Ik ben Hugo, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Piere De Beeste.
Ik ben een man en woon in Oostende () en mijn beroep is iedereens meid.
Ik ben geboren op 12/03/1958 en ben nu dus 66 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Alles wat gemakkelijk is..
Profiteer van het leven, t'is al kort genoeg!!!
Mijn blogdeurtje staat altijd open, voor ieder die me weet te apprecieren, voor WIE ik ben, niet voor WAT ik ben.
11-09-2012
Paul Weller - Broken Stones
Paul Weller - Broken Stones
Klik op de foto om hem te beluisteren
John William Weller (Paul Weller; Woking
Surrey), 25 mei 1958) is een Brits muzikant en zanger. Hij werd bekend
met de bands The Jam en The Style Council, alvorens vanaf begin jaren
negentig als solo-artiest aan het werk te gaan. Sindsdien staat Weller
bekend als een van de meest geliefde en invloedrijke artiesten van
Groot-Brittannië.
Weller groeit op als zoon van Ann
(schoonmaakster) en John Weller (taxichauffeur, amateurbokser,
bouwvakker); hoewel hij het niet breed heeft zetten z'n ouders alles op
alles om hem te geven waar hij om vraagt. Als tiener ontdekt Weller The
Beatles en raakt hij geïnteresseerd in de Modcultuur.
In zijn
Style Council-periode deed Weller steeds verwoedender pogingen om het
Jam-imago af te schudden met als gevolg dat hij niet alleen zijn fans
kwijtraakte maar ook zichzelf. In 1990, wanneer hij voor het eerst in
dertien jaar zonder platencontract zit keert hij noodgedwongen terug
naar zijn roots. Hij luistert weer naar de muziek uit zijn jeugd maar
ook naar artiesten als Neil Young, Van Morrison en Steve Winwood in
diens Traffic-periode.
Deze "mannen met baarden", die hij
jarenlang heeft verafschuwd, inspireren hem om weer liedjes te schrijven
op de akoestische gitaar; de eerste resultaten worden vanaf november
1990 in de kleine zalen ten gehore gebracht met de Paul Weller Movement
(waarvoor ex-Councildrummer Steve White weer in dienst wordt genomen).
Het tekort aan solomateriaal wordt opgevuld met enkele Jam- en
Council-nummers.
In 1991 verschijnt de eigen beheer-single Into
Tomorrow met op de B-kant het van Modernism afkomstige That Spritual
Thing. Weller is er zich van bewust dat geen enkele grote
platenmaatschappij zich naar zijn voorwaarden zal schikken, maar als hij
in november door Japan toert krijgt hij het zakgeld toegediend om er
zijn eerste solo-album van op te nemen...
Op 24 april 2009
verliest Weller zijn vader die meer dan 30 jaar z'n manager is geweest.
In april 2010 komt het album Wake Up The Nation uit, waarop ook Bruce
Foxton een nummer meespeelt.
Isaac Lee
Hayes (Covington, 20 augustus 1942 Memphis, 10 augustus 2008) was een
Amerikaans soul- en funkmusicus en acteur. Isaac Hayes kreeg vooral
grote bekendheid met de soundtrack Theme from Shaft voor de
blaxploitation-film Shaft uit 1971. In latere jaren kreeg hij bekendheid
bij een nieuw publiek door zijn stem te verlenen aan het karakter Chef
in de animatieserie "South Park". Isaac
Hayes verloor op vrij jonge leeftijd zijn ouders, waarna hij werd
opgevoed door zijn grootouders. Op zijn vijfde werd hij lid van het
kerkkoor, waarna hij piano, orgel en saxofoon leerde spelen. Op een
gegeven moment verhuisde de familie naar Memphis, waar hij speelde in
enkele weinig succesvolle en voor korte tijd bestaande R&B-groepen
als Sir Isaac and the Doo-Dads, the Teen Tones en Sir Calvin and His
Swinging Cats. In 1962 maakte hij zijn eerste opname. Al
snel speelde hij saxofoon bij the Mar-Keys, waardoor hij kwam te werken
voor Stax Records. Bij Stax schreef hij samen met David Porter een
serie hits, waaronder de soulklassieker "Soul Man" van Sam & Dave,
alsmede enkele nummers voor Carla Thomas en Johnnie Taylor. In
1967 kwam zijn debuutalbum als soloartiest uit, Presenting Isaac Hayes,
opgenomen vlak na een wild feest. Het eerste album was een redelijk
succes, maar het was zijn tweede album, Hot Buttered Soul uit 1969, dat
de grote doorbraak betekende. De muziek op Hot Buttered Soul was vrij
lange, funky, sensuele soulmuziek en werd een groot commercieel succes.
