Inhoud blog
  • Michel Onfray
  • "Naaste familie " Elsebeth Egholm hfst 22 pag.124
  • Mark Twain
  • Vergewist u van alles
  • hoe werkt indoctrinatie?
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Archief per week
  • 20/06-26/06 2016
  • 14/04-20/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 02/12-08/12 2013
  • 26/11-02/12 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 10/01-16/01 2011
  • 22/11-28/11 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 16/08-22/08 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 16/11-22/11 2009
  • 21/09-27/09 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 17/08-23/08 2009
  • 13/07-19/07 2009
  • 22/06-28/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 25/05-31/05 2009
  • 18/05-24/05 2009
  • 11/05-17/05 2009
  • 04/05-10/05 2009
  • 20/04-26/04 2009
  • 13/04-19/04 2009
  • 06/04-12/04 2009
  • 16/03-22/03 2009
  • 09/03-15/03 2009
  • 02/03-08/03 2009
  • 23/02-01/03 2009
  • 16/02-22/02 2009
  • 02/02-08/02 2009
  • 26/01-01/02 2009
  • 19/01-25/01 2009
  • 12/01-18/01 2009
  • 05/01-11/01 2009
  • 29/12-04/01 2009
  • 22/12-28/12 2008
    Inhoud blog
  • Michel Onfray
  • "Naaste familie " Elsebeth Egholm hfst 22 pag.124
  • Mark Twain
  • Vergewist u van alles
  • hoe werkt indoctrinatie?
  • Getuigen beweerden onlangs dat ze geen connecties hadden met de V.N.
  • Godsdienstvrijheid
  • Een verondersteld klein interview
  • De Eed van Hippocrates
  • Bij de W.T.B.S mocht men vroeger bloed tot zich nemen...
  • RELIGIE is verantwoordelijk voor veel kwaad, maar...
  • Als één persoon lijdt aan waanvoorstellingen, dan heet dat “krankzinnigheid”.
  • Een nadenkertje...
  • een heel interessante site
  • Van huis tot huis, niet van deur tot deur. Een verschil
    seniorennet.be/eleuthera
    oogkleppen weg!!!
    12-04-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Schreeuwt ! Schreeuwt ! Schreeuwt ! meisjes uit Afrika...deel 1

    Schreeuwt ! Schreeuwt ! Schreeuwt !  Afrikaanse meisjes…xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />

     

     

     

    Wist u dat in het verleden, het Genootschap heeft onderwezen dat wanneer een vrouw niet schreeuwde, zich niet verweerde of niet vluchtte bij een poging van verkrachting ze medeplichtig was samen met de aanrander ?

    Wist u dat wanneer een vrouw  die niet schreeuwde zich schuldig maakte aan hoererij en daardoor kon uitgesloten worden ?

     

     

    Om u daarvan te overtuigen,zullen we eens de”Vragen van Lezers” doornemen die verschenen is in de Wachttoren van  1 februari 1965  blz. 94 en 95.

     

    Vraag : Volgens Deuteronomium  22: 23-27 moest een Israëlitisch ondertrouwd meisje  dat met verkrachting werd bedreigd, om hulp roepen.  Wat moet een christelijke vrouw in deze tijd doen indien zij voor een overeenkomstige situatie komt te staan ? Moet zij ook wanneer een aanvaller haar met een wapen dreigt, om hulp schreeuwen ? – M.U.  Verenigde Staten

     

    Antwoord : Volgens Gods wet rustte op een Israëlitisch meisje de plicht om hulp te roepen : “Wanneer een man een meisje, dat nog maagd is en dat met iemand ondertrouwd is, in de stad ontmoet en gemeenschap met haar heeft, dan zult gij hen beiden naar de poort van die stad brengen en hen stenigen, zodat zij sterven :  het meisje, omdat zij in de stad niet om hulp geroepen heeft, en de man, omdat hij de vrouw van zijn naaste onteerd heeft.”  “Indien het meisje echter in het veld was aangevallen en zij om hulp had geroepen om aan haar aanvaller te ontkomen, mocht zij niet gestenigd worden, daar zij was overweldigd en er niemand was om haar te hulp te komen.”   Deut 22: 23-27

     

    Stel nu echter dat de man een wapen had en dreigde het meisje te doden als ze weigerde gemeenschap met hem te hebben ?  Wat zou ze moeten doen bij zo’n situatie ? In deze schriftplaatsen wordt het argument niet verzwakt of de situatie niet veranderd doordat er een omstandigheid wordt genoemd waarin het juist zou zijn dat zij niet om hulp riep.  Er staat duidelijk dat zij om hulp moest roepen en dus, ongeacht de omstandigheden, de aanval moest afweren.  Indien zij werd overweldigd en misschien bewusteloos werd geslagen en verkracht werd voordat er hulp kwam in antwoord op haar kreten, zou zij niet schuldig bevonden kunnen worden. 

