gouden greep, en markeert de start van de meest succesvolle tijd voor de band. True Love That's A Wonder en Just A Friend worden grote hits. De LP Sandy Coast staat hoog in de albumlijsten. De band speelt elke dag voor overvolle en enthousiaste zalen.

1972 Met Just Two Little Creatures en Summertrain continueert de Sandy Coast het hitsucces.

1973 De LP Stonewall valt in artistiek en commercieel opzicht tegen. Ook de single Blackboard Jungle Lady verkoopt matig.

1974 De groep verzorgt de backgroundvocals op het Grand Gala Du Disc voor o.a. Julien Clerc, Tom Jones, Three Degrees, Tony Orlando & Dawn, Billy Wright en nog een aantal grootheden. Daarna valt de groep uit elkaar: Jan en Hans vormen Rainbow Train en Onno en Ron gaan door met Water. Hans Vermeulen is zeer succesvol als producer (o.a. Lucifer, de groep van Margriet Eshuys met de hit House For Sale) en componist (Rainbow Train, Anita Meyer). Zo schrijft hij en is hij ook als zanger te horen op Anita Meyer's nummer 1-hit The Alternative Way.

1980 Sandy Coast maakt een comeback tijdens de Haagse Beatnach waar de groep de grote hits nog eenmaal ten gehore brengt. Het succes doet hen besluiten de draad weer op te pakken. Producer Eddie Ouwens vraagt of de band een album voor hem willen opnemen.

1981 Met The Eyes Of Jenny keert de groep terug aan het hitfront. Ook internationaal is het nummer een succes. Het is de meest succesvolle compositie van Hans Vermeulen. Er worden tientallen coverversies van gemaakt waardoor het nummer in meerdere landen op nummer 1 belandt. In Frankrijk wordt het gecoverd door Sylvie Vartan en in Zweden door de. Met zijn vrouw Aom Jariya neemt Vermeulen in de jaren negentig in Thailand een akoestische versie en een versie met een band opgenomen op, met een door Aom geschreven Thaise tekst. Beide versies staan 7 weken in de Thaise top 10. Het album Terreno verschijnt met daarop een remake van Capital Punishment.

1982 Als verder succes uitblijft, gaat ieder weer zijns weegs. Wel komt de band met enige regelmaat bij elkaar om te spelen op een Back To The Sixties-festival.

1988 De groep neemt nieuwe versies op van oude hitsuccessen die terechtkomen op Rendez-vous, Only The Best. Hierop is drummer Onno Bevoort vervangen door sessiemuzikant Ton op 't Hoff, en zijn Hans Hollestelle (gitaar) en Hans Jansen (toetsen) aan de groep toegevoegd. In deze samenstelling is Sandy Coast regelmatig te zien, totdat Hans Vermeulen in 1995 emigreert naar Thailand. Ook na zijn vertrek speelt de band nog, maar met het overlijden van Jan op 11 mei 1999 is de groep, net als Rainbow Train, definitief geschiedenis geworden.


» Reageer (0)
27-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ria Valk
Image Slideshow

Ria Valk (Eindhoven, 11-2-1941) maakte in 1959 haar eerste single, nadat ze was opgevallen door de tweede plaats te behalen bij de Elvis-verkiezingen. Zij maakte begin jaren zestig enkele rock 'n roll-achtige platen. Haar wilde imago verdween voorgoed na een gebitscorrectie en een metamorfose. Toch zou Ria Valk altijd een komische uitstraling behouden en humoristisch repertoire blijven maken. Zij werkte mee aan allerlei tv-programma's en had een eigen tv-show 'Zo Is Ria'. Midden jaren zeventig heeft Ria Valk enkele grote carnavalshits: De Liefde Van De Man Gaat Door De Maag en Leo. Pogingen tot een serieuzer imago en repertoire stranden andermaal. In de jaren tachtig is ze als actrice te zien in Zeg 'ns AAA.

1959 Ria Valk is werkzaam bij Kees Manders op het Amsterdamse Thorbeckeplein. Bij een Elvis Presley-imitatiewedstrijd wordt ze tweede achter Pim Maas. Begin jaren zestig maakt Ria Valk enkele rock 'n roll-achtige plaatjes. Daarnaast brengt ze met de bands Popcorn en Cowboy Combo enkele singles uit.

1960  Hou Je Echt Nog Van Mij, Rocking Billy, een vertaling uit het Zweeds van Är Du Kâr I Mig Ännu, Klas-Göran van Stig Anderson, wordt een grote hit. Enkele andere vlotte liedjes over cowboys en soldaten volgen. Ria treedt op met een wit paard en een speelgoedrevolver in haar hand.

1962 In de eerste uitzending van Top of Flop is Ria Valk panellid.

1969 Met de lp en single Vrijgezellenflat, geproduceerd door het Cocktail Trio, heeft Ria Valk een hit.

1973 Peter Koelewijn schrijft en produceert de hit Moeder Ik Ben Zo Bang.

1975 Met De Liefde Van De Man Gaat Door De Maag behaalt Ria Valk een eerste plaats in de Belgische hitlijst.

1977 Leo behaalt een tweede plaats in België en is ze ook in Nederland succesvol. Daarna blijft ze actief maar loopt het succes terug.

1983 De single Tante Kadootje verschijnt. Het is een door Astrid Nijgh geschreven carnavalslied.

1984 - 1997 Naast vele optredens speelt Valk vijf seizoenen lang de rol van Annie, de zus van Mien Dobbelsteen (Carrie Tefsen) in de VARA TV-serie Zeg 'ns Aaa.

1998 Optredens in Australië worden door Nederlandse immigranten met enthousiasme onthaald.

1999 Ria Valk zit veertig jaar in het vak en viert dat ondermeer met de uitgave van het album 40 Jaar Ria Valk.

2001 Ria Valk maakt schilderijen waarvan een selectie enkele jaren te zien is op haar website

2003 Ria Valk neemt het door Pierre Kartner geschreven nummer Cup-a-Soup op. Soepfabrikant Unilever verbiedt de verkoop van de single. De zangeres is in het laatste weekend van augustus een van de gasten tijdens het optreden van Johnny Hoes op het Lowlands Festival.

2007 De zangeres gaat met de band Bmaster (voorheen Bluesmasters) in augustus de studio in om een bijdrage te leveren aan hun single Rockin' Billy Meets Funkin' Milly, een bewerking van haar hit Rockin' Billy.

 


» Reageer (0)
26-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Q65
Image Slideshow

De Q65 wordt opgericht door Joop Roelofs en Frank Nuyens.
De naam is bedacht door Joop en komt uit de Rolling Stones-songs Suzy Q en Route 66.
De band wordt vergeleken met de Londense band The Pretty Things. De Q65 wordt de meest legendarische band uit de jaren 60.

De 1e formatie is van maart 1965 tot januari 1968:
Joop Roelofs gitaar
Frank Nuyens gitaar, sax
Willem Bieler … zang, mondharmonica
Peter Vink bas
Jay Baar … drums

In deze periode maken zij 6 singles:
1e single You’re the Victor (opgenomen in vier uur op twee sporen)
2e single The life I live
3e single I despice you
4e single From above
5e single World of birds
6e single So high i'v been
 
 

1 LP: Revolution, wordt uitgebracht in de zomer van 1966.


1 EP: Kjoe Bloes, wordt uitgebracht in mei 1967.

 

Het 1e optreden van de band is op 21 mei 1965 bij UTS in de Duinstraat te Scheveningen.
Hun repetitieruimte is de rolschaatsbaan De Eekhoorn aan de Leyweg te Den Haag.
Hun 1e auditie is bij Phonogram in de Wisseloordstudio te Hilversum. Dit is geregeld door Peter Koelewijn.
In 1966 wordt Wout van Soest manager. Hij wordt later opgevolgd door Heer Pas.
In mei 1966 komt de single The Life I Live uit. Deze single wordt uitgeroepen tot beste nederpopsingle aller tijden.
In de zomer van 1966 debuteert de band met de mono LP Revolution. Er worden ongeveer 30.000 tot 35.000 exemplaren verkocht. De prijs bedraagt fl. 9,90. De tekst op de achterkant is geschreven door Willem de Ridder. De leden van de Q65 staan afgebeeld in oorlogstafereel. De helft van het aantal nummers zijn eigen composities. De producers zijn Hans van Hemert en Jan Audier. Promotie van de single The Life I Live gebeurt op spectaculaire wijze. De band begint met een vaart op de Thames, waar een optreden zal worden gegeven. Dit optreden gaat echter niet door, omdat er geen werkvergunning is aangevraagd. De terugreis naar Scheveningen gebeurt met een rubberboot van de Marine. Maar vanwege de ruwe zee wordt er overgestapt op de volgboot De Zilvermeeuw van de Marine. Vlak voor de kust van Scheveningen stappen zij weer in het rubberbootje om op De Pier door hun fans te worden ingehaald als helden. Hier wordt nog een concert gegeven. Het doel van de actie is bereikt: bekend worden en zoals later blijkt zeker "berucht". Het nummer Bring it on home is te horen in de film Beat it. In december 1966 wordt deze film uitgezonden door de VPRO.

Tevens zijn in deze film opnames van de Q65 gemaakt.

Nummers: Spoonful, I’,m a man, Mr. Pitiful, Sour wine, Bring it on home (ruim 14 minuten). Door "kenners" gezien als de beste LP van de vorige eeuw.

Januari 1968 valt de band voor de 1e keer uit elkaar. De voornaamste reden om te stoppen is het feit dat Willem Bieler in militaire dienst moet.

In 1969 komt de band weer bij elkaar (tot in 1974). In dit jaar wordt de LP Revival uitgebracht door Phonogram. Vier van de nummers (Sundance, Ridin’on a slow train, Fairy tales of Truth en Voluntary Peacemaker) zijn van de groep Circus. Een aantal van deze nummers is geremixed door Hans van Hemert. De rest zijn oude nummers van de Q65.

De band wordt in 1969 opnieuw opgericht en Negram geeft de band een aantrekkelijk platencontract. Beer Klaasse komt dan in de plaats van Jay Baar.

In mei 1971 komt een samenwerking met Polydor tot stand.

In 1972 verlaten Willem Bieler en Frank Nuyens (na de revalidatie van een beenbreuk tijdens het voetballen) de band; de naam wordt dan veranderd in Kjoe. De samenstelling wordt als volgt: Peter Vink, Beer Klaasse, Joop Roelofs en John Frederiksz. John verlaat in de loop van 1972 de band.

In 1972 valt de band voor de 2e maal uit elkaar.

Op de Haagse Beatnach in de Houtrusthal op 13 juni 1980 speelt de band met de oorspronkelijke bezetting (hiervan is in 2005 een DVD uitgebracht). Dit optreden is bedoeld als een éénmalige reünie. Hier komt echter toch een tournee uit voort, die duurt tot 1988.

In 1984 komt Q65 als band weer bij elkaar voor een "back to the sixties" avond. Hier wordt een reeks optredens aan vastgeplakt, die loopt tot in 1987.

Naar aanleiding van het NCRV-programma "Classic Albums" over de LP Revolution, uitgezonden op 12 juli 1997, komen Willem Bieler, Frank Nuyens en Joop Roelofs weer bij elkaar. Door meningsverschillen wilde Peter Vink niet met de andere leden samen in beeld. De beelden van Peter zijn apart opgenomen. Door dit programma wordt geopperd om akoestisch te gaan spelen en in 1997 verschijnt het album Trinity.

Het 1e aQstisch optreden is op 10 november 1997 in de studio van Stads Radio 94 te Den Haag voor het programma Haags Pop Podium van Gerard van den IJssel. SBS6 maakt hier opnames van. Het 1e (slechte) concert is in De Sater te Leidschendam. De band treedt onder andere op bij Kaderock in Den Haag op

6 juni 1998. Joop Roelofs verlaat in januari 1999 de band. Hij wordt vervangen door Derk Groen.

Bij optredens in 2000 bestaat de band uit:

Hans Waterman drums, Dick Schulte Nordholt bas, Derk Groen gitaar, Frank Nuyens gitaar, sax en Willem Bieler … zang, mondharmonica

Op 21 november 2000 komt er een definitief eind aan de Q65 door het overlijden van Willem Bieler.

In de totaalperiode van de Q65 hebben de volgende leden ooit meegespeeld:

Willem Bieler (zang, mondharmonica) Joop Roelofs (gitaar) Frank Nuyens (gitaar, sax) Peter Vink (bas) Jay Baar (drums)
Beer Klaasse (drums), vervanger van Jay Baar sinds 1970 John Frederiksz (zang), vervanger van Willem Bieler
Joop van Nimwegen (gitaar), vervanger van Frank Nuyens Fred van Vloten (drums), vervanger van Jay Baar
Eric van de Berk (toetsen, gitaar) Dick Schulte Nordholt (bas) Hans Waterman (drums) Derk Groen (gitaar)
Rinus Hollenberg (gitaar) Eric Finck (bas) Rene van Spanje (toetsen) Rob Lauwers (drums) Ron meijjes (gitaar)
Henk Smitskamp, Herman Brood (piano), Marco Klein, Len Bouman (bas), Ignas te Wiel (conga’s)


» Reageer (0)
25-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oscar Harris
Image Slideshow

Vermoedelijk de bekendste Surinaamse muzikant in Nederland. Scoort met name in de jaren zeventig de ene hit na de andere met een mix van vrolijke, Caribisch getinte meezingers en zwoele soulballads.


1943  Oscar Harris wordt geboren op 30 november in Suriname en komt op 20-jarige leeftijd naar Nederland om te studeren.

1965 Begint zijn zangcarrière in The Twinkle Stars, een vanuit Amsterdam opererende Surinaamse groep, waarin eerst Ruud Seedorf en later Billy Jones als tweede zanger actief is

1969 De eerste single T.O.P. levert meteen hit op, waarna het ook met praktisch elke volgende raak is. De populariteit van de formatie bereikt met de topsuccessen Try A Little Love ('70) en Soldiers Prayer ('71) een onbetwist hoogtepunt.