Met dit album vestigde hij een herkenbaar imago, bestaande uit zijn
voorliefde voor donkere zonnebrillen en gouden sieraden, een imago dat
veel later zijn navolging zou vinden in de gangsta rap. Met
de filmmuziek voor Gordon Parks' film Shaft (1971) had Hayes zijn
grootste succes te pakken. De met een orkest ondersteunde funky grooves
van de film sloegen enorm aan en zowel de soundtrack als de single Theme
from Shaft werden grote hits. Hayes werd genomineerd in de twee
muziekcategorieën van zowel de Golden Globes als de Oscars en mocht
zowel de Golden Globe voor Beste filmmuziek als de Oscar voor Beste
liedje (voor "Theme from Shaft") mee naar huis nemen, de eerste keer dat
een Afro-Amerikaanse componist deze prijs won. In
1975 had Hayes Stax verlaten om zijn eigen label op te richten, Hot
Buttered Soul Records. Na een aantal teleurstellende albums kwam Hayes
in 1977 weer terug met de LP A Man and a Woman, die hij samen met Dionne
Warwick opnam. Vanaf
de jaren zeventig liet Hayes zich ook vaker zien als acteur, eerst in
blaxploitation-films, later ook in andere rollen. Zo was hij in 1974 te
zien in Truck Turner (zijn enige hoofdrol in een film), in 1981 in
Escape from New York en in 1988 in I'm Gonna Git You Sucka!. In
de jaren negentig bekeerde Hayes zich tot Scientology. Ook sprak hij de
stem in van de schoolkantinehouder Chef in de populaire animatieserie
"South Park". Hoewel de rol slechts bedoeld was voor één aflevering,
werd Chef zo populair dat hij een regelmatig terugkerend personage werd.
"Chocolate Salty Balls", een door Hayes ingezongen nummer afkomstig uit
de "South Park"-aflevering "Chef's Chocolate Salty Balls", werd in
1998/1999 een wereldwijde hit, die onder andere nummer één werd in het
Verenigd Koninkrijk. In maart 2006 gaf Hayes aan zijn medewerking met
het programma te willen beëindigen, omdat volgens hem het programma
opmerkingen over zijn en andere religies maakt, die getuigen van
intolerantie. Hij deed deze uitspraken na een aflevering waarin
Scientology en bekende aanhangers van de religie, Tom Cruise en John
Travolta, op de hak werden genomen. In 2002 werd Isaac Hayes opgenomen in de Rock and Roll Hall of Fame. Op
10 augustus 2008 werd Hayes op 65-jarige leeftijd dood in zijn huis
aangetroffen door zijn vrouw . De doodsoorzaak was niet meteen bekend
maar later werd bekend dat Hayes is overleden aan de gevolgen van een
beroerte
The Doors is een Amerikaanse band uit de
jaren 1965-1973. De naam is ontleend aan 'The Doors of Perception', de
titel van een boek van Aldous Huxley, die op zijn beurt de frase had
ontleend aan een gedicht van William Blake: "If the doors of perception
were cleansed every thing would appear to man as it is, infinite". Omdat
de beeldbepalende zanger van de band, Jim Morrison, in de zomer van
1971 overleed, zijn sommigen van mening dat de band met zijn wegvallen
ophield te bestaan. The Doors maakten rockmuziek met psychedelische
melodieën en poëtische teksten.
