Vandaag keren we zoals beloofd nog eens naar mijn werkgeschiedenis.
Toen ik acht maanden bij Nicole werkte, verbeterde de economische toestand op mijn vorig kantoor (waar Herman nog altijd als boekhouder bezig was).
Er was terug meer dan voldoende werk voor anderhalve man (of vrouw), dus werd ik opnieuw aangeworven.
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Eens te meer was dit een situatie die zowel ons als de directie goed uitkwam, hoewel ik zelden of nooit een concreet woord van waardering over mijn werk hoorde. Ik ging er gewoon van uit dat, als ze me terugwilden, ze ook wel tevreden zouden zijn over mijn prestaties.
Met spijt in het hart moest ik afscheid nemen van Nicole en de andere fijne collegas, maar was tegelijkertijd heel blij dat ik opnieuw met mijn schat kon samenwerken.
Herman was zolang ik hem kende intensief met de lokale politiek bezig en reeds vanaf de eerste maanden van ons huwelijk tot gemeenteraadslid verkozen.
Toen in 1979 onze toenmalige burgemeester plots stierf, werd Herman Schepen van Openbare Werken, van Sport en van Jeugdzaken. Daarmee was hij ook de jongste schepen van de Antwerpse agglomeratie.
Op korte tijd moest hij zich in die materie inwerken en wou daar ook voldoende tijd investeren. Dus werden onze rollen op het werk omgekeerd : vanaf dat ogenblik werkte hij de voormiddag op de firma en s namiddags op het gemeentehuis, terwijl ik volle dagen in onze vaste kantoorjob werkte. Ook daarvoor gaven de directeurs direct hun fiat.
De overgang voor wat dat werk betreft verliep naadloos, alleen werd het daarbuiten wel een zeer druk leven.
Herman had natuurlijk niet alleen overdag zijn werk op firma en gemeentehuis, maar zo goed als elke avond ook vergaderingen en afspraken, die vaak zeer laat uitliepen.
De kinderen jen ik zaten dikwijls zonder hem aan tafel en natuurlijk kwamen ook alle huishoudelijke taken op mijn schouders terecht, na mijn gewone dagtaak. Kwam daar nog bij dat buiten de spreekuren op het gemeentehuis, veel politiek gelinkte telefoontjes en afspraken eveneens bij ons thuis terechtkwamen.
Naar ontvangsten, bals, tentoonstellingen enz
ging ik tijdens de weekends meestal mee en we hebben in die periode een fortuin aan babysitters betaald.
Gelukkig vonden onze drie jongens dat allemaal okee. Ik heb henzelf tenminste nooit horen klagen over het feit dat we zoveel weg moesten.
Ik weet dat ze het sommige babysitters lastig hebben gemaakt, (de stille getuigen die wij achteraf ontdekten waren o.a. een ingestort bed en hand- en voetafdrukken tegen het plafond van de trapzaal, op een hoogte die je zonder ladder niet kon bereiken), maar met diegenen die hen de baas konden, hadden ze een goede band.
De beste die we ooit gehad hebben was trouwens een jongen: Bart ravotte en speelde met hen, maar had een natuurlijke autoriteit en hield die belhamels goed in de hand. Ik kon hem zelfs het eten klaarmaken toevertrouwen, als we vroeg moesten vertrekken.
Eigenlijk was dit, naast een zeer drukke, ook een zeer boeiende periode, maar ik vraag me nog altijd af waar de energie vandaan kwam om dat tempo vol te houden.
In 1982 fusioneerde onze gemeente met Antwerpen en Herman werd gemeenteraadslid voor de stad. Hij hervatte zijn voltijdse kantoorjob en ik deed opnieuw enkel de namiddagen. De firma nam steeds meer uitbreiding en er moesten ook nieuwe bedienden aangeworven worden.
Veel later kwamen ook de zonen van de oude directeurs in dienst, om klaargestoomd te worden voor de leiding van het bedrijf.
Herman ging een bijkomende opleiding tot preventie-adviseur volgen en wij pasten ons door de jaren aan, naargelang de vereisten van onze functie en de wensen van onze baas.
Nooit heb ik een klacht over mijn werk gekregen, maar evenmin een compliment.
Zeven jaar geleden kreeg ik mijn ontslag wegens reorganisatie.
Het compliment dat ik toen kreeg, was een kaakslag :
Paz, deze opzeg is niets persoonlijks en ge hebt altijd heel proper brieven getypt!
