| niet dat ik haar ken immers nooit tevoren
 kwam zij in beeld
 als plots wat woorden,
 geschreven dat wel,
 aan mij worden toebedeeld
 op zo'n momentblijk ik weer een aards wezen
 en vorm mij een idee,
 hoe zij in werkelijkheid zal zijn
 slechts door haar letters te lezen
 ik weet niet hoe het u vergaatslaat uw fantasie dan op hol
 of is een zwart gat uw deel
 wel, ik kijk rustig voor mij uit
 en ben me even bewust
 dat ik mij niet verveel
 het meisje als cryptogrameen niet alledaags gebeuren
 het gaat derhalve boven mijn pet
 en als zo vaak,
 bij uitblijvend resultaat,
 begin ik dan toch ontevreden
 de lege vakjes in te kleuren
 o ja, ze telt veertien lentesen houdt mij voor een ander
 dat blijkt geen echte stimulans
 voor deze vergrijsde heer
 maar ze schrijft wel verzen
 en die zeggen mij veel meer
   
 
 |