    De strekking van de schriftplaatsen is blijkbaar, dat het hulpgeroep van het meisje, waardoor immers de aandacht van de omgeving getrokken zou worden haar aanvaller op de vlucht zou jagen en zij gered zou zijn, ook al bedreigde hij haar leven omdat zij niet stilzwijgend aan zijn wensen en hartstochtelijke verlangens voldeed.

    Dergelijke schriftuurlijke precedenten zijn ook op christenen van toepassing ;  christenen staan namelijk onder het gebod : “Ontvliedt de hoererij” (1 Kor. 6:18, N.W.).

    (letters in "bold", door mij benadrukt )

     Indien een christelijke vrouw dus niet om hulp roept en niet alle mogelijke moeite doet om te vluchten, zou er aangenomen kunnen worden dat zij in de schending heeft toegestemd.

    De christelijke vrouw die rein wenst te blijven en Gods geboden wenst te onderhouden, moet indien zij in deze tijd voor een dergelijke situatie komt te staan, moedig zijn, handelen volgens de raad die in de Schrift wordt gegeven en om hulp roepen.  Deze raad is in feite voor haar eigen welzijn, want zou zij zich onderwerpen aan de hartstochtelijke verlangens van een dergelijke man, dan zou zij niet alleen toestemmen in hoererij of overspel, maar ook door schaamte worden gekweld. 

     

     

    Zij zou niet alleen schaamte gevoelen wegens het weerzinwekkende van de ervaring, maar ook omdat zij gedwongen is geweest Gods wet te overtreden door seksuele gemeenschap te hebben met iemand anders dan een wettige huwelijkspartner.  En dat niet alleen, de kans bestaat ook dat zij een ongehuwde moeder wordt of een verschrikkelijke ziekte van haar moreel ontaarde aanvaller oploopt.

    Het is een feit dat een vrouw de kans loopt dat haar aanvaller zijn bedreiging waar zal maken ; maar welke garantie heeft zij dat een dergelijke niets ontziende misdadiger haar niet zal doden nadat hij zijn hartstocht heeft bevredigd ?

     Het is nog waarschijnlijker dat zo iemand, die misschien reeds door de politie wordt gezocht, haar na de verkrachting doodt, omdat zij dan meer kans heeft gehad om hem op te nemen en dus beter in staat zal zijn de autoriteiten een beschrijving van hem te geven.  In een dergelijk geval zou het opvolgen van de schriftuurlijke raad om te schreeuwen, iemand heel goed het leven kunnen redden, want daardoor zou de aandacht getrokken worden en de mogelijkheid bestaat dat de aanvaller dan al dadelijk het hazenpad kiest, in plaats dat hij op de gedachte komt dat hij zijn slachtoffer uit de weg moet ruimen, uit angst later geïdentificeerd te worden.

    In de meeste gevallen komt het er ongetwijfeld op aan, de aanvaller angst aan te jagen, daar het hulpgeroep van het meisje zou kunnen leiden tot zijn arrestatie,wegens poging tot verkrachting.  Indien hij zijn bedreiging waar zou maken en een moord zou begaan, zou hij bovendien waarschijnlijk gearresteerd en veroordeeld worden wegens deze nog veel ernstiger misdaad.  De mogelijkheid bestaat natuurlijk, dat de aanvaller niet onmiddellijk vlucht, maar zijn slachtoffer neerslaat of haar een oppervlakkige wond toebrengt om haar tot zwijgen te brengen, maar zou het ondergaan van een dergelijke lichamelijke mishandeling niet onbetekenend zijn vergeleken bij de schande zich door een immorele man te laten gebruiken ?

    Een christelijke vrouw heeft het recht tot de dood toe voor haar maagdelijkheid of huwelijkstrouw te vechten.  Hoe goed zij zich kan verdedigen tegen iemand die haar wenst te schenden, hangt af van haar moed en tegenwoordigheid van geest.  Zij moet op zijn minst, zoals reeds is gezegd, trachten de verkrachter te verjagen door om hulp te roepen en zoveel herrie te maken en opzien te baren als zij maar enigszins kan, met het doel alle mogelijke hulp in te roepen.  Helpt dit niet, dan heeft zij het recht haar eer te verdedigen met alle middelen die zij tot haar beschikking heeft.”