1972 Jones maakt plaats voor de 17-jarige Humphrey Campbell.

1973 Met de hits is het gedaan. Harris trekt daaruit zijn conclusies en begint een solocarrière, die hem na een moeizame aanloop en tijdelijke koppelingen aan zangeressen vanaf 1976 weer regelmatig terugbrengt in de hitparade. Via ereplaatsen op songfestivals in o.a. Bulgarije, Luxemburg en Oostenrijk, alsmede tournees door Duitsland, Scandinavië en Frankrijk, breidt zijn faam zich tevens gestaag over de grenzen uit.

1979 - 1988 The Twinkle Stars dopen zich om tot Thunderstorm en werpen zich op een nieuw, Earth, Wind & Fire-achtig repertoire. Het daaropvolgende jaar beleeft Harris zijn internationale doorbraak met de ook buiten Europa (o.a. Israël, veel Afrikaanse landen en Indonesië) gigantische kraker Song For The Children. Een meerjarig samenwerkings verband met de Haarlemse zangeres Debbie (solohits: Everybody Join Hands en Angelino) pakt vervolgens echter verkeert uit. De hitstroom stokt en Harris raakt langzaam maar zeker uit beeld. Op grond van zijn eerder verworden reputatie ontbreekt het hem evenwel ook dan bepaald niet aan werk en goodwill. Hij treedt veel op in discotheken en voor de radio (begeleid door onder meer het Metropole Orkest) en er blijven regelmatig platen van hem verschijnen. Ook Thunderstorm is nog lang actief, met name in het gala-circuit.

2003 Oscar Harris zingt een duet op de single Lean On Me van de Haagse zanger Sébastiaan.

2005 Oscar Harris werkt mee aan de cd Dutch Rare Food met daarop bewerkingen door C-Mon & Kypski van zogenaamde 'Dutch rare grooves'. Het album is de tweede cd bij de compilatie Dutch Rare Groove die in oktober wordt uit uitgebracht door Supertracks Records in samenwerking met Fonos.nl.

2006 In het kader van Dutch Rare Groove treedt Oscar Harris 12 maart op samen met C-Mon & Kypski, Black Market Audio en DJ en 'funkoloog' Sjeng Stokkink tijdens Weekend van de Nederlandse pop op 3FM Serious Radio.

2007 De stem van Oscar Harris is in februari te horen in Beestenboel, de Nederlandse versie van de Amerikaanse animatiefilm Barnyard: The Original Party Animals.


» Reageer (0)
24-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Martine Bijl
Image Slideshow

Martine Catharina Maria Bijl (Amsterdam, 19 maart 1948), is een Nederlands zangeres, actrice, schrijfster en cabaretière.

Bijl werd in 1965 ontdekt door Willem Duys, terwijl ze nog op het gymnasium zat. Ze had vroege hits met 'De makelaar van Schagen' en 'Bloemendaalse bos'. Ze maakte deel uit van de winnende Nederlandse afvaardiging naar het Knokke-festival van 1966 en trad op in een serie eigen televisieprogramma's. Vanaf 1982 stond ze in het theater. Dat Bijl ook wel iets anders kon dan de lieve liedjes uit de jaren '60 bewees ze door enkele komische nummers en een optreden op tv als verslaggeefster Agnes de Boer. Bijl speelde in films als Help, de dokter verzuipt en Vroeger kon je lachen, en presenteerde de quiz Meneer van Dale wacht op antwoord (NET 5). Ook was ze jarenlang panellid in het legendarische Wie van de Drie, onder leiding van Herman Emmink (AVRO). Ze schrijft tevens liedjes en kinderboeken, en treedt weer (net als ze vroeger een tijd heeft gedaan) op in de reclames van Hak.
Daarnaast vertaalt ze musicalteksten (o.a. van Aïda, The Lion King, Tarzan en Beauty and the Beast).

Voor haar werk ontving zij een Edison, de Gouden Televizier-ring in 1980, de Johan Kaart Prijs in 1983 en de Scheveningen Cabaretprijs van 1984. In 1998 kreeg Bijl het Gouden Beeld voor haar rol in de comedy Het Zonnetje in Huis. Martine Bijl had een langdurige relatie met de componist Henk van der Molen en is thans al jaren getrouwd met Berend Boudewijn (van der Woude).

 


» Reageer (0)
23-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lou Bandy
Image Slideshow

Lodewijk Ferdinand Dieben (Den Haag, 19 april 1890 - Zandvoort, 24 juni 1959) beter bekend onder zijn pseudoniem van Lou Bandy was een Nederlandse zanger en conferencier die in de periode tussen de beide wereldoorlogen een van de populairste artiesten van Nederland was. Tot zijn bekendste liedjes behoren: Zoek de zon op, Schep vreugde in het leven en Louise zit niet op je nagels te bijten.


Wortels
Bandy, afkomstig uit een Haags arbeidersgezin, werkte als piccolo, huisbediende, straatzanger en als dienstplichtige bij de marine voordat hij in 1915 een serieuze carrière in het variété begon. Aanvankelijk trad hij samen met zijn broer Willy op onder de naam The Bandy Brothers (Bandy is een veramerikaanste omkering van de lettergrepen Die-ben). Al snel bleken de karakters van de broers echter te sterk te botsen om zinvol te kunnen samenwerken; in tegenstelling tot Willy stond Lou bekend als een moeilijk mens.

Lou ging verder onder de naam Lou Bandy. Op 21 juni1921 trouwde hij met de pianiste Eugenie Küch, een Duitse officiersdochter die een grote invloed op zijn carrière zou hebben: ze bracht hem nettere omgangsvormen bij, deed hem het belang van het spreken in beschaafd Nederlands inzien en bezorgde hem zijn eerste lucratieve contracten. Met haar steun wist de Haagse volksjongen zich in de loop der jaren tot in de top van het establishment van artiesten, impresario's en theatereigenaren te werken. In 1927 werd hun dochter Louise geboren.


Bandy als vedette
Bandy werd bij het publiek bekend als zanger van vrolijke teksten, meestal van de hand van Ferry van Delden of Philip Pinkhof (alias Rido). Bij personen uit zijn directe omgeving had hij een minder vrolijk imago. De anekdotes waarin Bandy zijn collega's met een zure opmerking schoffeert zijn talrijk en menig Hagenees zou zich Bandy jaren later nog herinneren als een kankâhlijâh die er geen probleem in zag om de spiritusdrinkers op het Haagse Malieveld tegen luttele vergoeding een liedjestekst afhandig te maken.

Vanaf 1931 was Bandy de publiekstrekker voor het revuegezelschap De Nationale Revue dat hij in 1939 verruilde voor Jong Nederland. Al die tijd was zijn strohoed zijn handelsmerk. Verder stond hij bekend om de goocheme kwinkslagen die hij tussen de liedjes door maakte. Hij improviseerde vaak en wist - als een standup comedian avant-la-lettre - vaak de lachers op zijn hand te krijgen. Grove teksten schuwde hij daarbij niet. Een mevrouw die te laat binnenkwam begroette hij met de volgende woorden: "Hé Marie, leuk dat je ook komt, Ik had je met kleren aan niet zo gauw herkend."

Als artiest was Lou Bandy veelzijdig. Hij nam als zanger grammofoonplaten op, speelde mee in een paar Nederlandse speelfilms. In de eerste, Het meisje met den blauwen hoed uit 1934, speelde hij zelfs een dubbelrol. Fien de la Mar en Cees Laseur speelden een rol in zijn tweede film Het leven is niet zoo kwaad uit 1935. Maar bovenal was Bandy een revue-artiest.


Tweede Wereldoorlog
In 1940 kocht hij een villa in Doorn. Hij vertoefde daar graag en richtte de woning in met onder andere een collectie schilderijen van Nederlandse meesters.

Wat zijn opstelling in de oorslogsjaren is geweest blijft onduidelijk. Begin 1941 nam Bandy zitting in een adviesraad voor de vakgroep Kleinkunst, die moest adviseren over een door de Duitsers ingesteld instituut, de Kultuurkamer. Deze actie werd Bandy kwalijk genomen. Waarschijnlijk had hij zich in zijn onnozelheid in dit soort zaken gestoken, want tijdens zijn optredens liet hij zijn anti-Duitse gevoelens blijken door het zingen van vaderlandslievende liedjes.

In 1942 werd Bandy wegens anti-Duitse provocatie gearresteerd. Hij had namelijk tijdens een optreden het manke loopje van Seyss-Inquart geïmiteerd. Tussen het publiek aanwezige N.S.B.-ers meldden het voorval aan de bezetter. Hij bracht een nacht door in de gevangenis van Scheveningen en werd later overgebracht en gedetineerd in een gijzelaarskamp in Haaren. Door een hartkwaal te simuleren kwam hij vrij. Hij schreef bovendien een onderdanige brief aan de bezetter met het verzoek om weer te mogen optreden.

Korte tijd later werd hij opnieuw gearresteerd en overgebracht naar een gijzelaarskamp. Daar deed hij een zelfmoordpoging. Na verpleging kwam hij rond Kerstmis 1942 weer thuis. Hij kreeg huisarrest en moest in Doorn blijven. Hierdoor trad hij tijdens de resterende oorlogsjaren niet meer op.

In 1944 kreeg hij opnieuw tegenslagen te verwerken. Zijn vrouw Eugenie overleed in februari en zijn broer Willy Derby in april. Bij de begrafenis van zijn broer veroorloofde Bandy zich in zijn afscheidstoespraak enkele vulgariteiten, verwijzend naar het feit dat Derby tijdens het bedrijven van de liefde was gestorven. De aanwezigen waren geshockeerd.

De brief aan de bezetter en zijn betrokkenheid bij de Kultuurkamer leidden er na de oorlog toe dat Bandy door sommigen als 'fout' werd gezien. Tijdens zijn come-backoptreden op 23 juni 1945 in het Concertgebouw in Amsterdam verscheen zelfs een afvaardiging van de Binnenlandse Strijdkrachten op het podium om Bandy te arresteren. "Als ik iets misdaan heb, stenig mij dan!", riep Bandy de zaal in. Diverse aanwezigen bemoeiden zich ermee. Het resultaat was dat men, in afwachting van nader onderzoek, van arrestatie afzag. Uiteindelijk werd Bandy de gewraakte brief vergeven, omdat deze vermoedelijk onder grote druk was geschreven. Ook de medewerking van het gros der Nederlandse artiesten aan de Kultuurkamer werd na de oorlogsjaren met de mantel der liefde bedekt.


Nadagen
Na de oorlog bleef Bandy nog jaren een van Nederlands populairste artiesten maar in de jaren vijftig bleken zijn hoogtijdagen voorbij. De grote revues waarin hij altijd had geschitterd waren niet meer gewild en Bandy moest zich tevreden stellen met kleinere optredens in het schnabbelcircuit. Daarnaast trad hij regelmatig op in het populaire radioprogramma De bonte dinsdagavondtrein.

Bandy's behoefte om jonge meisjes aan de haak te slaan drong zich steeds nadrukkelijker op de voorgrond. Dat hij tijdens zijn huwelijk op dit gebied al aan een sterke amoureuze veroveringsdrang had geleden was een publiek geheim, maar nadat zijn vrouw in 1944 was overleden resulteerden zijn escapades zelfs in twee kortstondige huwelijken: van 27 juli 1948 tot 9 maart 1949 met Sinia Franke (1925-1975) en met de 18-jarige Carla van den Hurk (1933-1958), van 15 augustus 1952 tot 16 april 1958. In beide partners vond de narcistische Bandy echter niet de kritiekloze bewonderaars waar hij naar zocht en ook door het publiek werd hij niet meer op handen gedragen. Zijn onzekerheid sloeg om in regelrechte podiumangst. Na de scheiding van Carla belandde hij enige tijd in een psychiatrische kliniek. De laatste maanden van zijn leven woonde hij alleen in een flat in Zandvoort, waar hij in 1959 zelfmoord pleegde. Hij werd in Doorn naast zijn eerste vrouw begraven.


» Reageer (0)
22-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kilima Hawaiians
Image Slideshow

De populairste Hawaiian-band van Nederland, met Bill en Mary Buysman als vaste kern.


1934 - 1939 In de jaren twintig bereikt Hawaiianmuziek Nederland, via Nederlands Indië. De Hawaiiaanse steelgitaar speelt een centrale rol in deze, voor Nederlanders zeer exotisch klinkende muziek. Vanaf de jaren dertig steken meer en meer Hawaiian-orkestjes de kop op, van zowel Nederlandse als Indische origine. Ook Rotterdammer Bill Buysman besluit om een Hawaiian band te beginnen. Op 26 juni 1934 doen zijn Kilima Hawaiians, dan nog als trio, een eerste optreden voor KRO-radio. Naast Buysman bestaat de groep dan uit Smoke van der Elst en Willem Ruivenkamp. De populariteit van het genre blijft gestaag groeien.

1940 - 1945 Vanaf het begin van de oorlog is jazz verboden, met als gevolg dat de Hawaiianmuziek zich explosief uitbreidt. De Engelse taal wordt echter ook verboden, waardoor de bands genoodzaakt zijn om Nederlandse bewerkingen te maken. De Kilima Hawaiians spelen een pioniersrol in het ontstaan van de 'Nederhawaiian'. Mary Buisman, Bill's vrouw, wordt de zangeres van de band. Vic Spangenberg is tijdens de oorlogsjaren de Hawaiiangitarist van de groep. Na zijn intrede worden de eerste platen gemaakt. Spangenberg zit in het verzet en moet in november 1944 bezet Nederland ontvluchten. Voor Amerika werkt hij als oorlogsvrijwilliger en raakt hij vier keer gewond.