De leden van de band schreven hun
werk meestal onder invloed van de drugs zoals LSD. In de originele
bezetting zagen zes studioalbums het licht. Na de dood van Jim Morrison
in 1971 werden nog twee studioalbums met nieuwe nummers uitgebracht,
waarop Ray Manzarek en Robby Krieger de zang overnamen. Na bijna 30 jaar
kwam het tot een reünie. Onder impuls van gitarist Robby Krieger en
keyboardspeler Ray Manzarek, aangevuld met Ian Astbury als vervanger van
Jim Morrison, bereisden ze concertzalen onder de naam The Doors of the
21st Century. Drummer John Densmore weigert tot op heden deel te nemen
aan een reünie. Zijn opstelling leidde in juli 2005 tot een rechtszaak
die hij won. Het gevolg hiervan is dat de band vanaf november 2005 de
naam Riders on the Storm draagt. ...
Showaddywaddy
was een populaire popgroep in de jaren zeventig en begin jaren '80. De
leden komen uit Leicester (Engeland). Ze waren experts in het maken van
covers van hits uit de jaren '50 en gingen gekleed als Teddy Boys.
Santana is een latinrockband die eind jaren zestig is opgericht door Carlos Santana; gitarist, naamgever en de enige constante factor in alle samsntellingen die deze band heeft gekend.
In 1966 richtte Carlos Santana samen met bassist David Brown en toetsenist Gregg Rolie de Santana Blues Band op. Hoewel de band de naam van Carlos Santana droeg (het was van de muzikantenvakbond verplicht om de band naar de muzikale leider te noemen) was het meer een collectief zonder leider. Na verloop van tijd werd de naam ingekort tot Santana en op 16 juni 1968 maakte de band zijn debuut in de Fillmore. In 1969 maakte Carlos Santana zijn albumdebuut op The Live Adventures of Mike Bloomfield and Al Kooper van Mike Bloomfield en Al Kooper.
John Cameron Fogerty (Berkeley, Californië,
28 mei 1945) is een Amerikaans singer-songwriter. Hij is vooral bekend
als voorman van de rockgroep Creedence Clearwater Revival.
Karakteristiek is zijn raspende stem en pakkende gitaar-riffs.
Het is ergens in de Vlaanders tussen de mooie eenvoud van de velden ligt er het kleine dorpje waar ik ooit de vriendschap vond Ik werd bekoord door al het mooie wat de natuur te bieden heeft Schitterend is al z'n glorie daar waar ik ooit mijn hartje bond Het boerenleven tiert er welig daar waar de tijd had stil gestaan geen chaos van het drukke leven de straatjes zijn er romantisch rustig Het plekje ergens in de Vlaanders waar elke morgen de mensen groeten daar heb ik mijn rust gevonden daar voel ik mij blij en lustig In de vroegste ochtenduren als de nevel de vlakten vergrijst als ik en jij daar samen wandelen langs beekjes omzoomd met waterstruiken Waar een toonbeeld wordt gezet hoe het leven eigenlijk kan Waar ik,...en jij hier uit de Vlaanders de eenvoudgeuren kunnen ruiken...
Daan Stuyven is een Belgische singer-songwriter en muzikant , geboren 24 september 1969.
Opgeleid als grafisch ontwerper maar met een onweerstaanbaar geluidenpanorama in zijn hoofd, sloeg Daan de weg van muzikant in.
Hij
begon zijn muzikale carrière midden de jaren 80 als backing-vocals
zanger bij enkele groepen. Hij was de bezieler van de band Citizen Kane
waarmee hij het in 1988 schopte tot in de finale van Humo's Rock Rally.
Daarna
speelde hij nog in verschillende andere groepen Volt (elektronische
muziek) en Running Cow (rock), beide groepen zijn wel regelmatig te
horen op Studio Brussel, maar echt succes halen ze niet en de groepen
blijven niet lang bestaan.
