Ik ben Gisela Altruye, kantdocente en al 35 jaar bezeten van Kant. In 1979 ben ik gestart met kantgroep "Terug naar 't kantkussen" en tot op de dag van vandaag zijn er nog altijd dames die reeds komen van in het begin.
Zoeken in blog
Gezien in Ieper
E-mail mij
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Chantilly Lace
Spaanse kantkussens in het Begijnhof van Diest
In Spanje is men gek op kantklossen en hun creativiteit kent geen grenzen!!
"de klantklosster" van Sveltlana Pavlickova, bekeken door de ogen van Hilde. Eigenlijk is Hilde wel een stukje "kunstenaar" want zonder al te veel technische bagage klost ze in het verre Turkije toch mooie kantwerken.
KANT roept bij mij altijd een vergelijkbaar ontwerp op van takken en bladeren, geborduurd in de lucht. En ik denk dat er geen enkele uitvinding van de menselijke geest zo dankbaar en nauwkeurig is.
Het kleurrijke KANT EILAND in de Venetiaanse lagune.
Legende
Een visser vertok naar zee en liet zijn verloofde achter in Burano.
Op zee zag hij een prachtige zeemeermin. Die sloeg met haar staart, er spatte een kroon van zeeschuim op en die veranderde in een bruidsluier voor zijn aanstaande bruid.
Later kopieerden jonge meisjes uit Burano, deze sluier met naald en draad.
Tot zover de legende.
In werkelijkheid herstelden de vrouwen, terwijl hun mannen op zee waren, de visnetten. Door het milde klimaat zaten ze meestal buiten te werken, zittend voor hun kleurrijke huisjes.
Was dit het ontstaan van Burano kant ???
Met een beetje geluk kun je nog altijd een kantwerkster aan het werk zien alhoewel hun aantal sterk verminderd is.
Bij ons wordt het patroon in de hand gehouden om naaldkant te maken. Maar in Burano wordt het patroon op een kussen gespeld. Tussen het kussen en het patroon wordt voldoende ruimte gelaten om een stuk hout tussen te steken. Zo heeft de kantwerkster steun om met de naald onder de tracé draden te steken.
Op deze manier heeft ze beide handen vrij om de draad te leiden en aan te trekken.
De Duitse kantwerksters klosten graag in gezelschap. s Zomers was dat geen probleem want dan zaten ze buiten, voor hun huis, te werken. Maar gedurende de winter waren de avonden lang, donker en eenzaam.
Deels uit spaarzaamheid, besparen op petroleum voor het ordinaal en op de verwarming, maar toch grotendeels voor de gezelligheid kwamen ze s avonds samen in een
klöppelstube
een echte
kantklos herberg
om er samen te klossen!!!
Ondertussen vertelden ze verhalen, sagen, legenden, er waren er die gedichten voordroegen en er werden ook volksliederen gezongen.
Volgens de overlevering heeft Barbara Uthmann, uit Annaberg, het kantklossen geleerd van een Brabantse vrouw die voor de godsdienstvervolging gevlucht was naar het Erzgebergte in 1600.
In Saksen kloste men hoofdzakelijk Mechelse kant en Chantilly maar op een vergrootte prikking en met veel dikker garen. Daardoor ging de eigenheid van die kantsoorten verloren. Dat was dan ook de reden dat de kant uit Saksen van weinig belang was op de wereldmarkt en men verkocht ze dan onder een valse naam.
Op weg naar de kantschool.
Om deze wantoestanden tegen te gaan stichtte Julius Paufler in 1877 een heuse kantschool in Schneeberg. Vandaar de Schneebergse kant die we nu nog kennen.
Na een cursus van 3 jaar kreeg men het diploma van kantlerares. Die werden dan, onder staatstoezicht, te werk gesteld in de verschillende kantscholen in Saksen.
Na WO II werd er nog maar weinig om den brode geklost en ontwikkelde het kantklossen zich als een zuivere hobby.
Schneeberger kant bestaat nog altijd en de techniek leunt aan bij Russische kant en grof bloemwerk.
Ook hier klost men op een rol die op een staander gelegd wordt. De klossen zijn tamelijk zwaar en er wordt meestal met een klein aantal gewerkt.