     

    (Het artikel eindigt met het veroordelen van de wereld die tot zo’n verschrikkelijk dieptepunt is gezonken, dan de gebruikelijke boodschap dat we “in de laatste dagen leven” en de volgende raad wordt gegeven aan christelijke vrouwen : ”Ga nooit alleen op stap, vooral niet in het donker.”)

     

     

    Voordat we ons onderzoek zullen voortzetten, noteer goed het volgende :

     

    Door Deut. 22: 23-27 als ondersteuning aan te halen, ziet het Genootschap de verzen 28 en 29 over het hoofd.

     We lezen er : “Ingeval een man een meisje aantreft, een maagd die niet  verloofd is, en hij haar werkelijk grijpt en bij haar ligt, en zij betrapt zijn, dan moet de man die bij haar heeft gelegen, de vader van het meisje vijftig zilveren sikkelen geven en zij zal zijn vrouw worden, ten gevolge van het feit dat hij haar heeft vernederd.  Hij zal haar gedurende al zijn dagen niet door echtscheiding mogen ontslaan.”

    Met andere woorden, indien de verzen 23-27 letterlijk moeten genomen worden, is het logisch dat je hetzelfde doet met de verzen 28-29 :  de verkrachter moet het slachtoffer trouwen en geld geven aan zijn toekomstige schoonvader (behalve, merk evenwel op, indien ze niet zijn betrapt !- zie eind van vers 28 )

     

    Tien jaren verstrijken ; de zienswijze van de organisatie is niet veranderd.

     

     

     

    In het artikel “Wat moet een vrouw doen die bedreigd wordt met verkrachting” uitgegeven  in  “Ontwaakt” van 8 juli 1974 (pag. 10 ), lezen we in § 3 :

     

    Ze bezwoer hem dat het huwelijk voor God eerbaar was en dat ze getrouwd was, maar dat wat hij wilde, niet eerbaar was. Ook dat als ze niet zou schreeuwen, ze haar verhouding tot Jehovah God & de christelijke gemeente zou ruïneren ; dat ze dan uitgesloten of geëxcommuniceerd zou worden en dat dat voor haar erger was dan gedood te worden."

     

    Dus, duidelijker kan het niet : niet roepen = hoererij = uitsluiting.

     

    Veel later, in 1983, verklaart de Wachttoren van 15 juni het volgende :” Een man of een vrouw die met geweld wordt verkracht is niet schuldig aan porneia.”

    Deze kleine onschuldige zin verschijnt in heel kleine karakters onderaan  blz. 30, als een gewone mededeling.

    Ze maakt deel uit van een artikel dat geen studieartikel is.

     

     

    Sommige waarnemers hadden een beetje te vlug geconcludeerd dat de Wachttoren een compromis sloot om haar nederlaag niet te moeten toegeven en daarom haar gebruikelijke tactiek toepaste om zonder al te veel schade «een nieuw licht»  wat moeilijk was om toe te geven- in een tijdschrift op te nemen”

    1) in nauwelijks leesbare lettertekens

    2)in een artikel dat niet werd doorgenomen als een studieartikel in de Koninkrijkszaal.

     

    Maar de waarnemers vergisten zich, het moment was nog niet gekomen voor een “verfijnd begrip”.

    De verplichting om te schreeuwen bleef.  En dat zou zo zijn gedurende verschillende jaren.

    Laten we enkele tijdschriften de revue passeren :

     

    “Ontwaakt! “  22 juni 1984 (pagina 27)

     

    Zij verweerden zich tegen verkrachters

    Erop voorbereid zijn weerstand te bieden

     

    Er is voor een vrouw misschien niets angstaanjagender of rampzaliger dan een verkrachting. Misschien wil zij er niet eens aan denken.  Toch is verkrachting een realiteit in het leven.  Zelfs de bijbel spreekt over verkrachtingen en pogingen tot verkrachting die duizenden jaren geleden hebben plaatsgevonden. — Genesis 19 :4-11; 34 :1-7; Rechters 19 :22-27; 2 Samuël 13 :1-14.