1945 - 1949  Na de oorlog en tijdens de strijd tot behoud van Indië beleeft het genre Nederhawaiian een ware hausse. Kort na de oorlog zijn er ongeveer 600 Hawaiianbands die regelmatig optreden. De Kilima Hawaiians zijn veruit de beroemdste, ze vullen grote zalen zoals het concertgebouw in Amsterdam. Vic Spangenberg wordt in 1945 vervangen door Theo Ehrlicher (4 april 1916). Om de mensen meer waar voor hun geld te geven, breiden ze hun repertoire uit met cowboy-, Indische en Zuid-Afrikaanse liedjes. Bill Buysman brengt ook onder de naam Bill Kilima & His Singing And Swinging Cowboys singles uit.

1950 - 1957 De populariteit van de Kilima Hawaiians en de 'Nederhawaiian' in het algemeen is over hun hoogtepunt heen.

1958 - 2000  Theo Ehrlicher verlaat de groep, Buysman vindt een vervanger in de persoon van Rudi Wairata. Met Wairata wordt in 1959 het 25-jarige jubileum gevierd, waarbij de band wordt voorgesteld aan de prins en de koningin. Wairata verlaat de band echter weer na anderhalf jaar. Door de opkomst van rock-'n-'roll en later de beatmuziek daalt de populariteit van de Kilima Hawaiians tot een dieptepunt. De groep speelt nog wel live, ondermeer voor ongeveer 16.000 mensen tijdens een festival in Duitsland. Tot 1964 maakt steelgitarist Frans Doolaard deel uit van de band. Eind jaren zestig graaft de NCRV de band weer op en gaat opnames met ze maken. Vanaf 1970 nemen ze nog een aantal platen op, zij het zonder veel succes. In de decennia die volgen, verschijnt zo nu en dan een compilatie-album, verder wordt weinig meer van de band vernomen. Coy Pereira brengt in 1983 de soloplaat Sweet Sweet Steel Guitar Series No. 9 uit. Bill Buysman overlijdt in 1991. Zijn broer Luut is samen met onder andere Van Oirschot te
horen op de cd The Spirit Of Aloha die eind jaren negentig verschijnt op het label Top Records.

2002 Mary Buysman overlijdt zondag 17 februari op 86 jarige leeftijd.

2004 Gitarist en zanger Luut Buijsman overlijdt op donderdag 8 april op 79jarige leeftijd in zijn woonplaats Rotterdam.

2005 Coy Pereira overlijdt op 12 april. Hij is 85 jaar oud geworden. De enige twee nog levende bandleden in 2005 zijn Vic Spangenberg (84) en Theo Ehrlicher (89). Ehrlicher geeft nog altijd gitaarles in zijn huis in de Haagse Zuiderparkbuurt.

2007 11 juli overlijdt Theo Ehrlicher op 91-jarige leeftijd in zijn woonplaats Den Haag.


» Reageer (0)
21-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kayak
Image Slideshow

Kayak is een Nederlandse symfonische rockgroep.


De band werd in 1972 opgericht door Ton Scherpenzeel (toetsen), Pim Koopman (drums), Max Werner (zang), Jean Michel Marion (basgitaar) en Johan Slager (gitaar). In datzelfde jaar werd Marion vervangen door Cees van Leeuwen.

Met hun eerste twee albums (See see the sun en Kayak II) behaalde de band enkele kleine nationale successen. In 1975 stapte Van Leeuwen uit de band en werd vervangen door Bert Veldkamp. Hierop volgde de opname van Royal bed bouncer. In datzelfde jaar leverde de band een bijdrage voor het Boekenweekgeschenk, het album Zing Je Moerstaal. Kayak vertolkte het gedicht 'Boezem' van Harry Mulisch op muziek van Ton.

Na de opnamen van The last encore verlieten Koopman en Veldkamp de band. Koopman scoorde vanaf 1978 een aantal grote successen met zijn band Diesel. Daarnaast was hij producent van het duo Maywood. Vervangers in Kayak waren Charles Schouten en Theo de Jong. De grootste hit tot dan toe werd behaald met de gelijknamige single van het album Starlight dancer. Ondanks dit succes stapten de nieuwste bandleden Schouten en De Jong uit de band. Werner gaf aan de microfoon in te willen ruilen voor de drumstokjes. Edward Reekers, die al jaren fan van de groep was, werd de nieuwe zanger, Peter Scherpenzeel (de broer van Ton en voorheen roadie van de band) de nieuwe bassist en meteen werden er ook maar twee achtergrondzangeressen aangenomen: Irene Linders (popjournaliste en partner van Ton Scherpenzeel) en Katherine Lapthorn. Dat dit een goede beslissing was, bleek uit het enorme succes dat de band had met het album Phantom of the night en dan vooral met de single Ruthless queen die een zesde plaats haalde in de
Nederlandse top-40.

In 1980 leverde de band de titelmuziek bij de film Spetters van Paul Verhoeven (het nummer Spetters, dat als Lost blue of Chartres op het album Persicope life verscheen).

In 1981 werd de rock-opera Merlin opgenomen die een zijde van het gelijknamige album inneemt. Hoewel dit album als een van de beste van de band bekend staat behaalde het nauwelijks commercieel succes. De achtergrondzangeressen verlieten de band en na de opname van Eyewitness leek het einde van de band een feit. Scherpenzeel richtte in 1982 de band Europe op (niet te verwarren met de gelijknamige Zweedse groep), met daarin nog enkele ex-leden van Kayak, waarmee een album werd opgenomen. Het grote succes bleef echter uit en Europe werd in 1984 ontbonden. Ton Scherpenzeel speelde daarna enige tijd bij de Britse band Camel en werd later de muzikale begeleider van cabaretier Youp van 't Hek.


Nieuwe impuls
Na een korte reünie voor het televisieprogramma Classic Albums in 1997 kreeg de band een echte nieuwe impuls in 1999 toen de band door De Kast werd gevraagd als gast-band met hen op te treden. In 2000 kwam het album Close to the fire. Inmiddels bestond de band uit Scherpenzeel, Werner (weer als zanger), Veldkamp, Koopman en Rob Winter. Voor de optredens werd een tweede zanger aangenomen: Bert Heerink. Aan het einde van het jaar stapte Werner definitief uit de band en Heerink werd de nieuwe lead-zanger. Een nieuw bandlid werd gevonden in Rob Vunderink die gitaar speelde en de tweede zanger werd.

In 2001 kwamen twee nieuwe albums uit: Chance for a LIVE time (een live-album) en Night vision. In 2003 werd het album Merlin opnieuw opgenomen onder de naam Merlin: Bard of the Unseen (met een aantal nieuwe nummers) en volgde een theatertournee. Winter was inmiddels vervangen door Joost Vergoossen, en een extra zangeres werd gevonden in Cindy Oudshoorn. In 2003 werd ook een dubbel-DVD uitgebracht met opnamen van de tournee.

In 2005 bracht de groep een nieuwe rockopera uit: Nostradamus: Fate of Man. Deze rockopera verscheen in zijn geheel op een dubbel-CD, en in een ingekorte versie op een enkele CD: Excerpts from Nostradamus en werd gevolgd door een theatertournee, waaraan ook Edward Reekers, die al eerder zanger was bij Kayak, en Syb van der Ploeg, zanger van De Kast, deelnemen. Bert Veldkamp werd bij het begin van deze tournee vervangen door Jan van Olffen. Andere rollen waren weggelegd voor Monique van der Ster, Marc Dollevoet, Marjolein Teepen en Marloes van Woggelum. In december 2005, vlak voor de aangekondigde opnames van een DVD met de Nostradus-show, maakte Bert Heerink bekend uit de band te stappen.

In 2006 kondigde de band een akoestische tournee aan die van start is gegaan op 24 augustus van dat jaar. Edward Reekers keert terug als leadzanger van Kayak, maar deelt deze post met Cindy Oudshoorn. Van deze akoestische tournee is in 2007 een live-CD uitgebracht onder de naam KAYAKoustic live. Eind 2007 zal een nieuwe studio-CD worden uitgebracht: Coming up for air. Begin 2008 gaat de band op The anniversary tour ter gelegenheid van het 35-jarig jubileum van de band.

Voormalig manager Frits Hirschland werd in 1986 woordvoerder van het Junglecommando van Ronnie Brunswijk. Ex-bassist Cees van Leeuwen werd in juli 2002 staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen voor de LPF in het kabinet-Balkenende I.

 


» Reageer (0)
20-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Johnny Lion
Image Slideshow

In de periode 1959 tot 1965 weet de Haagse Johnny Lion nationale en internationale bekendheid te verwerven met zijn begeleidingsband The Jumping Jewels. Muziek en imago zijn gemodelleerd naar Cliff Richard & The Shadows. Vanaf 1965 gaat Lion solo en scoort hij een aantal Nederlandstalige hits. Als het succes vanaf 1968 uitblijft opent Lion een boetiek en stort hij zich op fotograferen en acteren. Lion is te zien in vele Nederlandse films en televisieseries.

1959 - 1965 Jan van Leeuwarden is in 1959 zanger van een schoolband in zuid-Den Haag, genaamd Johnny & His Jewels. In deze periode spelen ze op vele feestjes en in Haagse clubs. Wasserijhouder Herman Batelaan werpt zich op als manager en geeft de groep een nieuwe naam: Johnny Lion & The Jumping Jewels. Ze putten dan voornamelijk uit buitenlands repertoire.

1962 Als Lion in 1962 uit dienst komt begint het succes. Ze scoren in Frankrijk een hit met het nummer Guitar Tango van The Shadows (nog voordat The Shadows er in eigen land een hit mee scoren).

1963  Johnny Lion & The Jumping Jewels spelen in 1963 op het Grand Gala du Disque.

1964 In 1964 doen Lion en de band een tour in Azië, met meerdere top tien-noteringen als resultaat. Ook in Nederland behalen ze in 1964 hun eerste top 40-notering met het nummer You've Done It Again.

1965  In 1965 begint het te rommelen binnen de band Lion besluit solo te gaan. Als de Jumping Jewels met Rob de Nijs (die op zijn beurt ruzie had gekregen met The Lords) gaan optreden, is Lion razend. Toch staan De Nijs én Lion, begeleid door de Jumping Jewels, in 1966 samen te zingen in de circustent van Toni Boltini. Als na een ruzie blijkt dat manager Batelaan de rechten op de naam bezit, gaan de Jumping Jewels verder onder de naam Jay-jay's, zonder Lion en zonder Batelaan. Inmiddels alleen én Nederlandstalig scoort Lion in 1965 een grote hit met het nummer Sophietje, een liedje waar vriendin en zakenpartner Sophie van Kleef model voor staat. De zanger wordt live terzijde gestaan door The Young Ones, het latere Chapter II.

1966 In 1966 doet hij dit nog eens dunnetjes over met het nummer Tjingeling. In de jaren die hierop volgen brengt hij nog enkele singles en LP's uit, maar het succes blijft uit. Lion opent samen met zijn vriendin en ontwerpster Sophie van Kleef de kledingboetiek 'Sophie en Johnny' aan de Oude Leliestraat in Amsterdam waar ook nationale en internationale popartiesten vaste klanten zijn. Lion houdt zich ook bezig met fotografie en acteren.

1967 Johnny Lion speelt een rol in een speelfilm: Liefdesbekentenissen van Wim Verstappen (ook met Ramses Shaffy).

1969 Aan het eind van het jaar verbreken Sophie van Kleef en Lion hun relatie en houdt hun gezamenlijke Amsterdamse kledingboetiek op te bestaan.

1970 Johnny Lion neemt een nummer op met Albert Mol, getiteld Janneke.

1981 Lion komt met een nieuwe single en LP, beiden getiteld Heel Bijzonder. Deze comeback-poging, waarbij voornaam Johnny is ingeruild voor John, komt niet van de grond.

1983 Lion schrijft de titelsongs voor twee Nederlandse films, te weten Brandende Liefde en Overvallers In De Dierentuin. Het nummer Brandende liefde bereikt in oktober de tipparade.

1987 Vanaf 1987 werkt Lion aan een tweede comeback, met Joop Oonk (voormalig bassist van Jumping Jewels, later echtgenoot van Willeke Alberti en manager van Rob de Nijs) als zijn manager. Het album is simpelweg getiteld John Lion, en de single Alleen In Dallas haalt in 1988 de tipparade. Eind jaren tachtig doet hij samen met de Jumping Jewels een serie concerten voor Veronica-programma Goud Van Oud. Daarnaast is Lion te zien in TV-films.

1998 Johnny Lion speelt een rolletje in Siberia, een film van Robert-Jan Westdijk. Met zijn Jumping Jewels is Lion nog steeds te boeken.

1999 Johnny Lion werkt als freelance-journalist voor o.a. Sijthof Pers.

2000 Johnny Lion doet vijf shows samen met de Haagse cabaretier Sjaak Bral.

2001 Lion zingt enkele Haagse liedjes en doet korte sketches op de door Sjaak Bral samengestelde verzamelcd Alle 13 Haags.

2002 Lion wordt perschef van het Staatscircus van Moskou-Holiday en doet interviews voor het blad van de SENA. Hij speelt een slachtofferrol in de speelfilm Van God Los.

2005 Johnny Lion vertolkt tijdens de Haagse Beatnach op Parkpop zijn grote hit Sophietje.

2006 Lion is te zien in de documentaire Jazz Is My Religion van Gerard Wessel over dichter en jazzfanaat Jules Deelder. In een van de scènes bezoekt hij samen met Deelder Duitse bunkers langs het strand en zingt hij het lied M'n Bunker.


