Het kleinste stukje speelgoed (2)
Alle knechten kwamen om hem heenstaan; ook Pedro, die vlug het zaagsel van zijn kleren sloeg. Al hebben Zwarte Pieten nog zulke handige, vlugge vingers, niemand kan toch zulke mooie en moeilijke dingen maken als Sinterklaas zelf. Ze keken met grote ogen toe, terwijl hij het hout tussen zijn handen ronddraaide en er een prachtig fluitje van maakte, dat hij versierde door er bloemen en vogeltjes in te snijden.
"Luister," zei hij, en toen hij erop blies was het net of er elfjes zongen. Sinterklaas deed het fluitje in een grote, lege zak en zei tegen zijn knechten: "Als je dus heel kleine stukjes hebt, maak er dan fluitjes van." Na die dag sneden de knechten heel veel fluitjes, maar niemand kon zo'n klein fluitje maken als dat van Sinterklaas.
Op Sinterklaasavond werd het fluitje met al het andere speelgoed in de zak gedaan, maar het was zo klein, dat het steeds tussen Sinterklaas zijn vingers door glipte als hij in de zak naar een cadeautje zocht. Sinterklaas had al veel huizen bezocht en veel schoenen gevuld, maar het fluitje was nog steeds niet weggegeven. De zak was al half leeg en de Sint begon langzaamaan moe te worden, toen hij bij het huis kwam waar Bobbie Blom woonde. Hij stopte Bobbie's schoen helemaal tot voorin vol, zodat er nog net genoeg plaats overbleef voor een héél klein cadeautje. (wordt vervolgd) uit: Volksverhalen Almanak
|