     

    In het oude Israël eiste Gods wet van een vrouw die met een verkrachter werd geconfronteerd dat ze schreeuwde, en dus actief verzet bood (Deuteronomium 22 :23-27). Dit is een verstandige handelwijze.  Volgens hoofdinspecteur Keith Kilbride van het Bureau voor Misdaadpreventie in het Engelse West Yorkshire bestaat ‘het beste wapen van een vrouw die wordt aangevallen, nog altijd uit haar longen’.

     

     

    “Ontwaakt!”  8 oktober 1984 (pagina 28  )

     

     

    Van onze lezers

    Zich verweren tegen verkrachters

    “Dank jullie wel voor het artikel „Zij verweerden zich tegen verkrachters”  [Nederlandse uitgave van 22 juni 1984].  Elf jaar geleden werd ik aangerand door de zoon van mensen voor wie ik als hulp in de huishouding werkte.  Ik was toen nog maar 16jaar oud.  Ik herinnerde mij dat ik moest schreeuwen en me niet gewonnen mocht geven.  Ik beet in zijn lip en trachtte te schreeuwen, maar hij rukte aan mijn haar en legde zijn hand over mijn mond.  Ik probeerde opnieuw te bijten en ik bad ook tot Jehovah om mij in mijn verweer te helpen.  Ik bleef me verzetten totdat hij plotseling opstond en in een stoel ging zitten en mij een tijdje zat aan te staren.  Toen verliet hij het huis.  Ik geloof dat het belangrijk is op te merken dat hij geen volslagen vreemde voor mij was.  Het is goed als vrouwen op hun hoede zijn en van tevoren overdenken wat zij zouden doen als zo’n nachtmerrie hun ooit zou overkomen.”

    C. H., Illinois (VS)

    Ik was zeer verontrust door het artikel „Zij verweerden zich tegen verkrachters”.  Ik ben er erg ontdaan van dat er ook maar iemand van mening zou kunnen zijn dat een slachtoffer van verkrachting zich aan hoererij schuldig maakt.  De schriftplaats in Deuteronomium die u citeerde, verlangt slechts dat de vrouw schreeuwt, niet dat zij zich doodvecht !

    C. W., Indiana (VS)

    Dank jullie wel voor jullie artikel „Zij verweerden zich tegen verkrachters”.  Ik ben heel blij met de fijne raad die erin stond om „onze longen te gebruiken”, en de verkrachter met respect te behandelen.  Ook de ervaringen van de vrouwen die zich met succes tegen een verkrachter verweerden, vond ik verhelderend.

    T. C., Florida (VS)

    Uw artikel „Zij verweerden zich tegen verkrachters” heeft mij erg van streek gebracht.  Ik werd verkracht door een man die mij aanviel met een mes.  Ik kon slechts één keer gillen omdat mijn keel werd toegeknepen en een grote hand over mijn mond werd gedrukt.  Ik vocht totdat ik bewusteloos raakte.  Wat mij verontrust is dat ik, omdat ik het heb overleefd, mij schuldig heb gemaakt aan hoererij.  U zegt dat men respect moet tonen voor een verkrachter.  Deze mannen tonen geen respect voor hun slachtoffer.  Het kan hun niets schelen dat zij een vrouw kapotmaken en haar voor de rest van haar leven met een afschuwelijke herinnering laten zitten.  Als u niet persoonlijk de verschrikking van zo’n misdaad hebt ervaren, kunt u het nooit echt begrijpen.

                                                                       A.G            Massachusetts (VS)

     

    Antwoord van de redactie :

    Er kan alleen worden gezegd dat het slachtoffer schuldig is aan hoererij, als er een bewijs is van bereidwillige toestemming.  Klaarblijkelijk zou het vereiste in Deuteronomium 22:25-27 dat de vrouw zich moet verzetten door te schreeuwen, haar vrijwaren van elke verdenking van een dergelijke bereidwilligheid. Hoe waardevol het is zich te verweren, werd benadrukt door sociologe Pauline Bart van de Universiteit van Illinois die een onderzoek deed onder vrouwen die verkrachting wisten te verijdelen.  Zoals bericht in de Canadese „Edmonton Journal” (10 november 1983) verklaart zij op grond van haar onderzoekingen : „Door terug te vechten vergroot een vrouw in belangrijke mate haar kans om aan verkrachting te ontkomen .(…). Zich niet verweren garandeert geen humane behandeling.”  Zij verklaarde verder : „Verkrachte vrouwen die fysieke strategieën hebben gebruikt, liepen minder kans depressief te raken dan verkrachte vrouwen die hun aanvaller geen fysiek verweer hadden geboden.”  Wat het tonen van respect voor de potentiële verkrachter betreft, dit is niet omdat hij dat verdient, maar een fatsoenlijke bejegening kan er wellicht toe bijdragen dat hij zich bezint en kan een manier zijn waardoor het potentiële slachtoffer aan een heel gevaarlijke situatie ontkomt.