Vanaf 1999 gaat Daan -naast Dead Man
Ray- solo onder zijn eigen naam. Hij brengt zijn debuut-CD uit met de
songs die hij tussen zijn verschillende projecten door heeft opgenomen.
Dit album krijgt de naam Profools mee.
Ondertussen worden zijn
kwaliteiten ook opgemerkt door verschillende gerenommeerde Belgische
filmproducenten en mag hij zijn kunnen tonen met aardig wat succes. Hij
componeerde o.a. muziek voor de films : Verboden te zuchten van Alex
Stockman, Meisje van Dorothée Vandenberghe, Un Honnète Commerçant
van Philippe Blasband, Daan ontvangt voor zijn filmmuziek de Jozef
Plateau-prijs en werd gevraagd als jurylid voor het filmfestival 2003 te
Gent.
In 2002 brengt hij zijn tweede solo-album uit Bridge
Burner. De culthit Swedisch designer drugs werd stevig gedraaid op de
radio. Terwijl de muziek van Dead Man Ray steeds beklijvender wordt,
lijk Stuyvens solowerk steeds nadrukkelijker richting dansbare pop te
evolueren.
Daan verhuist van Antwerpen naar Brussel en werkt
tijdens de winter 2003-2004 aan zijn nieuwe CD Victory die gereleased
wordt op 26 april 2004. De single Victory bracht Daan uit in februari
2004 en werd een hit.
Hot Chocolate was een Britse discoband van
de jaren 60, 70 en 80 en werd opgericht door Errol Brown (oorspronkelijk
van Jamaica). De bandnaam The Hot Chocolate Band werd verzonnen door
Applemedewerkster Mavis Smith, dit werd echter al snel afgekort.
Brown
begon zijn muziekcarrière met het maken van een reggaeversie van John
Lennons "Give Peace A Chance", maar er werd hem verteld, dat hij
toestemming nodig had. Tot Browns verbazing werd hij benaderd door Apple
Records, aangezien John Lennon zijn versie goed vond en kreeg
vervolgens een contract aangeboden bij Apple Records.
Vervolgens
werkte de band samen met producent Mickie Most aan vele singles,
waaronder Love Is Life (1970), Brother Louie (1973) en Emma (1974), en
geleidelijk introduceerden ze hun karakteristieke funky geluid. Het
succes van de band was in de Benelux matig in de beginperiode, maar Hot
Cholocate bleef gestaag produceren. Toen in 1975 de discoperiode
aanbrak, brak ook Hot Chocolate door en had met name in het Verenigd
Koninkrijk grote hits, zoals You Sexy Thing (1975), So you win again
(1977), Every 1's A Winner (1978), No doubt about it (1980), Girl crazy
(1982) en It Started With A Kiss (ook 1982). In 1987 maakte Ben Liebrand
remixes van oude hits van Hot Chocolate; You sexy thing (remix) stond
maar liefst 29 weken in de Nationale Hitparade maar kwam nooit hoger dan
de 29e plaats.
Errol Brown begon vervolgens tevens aan een
weinig succesvolle solocarrière met uitzondering van één kleine hit:
Personal touch (1987). In 2003 ontving Brown de Order of the British
Empire (equivalent van de ridderorde) en in 2004 de Ivor Novello Award
voor zijn uitmuntende bijdrage aan de Britse muziek. Hot Chocolate is
echter nog niet opgehouden en blijft doorgaan met tours en optredens.
In
1975 verliet basgitarist Tony Wilson de groep omdat hij het niet eens
was met de met de verzoeting en vercommercialisering van de sound die
Errol Brown voorstond. Tony scoorde in 1977 één hit in de Benelux, I
like your style.
Serena
Ryder (born December 8, 1983 in Toronto, Ontario) is a Juno
Award-winning Canadian singer/songwriter and guitarist who grew up in
Millbrook, Ontario.
