Ik ben Hellemans Karl, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Cladonia.
Ik ben een man en woon in Schilde () en mijn beroep is Zoeken naar verwondering.
Ik ben geboren op 19/05/1938 en ben nu dus 86 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Zie link naar Natuurgidsen Schilde.
Natuur
en natuurbeleven
21-07-2011
De Eekhoorn
Deze "Eekhoorn" (Stauropus fagi) is een in de nacht actieve vlinder en deze vlinders verschijnen gedurende een lange periode zodat men zich afvraagt of het soms om meerdere generaties zou gaan. De voorvleugels zijn grijsbruin met een lichtere vleugelbasis en vaak met een donker, door een lichte zigzaggende lijn begrensd middenvlak. Tijdens de rust (zoals hier) worden de achtervleugels onder de voorvleugels naar voren geschoven zo lopen de kleuren en de tekening wat door. Wel in zijn geheel een ruige verschijning! In "bijlage" nog meer een detailopname van de achterzijde van deze vlinder. (Even op "bijlage" klikken).
Van de "Veldsalie" (Salvia pratensis) namen we ook één bloem in het visier. De bloemkroon heeft vele klieren (zeker even op de foto klikken om te vergroten om deze te kunnen zien). De kleur is blauwpaars,( zelden lichtblauw, roze of wit). Het is een prachtige bloem uit de 'lipbloemenfamilie' Zij is op matig vochtige en kalkrijke grond te vinden. De "Veldsalie is ook een bloem van de rode lijst en staat er vermeld als kwetsbaar. Zij dan ook beschermd.In "bijlage" (even op klikken) nog een opname van de bloemen in symmetrie.
Het "Wilgenroosje" (Chamerion angustifolium) heeft een hele bloemtros. Wij namen er één bloem uit! Deze bloem kan wel 2 à 3 cm zijn in middelijn. De bovenste kroonbladen zijn iets breder dan de onderste en zijn licht purper (soms ook wit). De meeldraden evenals de stijl steken uit en buigen tenslotte naar omlaag. De stijl zien we hier in vier delen gesplitst. Een tamelijk algemene soort bloemen op vochtige tot droge zandgronden. In "bijlage" nog een opname van één bloem uit de ganse tros. (Even op "bijlage" klikken)
Deze "Rietlandwimperzwam" (Scutellina umbrorum) is maar maximaal 1 cm in doorsnede. De schijf is mooi oranjerood met een roodbruine buitenzijde en heeft maar korte haren aan de buitenrand. Hij is te vinden als een saproyt op hout of de kale bodem vaak in de buurt van riet. Er zijn verschillende soorten van wimperzwammetjes! Deze heeft wel die korte haren en is niet zo groot! (Even klikken op de foto om te vergroten!)
Deze "Ananasgal" wordt veroorzaakt door de Ananasgalwesp (Andricus foecundatrix). Ze onstaat doordat deze galwaesp haar eitje in een bladknop van de Zomereik deponeert. Tegelijk wordt er ook een enzym ingespoten die deze schubvormige groei veroorzaakt. In deze gal ontwikkelt zich een eivormige binnengal waarin de verpopte galwesplarve zit. In augustus of september wordt deze binnengal naar buiten gewerkt en schiet deze gal er ook plotseling uit. Hieruit wordt een vrouwelijke galwesp geboren in het voorjaar, die dan ook in het voorjaar eitjes in de bloemknoppen gaat leggen waaruit dan mannetjes én vrouwtjes uitkomen. Tenslotte zullen dan deze vrouwtjes na paring een eitje in de bladknoppen gaan leggen. Zo is dan deze ingewikkelde ciclus rond! In "bijlage" nog een opname van Ananasgallen.
Er zijn soms toch vissen te ontdekken in onze waterlopen, zelfs een rode karperachtige dachten we. In de "Molenbeek" in Kessel was hij te zien samen met nog donker gekleurde karpers. Een maand later zagen we ook zo'n rood exemplaar in de anti-tankgracht te Schilde! Verrassend!In "bijlage" een donker exemplaar.
De "Grote ratelaar" (Rhinanthus angustifolius) is een tamelijk zeldzame plant die een "half-parasitaire" relatie lijkt te hebben met grassen. Hij heeft groene bladeren waarmee hij wel aan fotosythese doet maar lijkt zijn voedingsstoffen en water aan de wortels van grassen te onttrekken. Bijzonder is ook dat de tanden aan de bovenlip +/- 2 mm lang zijn en wat langer dan breed. Zij hebben ook een paarse of lila kleur. Even op de foto klikken om te vergroten, dan is dit wel merkbaar. Ook in de foto in "bijlage" waar we één bloem afzonderlijk namen is dit goed te zien. Even op die "bijlage" klikken.
De "Weidekringzwam" (Marasmius orealis) is ook nu in volle zomer te vinden in graslanden. Hij is zoals hier te zien: lederkleurig-geel tot okerbruin. (Even klikken op de foto om te vergroten). Na drogen kan hij echter ook wit worden! Meestal is er ook een middenbult. De steel is taai en witachtig tot okerbruin. Zoals de naam ook aangeeft kan hij in "heksenkring" groeien. Hij zou ook eetbaar zijn, vooral geschikt in soepen maar men raadt wel aan alleen de hoeden te gebruiken , de steel is zeer taai! In "bijlage" nog een opname met bovenzicht.
De "Spikkelsteelveldridderzwam" ( Melanoleuca verrucipes) wordt al vrij zeldzaam aangeduid. Hij groeit vooral op houtsnippers en is wel te herkennen aan de zwartbruine schubjes op de steel die een witte achtergrond hebben. De hoed kan tot een 11 cm groot worden en is wat verdiept. Een bovenzicht van de hoed vindt u in "bijlage". (Even op "bijlage" klikken).