Tönder kant dankt zijn naam aan de stad waarvan hij afkomstig is.
De kant gelijkt sterk op de Engelse Buck point en de Vlaamse Rijselse kantmaar heeft zijn eigen specifieke, florale motieven. (voor meer uitleg zie archief)
De grond is de tule tralie, dikwijls versierd met vierkante kunstslagen. De motieven worden steeds omgeven door een sierdraad.
De patronen hebben namen zoals : anjer, roos, aardbei, slak .
Soms dragen ze de naam van een kantwerkster, Ellen, Nora, Lisette of zijn genoemd naar een plaats waar ze vandaan komen.
Het Deense kantkussen is vierkant met een rol. Speciaal is de uitsparing zodanig dat het rond het lichaam van de kantwerkster past.
De klosjes zijn juweeltjes, fijn van steel en onderaan bolvormig. Meestal is dit bolletje versierd met pareltjes in allerlei kleuren.
Sri Lanka is al lang bekend voor kant - en borduurwerk.
Galle, in het zuiden van het land, is het belangrijkste centrum voor deze kunsten.
Portugezen brachten in de 16de eeuw de kant naar Sri Lanka. In die tijd waren het koningshuis en de aristocratie bezeten van kant borduurwerk als symbool van hun rijkdom en macht!
Dit zijn natuurlijk vervlogen tijden
Nu worden projecten opgestart om de noodlijdende kantwerksters te helpen.
De bekende Engelse kostuumontwerpster Andrea Galer, gaf de kantwerksters uit Sri Lanka opdracht om de kant te klossen die nodig was voor de prestigieuze BBC productie Jane Eyre.
Na de tsunami, in 2004, werd in de streek van Galle het Power of Hands kant-project opgericht. Het is de bedoeling de vele kantwerksters in het getroffen gebied een helpende hand te reiken.
Nieuwe kantklossters worden opgeleid in de traditionele kanttechnieken maar ook in het gebruik van nieuwe materialen en ontwerpen. Ervaren kantwerksters uit de streek kunnen hier terecht voor workshops en er is een winkel waar de afgewerkte kant te koop wordt aangeboden.
Met de opbrengst van de verkoop worden de lopende kosten betaald en tevens krijgen de kantwerksters een loon.
In Sri Lanka gebruikt men dezelfde kussens als in Potugal. De klossen zijn zwaar en bolvormig en vroeger werden ze met de hand gesneden zodat geen enkele klos dezelfde grootte of dikte had.
De kantwerksters zitten op de grond of op een laag stoeltje zoals hier op de foto.
Reeds in de 16de eeuw werd er kant geklost in Vila do Conde.
Vila do Conde is een havenstadje gelegen tussen dennenbossen, langs de Ave rivier en de zee.
Hoe de kant hier gekomen is, heeft men niet kunnen achterhalen maar het is een feit dat Vila do Conde, in de 16de eeuw één van de belangrijkste havens was van Portugal. Daarom wordt verondersteld dat de kant ingevoerd werd door zeevaarders en handelaars die nauwe contacten onderhielden met het noorden van Spanje en Vlaanderen.
Vanaf 1616 kreeg KANT in Vila do Conde een belangrijke economische betekenis!!
Dank zij de oprichting van een kantschool in 1919, werden nieuwe patronen ontworpen met motieven ontleend aan de zeevaart en ook veel gestyleerde bloemen.
De techniek werd geperfectioneerd waardoor de kant een nieuwe impuls kreeg.
Dit is de traditionele houding van een Portugese kantwerkster, gezeten op de grond met de tombolo in een mand.
Tegenwoordig gebruikt men staanders om het kussen op te leggen (net zoals wij) en zit de kantwerkster op een stoel.
Inmiddels is men in Vila do Conde een andere weg ingeslagen. Naast de traditionele kantmotieven wordt er nu ook hedendaagse kant geklost.
Men gebruikt nieuwe materialen, zoals wol, zijde, metaaldraad van toepassing in de mode zoals te zien op de afbeelding. Maar het behoud van deze eeuwenoude kunst is verzekerd en wordt levend gehouden in de kantschool, gevestigd in hetzelfde gebouw als het mooie Kant museum.