Ranging musically between folk, roots,
country, and adult contemporary, Ryder possesses a three-octave range.
She attended the Integrated Arts Program at Peterborough Collegiate and
Vocational Institute in Peterborough as well as Crestwood Secondary
School. As a teenager, she performed solo as well as with many bands
from the Peterborough area, including Christian band Thousand Foot
Krutch and Jive recording artist Three Days Grace.
The Neville Brothers is een R&B-groep die gospel, soul, funk en pop speelt. De groep werd opgericht in 1977 in New Orleans
Voordat
The Neville Brothers werd opgericht hadden de broers al een carrière
achter de rug. Art richtte de band The Hawketts tijdens zijn
highschool-periode op. The Hawketts hadden een grote hit met "Mardi Gras
Mambo" in 1954. Daarna richtte Art de band The Meters op, samen met
George Porter Jr., Joseph (Zigaboo) Modeliste en Leo Nocentelli. In 1975
werd Cyril Neville gevraagd om mee te gaan spelen. In 1966 had Aaron
een solo-hit met "Tell It Like It Is", dat in de jaren 80 weer werd
uitgebracht, met groot succes, en toerde Aaron samen met de band van Art
door de Verenigde Staten.
Charles begon op zijn twaalfde
saxofoon te spelen in een schoolband genaamd 'Turquoise while
teenagers'. Ook speelde hij mee met The Hawketts. Toen hij vijftien was
verliet hij school en ging Charles toeren met Gene Franklin & the
Houserockers. Dit was een soort reizende variétéshow. Toen de toer klaar
was kwam Charles terug naar New Orleans en speelde daar in een lokaal
bekend café: de Dew Drop Inn. Van 1956 tot 1958 was Charles bij de
marine en speelde hij in een lokaal bandje in Memphis, Tennessee. In
Memphis kwam hij B.B. King tegen en ze werden goede vrienden. Charles
verliet de marine en ging weer terug naar New Orleans waar hij naar de
universiteit ging. Maar hij miste de muziekindustrie en ging weer
toeren. Tijdens deze periode raakte hij verslaafd aan heroïne en kwam
een paar keer in de gevangenis terecht. Daarna ging hij naar New York
City en speelde samen met onder anderen Johnny Taylor, Clarence Carter
en O.V. Wright.
De oom van de broers - George Landry - vroeg de
broers in 1976 om mee te werken aan zijn album "The Wild Tchoupitoulas"
en dat deden ze.
De broers wisten dat hun ouders graag wilden
dat ze samen gingen werken. Doordat ze het album samen met hun oom
hadden opgenomen, richtten ze in 1977 een eigen groep op onder de naam
The Neville Brothers. Voor iedereen werd de droom eindelijk waarheid,
met Art op piano, Charles op de saxofoon, Cyril op de conga's en Aaron
als zanger. Ze kregen een contract bij Capitol, maar die vroegen zich af
of de muziek die de broers maakten wel aan zou slaan bij het grote
publiek. De muziek was namelijk typisch Nevilles en niet in een hokje te
plaatsen, zoals men zei. Capitol wist niet hoe ze de muziek moesten
verkopen. De eerste plaat, "The Neville Brothers", werd geen hit en het
contract werd ontbonden. De broers hadden drie jaar lang geen contract.
Producer Joel Dorn nam contact op met vele platenmaatschappijen, maar
niemand wilde de broers contracteren. De broers bleven ondanks de
problemen wel toeren. Tijdens één van de concerten kwam Bette Midler en
zij vond de broers geweldig. Ze kregen een contract bij A&M en
maakten "Fiyo On the Bayou" in 1981. Dit album bevatte veel invloeden
van The Meters. In het achtergrondkoor zaten Cissy Houston en haar
jongste dochter. Het album werd slecht verkocht.