     

     

    “Ontwaakt !” 22 mei 1986  (pag. 22-24)

    „Nu ga je eraan!”

    — Een verkrachter dringt een christelijk huis binnen

    Ruwe handen knepen mijn keel dicht. Ik worstelde om te kunnen gillen.

    „Houd op! Houd op met je gegil, dan doe ik je niets”, beval hij, en klemde zijn handen nog vaster om mijn keel.

    Maar ik geloofde hem niet, en ik gehoorzaamde hem ook niet.  Ik bleef proberen te gillen.  Ik klauwde met mijn handen in zijn gezicht, sloeg zijn bril af en rukte hem zijn kunstgebit uit de mond.  Terwijl hij worstelde om mij te betasten en in bedwang te krijgen, stootte ik mijn vingernagels diep in zijn oogkassen.  En ik gilde.  Toen zijn vingers in de buurt van mijn mond kwamen, beet ik zo hard ik kon.

    U kunt het geloven of niet, maar ik was niet bang — de angst kwam pas later.  Nu was ik alleen maar woedend ! Deze schurk moest niet denken dat hij zo maar ons huis kon binnendringen om mij te verkrachten, niet hier en ook niet ergens anders !

    Maar hij bleef het proberen.  Hij greep een ceintuur die binnen handbereik lag en bond mijn handen op mijn rug — de eerste van verscheidene keren, want ik zag herhaaldelijk kans ze los te werken.  Met één arm om mijn nek graaide hij naar zijn gebit en zijn bril die op de grond lagen.  Plotseling ontsnapte ik aan zijn greep, wist mijn handen vrij te krijgen en begon, zonder dat ik daar een verklaring voor heb, met dingen in de kamer te smijten en onsamenhangend te schreeuwen, alsof ik stapelgek geworden was.

    Even was mijn aanvaller verbijsterd en hij hield op om te vragen : „Wat mankeert je nou?”  In die pauze nam ik de benen, maar hij kreeg mij te pakken, bracht mij met geweld naar de slaapkamer en smeet mij op het bed.  Nadat hij mijn handen weer vastgebonden had, zag hij kans mij gedeeltelijk uit te kleden.  Ik kronkelde en spartelde om hem van mij af te krijgen.  Ik gruwde van zijn smerige taal en de smerige daad waartoe hij mij trachtte te dwingen !

    Nog eenmaal kreeg ik mijn handen los uit de ceintuur, duwde hem weg en rende naar de buitendeur.  Ik kreeg de deurknop te pakken, maar terwijl ik die omdraaide, greep hij mij van achteren beet en smeet mij op de vloer.  Ik kon een keukenmes grijpen dat binnen handbereik lag en haalde uit naar zijn benen.  „Nu is het afgelopen”, brulde hij. „Nu ga je eraan!”  Hij begon op mijn hoofd te beuken en ik verloor het bewustzijn.

    Ik zie nu wel in dat ik voorzichtiger had moeten zijn.  Ik had er altijd op gelet dat ik buitenshuis moeilijkheden en mensen die moeilijkheden maakten, uit de weg ging.  Ik reisde altijd samen met mijn christelijke echtgenoot.  Ik meed altijd plaatsen waar zulke misdadigers zouden kunnen komen, en ik kleedde mij altijd bescheiden.  Ik had alleen nooit verwacht dat een verkrachter de euvele moed zou hebben mij gewoon in ons eigen huis aan te vallen.

    Deze man werkte op een bouwterrein naast ons huis.  De aannemer had van ons huis af een elektrische leiding gelegd om stroom te hebben voor het gereedschap op het bouwterrein.  Af en toe, als die leiding te zwaar was belast, kwam er een arbeider naar ons huis om bij ons in de kelder een zekering te vervangen.  Het was een praktische regeling, maar het was niet verstandig.