» Reageer (0)
19-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jack Jersey
Image Slideshow

Jack de Nijs (Tjimahi, 18 juli 1941 - Rotterdam, 26 mei 1997) was een Nederlands zanger, componist en producer van lichte muziek die voor nationale en internationale artiesten werkte.
Als zanger is hij bekend geworden onder het pseudoniem Jack Jersey.

De Nijs werd geboren te Tjimahi bij Bandung (Nederlands-Indië) als zoon van een militair bij het KNIL. Als kind speelde hij al mee met een plaatselijk orkestje. In 1951 repatrieerde het gezin De Nijs naar Nederland waar het een jaar in het Ambonezenkamp te Wouw woonde en zich in 1952 te Roosendaal vestigde. De Nijs volgde de HBS en richtte The Dixy Stampers op, een dixielandorkestje. Na de HBS wilde hij de muziek in, maar zijn vader was tegen. Zo kwam De Nijs in 1959 op de Hogere Hotelschool in Maastricht terecht. Hier begon hij een kwartet onder de naam The Four Sweeters. De groep werd ontdekt door een grammofoonplatenhandeaar in Maastricht, die de groep vier nummers van De Nijs liet opnemen. Succes bleef echter uit. Terug in Roosendaal begon De Nijs met Cor van Leest het op de Everly Brothers geïnspireerde duo Jack & Woody. Weer werden vier nummers opgenomen, en weer bleef succes uit. Vervolgens formeerde hij Jack Dens & The Shallows. In 1963 ging de band in gewijzigde bezetting verder als The Firestrings en in 1964 als The Flames. De Nijs zat inmiddels in militaire dienst en werd bij optredens vaak vervangen. In 1965 ging hij als beroepsmuzikant met The Rhythm Brothers in Duitsland optreden. Van 1965 tot 1967 maakte De Nijs deel uit van de formatie The Loosers.

Hij trad in het huwelijk, en nam een baan aan bij Philips. Omdat hij toch in de muziek wilde blijven werken solliciteerde hij bij diverse platenmaatschappijen als producer, tot Polydor hem aannam. De Nijs schreef in 1969 zijn eerste top 40 hit, het liedje Oh Antoinette, voor de zanger Leo den Hop. Daarna volgen achter elkaar meerdere hits, waaronder Gina Lollobrigida (over de gelijknamige actrice) van Tony Bass en De fles van Jan Boezeroen. Zelf probeerde hij als Nederlandstalige zanger een hit te maken, maar dat lukte niet echt. In 1971 had hij een Engelstalig hitje onder de artiestennaam Ruby Nash.

Hij besloot voortaan in het Engels te zingen en veranderde zijn artiestennaam in Jack Jersey (de achternaam ontleende hij aan het eiland Jersey). Zijn nummer I'm calling werd in 1973 alarmschijf bij de populaire zeezender Radio Veronica. Het gevolg was een hele reeks van hits, zoals: In The Still Of The Night, Papa was a poor man en Sri-Lanka ... my Shangri-Lah. In 1974 stond zijn album In The Still Of The Night in de Album top 10. De Nijs nam songs op met de wereldberoemde The Jordanaires, de begeleidingsgroep van Elvis Presley.

In die tijd ontdekte hij de talenten van Nick Mackenzie en André Moss, artiesten die in 1973 en '74 grote hits scoorden.

Hij verscheen geregeld op de Nederlandse televisie met muziek specials opgenomen in diverse landen zoals: Sri Lanka, Mexico, Indonesië, Spanje, België, Bulgarije, Tunesië en Nederland. In 1976 werd Jack Jersey uitgeroepen tot populairste artiest van Nederland, een gedeelde eerste plaats met André van Duin.

De Nijs overleed op 55-jarige leeftijd in het Dijkzigt Ziekenhuis te Rotterdam aan slokdarmkanker. Zijn muziek wordt nog steeds door nationale en internationale artiesten opgenomen.

Begin 2007, tien jaar na diens dood, verscheen de CD & DVD 'Asian Dreams'. Een compleet overzicht van zijn liedjes. Op de dvd staat het reisverslag dat Jersey in 1977 maakte voor de AVRO televisie.

 


» Reageer (0)
18-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Heintje Davids

Hendrika David (Rotterdam, 13 februari 1888 – Naarden, 14 februari 1975) was een Nederlandse variété-artieste die vanaf 1907 tot aan haar dood onder de naam Henriëtte Davids carrière maakte als zangeres en bijdehante grappenmaakster. Ze was het bekendst onder de naam Heintje Davids.

Tot haar bekendste liedjes behoren: Zandvoort aan de Zee, Draaien en Omdat ik zoveel van je hou (een duet met Sylvain Poons.)

Na haar officiële afscheid in 1954, maakte Heintje Davids al snel haar comeback. Tot ver in de jaren zestig bleef ze optreden, waarbij ze regelmatig aankondigde dat dit echt de laatste keer was. In de volksmond is 'Heintje Davids' sindsdien een aanduiding voor iemand die voortdurend afscheid neemt.

 

Heintje Davids was de jongste telg uit een eenvoudig gezin. Haar vader Levie David was komiek en caféhouder en haar moeder Francina Terveen was dienster. Zowel haar broers Louis en Hakkie als haar zus Rika traden op als het Familie-theater Davids en gebruikten deze ervaring als springplank voor een theatercarrière. Heintje - klein, dik en bedeeld met een kolderiek aandoend stemgeluid - werd door haar ouders ongeschikt bevonden om aan het familie-theater deel te nemen. Overtuigd van eigen kunnen maakte ze vanaf 1907 zelf carrière als komisch revuezangeres. Vanaf 1910 trad ze samen met haar broer Louis op. In 1914 trouwde ze met de journalist/theatertekstschrijver Philip Pinkhof.

Tot aan de Tweede Wereldoorlog trad Heintje Davids op in diverse revues. Ze werkte ook mee aan de speelfilmversie van de volksmusical De Jantjes (1934). Tijdens de oorlog zat ze op diverse plaatsen ondergedoken. Ze was de enige van de joodse familie Davids die de oorlog overleefde: Rika en Hakkie stierven in Duitse concentratiekampen; Louis was vlak voor het uitbreken van de oorlog al overleden.

Na de bevrijding bleef Heintje Davids het repertoire van voor de oorlog uitdragen. In 1948 schonk de gemeente Rotterdam haar uit erkentelijkheid voor de verdiensten van de familie Davids voor het theaterleven, een ring die sindsdien bekend staat als de Louis-Davidsring. Tijdens haar officiële afscheid in 1954 gaf ze deze ring door aan cabaretier Wim Kan, die hem op zijn buurt in 1976 doorgaf aan zanger Herman van Veen.

Toen haar echtgenoot kort na haar afscheid van het podium overleed, maakte Heintje Davids haar inmiddels legendarische comeback.


» Reageer (0)
17-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Group 1850
Image Slideshow

Eén van Nederlands eerste psychedelische groepen, die eind jaren zestig twee LP's maakt die voor Hollandse begrippen goed verkopen. Group 1850 was ook één van de eerste bands die de LP als op zichzelf staand medium gebruikte. De muziek is niet zoals bij veel tijdgenoten gebaseerd op Engelse beat, maar haalt de inspiratie eerder bij Amerikaanse psychedelische en experimentele groepen als Frank Zappa & The Mothers Of Invention, Westcoast Pop Art Experimental Band en The Electric Prunes. In het werk van Group 1850 kom je van alles tegen: overstuurde gitaren, experimenten met vreemde klanken, meerstemmige zang, snel wisselende ritmes, tapeloops en andere trucs met bandrecorders (stemmen op verschillende snelheden), gregoriaans aandoende koren en zang, blazers enzovoorts. De teksten komen voort uit een door de flower power aangewakkerde belangstelling voor mystiek en het idee dat alles kan. De nodige geestverruimende middelen worden gebruikt bij het componeren en uitvoeren van de muziek. Peter Sjardins problemen met de psychedelische lekkernijen zijn mede verantwoordelijk voor het feit dat de groep regelmatig uit elkaar viel of tijdelijk op non-actief stond. Na 1974 is Group 1850 meer een project rond Peter Sjardin dan een vaste band. Group 1850 is dan eigenlijk al lang over het hoogtepunt heen en na 1976 wordt niets meer geproduceerd onder die naam.


1966 Group 1850 (soms ook gespeld als Groep 1850) komt voort uit de Haagse band Klits (een inkorting van klitoris). Aanvankelijk verandert alleen de bandnaam, maar met de komst van Ruud van Buuren, Daniël van Bergen en Beer Klaasse en in het begin nog even Rob de Rijke (bas en fluit) en onder leiding van Peter Sjardin krijgt Groep 1850 zijn eigen vorm. Bij het eerste optreden in maart in het Scheveningse Casino trapt Peter Sjardin zijn orgel in elkaar. Dat doet veel stof opwaaien in de Haagse media, zodat de band meteen naam maakt als woeste underground-band. Voor Paul Ackets Yep label neemt de groep de single Misty Night op.

1967 Mede door de bijzondere livereputatie wordt er veel opgetreden, ook in het voorprogramma van gevestigde buitenlandse acts als The Troggs, The Kinks, The Rolling Stones en hoogtepunt voor de leden zelf als opwarmer voor Frank Zappa & The Mothers Of Invention in het Amsterdamse Concertgebouw op 24 september. Inmiddels heeft het viertal een langlopend contract met Philips afgeloten. Voor die maatschappij worden de singles I Know (La Penseé) en Mother No-head opgenomen. Het laatste nummer is een vrije bewerking van Vader Jacob, met onder andere vocalen van de producer uit die tijd Hans van Hemert en Het Urker Mannenkoor, de single wordt eind van het jaar een bescheiden hit.

1968 De groep speelt mee in de in Amsterdam opgenomen Italiaanse maffiafilm Amore Matto Amore. De single Zero brengt het niet verder dan de tipparade. Met de release van Agemo's Trip To Mother Earth vestigt de groep haar naam. Voor de teksten is samengewerkt met dichter Hans Wesseling die ook een aantal teksten voordraagt. Het is Nederlands eerste concept-elpee. Met name het ruim dertien minuten durende nummer I Put My Hand On Your Shoulder is voor die tijd behoorlijk experimenteel en zit vol met ongebruikelijke ideeën. De plaat verkoopt erg goed. Aan het einde van het jaar komt het tot een breuk in de band, Klaasse, Van Buuren en Van Bergen herformeren samen met zanger Jack Eckhardt de formatie Boots en Sjardin vertrekt naar Amsterdam. De single We Love Life is nog wel in de originele bezetting opgenomen maar haalt de Top 40 niet.

1969 In Amsterdam zet Peter Sjardin samen met gitarist Dave Duba en bassist Dolf Geldof (die beiden afkomstig zijn uit Burning Sun) en de van o.a. Hans Dulfer bekende drummer Martin van Duynhoven een nieuwe Group 1850 op. Ook Daniël van Bergen keert na zijn avontuur bij Boots in het oude nest terug. In die bezetting maakt de formatie de single Pipeline, die niets doet en de LP Paradise Now die voor Nederlandse begrippen uitstekend verkoopt. Er worden meer dan 40.000 exemplaren van verkocht en de plaat is later zowel in Nederland als Engeland een gewild verzamelaarsobject met de bijhorende hoge prijs. Paul van Wageningen vervangt Martin van Duynhoven en Daniël van Bergen verlaat de groep, met deze bezetting en met behulp van conga-speler Neppy Noya worden live-opnamen gemaakt die pas in 1975 als Group 1850 Live zullen uitkomen. Sjardin bespeelt dan al de Organiser, een zelfgebouwde synthesizer.

1970 Peter Sjardin gaat steeds meer zijn eigen gang, daarbij is Group 1850 meer een los/vast project aan het worden dan een vaste band. Sjardin ontwerpt een bij de BUMA/STEMRA gedeponeerde alternatieve muzieknotatie. Er wordt nauwelijks meer opgetreden en de bezetting bij de optredens wisselt regelmatig. Ook is er geen sprake meer van een vaste platenmaatschappij, de single Don't Let It Be verschijnt bij Action, de achterkant wordt later in het jaar als a-kant opnieuw uitgebracht bij Intertone, in beide gevallen zonder veel succes.

1971 De single Fire wordt uitgebracht, maar doet totaal niets. Peter Sjardin werkt de rest van het jaar aan een tweeëneenhalf uur durend theaterstuk. Het stuk dat met subsidie van de Haagse gemeente tot stand is gekomen wordt in 1972 in het Hot-theater opgevoerd.

1974 Steeds meer is Group 1850 een los/vast project, Sjardin werkt grotendeels alleen, soms laat hij zich bijstaan door groepsleden en verschillende gastmuzikanten. Zo komt de met veel tamtam aangekondigde plaat Orange Up-stairs-First Experience uit, dit is een soort Oranje Boven project, waarbij gastmuzikanten als Hans Dulfer, Barry Hay en Nippy Noya aanwezig zijn. De plaat wordt door de critici de grond ingeboord.

1976 Wederom komt er een live-LP uit met oud materiaal: Live On Tour. Er is nauwelijks belangstelling voor het product, wat te verklaren is doordat de groep live vaak veel te langdradig is.

1979 - 1981 Na een handtekeningenactie van fans wordt de LP Paradise Now opnieuw uitgebracht. Peter Sjardin ziet hierin aanleiding zich na jaren stilte weer aan het front te scharen. Zijn comeback-band heet Sjardin's Terrible Surprise (ook wel STS). In deze band zitten verder Wouter Planteijdt (gitaar, later in Sjako!), Kees van der Vooren (bas), Wilfred Versnellens (drums) en zangeressen Ella Elbersen en Robbie Smits (later bij Herman Brood). De groep trekt een tijdje door het clubcircuit, met snel opvolgende bezettingswisselingen, maar maakt geen studio-opnamen. Wel verschijnt in 1982 Live 1, een chaotische live-plaat, die door de critici gekraakt wordt. De band is dan alweer omgedoopt in S.I.X. (Sjardin's Invisible X-Factor), maar het mag allemaal niet meer baten. Sjardin's tijd is voorbij. Hij trekt zich terug uit de muziek en leidt een kluizenaarsbestaan.