Wederom werd er
geen energie in de groep meer gestoken door een platenmaatschappij. Pas
in 1981 durfde A&M het weer aan om een album met de broers te maken:
"Yellow Moon", geproduceerd door Daniel Lanois. Het album werd een
wereldhit, mede doordat de broers de liedjes zelf mochten schrijven
(zeven van de twaalf liedjes zijn door de Neville-broers geschreven).
Daarna
maakten ze vooral live-albums en toerden ze als The Neville Brothers.
Ze maakten ook studio-albums, maar die overtroffen "Yellow Moon" niet.
Toen Art ziek werd, eind jaren negentig, gingen de andere broers hun
eigen projecten doen, tot hun comeback in 2004. Ze kregen een contract
bij Back Porch Records en maakten het album "Walkin' In The Shadow Of
Life". Heden ten dage toeren ze over de hele wereld met groot succes.
Ivan Neville speelt sinds de laatste jaren mee met de groep.
Queen is een Engelse rockgroep. Queen is
opgericht in 1970 in Londen door gitarist Brian May, zanger Freddie
Mercury (overleden 1991) en drummer Roger Taylor, aangevuld met bassist
John Deacon in 1971. Met tientallen hits in de jaren zeventig, 80, 90
en 00, is Queen een van de succesvolste popgroepen in de geschiedenis
I
Was Born To Love You is een single die alleen werd uitgegeven in Japan,
op 28 februari 1996. Origineel was dit een solonummer van Freddie
Mercury, de leadzanger van de band, uit 1985, maar na zijn dood in 1991
heeft de band het nummer opnieuw uitgebracht. Het nummer werd geremixed
en de instrumenten werden opnieuw ingespeeld door de bandleden. Het
nummer is te vinden op het album Made in Heaven.
Het
liedje werd in 2005 voor het eerste live gespeeld tijdens de tour van
Queen+Paul Rodgers door Japan. Hierbij speelden Brian May (gitarist) en
Roger Taylor (drummer) het liedje akoestisch.
In Japan werd dit het eerste nummer van Queen dat de hitlijsten binnenkwam sinds Teo Torriatte (Let Us Cling Together) in 1977.
Jamie Cullum (Malmesbury (Wiltshire), 20
augustus 1979) is een Britse jazzpianist en -zanger. Hij behoort tot de
populairste jazzartiesten aan het begin van de 21e eeuw.
Zelf
noemt hij de muziek op zijn nieuwere albums geen pure jazz, maar jazz
met een vleugje rock en pop. Een populaire benaming voor deze stijl is
jazzpop. Zijn eerste cd Heard it all before wordt over het algemeen wel
als 'echte' jazz beschouwd.
Op zijn negentiende, terwijl hij aan
de Universiteit van Reading studeerde, bracht hij zijn eerste plaat uit:
Jamie Cullum Trio Heard it all before. Door dit album kwam hij in
contact met bassist Geoff Gascoyne en speelde hij op Gascoynes album
Songs of the summer. In 2002 nam Cullum zijn tweede album Pointless
nostalgic op, maar zijn doorbraak naar een groot publiek kwam met
Twentysomething in 2003. Op dit album, dubbel-platina in het Verenigd
Koninkrijk, speelt hij naast eigen nummers ook covers van Jimi Hendrix
(Wind cries Mary), Jeff Buckley (Lover, you should've come over),
Radiohead (High And Dry) en Pharrell Williams (Frontin).
Jamie Cullum is getrouwd met model en schrijfster Sophie Dahl.
In
Nederland werd Jamie Cullum bekend tijdens North Sea Jazz 2004. De man
die lange tijd vaste drummer van Jamie was, Sebastiaan de Krom, komt uit
Nederland. In Nederland was hij onder andere te zien tijdens Nijmegen
Rockin' Park en in Paradiso.
Ter promotie van zijn vierde album
Catching Tales (dat in september 2005 uitgekomen is) heeft hij op 14, 15
en 16 december de Heineken Music Hall aangedaan.
29 april 2006
stond hij in de line up van Koninginnedag een uur lang te spelen op het
Museumplein te Amsterdam. Als statement droeg hij een shirt van zangeres
Anouk die zeer geliefd is bij Jamie.