    Hij was kennelijk van plan geweest mij te overrompelen.  Hij moet verwacht hebben dat ik zou verstijven en willoos zou meewerken, in een shocktoestand.  Welnu, ik was ook geschokt toen hij op mij aanviel, maar ik gaf mij niet over.  Ik heb er ook niet eens bij nagedacht.  Het was gewoon een reactie, een ogenblikkelijk losbarsten in een razend gekrijs en geklauw, in trappen en bijten.  Dat was het beste wat ik had kunnen doen, want mijn felle tegenaanval verraste hem.  Het gaf mij een belangrijke psychologische steun dat ik van de aanvang af wist dat hij noch zichzelf, noch mij helemaal in bedwang had.  Het maakte mij des te vastbeslotener om te vechten en versterkte mijn hoop dat ik het zou kunnen winnen.

    Ik kwam bij in de passagiersstoel voorin in een auto die zich in het verkeer bewoog.  Dezelfde ceintuur zat nu strakgetrokken om mijn nek, als een hondenriem, die hij strak gespannen hield terwijl hij reed.  Toen mijn brein helder begon te worden, flitste het besef waar ik was en hoe ik daar gekomen was, door mij heen als een brandende lont die al snel mijn woede opnieuw tot uitbarsting bracht.

    Met mijn elleboog stootte ik tegen het stuurwiel in een wanhopige poging om de auto van de weg af te dwingen. Ik was ervan overtuigd dat deze waanzinnige zich er nu meer het hoofd over brak hoe hij van mij af moest komen dan hoe hij mij kon verkrachten.  Hij zou mij vermoorden zodat ik hem later niet kon identificeren.  Hoewel ik uitgeput was van bijna een uur lang ononderbroken worstelen, had mijn hardnekkige verzet ook van hem een tol geëist.  Moe en in de war reed hij ten slotte naar de kant van de weg en duwde mij de auto uit.  Een andere automobilist stopte voor mij en bracht mij naar een ziekenhuis.

    Maar ik had gewonnen ! Ik was niet verkracht !  Ik was de overwinnaar, niet het slachtoffer !  Mijn geweten was rein, mijn zelfrespect en waardigheid waren onaangetast.  En ik had mijn rechtschapenheid jegens de Almachtige God, Jehovah, bewaard !

    Dat wil niet zeggen dat ik mij de eerstvolgende paar dagen in het ziekenhuis zo verrukt en nobel voelde.  Ik was danig van streek, alles deed pijn en ik zag er verschrikkelijk uit . De angst die ik tijdens de aanval niet had gevoeld, sloeg nu in grote golven over mij heen.  Allerlei onproductieve gedachten over wat er had kunnen gebeuren, bleven mij door het hoofd spoken.  In deze periode werd ik door rechercheurs ondervraagd en vernam ik tot mijn afgrijzen dat dit monster pas zes weken tevoren voorwaardelijk was vrijgelaten nadat hij een straf wegens verkrachting had uitgezeten !

    Op de dag dat ik uit het ziekenhuis werd ontslagen, kwam het traumatische bezoek aan het politiebureau om uit een groepje willekeurige personen deze man te identificeren.  Ja, ik ging een aanklacht indienen.  Ik vond dat ik jegens de andere vrouwen die hij zou kunnen aanranden de plicht had ervoor te zorgen dat hij gestraft werd, en ik was het mijzelf verplicht als middel om het kwaad recht te zetten en mijzelf het geruststellende bewijs te leveren dat ik de baas was in mijn eigen leven.  Het was gemakkelijk hem in de groep aan te wijzen.  Het was de man met het verband om zijn gezicht en zijn hand in het gips !

    In het ziekenhuis en in de daaropvolgende weken thuis zijn de vele kaarten, brieven en bezoeken van mijn medegelovigen in de plaatselijke gemeenten van Jehovah’s Getuigen een troost voor mij geweest.  Sommigen zeiden dat zij trots op mij waren.  Sommigen wisten niet wat zij moesten zeggen, maar door te komen, toonden zij hoe het hun ter harte ging.  Sommigen noemden mij een heldin, wat ik, zonder valse bescheidenheid gezegd, niet ben.  Toen ik het kwaad niet uit de weg kon gaan, had ik eenvoudig toegepast wat ik uit mijn studie van de bijbel had geleerd, en het werkte.

