Inhoud blog
  • Michel Onfray
  • "Naaste familie " Elsebeth Egholm hfst 22 pag.124
  • Mark Twain
  • Vergewist u van alles
  • hoe werkt indoctrinatie?
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Archief per week
  • 20/06-26/06 2016
  • 14/04-20/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 02/12-08/12 2013
  • 26/11-02/12 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 10/01-16/01 2011
  • 22/11-28/11 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 16/08-22/08 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 16/11-22/11 2009
  • 21/09-27/09 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 17/08-23/08 2009
  • 13/07-19/07 2009
  • 22/06-28/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 25/05-31/05 2009
  • 18/05-24/05 2009
  • 11/05-17/05 2009
  • 04/05-10/05 2009
  • 20/04-26/04 2009
  • 13/04-19/04 2009
  • 06/04-12/04 2009
  • 16/03-22/03 2009
  • 09/03-15/03 2009
  • 02/03-08/03 2009
  • 23/02-01/03 2009
  • 16/02-22/02 2009
  • 02/02-08/02 2009
  • 26/01-01/02 2009
  • 19/01-25/01 2009
  • 12/01-18/01 2009
  • 05/01-11/01 2009
  • 29/12-04/01 2009
  • 22/12-28/12 2008
    Inhoud blog
  • Michel Onfray
  • "Naaste familie " Elsebeth Egholm hfst 22 pag.124
  • Mark Twain
  • Vergewist u van alles
  • hoe werkt indoctrinatie?
  • Getuigen beweerden onlangs dat ze geen connecties hadden met de V.N.
  • Godsdienstvrijheid
  • Een verondersteld klein interview
  • De Eed van Hippocrates
  • Bij de W.T.B.S mocht men vroeger bloed tot zich nemen...
  • RELIGIE is verantwoordelijk voor veel kwaad, maar...
  • Als één persoon lijdt aan waanvoorstellingen, dan heet dat “krankzinnigheid”.
  • Een nadenkertje...
  • een heel interessante site
  • Van huis tot huis, niet van deur tot deur. Een verschil
    seniorennet.be/eleuthera
    oogkleppen weg!!!
    13-01-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van huis tot huis, niet van deur tot deur. Een verschil(vervolg)
     In het gehele boek Handelingen wordt het ene na het andere geval genoemd van mensen die gelovig werden als gevolg van toespraken in het openbaar. De 3000 mensen die met Pinksteren in het openbaar bijeen kwamen om Petrus en de andere discipelen te horen spreken, bekeerden zich en werden op diezelfde dag gelovig. Dit was niet het gevolg van een bezoek aan hun huizen. (Handelingen 2:1-41) Hoewel het waar is dat Cornelius en zijn metgezellen de boodschap van bekering en geloof in Christus bij het huis van Cornelius hoorden, stond Petrus’ bezoek daar niet in verband met een "van-huis-tot-huis"-predikingsactiviteit. Het was een speciaal bezoek aan dat ene huis. (Handelingen 10:24-48) In Antiochië, in Pisidië, "volgden velen van de Joden en van de proselyten […] Paulus en Barnabas" na een toespraak van Paulus in de synagoge, om nog meer te horen. (Handelingen 13:14-16, 38-43) Wanneer er melding gemaakt werd van een huis, dan was dat meestal een huis waarin Paulus en Barnabas onderdak hadden gevonden. Deze geïnteresseerde mensen zochten hen dan op in dat huis, wat precies het tegenovergestelde is van een bezoek door Paulus en Barnabas aan hun huizen. (Vergelijk een soortgelijke situatie in Jezus’ bediening in Johannes 1:35-39.) De volgende sabbat werden "allen die de juiste gezindheid voor het eeuwige leven bezaten, …gelovigen", en wel in de synagoge, zoals uit alles blijkt. (Handelingen 13:44-48) In Ikónium, zo wil het verslag, spraken Paulus en Barnabas wederom in de synagoge waarop "een grote menigte van zowel Joden als Grieken gelovig werd". Zij ‘bekeerden zich en stelden geloof in Christus’ nadat zij in de synagoge in het openbaar onderricht hadden ontvangen. Er wordt niet gesproken over een "van-huis-tot-huis"-predikingsactiviteit. (Handelingen 14:1) In Filippi ‘opende Lydia haar hart en reageerde zij op de boodschap van Paulus’, doch dat gebeurde aan een rivier en Paulus ging pas daarna haar huis binnen, en dan alleen als haar gast.14 De gevangenbewaarder van Filippi, die later bekeerd werd, leerde Paulus als gevangene in zijn gevangenis kennen. Paulus ging zijn huis alleen maar binnen omdat de gevangenbewaarder meer van hem wilde weten, hij stond niet zomaar zonder