Op 23 juli 2006 speelde
Jamie Cullum weer in Nederland in het Zuiderpark in Den Haag. Hier was
het 1-daags festival Arrow Rock Jazz In The Parc georganiseerd, met
onder meer New Cool Collective en Wende Snijders. Jamie Cullum zette
opnieuw een set neer van meer dan 2 uur voor het 8500 koppen tellende
publiek.
Op het album van de Haarlemse hiphop-band Relax, Pirates Among Puppets, speelt hij mee met het nummer "Bittersweet".
Op
12 juli 2009 speelde Jamie Cullum opnieuw op het drie-daagse
jazzfestival North Sea Jazz. Dit festival betekende in 2004 zijn
doorbraak in Nederland.
Na Catching Tales duurde het vier jaar
voordat de Brit een nieuw album zou uibrengen. Dit kwam ook omdat zijn
vaste twee bandleden Geoff Gasgoyne en Sebastiaan de Krom na zeven jaar
hetzelfde repertoire zin hadden in wat anders en Jamie verlieten.
Percussionist Tom Richards bleef wel. Met nieuwe muzikanten en een
nieuwe producer maakte Jamie het album The Pursuit, waarop hij voor het
eerst gebruik maakt van meer elektronische muziek.
In 2006 gaf
hij een concert in Vorst Nationaal met vooral nummers van zijn nieuwe cd
'Catching Tales' en datzelfde jaar was hij één van de headliners op het
folkfestival van Dranouter.
Op 19 juli 2009 trad hij ook op op
het Gent Jazz Festival. Hij bracht er een mix van oude en nieuwe
nummers, met o.a. zijn nieuwe nummer I'm all over it now.
Na Catching Tales duurde het vier jaar voordat de Brit een nieuw album zou uibrengen. Dit kwam ook omdat zijn vaste twee bandleden Geoff Gasgoyne en Sebastiaan de Krom na zeven jaar hetzelfde repertoire zin hadden in wat anders en Jamie verlieten. Percussionist Tom Richards bleef wel. Met nieuwe muzikanten en een nieuwe producer maakte Jamie het album The Pursuit, waarop hij voor het eerst gebruik maakt van meer elektronische muziek. In 2010 heeft Jamie Cullum een concert gegeven in de Heineken Music Hall te Amsterdam.
Joe Cocker (Sheffield, 20 mei 1944) is een Engels blueszanger.
Hij is zijn leven lang al bezig met muziek, en zat al in kleine bands in zijn geboortestad Sheffield toen hij 15 jaar oud was. Hij was voor het eerst op de Amerikaanse televisie in 1969, in de Ed Sullivan Show.
Zijn eerste grote hit was het lied With a Little Help from My Friends, een cover van de Beatles song. In hetzelfde jaar verscheen hij op het Woodstock Music and Art Festival. Andere vroege hits zijn Cry me a river en Feelin' alright.
Aan het begin van de jaren zeventig had hij problemen met drugs en alcohol, maar hij maakte een comeback in de jaren tachtig. Hij had grote hits met You are so beautiful, Up where we belong en Unchain my heart, waardoor hij een nieuw publiek aan zich bond.
Cocker is bekend om zijn opvallende, rauwe stemgeluid en een typische gestiek die enigszins doet denken aan luchtgitaar spelen.
Bonnie Raitt (Burbank (Californië), 8 november 1949) is een Amerikaanse zangeres, liedjesschrijfster en gitariste.
Ze is de dochter van Broadway musicalster John Raitt. Ze begon gitaar te spelen toen ze twaalf jaar oud was. Na de middelbare school begon ze in Rhythm and Bluesclubs te spelen. In 1983 verbrak Warner Bros. Records het contract, onder andere vanwege alcohol- en drugsgebruik, maar zij verdween allerminst uit de muziekscene.
