Jimmie Lee Robinson
De Amerikaanse blueszanger, gitarist en songschrijver Jimmie Lee Robinson (1931-2002) werd geboren in Chicago in april 1931. Hij kreeg de bijnaam "Lonesome" (eenzaam). Moeder Robinson kreeg veertien kinderen, waarvan er slechts vier bleven leven. Jimmie Lee werd vernoemd naar de blueszanger Jimmie Lee Lane.
Reeds jong maakte Jimmie Lee kennis met de blues. Hij zag elk weekend bluesmuzikanten spelen op de openluchtconcerten op Maxwell Street. Jimmie Lee Robinson maakte in 1942 zijn debuut op Maxwell Street. "De rijken hadden alles en wij alleen de blues", verklaarde Jimmie Lee later.
In de begintijd werd hij begeleid door alles dat geluid voorbracht: wasborden, stokken en keukengerei. Aanvankelijk speelde Jimmie Lee Robinson akoestische blues. Later gebruikte hij ook de elektrische gitaar. In de jaren vijftig speelde Jimmie Lee Robinson met de band van Little Walter en nam hij platen op met Jimmy Reed, Magic Sam en Eddie "Playboy" Taylor. In 1965 bezocht hij met andere Amerikaanse folk- en bluesmuzikanten Europa.
Aan het einde van de jaren zestig liep de belangstelling voor bluesmuziek terug en moest Jimmie Lee Robinson allerlei baantjes aannemen om brood op de plank te krijgen. Hij werkte in een winkel en werkte als portier en timmerman. In deze periode trad hij sporadisch op met grootheden als Billy Boy Arnold, Bo Diddley en Tommy Tucker. In de jaren negentig verschenen weer enkele albums met werk van Robinson, waaronder "Guns, gangs and drugs" (1996) en "Maxwell Street blues" (1998).
In 1998 baarde hij opzien door zijn protest tegen de stadsrenovatie in Chicago rond Maxwell Street. Met hongerstakingen en protestliederen probeerde hij de aandacht van de pers en de politiek te trekken om te voorkomen dat deze historische plek door de slopers zou worden platgewalst.
Jimmie Lee Robinson overleed in Chicago op 6 juli 2002. Recent was botkanker bij hem geconstateerd. Hij besloot niet tot het laatst te wachten en maakte in eenzaamheid met een geweerschot een einde aan zijn leven.
|