uitnodiging voor zijn deur. (Handelingen 16:12-15, 25-34) In Thessaloníka redeneerde Paulus drie sabbatten achtereen met de mensen en "dit had tot gevolg dat sommigen van hen gelovigen werden en zich bij Paulus en Silas aansloten, evenals een grote menigte van de Grieken die [God] aanbaden", en weer ging het om een openbare prediking in een synagoge, zonder enige vermelding van een "van-huis-tot-huis"-predikingsactiviteit. (Handelingen 17:1-4) In Beréa gingen "zij na aankomst de synagoge van de Joden binnen" en "velen van hen werden dan ook gelovigen, evenals niet weinigen van de achtenswaardige Griekse vrouwen en van de mannen." (Handelingen 17:10-12) In Athene sloten "sommige mannen … zich bij hem [Paulus] aan en werden gelovigen", nadat hij openlijk had gesproken in de synagoge, op de marktplaats en op de Areopagus—alle drie openbare gelegenheden. In Korinthe woonde Paulus in het huis van Aquila en Priskilla en "elke sabbat placht hij in de synagoge een lezing te houden en Joden en Grieken te overreden". Toen hij door tegenstanders werd gedwongen de synagoge te verlaten ging hij een deur verder, naar het huis van Titius Justus, en gebruikte dit huis als een plaats om te onderwijzen. Het verslag zegt: "Crispus echter, de presiderende dienaar van de synagoge, werd een gelovige in de Heer, en eveneens zijn gehele huisgezin. En velen van de Korinthiërs die toehoorden, gingen geloven en werden gedoopt." (Handelingen 18:1-8) Crispus en zijn gezin hadden het goede nieuws voor het eerst in de synagoge gehoord en pas daarna in zijn eigen huis, toen dat als ontmoetingsplaats werd gebruikt. Over bezoeken van deur tot deur wordt niet gesproken.
        Al deze verslagen gaan aan het verslag over Paulus’ activiteit in Efeze vooraf. Zouden die soms geen licht kunnen werpen op de in de Wachttoren uit Handelingen 20:21 aangehaalde woorden van Paulus, dat hij "zowel aan Joden als aan Grieken grondig getuigenis [had] afgelegd omtrent berouw jegens God en geloof in onze Heer Jezus"? Waar had Paulus nu juist dat volgens al deze verslagen gedaan? Was dat tijdens een of andere activiteit waarin hij van deur tot deur was gegaan? Of was het daarentegen in openbare gelegenheden, hoofdzakelijk in synagogen? En wanneer het om huizen ging, was de apostel daar dan in het kader van een van-deur-tot-deuractiviteit , of was hij in al die gevallen in dat specifieke huis uitgenodigd? Hadden de mensen, "Joden en Grieken" zich bekeerd en waren zij christenen geworden door middel van het openbare onderricht in synogogen? Ja, overduidelijk. Hoe kan het dan dat de schrijver van de Wachttoren, in het licht van al deze bewijzen uit de Schrift zelf en uit het ooggetuigeverslag van Lukas, met geen enkel woord spreekt over de voor de hand liggende mogelijkheid dat wat er elders had plaatsgevonden, ook in Efeze had plaatsgevonden? Had hij hier geen onderzoek naar gedaan? Kende hij al deze bewijzen niet? Een dergelijke oppervlakkigheid zou een schrijver, die voor miljoenen lezers schrijft, onwaardig zijn. Of gaf hij er de voorkeur aan over deze overstelpende hoeveelheid bewijsmateriaal heen te stappen ten einde de Schrift kloppend te maken met de leerstellingen van de Wachttorenorganisatie? Dat zou dan zelfs nog moeilijker te verontschuldigen zijn.
        Paulus zegt dat hij mensen in Efeze had onderwezen "in het openbaar en van huis tot huis." Wanneer de eerste methode een openbare is, dan is de tweede redelijkerwijs een privé-aangelegenheid. Gezien de brede achtergrond en de gedetailleerdheid van het hele boek Handelingen is het duidelijk dat het in Efeze zo gegaan kan zijn dat Paulus gelovigen aantrof nadat hij in de synagoge en later in de school van Tyrannus had gesproken, en dat hij daarna naar de huizen van zulke gelovigen was gegaan, van het ene huis naar het andere huis, om hen daar, niet in het openbaar maar privé, op een persoonlijke manier te onderwijzen. Wanneer men eerlijk redeneert moet men op z’n minst toegeven dat dit een mogelijkheid is. En wanneer men alle voorbeelden uit de bijbel in aanmerking neemt, zou men moeten erkennen dat dit de meest waarschijnlijke verklaring is. De Wachttoren doet dat niet. Waarom niet?