Ik heb uren zitten surfen op internet maar niets gevonden wat betrekking heeft op de geschiedenis van kantklossen in Canada.
Uiteindelijk heb ik toch een kantclub gevonden waarover ik iets kan schrijven.
THE HAERTLAND LACE GUILD
Het doel van de organisatie is : De interesse in oude kant stimuleren en bewaren voor het nageslacht.
The Heartland lace Guild is opgericht in 1990 en isdus nog bitter jong als wij het met de Europese organisaties vergelijken. De kant die er gemaakt wordt is eenvoudig, stropkant of een soort Russische kant. Er komt echter verandering in want sommige Canadese kantklossers komen in Europa lessen volgen.
Het hart, verwerkt in hun logo vindt men overal op terug.
Zo wordt er ieder jaar voor de leden een klosje ontworpen. In het ontwerp is steeds een hart verwerkt. Zo bijvoorbeeld in 1996/1997 zien we 5 Olympische harten als teken van hulde voor de Olympische spelen in Atlanta of in 1998 twee ineengestrengelde hartjes.
In 2006 kreeg ieder lid van het bestuur een persoonlijk Thank you klosje met op de ene zijde een pictogram toepasselijk op hun functie binnen de vereniging en langs de andere zijde hun naam.
Caraminas is gelegen langs de Atlantische oceaan. Het is de hoofdstad van La Coruna (Galicië)
Buiten kant is de visserij de voornaamste bron van inkomsten.
Zoals andere kantcentra heeft ook Camarinas een standbeeld van een kantklosster. Het imposante beeld staat op het belangrijkste plein, dichtbij het museum.
De kant van Camarinos is gekend over heel de wereld.Bijna iedere vrouw kent de techniek van het kantklossen en kinderen worden op jonge leeftijd aan het klossen gezet. Op de foto's meisjes van 10, 8 en 5 jaar.
Ze werken op een almoada, een kantkussen dat op hun knieën rust.
Het kussen is in feite een zak gevuld met stro. De twee uitstekende stokken bovenaan dienen om het kussen sterkte te geven maar ook als steun tegen bv. een tafel.
Cantu is een stad in de Noord-Italiaanse provincie Como, regio Lombardije.
Voor de plaatselijke economie is de productie van kant en meubels van groot belang.
Op dit kussen klost men met olijfvormige klossen.
Cantu, ten noorden van Milaan, heeft zijn eigen specifieke kant namelijk « Cantu-kant ».
Op het eerste zicht zou je denken dat het de Rococokant is die bij ons in de omgeving van Lotenhulle en Bellem werd geklost.( zie archief)
Het motief bestaat ook uit een hoofdnerf met daaraan blaadjes en drie - en vijfbladige bloempjes. Doch het verschil met « onze » Rococo is dat men bij Cantu-kant met bundels werkt die aangehaakt worden aan reeds gewerkte delen.
Venez écouter le chant des fuseaux, Pour nous il nest rien de plus beau, Depuis que nous sommes dentellières.
Pour lamour de lart, de jolis doigts Tissent de fragiles dentelles, Délicates et éternelles.
Wanneer men begonnen is met kant te klossen in Le Puy is niet geweten.In de Middeleeuwen was Le Puy een druk bezocht christelijk bedevaartsoord. Het was en is nog steeds het begin van de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela. De religieuze feesten brachten een massa volk op de been. Ook handelaars en marskramers kwamen in grote getale.Men veronderstelt dat deze laatste de kant naar Le Puy hebben gebracht.
In 1665 werd in Le Puy het instituut Dames de linstructionopgericht. Deze religieuzen, bekend als de Béateshadden de taak de bevolking te onderwijzen in de godsdienst en de techniek van het kantklossen.
Onder Colbert kende de kant van Le Puy een geweldige bloei en werd uitgevoerd naar alle landen van Europa en naar Zuid-Amerika.
In 1775werden de kantwerksters verplicht zijden draad te gebruiken en daaruit ontstond de Blonde.Door de Franse revolutie kwam er een einde aan de kantproductie!
Zoals het in Le Puy de gewoonte is, worden de kussens bekleed met "toile cirée".