Alsof ik nooit iets anders gedaan had!
De veertien maanden opzegtermijn heb ik netjes afgewerkt, wat niet gemakkelijk was: Vanbinnen kookte ik soms van woede, soms was ik triest en andere keren kon het me niet schelen. Toen ik mijn halftijdse baan daar tenslotte verliet, werd er een voltijds industrieel ingenieur aangeworven, vriend van één der zonen.
Om proper brieven te typen, denk ik
Een nieuwe parttime betrekking vinden was niet zo eenvoudig, omwille van mijn leeftijd en omdat ik graag in onze omgeving wilde werken. We waren tenslotte naar de Kempen gaan wonen om van de rust en de goede lucht te genieten. Jobs lagen hier niet direct voor het rapen, maar korte tijd later kreeg ik via een kennis de vraag om me te komen voorstellen op het Frans consulaat, voor een interim van 3 maanden.
Het was wel weer naar de stad gedurende de ganse dag, maar och, t was maar voor 3 maanden en verder zouden we nog wel zien
Ik werd dus tijdelijk aangeworven en lieve hemel! Het was precies of ik ging op vakantie
Niet dat ik niets omhanden had, integendeel, maar iedereen was daar zo vrolijk en hartelijk en mènselijk! Op 14 dagen tijd had ik daar al meer complimenten over mijn werk gekregen dan op al die jaren van mijn vorig werk. De secretaresse van de consul zou weldra op pensioen gaan en men vroeg mij om haar op te volgen.
Ik voelde me meer dan vereerd en zei ja. De consul stelde alles in het werk om snel toestemming te krijgen van Parijs, zodat ik meteen zou kunnen overstappen van interim naar vaste betrekking, wanneer de drie maanden om waren, de collega terugkwam uit zwangerschapsverlof en consuls secretaresse op pensioen zou gaan.
Ondertussen werd ik buiten mijn gewone werk ook ingewijd in mijn toekomstige taken.
Toen de drie maanden om waren, was er nog steeds geen officiële toestemming van Parijs
Er waren ook geruchten dat er zou moeten bespaard worden en dat de consul het zonder eigen secretaresse zou moeten doen, maar hijzelf bezwoer me dat het wel degelijk voor mekaar zou komen.
Herman en ik werden uitgenodigd op de receptie ter gelegenheid van het afscheid van de secretaresse en ik werd aan de genodigden voorgesteld als de opvolgster van Madame C.
Het duurde nog 2 maanden vooraleer het fiat van Buitenlandse Zaken kwam
Ik was er inmiddels van overtuigd dat er niets meer zou van komen en had me daar helemaal bij neergelegd.
Ook het idee terug voltijds aan de slag te gaan, elke ochtend in het donker naar de stad en s avonds in het donker terug in ons paradijsje komen, dat allemaal voor het prestige en wat geld meer
het leek me ineens niet meer zo aantrekkelijk.
Toen de adjunct-consul me dan onverwacht toch terugbelde met de mededeling dat de kogel door de kerk was, heb ik geprobeerd beleefd te bedanken. Het feit dat de voorwaarden ondertussen nogal drastisch gewijzigd waren, maakte het iets gemakkelijker om van de geboden kans af te zien.
Ik ben nog steeds dankbaar voor de prettige tijd die ik er had en de waardering die ik daar kreeg heeft mijn pijn en onzekerheid van het vorig ontslag helemaal genezen.
Werk in eigen streek heb ik niet meer gevonden, maar sindsdien ben ik een zeer tevreden huisvrouw.
Na 41 jaar trouwe dienst is het nu ook voor Herman afgelopen.
Zijn laatste dag is hij nog 10 minuten binnengeweest om zijn papieren op te halen en dat was het dan
Géén dankjewel, geen proficiat, geen glaasje om het afscheid te vieren.
Alleen nog : we zullen mekaar nog wel eens zien, zeker. Mijn lieve schat heeft hen veel succes gewenst voor de toekomst.
Zeven jaar geleden heb ik bij de oude bazen tenminste nog een etentje gekregen.
We zijn niet verbitterd, hebben onze boterham daar verdiend en nog wat toespijs bovendien, maar het had anders gekund, zeer veel details heb ik bewust verzwegen.
En nu, lieve lezer, stop ik met zagen. Beloofd!
|