    Omdat ik maar een heel gewoon mens ben, moest ik tijdens mijn herstelperiode heel dikwijls gerustgesteld worden.  Ik heb enige bijzonder sombere dagen gehad.  Een tijdlang wilde ik mij niet in het openbaar vertonen. Hoewel ik op sommige dagen kans zag mij aardig dapper voor te doen, kan mijn man u wel vertellen dat ik soms domweg zat te beven en nergens troost kon vinden als mijn geest en hart krampachtig probeerden deze nachtmerrie te verwerken en uit te bannen.  Waarschijnlijk was de allergrootste bijdrage tot mijn herstel de wetenschap dat ik had gedaan wat juist was. In mijn opgewektere momenten vond ik zelfs een kleine aanleiding tot vreugde.  Telkens opnieuw waren deze bijbelverzen voor mij als een zachte deken:

    „Ingeval het zou gebeuren dat een maagdelijk meisje met een man verloofd is, en een man haar inderdaad in de stad heeft aangetroffen en bij haar heeft gelegen, dan moet gij hen beiden naar de poort van die stad brengen en hen met stenen werpen, en zij moeten sterven, het meisje, omdat zij niet geschreeuwd heeft in de stad, en de man, omdat hij de vrouw van zijn naaste vernederd heeft.  Zo moet gij het kwaad uit uw midden wegdoen. Indien de man het verloofde meisje echter in het veld heeft aangetroffen, en de man haar heeft vastgegrepen en bij haar heeft gelegen, dan moet de man die bij haar heeft gelegen, alleen sterven, en het meisje moogt gij niets doen. Het meisje heeft geen zonde waarop de dood staat, want deze zaak is precies hetzelfde als wanneer een man tegen zijn naaste opstaat en hem werkelijk vermoordt, ja, een ziel vermoordt.  Want hij heeft haar in het veld aangetroffen.  Het verloofde meisje heeft geschreeuwd, maar er was niemand om haar te hulp te komen.” — Deuteronomium 22:23-27.

    Ik was innig dankbaar dat ik deze eenvoudige woorden kende.  Ze hadden mij geleerd wat mijn morele plicht was.  Ze hadden verwarring en onzekerheid voorkomen.  Door die woorden had ik precies geweten wat ik moest doen.  Ik had geschreeuwd, en bovendien had ik teruggevochten.  Ik had vertrouwd op de richtlijnen die in de bijbel staan en ze waren doeltreffend gebleken.  Mijn man en ik hebben dikwijls samen gebeden, en mijn sterkte en mijn evenwicht keerden terug.

    Ik zou willen dat geen enkele vrouw ooit een poging tot verkrachting hoefde door te maken — laat staan een werkelijke verkrachting.  Maar in de Verenigde Staten vindt elke zeven minuten een verkrachting plaats, zo blijkt uit Uniform Crime Reports — Crime in the United States, uitgave van 1983, bladzijde 5, uitgegeven door het U.S. Federal Bureau of Investigation.  In mijn geval vertrouwde ik op Jehovah, ik dacht aan zijn woorden, ik schreeuwde.  En bovendien vocht ik terug.

    Deze voorwaardelijk vrijgelaten verkrachter die mij had aangevallen, kwam mettertijd weer voor.  Op 7 februari van dit jaar werd hij veroordeeld wegens de volgende misdrijven : poging tot moord, inbraak, poging tot verkrachting, en ontvoering.

    Ons moedige vertrouwen in God moet dus altijd sterker zijn dan enige mensenvrees.  Laat de psalm van David ook onze psalm zijn, doordat wij onwankelbaar vasthouden aan deze woorden : „Op God heb ik mijn vertrouwen gesteld. Ik zal niet bevreesd zijn.  Wat kan de aardse mens mij doen ?” — Psalm 56:11. — Ingezonden.

     

     

     

     

    [Kader blz. 23]

    Waarom u zich van het eerste ogenblik af tegen een aanrander dient te verzetten :

     

     

    1. Misschien is de aanrander zo verbluft dat hij verdwijnt.

    2. Misschien kunt u de aanrander onschadelijk maken en vluchten.

    3. Misschien verliest de aanrander zijn seksuele aandrang of krijgt hij er genoeg van en blaast de aftocht.

    4. U kunt daardoor de aandacht van anderen trekken en hulp krijgen.

    5. U zult een zuiver geweten hebben. (Zelfs indien u verkracht wordt, zult u uw zelfrespect of uw reinheid in Gods ogen niet opgeofferd hebben)

    6. Letsel dat u een aanrander toebrengt, zal de politie helpen hem later te identificeren (b.v. stukjes van zijn huid onder uw vingernagels).