» Reageer (0)
16-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gert en Hermien
Image Slideshow

Populair en veel besproken echtpaar, dat na een aantal hits met levensliederen steeds meer religieus getinte muziek maakt om vervolgens uit het zicht van het grote publiek te raken. Keert begin jaren negentig zonder noemenswaardig succes terug in de schijnwerpers.


1963 Terwijl de meest bekende hits worden gescoord als eeuwig glimlachend duo, is het een solo-actie van Gert Timmerman die de basis legt voor een van de meest consistente muziekcarrières in de Nederlandse popmuziek. Timmerman lanceert zijn eerste succesnummer in het voorjaar van 1963, als hij met de Duitse schlager Blumen Von Tahiti acht maanden lang in de hitparade zwerft en uiteindelijk de nummer één positie bereikt. Gert’s naam is in een klap gevestigd. Nog hetzelfde jaar haalt hij zijn meisje op het podium om als duo de tweede plaats van de hitparade te bereiken met een nummer dat ze hun leven lang moeten meetorsen: Ik Heb Eerbied Voor Jouw Grijze Haren (met Tommy Setthewes). Daarna volgen nog twee grote solohits (Nimm Deine Weisse Gitarre en Een Moederhart) alvorens Gert definitief door het publieke leven besluit te gaan als de mannelijke helft van het artiestenechtpaar Gert & Hermien.

1964  Eind 1964 - Gert heeft dan al vier top tien hits gescoord voor Telefunken - maakt het duo de overstap naar CNR en zingen ze het door Addy Kleijngeld geproduceerde liedje In Der Mondhelle Nacht naar de sterren. Gert & Hermien blijken een grote aantrekkingskracht uit te oefenen op de al wat oudere platenkoper en bezorgen CNR in de jaren zestig het ene succes na het andere. Het duo ontwikkelt een geheel eigen stijl - gezellig en makkelijk mee te zingen - en laat niet na publiekelijk hun grote inspiratiebron te bedanken voor alle zegeningen. Het legt het duo geen windeieren. In 1967 en 1968 ontvangt Gert Timmerman op de Midem in Cannes een onderscheiding als bestverkopende artiest in zijn eigen land.

1970 Aan het eind van de jaren zestig stokt de hitmachine. De verschijningen als duo worden minder talrijk, wat Hermien de tijd geeft zich te wijden aan de opvoeding van de kinderen. Gert brengt vier solo-singles uit, waarvan alleen Brandend Zand een hit wordt.

1972 Gert schrijft de muziek voor de speelfilm Body And Soul van René Daalder. Hij onvangt hiervoor de 1e Prijs tijdens het Benelux Festival voor Filmmuziek. Eind ‘72 pikken Gert en Hermien de draad weer op met de single Shalalie Shalala (Alle Duiven Op De Dam). Het nummer maakt ze bekender dan ooit, maar is vreemd genoeg geen grote hit.

1974 Het Christelijk geloof speelde al eerder een rol in het werk van Gert & Hermien, maar in 1974 worden ze naar eigen zeggen bekeerd. Ze besluiten het vluchtige hitsucces te laten voor wat het is en alleen nog tijdens religieuze bijeenkomsten op te treden. Vier albums achtereen haalt het stel goede verkoopcijfers met blije muziek die allengs meer en meer religieus getint wordt. Het bezorgt Gert & Hermien een grote populariteit bij Christelijk Nederland. Die wordt nog eens verstevigd met tv-optredens bij de Evangelische Omroep en diverse op televisie uitgezonden verslagen van reizen door Israël. Het seculiere deel van de luisteraars krijgt echter steeds minder zicht op de verrichtingen van het duo. Na de elpee Kerst Met Gert & Hermien in 1975 lukt het niet meer om buiten de religieuze kring te scoren.

1993 Bijkans vergeten, staan Gert & Hermien begin jaren negentig plotsklaps weer in het middelpunt van de belangstelling. Ze hebben met de kerk gebroken en hebben twee dochters (Sandra en Sheila) die gezien mogen worden en in de groep She She zingen. De terugkeer leidt tot een remake in house-stijl van Shalalie Shalala, een eenmalige podiumsamenwerking met Normaal en diverse optredens in talkshows waarin vooral Gert verklaard dat God goed is, maar dat zijn kerk nauwelijks wil deugen. Als de dochters Timmerman vervolgens bloot poseren voor een tijdschrift en vader Gert daar zijn zegen over uitspreekt, is de breuk met Christelijk Nederland definitief. Het lijkt Gert & Hermien nauwelijks te deren, want in 1993 tekenen ze op de golven van de Nederlandstalige smartlappen-hausse een contract bij Sony.

1995 Het eerste resultaat van de seculiere comeback is het album Geniet Van Het Leven, een gezellige meezingplaat waarop blijkt dat Gert & Hermien nog steeds het beste met de wereld voor hebben en ondanks de uittocht uit de kerk de blijde boodschap blijven verkondigen. Even groeit het duo uit tot camp-paar van het jaar, maar na het verschijnen van de biografie Het Ware Verhaal, over de lotgevallen van Gert & Hermien in kerkelijk Nederland, neemt de belangstelling weer af. Een tweede cd voor Sony, het smartlappen-album Al Het Mooie In Het Leven, verandert daar weinig aan. Al maakt de plaat het duo wel tot graag geziene gasten op bejaardenfeesten in binnen- en buitenland.

1997 In het najaar verschijnt Gert Timmerman, zonder Hermien, plotseling in het gezelschap van De Sjonnies weer aan het hitfirmament met een bewerking van Brandend Zand. De single, uitgebracht door LLP Entertainment blijft echter steken in de Nederlandstalige Tip 10. Begin oktober wordt Hermien tijdens een optreden getroffen door een hartaanval. Alle optredens worden stopgezet. Timmerman presenteert op TV Oost het programma Gert's Jukebox.

1999 Gert & Hermien kondigen onverwacht hun scheiding aan. Bovendien wordt Gert door één van zijn dochters beschuldigd van incest. Alle perikelen worden breed uitgemeten in de (roddel)pers en Gert weigert naderhand alle commentaar tegenover de pers. Eind april maken de dagbladen melding van de officiële scheiding van Gert en Hermien. Nog voor het einde van het jaar vormt Gert een duo met zijn zoon, eveneens Gert geheten. Met deze multi-instrumentalist brengt hij ook liedjes ten gehore uit de Hermien-tijd. Dochters Sandra en Sheila presenteren in december hun nieuwe band She She & The He Devils.

2003 Op vrijdag 23 mei overlijdt Hermien Timmerman op 59 jarige leeftijd in een ziekenhuis te Enschede.

2005 Gert Timmerman wordt in september door de burgemeester van de gemeente Losser geridderd in de Orde van Oranje-Nassau. De burgemeester looft de zanger onder meer om zijn inzet voor het Rode Kruis en het KWF Kankerbestrijding. In oktober verschijnt van de zeventigjaar oude zanger de driedubbel-cd En Dat Vergeet Ik Nooit met daarop zowel oud als nieuw repertoire. Timmerman beschouwt de cd als zijn muzikale comeback.

2006 Het leven van Hermien Timmerman wordt verfilmd door regisseur Pieter Verhoeff.

2007 Gert en Hermiens dochter Sandra wint onder haar naam Sandra van Megen in februari in de Kleine Komedie te Amsterdam het 24ste Concours de la Chanson Alliance Française.


» Reageer (0)
15-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ekseption
Image Slideshow

Ekseption was de naam van een Nederlandse symfonische rockband die vooral actief was in de jaren '60 en '70 van de 20e eeuw. Ekseption maakte verschillende hits en won in 1970 een Edison. De groep werd vooral bekend vanwege zijn op klassieke werken geënte, vroeg-progressieve rockmuziek met jazzimprovisaties.


Het ontstaan
Ekseption ontstond in 1967 uit het Haarlemse schoolbandje The Jokers, dat in 1958 was opgericht door Hans Alta (bas), Rob Alta (gitaar), Rein van den Broek (trompet, flugelhorn, saxofoon), Tim Griek (drums) en Huib van Kampen (gitaar/saxofoon). In het eerste jaar speelden ook Ton Heydenrijk (sax) en Hans Timmer (orgel) mee. De groep speelde voornamelijk covers van rhythm & blues-, jazz- en popnummers. In 1965 veranderden The Jokers hun naam in Incrowd, maar door het succes van een andere Nederlandse groep met die naam moesten ze weer iets anders verzinnen. In 1967 werd dat Ekseption. Ton Heydenrijk en Hans Timmer verlieten de groep. Rob Kruisman kwam erbij en nam de muzikale leiding op zich.


De succesjaren
April 1967 kwam toetsenist Rick van der Linden de groep versterken. In 1968 won Ekseption de eerste prijs op het Loosdrechtse Jazz Festival en raakte daarmee in één klap tot ver over de Nederlandse grenzen bekend. Ze kregen bij Phonogram een platencontract, wat het volgende jaar zou resulteren in hun eerste grammofoonplaat, Ekseption. Hiermee begon een succesrijke periode van vijf jaar, waarin de band door heel Europa toerde en onder meer speelde in het Olympia in Parijs, de Philharmonie in Hamburg en het Palladium in Londen.

In 1968 verlieten Hans Alta en Tim Griek de groep en werden vervangen door Cor Dekker (basgitaar) en Peter de Leeuwe (drums), beiden ex-Hottletts. Rob Alta was al eerder opgestapt. Tim Griek zou later producer worden van o.a. Brainbox en André Hazes.


Koersverandering
In 1969 werd Ekseption door de Engelse band The Nice geïnspireerd om klassieke stukken te bewerken en daarmee de muzikale koers te verleggen naar een mix van rock en klassieke muziek. Rick van der Linden had een conservatoriumopleiding klassieke muziek genoten en had ervaring met het spelen in verschillende pop- en jazzgroepen als het Occasional Swingcombo en het Ferdinand Povel Quartet. Met zijn arrangementen van klassieke werken van onder meer Bach, Albinoni, Beethoven, Mozart, Tsjaikovski en Chatsjatoerjan was hij voor een groot deel verantwoordelijk voor het geheel nieuwe, eigen en energieke geluid van de band.


Eerste successen
De eerste single, The 5th of The fifth. (een arrangement op Beethovens vijfde symfonie), deed het goed en haalde de derde plaats op de hitlijsten. Ook Rhapsody in blue (Gershwin) en Air (J.S. Bach, tweede plaats hitparade) deden het uitstekend. Deze successen bezorgden Rick van der Linden de muzikale leiding van de groep. Air en The 5th waren trouwens nog arrangementen ontstaan in samenwerking tussen Van den Broek, Van der Linden, De Leeuwe, Van Kampen en Kruisman. Ekseptions eerste album Ekseption werd uitgegeven in 1969. Datzelfde jaar echter verlieten Rob Kruisman en Huib van Kampen de band, vanwege verschillen van mening over de te volgen muzikale koers. Huib van Kampen ging het (muziek)onderwijs in. Dick Remelink (sax, fluit, ex-Pocomania) verving Rob Kruisman, die zich bij Island aansloot.


Beggar Julia's time trip
Ekseptions vaste bezetting bestond zodoende begin 1970 uit Rein van den Broek, Rick van der Linden, Cor Dekker, Dick Remelink en Peter de Leeuwe. Zanger Michel van Dijk deed mee op het tweede album van Ekseption, evenals Dennis Whitebread (echte naam: Witbraad), die Peter de Leeuwe tijdelijk verving op de drums. Het succesvolle conceptalbum uit dat jaar, Beggar Julia's time trip, won een Edison. Het album verbeeldt de reis van een vrouw uit het jaar 900 door de tijd van toen naar het heden, die haar in aanraking bracht met allerlei componisten en muziekstijlen. Enkele van de nummers op dit album zijn het rock/jazznummer Pop giant, het barokke Feelings en het vocale nummer Julia. Een van de andere nummers op deze LP, Italian concerto, werd een hit. Het album bevat ook een aantal originele, klassiek getinte composities van Rick van der Linden.


Ekseption 3
Nog in 1970 werd ook het derde Ekseption-album opgenomen met de simpele titel Ekseption 3. Peter de Leeuwe was weer terug en Michel van Dijk, ontevreden over de nadruk op instrumentale muziek, had de groep verlaten en zou later opduiken als zanger bij Brainbox en Alquin. Hij werd vervangen door Steve Allet (echte naam: Coen Merkelbach), overgekomen van de groep Ginger Ale. Het album, een muzikaal schilderij van het boekje Le petit prince van Antoine de Saint-Exupéry, haalde de eerste plaats op de albumhitlijst. Het nummer Peace planet (naar Bachs Suite no. 2) werd als single een enorme hit. Ekseption 3, met nummers als Morning rose, On Sunday they will kill the world, B 612 en Another history (een jazzy ballade) is het meest vocale van alle Ekseption-albums. Toch nam Van der Lindens instrumentale tweedelige suite Piece for symphonic and rock group in A minor een centrale plaats in en zou dit album het laatste van de groep zijn met vocale solonummers. Op dit album staat als enige in de reeks een quasi-livenummer, Rondo.


Ekseption 00.04
In 1971 had zanger Steve Allet de groep verlaten. Rick van der Linden maakte in London met het Royal Philharmonic Orchestra opnames voor het nummer Piccadilly sweet - een stuk van 15 minuten. Over deze opnames heen speelden de leden van Ekseption later, in Nederland, hun partijen in. Op het daarna ontstane vierde album, Ekseption 00.04, stonden de inmiddels vertrouwde instrumentale arrangementen op klassieke werken en ook jazzachtige nummers. In het nummer Choral hoort men ook een groep vocalisten. Ook dit album haalde de eerste plaats op de albumverkooplijst.


