waarom zou ik nog
de liefde bedrijven
op een onbeschreven blad
jouw maagdelijkheid beschrijven;
op innerlijke schoonheid
heb ik toch geen vat
vandaag raak ik je niet aan
wil turen naar jouw blanke vel
waar hoeken voor rondingen staan
en ik mijn pen als impotent voorstel
zo vindt de inkt niet zijn weg
het bevruchtend werk te doen
heden lijk ik van de leg
het beste is, dat ik mij
met de onthouding verzoen
|