Deze "Rozekever" (Phyllopertha horticola) bevond zich juist in het midden van een bloem van de Rimpelroos (Roza rugosa). Zij zijn te vinden op allerlei bomen en struiken maar dus ook op roze-struiken als Hondsroos en Rimpelroos. De larve zou zich te goed doen aan graswortels!Hierbij nog een opname in "bijlage" waar de kever te situeren is op de Rimpelroos waar we hem aantroffen. Op deze foto even klikken om te vergroten en op "bijlage" om de andere foto te zien.
De "Koninginnepage" (Papilia machaon) is niet zo zeldzaam maar men komt hem toch niet veel tegen. Het moet ook nog wat koud zijn anders vliegt hij ook onmiddellijk op als men hem wil benaderen. De soort brengt wel twee en onder gunstige omstandigheden wel drie generaties voort op één seizoen! Zij komen op verschillende soorten schermbloemigen voor zoals: Kleine bevernel, Venkel, Pastinaak, Peen,en Melkeppe. Het is wel een van onze prachtigste vlinders. In "Bijlage" nog een opname.(Even op klikken).
Nog een mooie "roest" op de onderzijde van het blad van de Moeraspirea de "Moerasspirearoest" (Triphragmium ulmaniae). Het lijkt wat op de hier onderstaande "Eglantierroest" toch is het een verschillende gezien het een andere waardplant is, onderzoek heeft dit vastgesteld. Hij lijkt in zijn verder fasen nog een gele en een zwartbruine fase te doorlopen. Het blijven ingewikkelde verschijningsvormen! (Even kliken op de foto om te vergroten).
Nog een "roest" nl. een "Eglantierroest" (Phragmidium tuberculatum) ditmaal op "Hondsroos". Daar ze van de rozenfamilie zijn heeft blijkbaar deze roest de naam "Eglantierroest" gekregen. Deze roest is dus ook een tussenfase in zijn ingewikkelde ontwikkeling als schimmel. Ook weer zeer mooi om te ontdekken!
Op "Ridderzuring" komt er een "roest" (een parasitaire schimmel) die de naam krijgt van zijn waardplant, dus is dit de "Zuringroest" (Uromyces). De "roesten" kunnen tot 5 verschillende ontwikkelingfase hebben op 1 of 2 waardplanten. Het zijn dus ingewikkelde verschijnselen, maar ze kunnen toch zeer mooi zijn. Hier zien we een rode vlek aan de onderzijde met kratervormige voortplantingslichamen. Aan de bovenzijde van het blad zien we alleen rode vlekken. Een foto van de bovenzijde van het blad in "bijlage". (Ook even op "bijlage" klikken)
De "Kleine zonnedauw" (Drosera intermedia) behoort tot de bij ons enige familie van kruidachtige, overblijvende , insectenetende planten: "zonnedauwfamilie". Het plantje is niet hoger dan 10 cm. De bladschijf die langwerpig is , is niet langer dan 1 cm. Het vangt met zijn kleverige kliertjes de insecten om aan de nodige stikstof te komen bij zijn groei. Het is dan ook te vinden in stikstofarme groeiplaatsen, als pionier, op natte kale heide- en veengronden. In België vrij zeldzaam! Hier zien we vooral één bladje (even op klikken om te vergroten) En in "bijlage" nog een opname van het gehele plantje.
"Sluipwespen" zijn mooie insecten als men ze van dichtbij kan opnemen. Het zijn echter parasitaire insecten die hun eitjes in één of andere gastheer inbrengen. Deze gastheer blijft in leven tot de larven volgroeid zijn en worden tenslotte gedood. Het determineren van deze sluipwespen is echter moeilijk. In "bijlage" nog een opname van deze speciale insecten.! (Even op klikken).
Op "Bijvoet" worden de bladeren nogal eens aangetast door de "Gewone bijvoetluis" (Cryptosiphum artemisiae). De aangetaste bladeren worden zo tot klompen verenigd en zijn wat rood, geel enpaars gekleurd. In dat "kluwen" zal de "Gewone bladvoetluis" haar kroost tot ontwikkeling laten komen. (Even klikken op foto om te vergroten).
"Hondsdrafbesjesgalwesp" is een lange naam en wordt veroorzaakt door een galwesp "Liposthenes glechomae" . Op de bladeren van hondsdraf ontstaan meer ovale gallen van 5 tot 15 cm in diameter. De oppervlakte is groen of roodachtig (zoals hier) en behaard. Binnin liggen enkele ronde galkamers die door een dunne harde steencellenwand omgeven zijn. Hier worden nieuwe galwespen geboren...(Even op de foto klikken om te vergroten.)
De "Grote maagdenpalm" (Vinca major) is ook een vooral gekweekte sierplant zoals de Kleine maagdenpalm maar heeft gesteelde bladen en de bloemen zijn groter een 4 à 5 cm! De kroonbladeren zijn ook smaller. Zoals hier te zien is. Hier hebben we dus ook weer een "verwildert" exemplaar dat uit een tuin "ontsnapt" is. Wel even klikken op de foto om te vergroten!
De "Kleine maagdenpalm" (Vinca minor) is een altijd groenblijvende halfheester met kruipende niet-bloeiende stengels en rechtopstaande bloeiende stengels. De bloemen zijn blauwpaars (soms ook wit) en tot 3 cm in doorsnede. Hij werd vooral als sierplant gekweekt een goede bodembedekker maar is ook verwildert en zo ook wat "ingeburgerd"!