        Ik denk dat op z'n minst één reden is dat men bezorgd is over de mogelijke gevolgen van een dergelijke onbevooroordeelde beschouwing van de bijbelse bewijzen. De leden van het Besturende Lichaam zijn zich er terdege van bewust dat de omvang van het van-deur-tot-deurwerk, waarin de leden van de organisatie over de hele wereld betrokken zijn, in grote mate het gevolg is van voortdurende pressie in tijdschriften, in de wekelijkse vergaderingen en in toespraken door reizende opzieners. Hoewel zij zelf vanwege hun bevoorrechte positie enigszins vrij zijn van die druk, weten ze op grond van hun eigen ervaringen uit het verleden, toen zij nog niet tot het leiderschap waren toegetreden, dat die druk wel degelijk reëel is.15 Hun eigen uitlatingen ten aanzien van bijvoorbeeld het inleveren van velddienstberichten, laten een reële angst zien dat het verminderen van de pressie tot een daling van die activiteit zal leiden. Leo Greenlees’ opmerking dat de meeste broeders "ongestructureerd" zijn en dat de regelingen van de organisatie nodig zijn om hun het het werk te laten uitvoeren, is kenmerkend voor de paternalistische houding die zo dikwijls in de zittingen van het Besturende Lichaam tot uiting kwam. Een nagenoeg soortgelijke opmerking, alhoewel dat te maken had met een ander facet van het programma van de organisatie—een voorstel om de tijdsduur van de wekelijkse samenkomsten te verkorten—kwam van Milton Henschel. Hij zei: "En wat zullen de broeders dan gaan doen als wij ze meer vrije tijd geven? Waarschijnlijk TV kijken".
        Of zij er in dit verband bewust aan denken of niet, de mannen die een positie in het leiderschap bekleden weten ook dat de Wachttorenorganisatie een uitgeversimperium heeft voortgebracht van een geweldige omvang, waar tientallen jaren over gedaan is om die op te bouwen. Dat uitgeverssysteem met zijn grote, dure bijkantoren en drukkerijen en de indrukwekkende torenflats om huisvesting te bieden aan de mensen die dat alles draaiende houden, is voor hen een bron van aanzienlijke trots en een vaak aangehaald bewijs van goddelijke zegen en voorspoed. Elke vermindering van de druk op de Getuigen om met de publicaties uit dit systeem een aandeel te hebben aan de van-deur-tot-deuractiviteit zou er uiteindelijk toe kunnen leiden dat het imperium ten onder gaat of dat het grotendeels ontmanteld moet worden. Ik geloof werkelijk, dat alleen al het idee hieraan voor velen in de leiding van de organisatie ondenkbaar is.
        Het Besturende Lichaam weet ook dat van de vele miljoenen publicaties die elk jaar uitkomen, slechts een klein gedeelte wordt gelezen. Doch louter de omvang van de produktie moet eraan meehelpen de indruk te wekken dat een geweldig "wereldomvattend getuigenis" aan de mensen wordt gegeven. Terwijl de apostel Paulus "onderwees" in het openbaar en in particuliere huizen, is het van-deur-tot-deurwerk van Jehovah’s Getuigen in de meeste landen waar zij werkzaam zijn, een zeer openbare vorm van prediken maar niet van onderwijzen. Zelfs de omvang van de "prediking" is opmerkelijk gering. In de meeste landen voert een Getuige slechts zo nu en dan eens een diepgaand gesprek; nog minder vaak passeert hij of zij daarbij de deurdrempel. In een groot percentage van de gevallen omvat het "getuigenis geven" niet veel meer dan het snel aanbieden van enkele Wachttorenpublicaties. Zelfs in die weinige gevallen waar mensen Jehovah’s Getuigen in de gelegenheid stellen meer te zeggen of hen in hun huis uitnodigen, kan men datgene wat over het algemeen gezegd wordt nauwelijks met "onderwijzen" bestempelen. Het verdient al helemaal niet de kwalificatie ‘grondig getuigenis afleggen omtrent berouw en geloof in de Heer’, daar het in de grond hoofdzakelijk bestaat uit een zeer beknopte beschouwing van één of twee bijbelverzen, gevolgd door het aanbieden van Wachttorenlektuur.16 Mocht er al werkelijk "onderwijs" worden gegeven, dan is dat in de "huisbijbelstudies", en iedereen die bekend is met de situatie in de gemeenten van Jehovah’s Getuigen, weet dat slechts een kleine minderheid van hen in een dergelijke bijbelstudie-activiteit betrokken is.