Ekseption 5
Het jaar daarop kwam Ekseption 5 uit, een mix van klassiek, rock en jazz, met nummers als À la Turka (op Mozarts Rondo alla Turka, uit de Pianosonate no. 11 in A, K311:3) en arrangementen op J.S. Bachs Sonata no. 2 in e mineur, Siciliano in G (J.S. Bach) en Concerto for violin and orchestra in A minor: 1. Vivace. Wat opvalt zijn de huilbijdrage van Rick van der Lindens zoontje in de ballade My son, en een instrumentale versie van For example van The Nice, hun voorbeeldgroep, in een medley met For sure van Rick van der Linden. Andere nummers zijn Midbar session en het melodieuze Virginal.

Intussen was de band druk met vele tournees in heel Europa; vooral in Scandinavië was de band populair. De druk veroorzaakte echter fricties tussen verschillende groepsleden.


De herfstjaren

Trinity
1972 was het laatste grote succesjaar van de groep, waarin interne strubbelingen steeds meer de kop opstaken. Dick Remelink (naar Galaxy Lin) en Peter de Leeuwe verlieten de band. Bij de opnamen van het zesde album, Trinity, waren zij er niet meer bij; Jan Vennik (fluit, sopraan- en tenorsax) en Pieter Voogt (drums, percussie) namen hun plaats in. Opvallend waren op dit album onder meer de bijdragen van fluitist Vennik en van het Nederlands Kamerkoor in het nummer Finale III, alsmede het 9 minuten durende jamnummer Improvisation. Rick van der Linden leefde zich uit op piano, pijporgel, spinet, ARP 2600-synthesizer en mellotron. Trinity werd commercieel geen groot succes en hits bleven uit.

Ondanks dat het succes buiten Europa niet groot was, zijn er wel diverse persingen gemaakt van de eerste 6 lp's. Ekseption, Beggar Julia's time trip en Ekseption 5 in de Verenigde Staten, alle 6 in Canada, het Verenigd Koninkrijk en Israël. Verder diverse persingen in andere Europese en Zuid-Amerikaanse landen. Een Japanse persing bestaat alleen van Beggar Julia's time trip. De hoezen verschillen van opzet. Met name in Duitsland, waar de groep zeer populair was, zijn zelfs in 1976 napersingen van de lp's gemaakt, omdat er veel vraag naar was van het publiek.

In 1973 toerde Rick van der Linden met Jaap van Eik (ex-bassist van Cuby and the Blizzards) en ex-Focus-drummer Pierre van der Linden onder de naam Trace door Zweden. Min of meer gedwongen bij Ekseption te vertrekken, ging Rick van der Linden verder met Trace.


Bingo
Bij Ekseption nam Hans Jansen (keyboards, ex-Think Tank) de plaats in van Rick van der Linden. Gastspeler op het zevende album, Bingo, was Hans Hollestelle (gitaar, viool). Zonder de dominerende toetsenist Rick van der Linden klonk Ekseption losser en jazzier, met meer ruimte voor solo's met de andere instrumenten. De meeste nummers voor dit album werden gecomponeerd en gearrangeerd door Vennik, Jansen en Van den Broek. Het album bevat onder meer nummers als Nightwalk en een nieuwe versie van het eerder uitgebrachte Sabre dance (naar Chatsjatoerjan). En hoewel De fietser als single enig succes had, werd ook duidelijk dat de speciale Ekseptionsound met Rick van der Linden verdwenen was. Het album bleef qua notering steken in de middenmoot.


Mind mirror
Ook het achtste album, Mind mirror (1975), met zowel klassiek getinte nummers als nummers van Piet Sauer en Ramses Shaffy, deed commercieel gezien niet veel en Ekseption hield het voorlopig voor gezien.

Sommige leden bleven wel zichtbaar in het muziekmétier, zoals Rein van den Broek, Jan Vennik, Hans Jansen en Hans Hollestelle, die met Jan Hollestelle(basgitaar) en Cees Kranenburg (drums) de jazzrockgroep Spin vormden.
Cor Dekker vertrok naar Trace.


Back to the classics
Toch kwam in 1977 opnieuw een plaat van Ekseption uit, met de veelzeggende titel Back to the classics, maar de aanhangers renden niet meer hard naar de platenwinkel; het album had weinig succes. De bezetting van de groep was als bij Bingo, echter zonder Hans Hollestelle.


Ekseption '78: opnieuw Rick van der Linden
Het gemis aan succes gold ook voor Ekseptions tiende: Ekseption '78, waaraan naast Van den Broek, Dekker, De Leeuwe en Remelink ook Rick van der Linden meewerkte. Naast het opvallende openingsnummer, een uittreksel van Bachs Matthäus Passion, bevatte dit album onder meer Your home van Van der Linden en arrangementen op Impromptu van Schubert, Summertime van Gershwin en The cat van Lalo Schifrin. Ekseption '78 was het enige album van de band dat werd uitgebracht onder het label CNR (en Decca in Duitsland); het zou later als CD worden heruitgebracht onder de titels The very best of Ekseption (1991), Ekseption (1994) en Hollands glorie (2001). Het is het enige album van Ekseption waar Rick zijn Yamaha GX-1-synthesizer laat horen.

Rein van den Broek en Rick van der Linden besloten het in 1980 samen te proberen en brachten een duoplaat uit onder de naam Cum laude.


Dance macabre
In 1981 kwamen de oude Ekseption-leden Van den Broek, Van der Linden and Dick Remelink, aangevuld met de twee ex-Kayakleden Max Werner (drums, percussie, marimba) en Johan Slager (gitaar, basgitaar) weer bij elkaar. Zij namen het album Dance macabre op met een verzameling oude successen van de band als Air, Rhapsody in blue, The 5th en Peace planet. Het album had echter weinig commercieel succes.

In 1988 kwam een vervolg op de eerste Cum laude, met Rick en Rein, en versterkt met gastmusici, o.a. Peter de Leeuwe op slagwerk.


Ekseption '89
In 1989 probeerde Ekseption het opnieuw in de oude bezetting (Van der Linden, Van den Broek, De Leeuwe, Remelink). Met medewerking van Frans Muys van de Moer (bas), Johan Zwart (gitaar) en Eddie Conard (percussie) nam de groep een tweede reünieplaat op, getiteld Ekseption '89. Maar de formule van enkele oude hits als The 5th, Air en Peace planet, aangevuld met nieuwere nummers, bracht de handen niet meer op elkaar en de groep werd opnieuw ontbonden. Toch kwam de groep af en toe weer bij elkaar, b.v. voor evenementen zoals bij Eberhard Schoener in Duitsland met een immens Viditizerscherm in 1991.


De 25-jaarsreünie
Hoewel de band keer op keer ontbonden werd, bleef de naam Ekseption voortbestaan. In 1994 werd dan eindelijk een 'live' cd uitgebracht: The reunion, iets later met de titelnaam Best of Ekseption. De opnames werden in november 1993 gemaakt in het Kurhaus in Eberbach en in de Meistersingerhalle in Neurenberg. De bezetting: Van der Linden, Van den Broek, Remelink, met Max Werner en Frans Muys van der Moer.


Een nieuw begin
In 2003 richtte Rick van der Linden een nieuw Ekseption op, waarmee hij in Nederland, België en Duitsland op tournee ging. De groep bestaat behalve Van der Linden en zijn vrouw Inez (zang) uit de Canadezen Mark Inneo (drums/percussie), Bob Shields (gitaar), Meredith Nelson (basgitaar) en Peter Tong (toetsinstrumenten).


De DVD
Met hulp van Rein van den Broek werd in 2003 videomateriaal op DVD gezet met als titel The story of Ekseption. De opnames omvatten interview, clips, documentaire en livemateriaal o.a. uit Israël, Frankrijk en Italië. Deze DVD bevat o.a. een deel niet eerder in het openbaar getoond materiaal. De DVD kwam in zekere oplage met een extra CD, de live-opnames uit Duitsland van 1993. De CD kreeg in deze uitgave de nieuwe titel "Live in Germany".

 


Overleden groepsleden
In 1988 overleed oud-Ekseptiondrummer Tim Griek bij een auto-ongeluk.
Op 13 mei 2003 overleed gitarist, saxofonist en medeoprichter van Ekseption Huib van Kampen op 59-jarige leeftijd.
Op 26 oktober 2005 overleed in zijn woonplaats IJmuiden bassist Cor Dekker op 57-jarige leeftijd.
Op 22 januari 2006 overleed Rick van der Linden op 59-jarige leeftijd aan de gevolgen van het herseninfarct dat hem twee maanden eerder had getroffen.


 


» Reageer (0)
14-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Eddy Christiani
Image Slideshow

Zanger/gitarist, laverend tussen jazz en luisterlied. Staat te boek als eerste bespeler van de elektrische gitaar in Europa (merk: Epiphone, jaar: 1939). In de jaren veertig en vijftig is hij de populairste Nederlandse artiest.


1932 De in 1918 in Den Haag geboren Eddy Christiani krijgt een gitaar voor zijn verjaardag en begint op eigen houtje en zonder lesmateriaal te spelen. Al snel wordt opgemerkt dat hij talent heeft. Vanaf zijn 14e is hij beroepsmusicus.

1936 Christiani treedt toe als gitarist tot het orkest van John de Mol sr.

1938 Op 31 mei 1938 maakt hij zijn radiodebuut als zanger/gitarist van de Nederlandse Hot Club met het door hem gezongen nummer Blue Moon in het AVRO radioprogramma Licht en Vrolijk, gepresenteerd door Frits Thors.

1939 1939 Christiani is een van de eerste bespeler van de elektrische gitaar in Nederland, en waarschijnlijk ook in Europa. Zijn eerste elektrische gitaar is een Epiphone Electar Model M. In Amerika waren Eddy Durham en Charlie Christian van het Benny Goodman-sextet hem het jaar daarvoor al voorgegaan (let op de overeenkomst in de namen!). Als Frans Wouters de leiding overneemt in het Orkest John de Mol krijgt Christiani een grotere rol. Zijn elektrische gitaarsound wordt bepalend voor het geluid van het orkest.

1941 Als eerste Europeaan neemt Eddy Christiani een elektrische gitaarsolo op, The Windmill. Hij speelt hem op zijn nieuwe Epiphone Electar Model M, die jarenlang zijn handelsmerk blijft. Ondertussen bekwaamt de zanger/gitarist zich in het schrijven van liedjes. In de eerste oorlogsjaren blijft hij actief in Nederland, waar hij steeds meer emplooi vindt. De bezetter heeft Engelstalige liedjes verboden en duldt alleen Nederlandstalig werk op de radio. De nummers van Christiani voldoen aan dit criterium en beantwoorden aan de algemene behoefte aan escapisme: Als Op Capri De Rozentuinen Bloeien en From Sunny Madeira To Texas.

1943 - 1945 In 1943 glipt zijn cowboylied Ouwe Taaie Yippy Yippy Yay in eerste instantie langs de Duitse censuur, maar al snel wordt het verboden. Vanwege dit lied en zijn weigering lid te worden van de Cultuurkamer duikt Christiani in '43 onder in België. Een jaar daarna haakt Ik Zie De Zon in op de algemene hoopvolle stemming door het naderen van de bevrijders. Dick Willebrandts en zijn orkest brengt het door Christiani samen met Han Dunk en Karel Luders geschreven liedje Zonnig Madeira in 1943 uit op plaat. Hetzelfde liedje wordt in 1945 uitgebracht door het Zuidzee Trio. Na de bevrijding van Brussel speelt Eddy Christiani in het Britse legerorkest The Army Troupers. In de periode 1944-1945 trekt het orkest achter de frontlinies mee Duitsland in. De stroomvoorziening is een vaak probleem en om zijn versterker aan te krijgen sluit Christiani die soms aan op twee grote accu's uit een legertruck. Aangekomen in Bonn sluit hij zich aan bij de beroemde Cold Stream Guards (The Guards Divisional Dance Orchestra)
en krijgt hij de rang van eerste luitenant.

1946 - 1947 Eddy Christiani treedt in 1946 op in Hamburg als gastsolist voor de BFN (British Forces Network) en speelt daar Hilversum Expresse, voor de gelegenheid omgedoopt tot Leave Train Special. De muzikant keert terug naar Nederland. Van zijn laatste geld koopt hij een akoestische Roger gitaar, omdat van zijn elektrische Epiphone niet veel meer over is na al het gesleep langs het front. In december '47 werkt hij in de studio met het orkest van Malando.

1948 Eddy Christiani treedt wederom toe tot het ensemble van Frans Wouters. Daarin werkt ook zijn vriend Frans Poptie, volgens Christiani één van de vijf beste jazzviolisten ter wereld. Christiani speelt in deze periode voornamelijk akoestisch op een Duitse Roger en Gibson Jumbo gitaar. Van het walsje Op De Woelige Baren gaan 18000 platen over de toonbank. De tekst is van Henri d'Albert van Leeuwen en de uitvoering door Accordeola met zang van Eddy Christiani.

1949 Christiani speelt samen met o.a. John Woodhouse, Max van Praag en Frans Poptie in het gezelschap Accordeola en treedt toe tot Harmonetto, het orkest van Tom Erich. Als zanger/gitarist van deze groep is Eddy wekelijks op de AVRO radio te horen. De populariteit van Christiani neemt snel toe en hij groeit uit tot het idool van de naoorlogse generatie.

1952 In januari formeert Eddie Christiani zijn eigen orkest, dat onder leiding komt te staan van Frans Poptie. De andere bandleden zijn: Harry de Groot (piano), Coen van Orsouw (accordeon), Willy de Wit (klarinet), Tonny Herber (bas) en Bud van Hooren (drums). Hij scoort een grote hit met Spring Maar Achterop. Zijn populariteit bereikt een hoogtepunt. Hij ontvangt maar liefst veertienduizend brieven en pakjes van fans. Door de lezers van het weekblad Tuney Tunes wordt hij verkozen tot populairste zanger van het land. Vijf jaar lang blijft hij dat.

