DE GESCHIEDENIS VAN OLIE- EN KORENMOLEN WOLDZIGT( Klik op foto)xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Volgens de gevelsteen werd molen Woldzigt in 1852 gebouwd als oliemolen, enkele jaren na de bouw werd een maalsteen geplaatst. Tegenover de molen ligt een haventje.
De molen en het haventje zijn erg belangrijk voor elkaar geweest, waarschijnlijk was de haven er eerder. Aanvoer van lijnzaad uit Groningen en levering van lijnolie voor de verf- en zeepindustrie in Groningen gebeurde via het water.
Koren- en oliemolen Woldzigt onderscheidt zich hierdoor van vele andere Drentse molens: het is een echte industriemolen, een late oliemolen. Allerlei vindingen, die eerder in andere molens gedaan zijn, werden in Woldzigt meteen toegepast.
Om de productie van lijnolie te optimaliseren is het wieksysteem verbeterd, zijn er jalouziewieken aangebracht en is in het begin van de vorige eeuw een stoommachine geplaatst. Later zijn die veranderingen weer ongedaan gemaakt.
De molen is enkele malen van eigenaar gewisseld, toen Rietema de molen in 1919 voor de prijs van de stenen wilde verkopen hebben de inwoners van Roderwolde de handen ineengeslagen en vormden zij een coöperatie zodat de molen voor Roderwolde behouden kon blijven. Later ging deze coöperatie op in de zuivelfabriek Roden-Zevenhuizen.
De molen was in die periode in gebruik als opslag en depot voor kunstmest en veevoer.
Toen de molen begin jaren zeventig ernstig in verval dreigde te raken is de molen aangekocht door de gemeente Roden. Er is een uitgebreide restauratie geweest. Het beheer werd overgedragen aan de St. Olie- en korenmolen Woldzigt.
In de oostelijke vleugel wonen de vrijwillige molenaar en -molenaarsvrouw. In de westelijke vleugel is sinds 1974 het Nederlands Graanmuseum gevestigd.
|