        In een artikel getiteld, "De Prediking van Huis tot Huis — een Uitdaging" uit de al eerder aangehaalde Wachttoren van 15 augustus, 1981, wordt een aantrekkelijk beeld geschetst van de voordelen die men geniet wanneer men deelneemt aan het van-deur-tot-deurwerk. Er wordt gesteld dat "er niets bestaat wat iemand zo goed helpt de vruchten van Gods Heilige Geest aan te kweken als de van-huis-tot-huisevangelisatie", en dat "van huis tot huis gaan met het goede nieuws van het Koninkrijk iemand ook [helpt] de goede eigenschap nederigheid aan te kweken", dat "men hierdoor meer medegevoel, meer empathie jegens anderen krijgt", en dat het "ook een bescherming tegen de wereld [vormt]". Het is ongetwijfeld zo dat elke activiteit waarbij men onder de mensen is, alsook allerlei vormen van sociaal werk, een positieve uitwerking kan hebben op iemands kijk op, en houding jegens mensen. Maar het geschetste beeld is meer fictie dan werkelijkheid, en ik denk dat de meeste Getuigen die geregeld in het gezelschap van ouderlingen en pioniers verkeren en contact hebben met kring- en districtsopzieners weten dat het van-deur-tot-deurwerk op zich iemand niet of nauwelijks tot een beter of sympathieker mens maakt, dat men daardoor niet opvallend meer liefde, geduld, lankmoedigheid, mildheid en soortgelijke vruchten van de Geest aan de dag gaat leggen. De gloedvolle bewoordingen van de Wachttoren vertegenwoordigen eerder een wensdroom dan de werkelijkheid, zoals blijkt uit brieven van gerespecteerde ouderlingen in de organisatie. En wat de gevoelens van empathie betreft, het feit dat de Getuigen getraind zijn om de mensen die zij bezoeken als wereldse mensen te zien, om elke verklaring van hun kant dat zij ook een geestelijk leven hebben af te doen als niet werkelijk christelijk, staat elk oprecht medegevoel in de weg. Hun interesse in mensen is grotendeels in banen geleid en is zeer beperkt. Ook al zit de persoon die bezocht wordt in ernstige moeilijkheden en is deze hulpbehoevend, zelden zal de Getuige zich met iets anders bezighouden dan met te proberen lektuur achter te laten of een bekeerling te maken. En waar zoiets niet mogelijk lijkt, handelen de meesten als de Leviet en de priester uit de gelijkenis; slechts weinigen reageren als de barmhartige Samaritaan.
        Zo geldt dit ook voor wat betreft de beweringen dat de van-deur-tot-deuractiviteit de eigenschap nederigheid en de vruchten van de Heilige Geest zou aankweken. In de jaren dat ik als bijkantooropziener in het Caribisch gebied diende, zag ik dat er opvallend veel spanningen en moeilijkheden waren in de vele zendelingenhuizen van de organisatie. Het scheen een hardnekkig probleem te zijn om deze mannen en vrouwen, die in kleine groepen in hetzelfde huis moesten wonen, naar ieders tevredenheid in harmonie te laten samenleven. Regelmatig brachten we de ene na de andere verandering aan, waarbij we mensen van het ene zendelingenhuis naar het andere overplaatsten in een poging vreedzaam klimaat van vrede te scheppen in plaats van verdeeldheid. In één gedeelte van het Caribisch gebied waar ik werkzaam was, had het bijkantoor later een speciaal huis opgericht voor bepaalde zendelingen die daar het langst hadden gediend. De reden daarvoor was eenvoudigweg dat zij niet in staat leken met de anderen