1953 In '53 heeft hij maar liefst zeven hits. De grootste is Daar Bij De Waterkant, een vertaling van het Amerikaanse succes Down By The Riverside.

1954 Christiani ontvangt als eerste Nederlandse artiest een gouden plaat (78 toeren) voor dertigduizend verkochte exemplaren (in één maand!) van Zeemanshart, een compositie van Coen van Orsouw en tekst van Johnny Hoes.

1958 Eddy Christiani gaat op een Gretsch 6120 Chet Atkins Nashville gitaar met Bigsby Tremelo & Tailpiece spelen. De Nederlandse zanger/gitarist Van Wood (Peter van Houten) was hem in Italië al voorgegaan met een Gretsch 6136 White Falcon. Eddy is ondertussen een groot bewonderaar van Chet Atkins geworden en zal hem later persoonlijk ontmoeten.

1959 Christiani stopt met het maken van platen onder zijn eigen naam. Reden: de opkomst van de rock 'n' roll. 'Ik zag een gitarist op de grond gaan liggen tijdens het spelen. Dat is niets voor mij, vond ik meteen. Gitaarspelen is al moeilijk genoeg.' Wel blijft hij achter de schermen actief als studiogitarist. Als sessiemuzikant is hij te horen op talloze platen van Nederlandse groepen. Ook figureert hij in het orkest van Harry de Groot.

1961 Met Sucu Sucu (Mijn Sombrero) maakt Eddy Christiani een comeback op het Artone label. El Sucu Sucu is oorspronkelijk een nummer uit 1958 van de Argentijnse charanga-, viool- en pianospeelster Tarateño Rojas. In 1960 treedt de Argentijnse zanger Alberto Cortez in Knokke op, waar hij Sucu Sucu voor het eerst in Europa presenteert. Hij neemt de song in België op voor het Moonglow label en het wordt een hit. In 1961 neemt de Belgische orkestleider Al Verlane & zijn orkest Villa Montebello Sucu Sucu op met de zanger Ping Ping. Sucu Sucu verschijnt opnieuw in de Belgische hitparade, maar de plaat komt ook in de Nederlandse en Duitse Top 10. Eddy Christiani neemt een Nederlandstalige en een originele Spaanse versie op. De Spaanse versie wordt in Duitsland en Scandinavië op Columbia uitgebracht en in Amerika op Mercury. Christiani is de eerste Nederlandse gitarist die met een Binson echo-apparaat speelt. 'De muzikanten in de studio noemden mij Christiani-ani-ani-ani', zegt hij.

1962 Veel jonge gitaristen ontdekken dat Eddy Christiani ook opwindende gitaarstukken kan spelen. Zijn single Little Geisha/Du, Du Liegst Mir Im Herzen past helemaal in de stijl van de op dat moment actieve Nederlandse gitaargroepen. Christiani en co-componist Tom Erich laten zich voor Little Geisha inspireren door Wheels van The String-A-Longs. Du, Du Liegst Mir Im Herzen is een bewerking van een oud volksliedje uit Noord Duitsland. Beide nummers verschijnen op het repertoire van een groot aantal Nederlandse gitaargroepen. Voor de Duitse markt nemen Johnny & The Hurricanes een uitvoering van Du, Du Liegst Mir Im Herzen op. Indo-rockers Tony & His Magic Rhythms uit Dordrecht spelen Little Geisha live op de radio. Met zijn eigen compositie Wilde Ganzen is Christiani op 9 november 1962 te zien op televisie.

1963 De instrumentale single Wilde Ganzen/Guitar Waltz verschijnt begin 1963 op Artone. Hetzelfde nummer wordt ook uitgebracht door de The Jumping Jewels, zowel op single als op hun album Jumpin' High. Christiani speelt in het Kwartet Tonny Eyk met verder drummer Nico Prins en bassist Dub Dubois. Het combo doet vooral begeleidingswerk voor radio en televisie. Voor de KRO werken ze mee aan het radioprogramma De Zonnebloem van Alex van Wayenburg. Net als in 1962 wordt de gitarist in 1963 door de lezers van het maandblad Muziek Parade uitgeroepen tot de populairste Nederlandse gitarist.

1965 Christiani ontvangt de Gouden Harp voor zijn gehele oeuvre.

1966 Met het combo van Tonny Eyk is Eddy Christiani ook vanaf de zomer van 1966 jarenlang te zien in Voor De Vuist Weg, het populaire televisieprogramma van Willem Duys.

1968 Christiani kan het platen maken niet laten. In 1968 scoort Christiani weer een hitje met Lou Lou. Hij wordt uitgeroepen tot ereburger van het eiland Madeira.

1970 De single Ik Wou Dat Ik Naar Huis Toe Wou is een bescheiden succes.

1975 Heeft van 1975 tot 1985 een eigen radioprogramma voor de TROS op Radio 4, getiteld Gitariteiten.

1977 Eddy Christiani wordt geslagen tot Ridder van de Orde van Oranje Nassau.

1981 Hij wordt uitgeroepen tot Prins Carnaval van Amsterdam.

1984 Christiani krijgt de Gouden Notekraker van de Nederlandse Toonkunstenaars Bond (NTB) voor zijn gehele oeuvre.

1989 Voor zijn verdiensten voor de stad krijgt hij De Gouden Amsterdammer.

1998 De inmiddels tachtigjarige Christiani treedt nog steeds op door heel Nederland, voor zijn trouwe leeftijdsgenoten in bejaardenhuizen. Christiani vat het op als een sociale taak, want veel geld is voor dit soort optredens niet beschikbaar. Op deze manier doet de zanger/gitarist iets terug voor het publiek dat vroeger zijn plaatjes kocht. Zelf leeft Christiani van zijn AOW.

1999 Er verschijnt een driedubbel overzichts-cd met zowel de originele versies van zijn hits als remakes uit de jaren tachtig.

2005 Op 25 september brengen Nederlandse artiesten, waaronder Cor Bakker en het Rosenberg Trio, in de Hoornse schouwburg Het Park een ode aan Eddy Christiani. Tijdens deze avond krijgt Christiani de Edison Oeuvre Prijs Lichte Muziek uitgereikt. De prijs wordt jaarlijks uitgereikt voor geluidsdragers van bijzondere kwaliteit. De Edison Stichting kende Eddy Christiani de prijs toe voor zijn 'enorme oeuvre en verdiensten in de Nederlandse Muziekgeschiedenis.'

2006 Tijdens het tweedaagse popfestival popaanzee te Vlissingen reikt Eddy Christiani op 21 april in Het Arsenaaltheater de naar hem vernoemde prijs uit aan gitarist Leendert Haaksma. Op deze avond viert Christiani tevens zijn 88ste verjaardag met een live-optreden.

2007 Eddy Christiani begint woensdag 6 juni aan een afscheidstournee van een maand waar hij zijn grootste hits speelt voor enthousiast meezingend publiek. Een van zijn optredens is tijdens het Jordaanfestival te Amsterdam. Christiani is de eerste winnaar van de Radio 5 Oeuvreprijs. De prijs wordt 28 september uitgereikt tijdens het Concert van de Jaren '50. De artiest ontvangt de oeuvreprijs vanwege zijn grote verdiensten voor de Nederlandse lichte muziek en vanwege zijn populariteit onder het publiek van Radio 5.
 


» Reageer (0)
13-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dorus
Image Slideshow

TOM MANDERS
’s-Gravenhage, 23 oktober 1921 – Utrecht, 26 februari 1972

(Antoon Manders)

 

werd bekend als Dorus.

Hij volgde een tekenstudie aan de Haagse academie, werkte als reclametekenaar, maakte illustraties voor de omslagen van voordrachten (uitgeverij Jongeneel te Gouda), later affiches voor Circus Strassburger en was ontwerper van toneeldécors bij o.a. Toon Hermans, Lou Bandy, Robert Stolz en Wim Kan. Borrelend van ideeën en geïnspireerd door wat hij zag aan cabaret, was hij begonnen met de voorbereidingen voor een eigen cabaret. Op 1 mei 1953 werd Saint Germain de Prés geopend in Amsterdam, waarin hij voor het eerst als Dorus optrad. Eerst in samenwerking met Piet Hendriks, Jan Blaaser en Sven Smeele (duo Dorus en Willem), later alleen. Vanuit het in de studio nagebouwde etablissement werden vanaf 23 april 1955 tot 1963 rechtstreekse televisie-uitzendingen verzorgd door de VARA. Vanaf 11 februari 1956 is Dorus ook op de radio te horen. Vanaf april 1956 was hammond-organist Cor Steyn 6 jaar lang zijn vaste begeleider. In 1957 stelde hij ook het “Plakboek van Dorus” samen, een boekje vol teksten en foto’s. Hij maakte tournees, werkte als Dorus in Duitsland en maakte talloze televisie- en radioshows. Van de voor deze shows geschreven liedjes zijn er vele toevertrouwd aan het vinyl. In het begin van de jaren zestig hield hij zich bezig met tv-operettes en film. Hij laste eigen opnames in in bekende speelfilms (“High Noon” b.v.) en in 1964 maakte hij enkele speelfilms, waarin hij zelf een belangrijke rol speelde (“De wolf en zijn zeven dochters”, “De klok van Simpeldorp” en “De gestolen Willem III”). In 1967, het jaar waarin hem voor een compilatie uit zijn televisieshows de Zilveren Roos van Montreux werd toegekend, opende hij in Rotterdam een eigen zaak, van waaruit de tv-serie “Bij Dorus op schoot” werd uitgezonden. Hij maakte tal van grammofoonplaten, waarvan “Twee motten” één van de bekendste mag worden genoemd. Negen jaar na zijn vroege dood zond de VARA, voor welke omroep Dorus tot 1972 shows had gemaakt, een special uit, “Speel de clown”, en verscheen van de hand van Rolf Boost een gelijknamig boek. Tom Manders was een broer van Kees Manders, met wie hij in de oorlogsjaren al clandestien optrad, en de vader van regisseur Tom Manders junior.

 

TELEVISIE

Een avond in Saint Germain des Prés (vara 54/55); Een avond in Saint Germain des Prés (vara 55/56); Een avond in Saint Germain des Prés (vara 56/57); Een avond in Saint Germain des Prés (vara 57/58);  Avonturen van Dorus (vara 58/59); Saint Germain des Prés (vara 59/60); Saint Germain des Prés (vara 60/61); Saint Germain des Prés (vara 61/62); De roos van Tirol (vara 6-1-62); Op verzoek (vara 26-5-1962); Drie oude vrijgezellen (vara 13-10-1962); Professor Witkiel (vara 10-11-1962); De koningin van Monmartre (vara 29-12-1962); Een straatje om met Dorus (vara 1966); Televisieschermutselingen van een schlemiel (vara 66/67); Bij Dorus op schoot (vara 67/68); Bij Dorus op schoot (vara 68/69); Bij Dorus op visite (vara 68/69); Dorus Show (vara 19-4-1969); Hoogtepunten uit Tom Manders’ Dorus-show (vara 6-2-1970); Geef me de ruimte (vara 7-11-1970); The Dorus Brothers (vara 12-4-1971); Er zit een vogelnestje in m’n kop (vara 6-11-1971)

 FILM

De wolf en zijn zeven dochters (Tom Manders, 1964); De klok van Simpeldorp (Tom Manders, 1965); De gestolen Willem III (Tom Manders, 1965)

 


» Reageer (0)
12-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dizzy Man's Band
Image Slideshow

Achtkoppige lolbroekband uit Zaandam rond boegbeeld Jacques Kloes die met onmiskenbare muzikale kwaliteiten en een komische act in de jaren zeventig zeer succesvol is.


1968 De IJmondse zanger Jacques Kloes richt de band Take Five op met de restanten van de Zaanse band The Fellows.

1970 Nadat de groepsnaam is veranderd in Dizzy Man's Band, brengt de groep haar eerste single uit, Tell Me It's Allright, in de stijl van Blood, Sweat & Tears en Chicago. De plaat flopt en men slaat een nieuwe, meer toegankelijke muzikale weg in. Dat blijkt een gouden greep want de tweede single Tickatoo, een kopie van Down On The Corner van Creedence Clearwater Revival, wordt in juli een grote hit. De opvolger Young Love haalt in oktober de tipparade. Het album Dizzy Do Tickatoo verschijnt.

1971 De formule van gemakkelijk in het gehoor liggende deuntjes, een duidelijk aanwezige blazerssectie en melige lolbroekerij slaat aan. De singles Zig Zag City en Let's Go To The Beach scoren eveneens goed. Het album Luctor Et Emergo verschijnt.

1972 Ook het serieuzere werk doet het prima. In juni belandt Jumbo in de top tien en in november scoort de band opnieuw met Shocking. De band werkt voornamelijk met producer Richard de Bois.

1973  De eerste bezettingswisselingen kondigen zich aan. Bassist Buysman vertrekt naar Lucifer en wordt vervangen door Jan Visser (George Baker Selection), die al snel weer plaats maakt voor Hans de Zwart (Jigsaw). In maart scoort de groep een grote hit met The Show, waarmee de grappen en grollen het definitief winnen van de serieuze aanpak. In november bereikt Fire de top 40. Ook in België, Duitsland, Engeland, Frankrijk, Japan en Zuid-Amerika is de band succesvol.

1974  In februari wordt Mony The Phony een hit. De Dizzy Man's Band speelt de hoofdrol in een komische TV-serie. Het album The Show verschijnt. Opnieuw verandert de band van samenstelling. Trompettist Karl Kalf (ex-The Virginian Creeper) verlaat de groep en vormt later met Bertus Borgers de blazerssectie voor Golden Earring. Bassist De Zwart wordt vervangen door Frans Meinecke.