     

     

    “Ontwaakt !” 22 september 1986 pag. 28

    Reactie van Lezers:

    “Hartelijk dank voor uw artikel „Nu ga je eraan !” (22 mei 1986) Ik zou echter enige bezorgdheid willen uiten over de gegeven raad. Sommige verkrachters zijn zeer boosaardig en sadistisch in hun benadering en hebben wapens bij zich en zullen die bij de geringste aanleiding ook gebruiken.  Onze Hoofdstedelijke Organisatie Tegen Seksueel Geweld adviseert verzet, maar als de vrouw door angst verlamd is of haar instinct haar zegt zich niet te verzetten, erkennen wij dat als passend.  Wij zien liever dat iemand de ervaring levend doorstaat, dan dat zo iemand wordt vermoord of ernstig wordt verminkt.”

    P. R., Verenigde Staten

    Antwoord van de redactie :

     

     

    "De gedachte dat een vrouw die door een verkrachter wordt aangevallen, moet schreeuwen en zich moet verzetten, wordt door de bijbel ondersteund.   Zeker, de vrouw moet inschatten welk gevaar haar leven loopt, en wij geloven dat dat ook blijkt uit de raad die gegeven wordt in het kader op blz. 23 (22 mei 1986).  Men moet echter in gedachte houden dat zich onderwerpen aan verkrachting geen garantie biedt dat het slachtoffer achteraf niet zal worden mishandeld of gedood.  Zie het artikel „Zij verweerden zich tegen verkrachters” in onze uitgave van 22juni 1984." — Red.

     

    Ontwaakt 22 april 1989 (pag. 8)

     

    Geweld — U kunt uzelf beschermen

     

    Zult u vechten om uw geld te behouden en misschien uw leven te verliezen ?

    Als een vrouw wordt aangerand, kan zij het beste SCHREEUWEN

     

     

    “Ontwaakt !”8 juli 1991 (pagina 13)

     

    Zelfverdediging  — Hoe ver kan een christen gaan?  Een vrouw die met verkrachting wordt bedreigd, moet schreeuwen en elk middel dat haar ter beschikking staat gebruiken om zich tegen gemeenschap te verzetten. — Deuteronomium 22:23-27.
     



    zie vervolg in artikel 2 over Schreeuwt! Schreeuwt! Schreeuwt! meisjes uit Afrika...

     



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail
    URL
    Titel *
    Reactie * Very Happy Smile Sad Surprised Shocked Confused Cool Laughing Mad Razz Embarassed Crying or Very sad Evil or Very Mad Twisted Evil Rolling Eyes Wink Exclamation Question Idea Arrow
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (1)

    15-04-2009
    Pas croyable !!!
    Cela fait frémir ! Ce n'est pas croyable tout ce qui se dit et surtout ce qui se croit dans ce domaine !!! J'en reste ébahie !

    Continu c'est très informateur.

    Amitiés et grosses bises


    Brigitte
    body>

    15-04-2009 om 14:45 geschreven door plumefragile




    Archief per week
  • 20/06-26/06 2016
  • 14/04-20/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 02/12-08/12 2013
  • 26/11-02/12 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 10/01-16/01 2011
  • 22/11-28/11 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 16/08-22/08 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 16/11-22/11 2009
  • 21/09-27/09 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 17/08-23/08 2009
  • 13/07-19/07 2009
  • 22/06-28/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 25/05-31/05 2009
  • 18/05-24/05 2009
  • 11/05-17/05 2009
  • 04/05-10/05 2009
  • 20/04-26/04 2009
  • 13/04-19/04 2009
  • 06/04-12/04 2009
  • 16/03-22/03 2009
  • 09/03-15/03 2009
  • 02/03-08/03 2009
  • 23/02-01/03 2009
  • 16/02-22/02 2009
  • 02/02-08/02 2009
  • 26/01-01/02 2009
  • 19/01-25/01 2009
  • 12/01-18/01 2009
  • 05/01-11/01 2009
  • 29/12-04/01 2009
  • 22/12-28/12 2008

    edufraboho@hotmail.com

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Laatste commentaren
  • Wandelgroetjes uit Borgloon (Johnny en Christiane)
        op Socrates en de drie
  • Pas croyable !!! (plumefragile)
        op Schreeuwt ! Schreeuwt ! Schreeuwt ! meisjes uit Afrika...deel 1
  • Me revoici... (plumefragile)
        op dumbo
  • Laatste commentaren
  • Wandelgroetjes uit Borgloon (Johnny en Christiane)
        op Socrates en de drie
  • Pas croyable !!! (plumefragile)
        op Schreeuwt ! Schreeuwt ! Schreeuwt ! meisjes uit Afrika...deel 1
  • Me revoici... (plumefragile)
        op dumbo
  • E-mail mij

    Druk onderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!