overweg te kunnen. Enkelen (in die huizen waar deze zendelingen woonden) vroegen voortdurend om verlichting en zeiden dat hun leven door de houding en het gedrag van de zendelingen werd verziekt. In één Zuidafrikaans land, waar ik als zone-opziener naar toe gezonden was, was het enige overgebleven zendelingenhuis gevestigd in het gebouw van het bijkantoor. Het huis werd door mensen bewoond die tientallen jaren in de volletijddienst hadden doorgebracht. Er waren echter zoveel klachten en geschillen dat de bijkantoorcoördinator, nadat hij jaren zijn best had gedaan om met dit egocentrische gedrag om te kunnen gaan, uiteindelijk toestemming vroeg en kreeg om weg te gaan en elders te gaan wonen, hoewel hij zijn werk als bijkantoorcoördinator bleef uitvoeren. Toch ging het in al deze aangehaalde gevallen om mensen die dagelijks vijf of meer uren met het getuigeniswerk bezig waren of waren geweest, voornamelijk in de "van-huis-tot-huisevangelisatie".
        Tegen alle bewijzen in blijft men in de publicaties van de organisatie het in twijfel trekken van het van-deur-tot-deurprogramma geregeld afschilderen als een gebrek aan nederigheid, een gebrek aan geloof en liefde voor God en voor mensen. Zo verklaart de Wachttoren van 1 december 1978 (op bladzijde 20):
        . . . Voor degenen die de vrees voor Jehovah verliezen, zouden vergaderingen, velddienst [van-deur-tot-deurprediking] en andere christelijke activiteiten tot een last kunnen worden.
    Merk op hoe zulke personen in de (Engelse) Wachttoren van 1 januari 1937 werden beschreven: "Voor die ontrouwen is het voorrecht om God te dienen door voor de ogen van anderen de Koninkrijksvruchten tentoon te spreiden, zoals de Heer heeft geboden, slechts een vermoeiende ceremonie en formaliteit geworden, die hun geen gelegenheid biedt in de ogen der mensen te schitteren. Van huis tot huis gaan met de Koninkrijksboodschap in gedrukte vorm en deze aan de mensen aan te bieden, is voor zulke in hun eigen ogen gewichtige personen al te vernederend." . . . Dit kan het geval zijn als wij onze vrees voor Jehovah en tegelijk daarmee onze liefde voor Hem verliezen.
        Hiermee doet men het voorkomen alsof niemand ook maar enige geldige reden heeft vraagtekens te plaatsen bij het enorme gewicht dat aan de van-deur-tot-deurmethode wordt toegekend. Aan de mogelijkheid dat iemand dit uit oprechte en gewetensvolle motieven zou doen, gebaseerd op een studie van Gods Woord en op de gezaghebbende bewijzen die daarin opgesloten liggen, wordt volkomen voorbijgegaan. Er wordt vanuit gegaan dat zo iemand ontrouw is jegens God, dat hij zich alleen maar beijvert ‘om in de ogen der mensen te schitteren’, dat hij zichzelf erg belangrijk vindt, en dat hij de vrees voor Jehovah en zijn liefde voor hem is kwijt geraakt.
        Het is goed in gedachten te houden dat het hierboven aangehaalde artikel uit 1937 (evenals alle andere "studie-artikelen uit die tijd) door Rechter Rutherford was geschreven, die overigens zelf niet aan de van-deur-tot-deuractiviteit deelnam. Zijn eigen metgezellen verklaren dat hij het werk dat hij deed belangrijker vond. Niet alleen was zijn stem te horen op al de grammofoonplaten die destijds door de Getuigen naar de deuren werden meegenomen (de grammofoonplaat was de enige manier waarop Rutherford, in vertegenwoordigende zin, ooit van deur tot deur was gegaan), maar hij was ook degene die op een congres alle hoofdtoespraken gaf. Het was zijn afbeelding die bij zulke gelegenheden op alle advertenties stond afgedrukt, waarbij zijn naam altijd werd voorafgegaan door de titel "Rechter", en dikwijls met de vermelding dat hij de president van de corporatie was en een lid van de Newyorkse orde der advocaten.
     