1975 In januari wordt Dizzy On The Rocks een hitje en in juni scoort de band hun grootste hit met het jolige The Opera. Voor dit nummer wordt de groep in september onderscheiden met het tiende Har(p)poentje van Stichting Conamus. Het album The Opera verschijnt. Podiumpaljas Bob Ketzer brengt een solo-single uit.

1976  Turkey Turkey bereikt in januari de top 40 en de opvolger Everyday In Action wordt in juli een kleine hit.

1977 Voormalige trompettist Karl Kalf levert een bijdrage aan het album Love Vendetta van de Harry Muskee Band.

1978 In januari wordt de single Rio een hitje. Na de zoveelste interne discussie over de muzikale koers verlaat oprichter Jacques Kloes de band en wordt vervangen door Steve Allet (pseudoniem van Koen Merkelbach). Het groepsgeluid beweegt zich richting hardrock. In september scoort de band onder aanvoering van Steve Allet een hitje met Red.

1980 De single Mony Mony van de Dizzy Man's Band haalt de tipparade. Daarna volgt een periode met opnieuw veel bezettingswisselingen.

1983 De band valt definitief uit elkaar. Saxofonist Klaas Versteeg tourt vijf seizoenen mee met musicals van Jos Brink. In de tweede helft van de jaren tachtig speelt hij samen met drummer Joop Tromp in de coverband Big Deal.

1989 De Dizzy Man's Band komt regelmatig bijeen voor reünie-optredens en treedt op in het Veronica TV-programma Goud Van Oud.

1990 - 2000 Met zijn partner Laila Holwerda vormt Klaas Versteeg het duo Pinck waarmee hij Nederlandstalig repertoire vertolkt in cafés en op feesten. De naam verandert in Jansen & Tilanus en het repertoire wordt geëngageerd en geschikt voor bijeenkomsten van Groen Links, PvdA en de FNV. Het duo stapt over op het begeleiden van line dance onder de naam 4 Bow & McCale.

2002 Klaas Versteeg brengt onder de naam Nick McAlley de countryplaat Wanna Stay Connected uit.


» Reageer (0)
11-02-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Blue Diamonds
Image Slideshow

Zeer succesvol Indisch duo dat ook wel geldt als het Nederlandse antwoord op de Everly Brothers. Met hun hit Ramona uit 1960 breken The Blue Diamonds alle bestaande verkooprecords en is hun naam, zowel in Nederland als over de rest van de wereld, voorgoed gevestigd.


1949 Riem (6 jaar) en Ruud (8 jaar) de Wolff komen vanuit Indonesië naar Nederland.

1959 Tijdens hun schooltijd in Driebergen verzorgen de jongens in de weekends en op schoolfeesten hun eerste optredens en maken zelfs een tweetal studio-opnamen.

1960 Ze maken hun eerste hits met Everly Brothers-songs als Till I Kissed You en Let It Be Me. Het afscheid van het Everly-predikaat wordt genomen met hun grootste succes en wereldhit Ramona. Deze is maandenlang de best verkopende single in Nederland en staat maar liefst zes maanden in de hitlijsten. Het succes van Ramona gaat tot ver over de grenzen en behaalt de eerste plaats in België, Duitsland, Zwitserland, Oostenrijk, Spanje, Frankrijk, Mexico, Thailand, Japan en Indonesië.

1961 - 1962  The Blue Diamonds gaan als eerste Nederlandse Artiesten samen met Anneke Grönloh naar Indonesië voor een tournee van drie weken. Het bezoek wordt een groot succes met overvolle stadions in de grote steden van Java en Bali. In Nederland gaat het platensucces door met hits als Down By The Riverside, Rio Nights, Dream Baby en in Duitsland, Oostenrijk en Nederland scoren ze met Little Ship. Uit handen van cabaretier Wim Sonneveld ontvangen The Blue Diamonds een Edison voor het succes van'Ramona', waarvan dan 7 miljoen exemplaren zijn verkocht.

1963 - 1965 Sukiyaki is het nieuwe single-succes in Nederland en blijft 17 weken in de Top 10 staan. In Duitsland belandt de single op de tweede plaats van de hitparade.

1966 - 1968 The Blue Diamonds zoeken naar een nieuwe formule en vormen The Blue Diamonds Band met oog op optredens in binnen- en buitenland (Verre Oosten, Midden-Amerika, Scandinavie).

1970 - 1974 The Blue Diamonds worden door Seth Gaaikema uitgenodigd om mee te werken aan zijn album 10 Miljoen Geboden. Het grootste succes uit deze show is het nummer Nooit Meer Doen. Na het succes van twee seizoenen met Seth wordt het theater-succes gecontinueerd met hun tweede show, genaamd 11 Verdwazingen.

1975 - 1979 The Blue Diamonds maken opnieuw plaatopnamen, dit keer de op dat moment populair discostijl. Ze verdiepen zich in het produceren van opnames in samenwerking met Pussycat-producer Eddie Hilberts. Er volgt een reeks singles, zoals Disco Dolly, I Put My Arms Around You, Sheldon en Send Me The Pillow. Geen van allen wordt een hit.

1979 - 1985 The Blue Diamonds verlenen hun medewerking aan het NCRV-tv-programma van de Kwistig Met Muziek, gepresenteerd door Eddy Becker. Tussentijds vertrekken Ruud en Riem voor plaatopnames naar Indonesië. Zij nemen verschillendeprodukties in het Maleis op, die binnen korte tijd millionsellers worden. De NCRV besluit een special op te nemen van The Blue Diamonds onder de titel Zingen Tussen Twee Werelden. Deze wordt in Nederland een groot succes. Ook de gelijknamige LP verkoopt goed.

1986 - 1987 Ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum van The Blue Diamonds in 1986 verschijnt een speciale tv-LP met alle bekende hits. 25 jaar Blue Diamonds bereikt in vier weken de goud-status. In 1987 komt er een nieuwe LP uit van de jongens die in Duitsland hoog scoort en waar Ramona wederom wordt uitgebracht.

1990 Met een tournee van 90 dagen door Duitsland, evenals Indonesië en Curaçao, bewijzen The Blue Diamonds dat zij nog steeds aan de top staan. Ruud de Wolff speelt de rol van Paatje in de Nederlandse speelfilm My Blue Heaven (geregisseerd door Ronald Beer). In deze film zijn ook Leen Jongewaard, de Belgische zanger Koen Wauters en Tatjana Simic te zien.

1993 - 1999 Blue Diamonds treden nog steeds op en brengen zo nu en dan nog eens een single uit. Maar de singles Let’s Find Each Other Tonight (1993), Now That I Miss You (1995) en Save The Last Dance For Me (1996) weten de weg naar een groot publiek niet meer te vinden.

2000 The Blue Diamonds treden op 3 november in Helmond voor het laatst op. Op maandag 18 december overlijdt Ruud de Wolff na een langdurige ziekte.

2001 Onder de naam Concert Out of the Blue vindt op woensdag 28 november in het Utrechtse Vredenburg een speciaal concert plaats dat geheel in het teken staat van 40 jaar Blue Diamonds. Veel bekende artiesten verlenen hun medewerking, onder wie Willeke Alberti, Anneke Grönloh, Johnny Lion, Oscar Harris, George Baker, Mariska Veres en George McCrae. Riem de Wolff maakt met zijn zoon Steffen onder de naam The New Diamonds het album Out Of The Blue.

2004 Riem de Wolff treedt nog regelmatig op met orkestband of begeleid door de band Of Course (voorheen The Curse). Op 4 juli viert hij zijn 45jarig jubileum met een avond in Het Grote Bos te Doorn, de plek waar The Blue Diamonds ooit begonnen. Op deze avond wordt hij vergezeld door een keur aan Nederlandse en buitenlandse artiesten als The Alessi Brothers, Sandra Reemer, René Shuman & Angel Eye, George Baker, Andy Tielman, Oscar Harris, Trea Dobbs en Saskia & Serge.

2005 Riem de Wolff bereidt met Andy Tielman een gezamenlijk concert voor, hun eerste in 45 jaar. Op 29 april wordt De Wolff een koninklijke onderscheiding toegekend tijdens een plechtigheid in de Broederskerk te Zeist. De muzikant krijgt de onderscheiding Ridder in de Orde van Oranje Nassau.

2006 De cd Back On Track van Riem de Wolff is opgenomen in de studio van The Deans in Liverpool. Op de plaat staan bijdragen van Britse muzikanten, waaronder steelgitariste en zangeres Sarah Jory en John Pettifer van The Deans.


» Reageer (0)
Foto

NEDERLANDSE TELEVISIEPROGRAMMA'S

Foto

MUZIEK VAN VROEGER


Om iets in het gastenboek te schrijven klik je hieronder op het plaatje


Foto

Zoeken in blog


Blog als favoriet !

Foto

Archief per dag
  • 05-01-2007
  • 04-01-2007
  • 03-01-2007
  • 02-01-2007
  • 01-01-2007
  • 07-01-2003
  • 06-01-2003
  • 05-01-2003
  • 04-01-2003
  • 03-01-2003
  • 02-01-2003
  • 01-01-2003
  • 09-01-2002
  • 08-01-2002
  • 07-01-2002
  • 06-01-2002
  • 05-01-2002
  • 04-01-2002
  • 03-01-2002
  • 02-01-2002
  • 01-01-2002
  • 19-05-2001
  • 18-05-2001
  • 17-05-2001
  • 16-05-2001
  • 15-05-2001
  • 14-05-2001
  • 13-05-2001
  • 12-05-2001
  • 11-05-2001
  • 10-05-2001
  • 09-05-2001
  • 08-05-2001
  • 07-05-2001
  • 06-05-2001
  • 05-05-2001
  • 04-05-2001
  • 03-05-2001
  • 02-05-2001
  • 01-05-2001
  • 30-04-2001
  • 29-04-2001
  • 28-04-2001
  • 27-04-2001
  • 26-04-2001
  • 25-04-2001
  • 24-04-2001
  • 23-04-2001
  • 22-04-2001
  • 21-04-2001
  • 20-04-2001
  • 19-04-2001
  • 18-04-2001
  • 17-04-2001
  • 16-04-2001
  • 15-04-2001
  • 14-04-2001
  • 13-04-2001
  • 12-04-2001
  • 11-04-2001
  • 10-04-2001
  • 09-04-2001
  • 08-04-2001
  • 07-04-2001
  • 06-04-2001
  • 05-04-2001
  • 04-04-2001
  • 03-04-2001
  • 02-04-2001
  • 01-04-2001
  • 31-03-2001
  • 30-03-2001
  • 29-03-2001
  • 28-03-2001
  • 27-03-2001
  • 26-03-2001
  • 25-03-2001
  • 24-03-2001
  • 23-03-2001
  • 22-03-2001
  • 21-03-2001
  • 20-03-2001
  • 19-03-2001
  • 18-03-2001
  • 17-03-2001
  • 16-03-2001
  • 15-03-2001
  • 14-03-2001
  • 13-03-2001
  • 12-03-2001
  • 11-03-2001
  • 10-03-2001
  • 09-03-2001
  • 08-03-2001
  • 07-03-2001
  • 06-03-2001
  • 05-03-2001
  • 04-03-2001
  • 03-03-2001
  • 02-03-2001
  • 01-03-2001
  • 28-02-2001
  • 27-02-2001
  • 26-02-2001
  • 25-02-2001
  • 24-02-2001
  • 23-02-2001
  • 22-02-2001
  • 21-02-2001
  • 20-02-2001
  • 19-02-2001
  • 18-02-2001
  • 17-02-2001
  • 16-02-2001
  • 15-02-2001
  • 14-02-2001
  • 13-02-2001
  • 12-02-2001
  • 11-02-2001
  • 10-02-2001
  • 09-02-2001
  • 08-02-2001
  • 07-02-2001
  • 06-02-2001
  • 05-02-2001
  • 04-02-2001
  • 03-02-2001
  • 02-02-2001
  • 01-02-2001
  • 31-01-2001
  • 30-01-2001
  • 29-01-2001
  • 28-01-2001
  • 27-01-2001
  • 26-01-2001
  • 25-01-2001
  • 24-01-2001
  • 23-01-2001
  • 22-01-2001
  • 21-01-2001
  • 20-01-2001
  • 19-01-2001
  • 18-01-2001
  • 17-01-2001
  • 16-01-2001
  • 15-01-2001
  • 14-01-2001
  • 13-01-2001
  • 12-01-2001
  • 11-01-2001
  • 10-01-2001
  • 09-01-2001
  • 08-01-2001
  • 07-01-2001
  • 06-01-2001
  • 05-01-2001
  • 04-01-2001
  • 03-01-2001
  • 02-01-2001
  • 01-01-2001
  • 08-02-2000
  • 07-02-2000
  • 06-02-2000
  • 05-02-2000
  • 04-02-2000
  • 03-02-2000
  • 02-02-2000
  • 01-02-2000
  • 31-01-2000
  • 30-01-2000
  • 29-01-2000
  • 28-01-2000
  • 27-01-2000
  • 26-01-2000
  • 25-01-2000
  • 24-01-2000
  • 23-01-2000
  • 22-01-2000
  • 21-01-2000
  • 20-01-2000
  • 19-01-2000
  • 18-01-2000
  • 17-01-2000
  • 16-01-2000
  • 15-01-2000
  • 14-01-2000
  • 13-01-2000
  • 12-01-2000
  • 11-01-2000
  • 10-01-2000
  • 09-01-2000
  • 08-01-2000
  • 07-01-2000
  • 06-01-2000
  • 05-01-2000
  • 04-01-2000
  • 03-01-2000
  • 02-01-2000
  • 01-01-2000


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!