Na verschillende heroplevingen stichtte mevr. Mick Fouriscot, met succes, in 1974 Le nouveau conservatoire de la dentelle à la mainmet als doel de traditie van het kantklossen verder te zetten.Vandaag de dag wordt er weer druk gekantklost in Le Puy en is dit weer een toeristisch trekpleister.
Volgens historici ligt de oorsprong van de kant in Puerto Rico in het feit dat zich vele Franse kolonialen zich hier gevestigd hebben na de slavenopstand in Haïti.
Haïti was een Franse kolonie en na de slavenopstand werden de Fransen verdreven en velen hebben zich in Puerto Rico en Cuba gevestigd en zo de kant geïmporteerd.
Sommigen beweren dat dank zij de Spanjaarden de kant haar intrede heeft gedaan.
De koloniale Spanjaarden hadden behoefte aan kant voor religieuze, militaire en rechterlijke doeleinden. Men gebruikte kant voor uniformen, zelfs knopen werden overtrokken met kant.
Deze Spanjaarden leerden de bevolking kantklossen.
Uiteindelijk begonnen die zelf kant te ontwerpen om te exporteren.
De kantklossters van Puerto Rico behoren tot alle lagen van de bevolking. Ze zijn fier op hun geschiedenis en Moca is het kantcentrum van Puerto Rico en heeft een heus kantmuseum.
Op het ogenblik zijn er 9.000 kantwerksters .
Kantkussens met rol werden gemaakt uit alle beschikbare materialen zoals fruitkisten of laden. Alle soorten hout werden gebruikt en de klossen werden met de hand gesneden. In het museum vinden we klosjes van wel 64 soorten hout, van verschillende dikten.
Vanaf de 16de eeuw wordt het kantklossen geïntroduceerd in Lotharingen (Lorraine) en meer bepaald in Mirecourt, door Italiaanse vioolbouwers en gesteund door de graven van Lotharingen.
Meisjes uit grote gezinnen klosten kant om hun uitzet te versieren en in de weeshuizen werd kant geklost om te verkopen.In 1790 werkten duizenden kantwerksters voor kanthandelaars uit de naburige landen. Mirecourt was gekend over heel de wereld.
1850 Was een gouden periode voor Mirecourt en omgeving. Men telde toen 25.000 kantwerksters!!!
Op het einde van de 19de en begin 20ste eeuw raakte kantklossen in verval, vooral door de veranderingen in de modewereld. Er bleven slechts enkele kantwerksters over die het kantklossendoorgaven zodanig dat deze kunst niet verloren ging.
Tegenwoordig, dank zij de Vereniging ter Promotie en Heropleving van het kantklossen, de beoefening van deze kunst weer op gang getrokken. Meer dan 140 enthousiaste kantwerksters geven Mirecourt terug een kantuitstraling.
La maison de la dentelle is opgericht in 1996 en biedt de bezoeker een overzicht van de kantgeschiedenis van Mirecourt.
Métier of carreau
Eén van de eerste kantkussens uit Mirecourt.
Dit kussen heeft een rol zodanig dat men kant aan de meter kan klossen zonder het werk van het kussen te halen.
Kussen uit 1902. Hier is in het midden een schijf gemonteerd die kan draaien zodanig dat er hoeken kunnen gemaakt worden.
Oude staalboek v uit Mirecourt, gevonden op een rommelmarkt in Parijs. Dit armoedig boekje bevat 183 stalen en is waarschijnlijk meer dan 100 jaar oud.
Queyras ligt in de Franse Alpen, dicht bij Italië.
Vanaf einde 17de eeuw kloste men hier kant voor eigen gebruik. De bevolking was zeer arm en de vrouwen maakten kant om de eigen mutsen en kappen mee te versieren.
Rond 1825 kwam er een kentering in deze huisvlijt. Sommigen klosten nog verder zuiver uit liefhebberij tot ongeveer 1850.
Het kantklossen bestond puur uit overlevering want men heeft geen enkel patroon noch prikking terug gevonden.
De tamelijk eenvoudige, rechte kanten werden geklost met hennepvezels (geteeld in de streek) of Italiaans vlas. Men gebruikte de stevige Parijse tralie als grond.