     
    Strooibiljet uit 1937 met een aankondiging van een van "Rechter" Rutherford’s lezingen.
     

    Vertaling (gedeeltelijk):

    Oprechte personen aanschouwen met angst en beven hoe men koortsachtig voorbereidingen treft voor de oorlog onder de natiën. Haat, nijd en boosaardigheid zullen dagelijks toenemen. Dat wij voor een verschrikkelijke wereldwijde katastrofe staan lijkt wel vast te staan. Dit wordt door vrijwel iedereen aangevoeld.

    Is er nog zekerheid te vinden?

    De man die op grond van zijn wereldreizen, zijn onderzoek en kennis van Gods onfeilbare Woord der Profetie bekwaam is daarop een gezaghebbend antwoord te geven is:

    RECHTER RUTHERFORD

    Hij zal deze vraag beantwoorden tijdens een openbare lezing welke zal worden gehouden in het
    C O L I S E U M
    van de
    OHIO STATE FAIR GROUNDS
    Zondag, 19 september, om 12:00 nm.
     

     
     
    Dit nu was de schrijver die zich de vrijheid had veroorloofd om gewichtig te zijn en het verlangen had te schitteren in de ogen van iedereen die zich niet volledig inzette voor de van-deur-tot-deuractiviteit. Een activiteit waartoe hij anderen aanspoorde, maar waarvan hij zichzelf uitgezonderd zag.
        Het is mijn overtuiging dat er een zware verantwoordelijkheid rust op degenen die de eenzijdige, verwrongen uitleg hanteren om de bewering van de organisatie te ondersteunen dat de van-deur-tot-deuractiviteit door de bijbel zou worden onderwezen en bepleit, en dat dit de onderscheiden methode was van getuigenis geven in de eerste eeuw. Het gaat hier niet om een louter academische discussie of om een debat over technische punten. Het beïnvloedt het leven van mensen en de wijze waarop zij tegen zichzelf en tegen anderen aankijken.
        De door de organisatie gepropageerde van-deur-tot-deurmethode is duidelijk tot een maatstaf geworden op grond waarvan de geestelijke hoedanigheden van anderen en hun liefde tot God worden beoordeeld. Zeker, elke leer met dergelijke consequenties verdient een waarachtiger beargumentering dan die welke wordt aangetroffen in publicaties van de organisatie. Het vraagt om een bredere, eerlijker beschouwing van de bewijzen en alles wat ermee samenhangt.
        Wat volgens de Schrift werkelijk moet worden verstaan onder de prediking van het "goede nieuws van het koninkrijk" zal in een volgend hoofdstuk aan de orde komen.
     
     
     