Na meer dan 20 jaar opnames en optredens, bereikte Raitt succes met haar tiende album. "Nick of Time" kwam in de top te staan in de Verenigde Staten en won drie Grammy Awards. Tegelijk kreeg ze een vierde Grammy voor haar duet "In the Mood" met John Lee Hooker op zijn album "The Healer".
Hierna kreeg in ze 1993 nog drie Grammy Awards voor haar album "Luck of the Draw", waarna ze in 1994 nog twee Grammy's kreeg voor haar album "Longing in Their Hearts".
Raitt trouwde in 1991 met acteur Michael O'Keefe, maar dit huwelijk kwam in 2000 ten einde.
Deep Purple is een Britse hardrockband. De
groepsnaam is afgeleid van de jazzklassieker Deep Purple, het favoriete
nummer van de moeder (of de grootmoeder, naargelang de bron) van
gitarist Ritchie Blackmore.
Ze
laten voor het eerst van zich horen eind 1968 met de single 'Hush'.
Deep Purple scoort in de jaren '70 grote hits met 'Black Night', 'Woman
From Tokyo' en 'Smoke On The Water'. 'Child In Time (Part 1)' uit 1972
blijkt een klassieker en haalt twee keer de Nederlands Top 10. Bassist
Roger Glover is verder ook nog bekend van het nummer 'Love Is All'.
De groep zoals ze nu bestaat
De huidige samenstelling (2006) is Airey /
Gillan / Glover / Morse / Paice, en in deze samenstelling treden ze nog
steeds op. In januari 2006 is Deep Purple begonnen aan de ongeveer twee
jaar durende Rapture of the deep-worldtour. Op 18 april 2006 werd de
nieuwe Ian Gillan-cd/dvd Gillan's Inn uitgebracht. Op 9 juni 2006
speelden ze voor de tweede keer op het Arrow Rock Festival te
Lichtenvoorde. Tijdens de uitvoering van het nummer "Smoke on the Water"
speelde de gitarist Neal Schon van Journey ook mee.
De
grootste hit van de band is "Child in Time". Dit nummer staat in elke
Tijdloze 100 in de bovenste regionen geklasseerd. Hetzelfde geldt voor
"Smoke on the water".
Deep
Purple zou op 27 juli 2006 een concert geven in Libanon. Het concert
werd afgelast vanwege de oorlog met Israël. Op 13 november 2006 gaf Deep
Purple een eenmalig concert in muziektempel Nikaïa in Nice in
zuid-Frankrijk. Voorlopig is Deep Purple aan hun drie jaar durende
Rapture Of The Deep-tour. Hierbij zijn ze in de Lotto Arena in Antwerpen
geweest.
Deep Purple is in
2003 uitgeroepen tot beste live-band en trekt sindsdien overal ter
wereld weer volle zalen en stadions. Ze doen op dit moment zo'n 150
concerten per jaar en zijn daarmee een van de drukste bands ter wereld.
Gitarist Steve Morse(sinds eind 1993) is een waardige opvolger van
Ritchie Blackmore en heeft ook echt nieuw leven in de band geblazen. Hij
is in America ook vijf jaar lang uitgeroepen als beste gitarist en
hangt ook in "The Hall of fame". Hij speelt ook nog steeds in zijn eigen
band "The Steve Morse band" en in de "Dixie Dreggs". Deep Purple was op
15 juli 2006 ook de afsluiter van het Montreux Jazz Festival, dat dat
jaar 40 jaar bestond. Deep Purple deed daar voor de derde keer mee, ook
vanwege hun speciale band met Montreux door het nummer "Smoke on the
water". Deep Purple heeft ook zijn eigen monument aan de boulevard in
Montreux.
Ritchie Blackmore heeft in 1996 zijn eigen band opgericht genaamd Blackmore's Night.
Ian
Gillan heeft op 14 november 2009 in de Hammersmith Apollo verklaard
tijdens een optreden dat er in februari 2010 een nieuw album uitgebracht
zal worden.