De tambour
De gesulpteerde tambour is gemaakt van dennenhout, uit de streek, dat zich gemakkelijk laat bewerken. Aan de zijkant is er een deurtje om materiaal in op te bergen. Ook de klossen zijn bewerkt en meestal van verschillende dikten.
Aan Italiaanse zijde, Val Variëta gebruikt men dezelfde tombolo of tambour.
Men klost er dezelfde soort kant, misschien iets minder eenvoudig.
Soms sta ik er van te kijken wat een verscheidenheid aan kantkussens er bestaat.
Cogne
Cogne is een klein dorpje in de Vallei van Aosta, Italië.
In 1665 hebben de zusters Benedictinessen, gevlucht uit het klooster van Cluny, zich gevestigd in Aosta Vallei. Deze religieuzen onderwezen de vrouwen uit de kleine dorpen in de kunst van het kantklossen.
De geheimpjes en truckjes werden doorgegeven van moeder op dochter want echte cursussen bestonden niet.
Museum
In Cogne zijn ongeveer 130 kantklossters verenigd in een coöperatieve.
In het museum verkoopt men meterkant :
Pizzi fatto a mano al tombolo
Men klost hier meters stropkant op een ronddraaiend kussen = tombolo, met zware bolvormige klossen.
Het kussen is overtrokken met geruite stof die men gebruikt om de afstand tussen de gekleurde spelden te bepalen.
Tot zover het historische gedeelte van mijn thesis met als onderwerp :
De Zeelse kant de krone spant!
Er is nog een technisch gedeelte maar dat bewaar ik voor later.
Ik dank toch al diegenen die de moeite gedaan hebben om de dagelijkse afleveringen te lezen en ik hoop dat ik mijn steentje heb bijgedragen om de naaldkant eens in de bloemen te zetten.
Ondanks het overlijden van haar stichter-bestuurder, bleef de kantschool nog bestaan.
Mej. Roze Vergeylen nam de zware taak op zich.
Zij zorgde, het zij in mindere mate, voor bestellingen en ging de afgewerkte kanten persoonlijk in Brussel verkopen.
Rosalie reisde met de trein en werd kort voor haar dood nog beroofd van haar handtas waarin zij het geld van de verkochte kanten bewaarde.
Toen zij in 1950 plots overleed was de Zeelse kantschool haar ziel en drijfveer kwijt!
Op haar doodsprentje lezen we een eerbetoon aan deze vrouw, die samen met minister Rubbens, leefde voor de kant.
Ze heeft gelukkige jaren gekend. Haar fijn naaldenwerk vond waardering in binnen- en buitenland. Gerugsteund door een ideaal Leider, voerde ze honderden jong meisjes op in de kunst van de Zeelse kant. Wie zal ooit tellen de vele uren die ze doorgebracht heeft in het zo fijn afwerken van honderden kunstige motieven? En toch haar ideaal reikte hoger dan het vervaardigen van aards en vergankelijk naaldenwerk. Het was uitgegroeid tot een waar apostolaat : vele meisjes vonden niet alleen een werk naar hun hand, maar evenveel meisjes bewaarden in reinheid hun hart en leerden God in schoonheid dienen.
Einde citaat van het doodsprentje.
Nog enkele jaren is de naaldkant opgenomen in het programma van de beroepsschool van de Zusters van het Kapelhof te Zele.
Doch zoals ook de kloskant in de vergetelheid geraakt verdween ook de Zeelse naaldkant.
Van het levenswerk van Edmond Rubbens en Roze Vergeylen bleven nog de herinnering, een aantal prachtkanten en de leuze :
KANT
is een vrouwelijke arbeid bij uitmuntendheid!!!
Deze medaillon is een proefwerk dat werd gemaakt alvorens met het eigenlijke kantwerk te beginnen.
Een berichtje in mijn gastenboek doet altijd plezier maar liefst geen buttons van meer dan 40.000 KB want die vertragen het blog !
Omdat ik hen zo mooi vind !!!!
Thomas Woolner
Camino 2005
De voettocht van mijn man, Theo, naar Santiago de Compostela wordt stap na stap beschreven op zijn blog !! Interesse ? Kijk dan naar : http://blog.seniorennet.be/camino2005