     
    Voetnoten:
    1
    Zie blz. 191. 
    2
    Om deze reden ben ikzelf in de gevangenis geweest en nam ik het risico slachtoffer te worden van geweld. Zie Gewetensconflict, bladzijde 19, 20 en 22.
    3
    Uit een brief van kringopziener Wayne Cloutier in Connecticut Kring 2, gedateerd 11 december, 1977.
    4
    Zoals al gezegd in Hoofdstuk 6, bladzijde 200, voetnoot 17, gold dit niet voor alle leden van het Besturende Lichaam. Voor sommigen was het hoge uitzondering als zij deelnamen aan het van-deur-tot-deurwerk. 
    5
    Er moet worden opgemerkt dat in die periode alle beslissingen unaniem moesten werden gedragen. Later, in 1975, werd een twee-derde meerderheidsregel van kracht. Zie Gewetensconflict blz. 85, 86, 117-120. De enige plaats in het Organisatie-handboek waar Handelingen 5:42 en Handelingen 20:20 werden besproken was onder het onderwerp "Herders van de kudde Gods", en het gedeelte daarvan dat ging over huisbezoeken van ouderlingen aan broeders. 
    6
    Zie Crisis of Conscience blz. 198 tot 212. 
    7
    Feitelijk realiseerden slechts weinige Getuigen zich dat deze teksten niet meer op die gebruikelijke manier werden toegepast. Zelfs Karl Adams broer, Don Adams, ofschoon zelf een secretaris van het Besturende Lichaam, verklaarde dat hij zich niet bewust was van enige verandering in dit opzicht. De aanwijzing uit het veld was dat de afname onmiskenbaar verbonden was met 1975 en met niets anders. Dit wordt aangetoond door het feit dat, nadat het handboek gepubliceerd was, er een enorme toename te zien was precies tot aan dat jaar en daarna een scherpe afname.
    8
    Hij is nog steeds [1991] lid van de redactionele staf. Ik twijfel er niet aan dat hij er een probleem mee zou hebben als ik zijn naam hier zou vermelden. Ik twijfel er ook niet aan dat hij nog steeds hetzelfde standpunt inneemt als toen.
    9
    Dit is duidelijk niets anders dan zich beroepen op traditie. 
    10
    In werkelijkheid is er sterke aanwijzing dat slechts een minderheid Getuige is geworden door een bezoek aan de deur. Ik heb groepen van mensen gevraagd hoe zij Getuigen waren geworden en in alle gevallen was slechts een of twee van misschien een twaalftal personen voor het eerst op die manier geïnteresseerd geraakt. De meerderheid werd geïnteresseerd door familieleden, collega's, kennissen of vergelijkbare contacten. Verslagen van kringdienaren wezen in diezelfde richting. Een van de ouderlingen, aangehaald in Hoofdstuk 6, merkte in antwoord aan het Genootschap op, "In meer en meer gebieden kun je letterlijk uren van deur tot deur gaan zonder met iemand een gesprek te hebben.... Het schijnt steeds duidelijker te worden dat de grootste toename te danken is aan informeel getuigenis geven in plaats van aan het van-deur-tot-deurwerk." (Brief van Worth Thornton.) 
    11
    Zie Ezechiel 9:3-11. De organisatie beweert dat de enige manier waarop deze symbolische man zijn werk gedaan kan hebben was door van deur tot deur te gaan. (Zie de Wachttoren van 15 augustus, 1981, bladzijde 5 en 6.) In feite pretenderen zij hiermee te weten hoe de dingen moeten zijn gedaan zo'n 25 eeuwen geleden. De Schrift zelf zegt niets over enige methode.
    12
    In tegenstelling tot deze krachtige uitspraken, was Grant Suiter van alle leden van het Besturende Lichaam waarschijnlijk degene die het minst vaak deelnam aan de van-deur-tot-deuractiviteit. Een van de leden van de redactie, die deel uitmaakte van dezelfde gemeente als Suiter en tot dezelfde "boekstudie" behoorde, zei dat hij hem al jarenlang niet gezien had op velddienstbijeenkomsten. De vrouw van Suiter betuigde, in een persoonlijk gesprek met mijn vrouw, dat zij het zo moeilijk vond om een "geregelde verkondigster" te zijn (iets wat slechts één uur per maand kost) omdat zij zo vaak in de weekeinden ergens heen moesten voor een lezing, en dat temeer daar Grant zijn tijd (besteed aan het houden van lezingen voor de gemeenten) kon rapporteren, terwijl zij dat niet kon doen. 
    13
    Het artikel tracht tevens de aandacht van de hoofdzaak af te leiden door te stellen (bladzijde 11), "Het verslag zegt niet of zij naar de synagogen of marktplaatsen gingen. Maar zij kregen wel instructies om naar de huizen van de mensen te gaan." Dit dient om de aandacht van het wezenlijke van de zaak af te leiden, namelijk of Jezus instructies gaf hoe zij moesten getuigen of dat hij instructies gaf hoe zij onderdak moesten vinden. De discipelen wisten al hoe Jezus getuigenis gaf want zij hadden hem vergezeld en hadden zijn voorbeeld gezien. Hun eigen verslagen (zoals die van Mattheus en Johannes) zeggen niets dat er op duidt dat hij van huis tot huis ging, maar hebben het er wel over dat hij in synagogen, 
    marktplaatsen of andere openbare plaatsen sprak en dat hij uitnodigingen in particuliere huizen aannam en tot de mensen die daar aanwezig waren sprak. 
    14
    Deze situatie geeft een opmerkelijk goed voorbeeld van wat het geval zou kunnen zijn geweest met Jezus' discipelen in hun predikingstochten met betrekking tot de toepassing van het blijven in de huizen van 'waardige personen'.
    15
    Tot op zekere hoogte geldt die vrijheid in zekere mate ook voor anderen in de hogere bestuurskringen. In een brief aan het Dienstcomité gedateerd 29 december 1976 citeert Robert Wallen, de secretaris van dat comité, een voorval uit de gemeente van Woodhaven (waartoe hij behoort) waarin de kringdienaar zich had uitgesproken tegen het ouderlingschap van een man die gemiddeld ongeveer vijf uur per maand besteedde aan de "velddienst". Wallen wijst erop dat de man in een andere gemeente als ouderling had gediend, dat hij was voorgedragen door die gemeente en ook dat hij twee kinderen had onder de schoolleeftijd. Hij zei dat hij door dit geval serieus was gaan nadenken over zijn eigen situatie, aangezien de tijd die hij er gemiddeld aan velddienst besteedde "ongeveer hetzelfde was als deze broeder". Hij ging echter verder met te zeggen dat zijn kwalificatie als ouderling wegens zijn aanstelling op het hoofdbureau, volgens andere maatstaven werd beoordeeld dan die van deze man. (Zie de aanhaling van deze brief op bladzijde 199, 200.) Hoewel dit waar is voor mensen op posities met een zeker aanzien, geldt dit niet voor de doorsnee werker op het hoofdbureau. Voor hem is er geen verlichting van de druk om meer uren in de velddienst door te brengen.
    16
    De eerder aangehaalde brief van het Zuidafrikaanse bijkantoorcomité bevat verklaringen die ook voor de meeste andere landen gelden, namelijk dat "maar weinigen uit het volk onze tijdschriften lezen", "vele verkondigers betalen voor de tijdschriften en verspreiden slechts een deel van wat ze krijgen". Hij vraagt zich aan het eind af : "Wat voor zin heeft het, wanneer miljoenen tijdschriften verspreid worden zonder dat het eigenlijke doel ook bereikt wordt?"
     


    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail
    URL
    Titel *
    Reactie * Very Happy Smile Sad Surprised Shocked Confused Cool Laughing Mad Razz Embarassed Crying or Very sad Evil or Very Mad Twisted Evil Rolling Eyes Wink Exclamation Question Idea Arrow
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)



    Archief per week
  • 20/06-26/06 2016
  • 14/04-20/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 02/12-08/12 2013
  • 26/11-02/12 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 10/01-16/01 2011
  • 22/11-28/11 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 16/08-22/08 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 16/11-22/11 2009
  • 21/09-27/09 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 17/08-23/08 2009
  • 13/07-19/07 2009
  • 22/06-28/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 25/05-31/05 2009
  • 18/05-24/05 2009
  • 11/05-17/05 2009
  • 04/05-10/05 2009
  • 20/04-26/04 2009
  • 13/04-19/04 2009
  • 06/04-12/04 2009
  • 16/03-22/03 2009
  • 09/03-15/03 2009
  • 02/03-08/03 2009
  • 23/02-01/03 2009
  • 16/02-22/02 2009
  • 02/02-08/02 2009
  • 26/01-01/02 2009
  • 19/01-25/01 2009
  • 12/01-18/01 2009
  • 05/01-11/01 2009
  • 29/12-04/01 2009
  • 22/12-28/12 2008

    edufraboho@hotmail.com

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Laatste commentaren
  • Wandelgroetjes uit Borgloon (Johnny en Christiane)
        op Socrates en de drie
  • Pas croyable !!! (plumefragile)
        op Schreeuwt ! Schreeuwt ! Schreeuwt ! meisjes uit Afrika...deel 1
  • Me revoici... (plumefragile)
        op dumbo
  • Laatste commentaren
  • Wandelgroetjes uit Borgloon (Johnny en Christiane)
        op Socrates en de drie
  • Pas croyable !!! (plumefragile)
        op Schreeuwt ! Schreeuwt ! Schreeuwt ! meisjes uit Afrika...deel 1
  • Me revoici... (plumefragile)
        op dumbo
  • E-mail mij

    Druk onderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!