In Noord-Engeland werd een boek gevonden warvan de kaft is gemaakt van menselijke huid. Dat maakte de politie van West-Yorkshire bekent. Het boek is vermoedelijk zo'n 300 jaar oud en werd gevonden op straat in de stad Leeds. Het is grotendeels in het frans opgesteld en bevat ook handgeschreven teksten in zwarte inkt. Hoe het boek er percies gekomen is weet niemand , maar vermoed wordt dat het gedumpt werd na een inbraak. Speurders proberen nu de recchtmatige eigenaar terug te vinden , onder meer via de website van de West Yorkshire politie waar foto's op werden geplaatst.
In bepaalde periodes in de geschiedenis was het niet ongewoon om de kaft van een boek te maken uit mensenhuid. De techniek heet antropodermische bibliopegie en was niet ongewoon ten tijde van de Frans Revolutie (1789-1799) bv. en ook in de rest van de 18e en de 19e eeuw werd het regelmatig gedaan. Toen werden de moordzaakverslagen gebonden in de huid van de moordenaar. Anatomieboeken werden dan weer gebonden in de huid van een lijk waarop een dissectie was gepleegd.
In de 20ste eeuw verdween de techniek , al werden de nazi's er tijdens Wereldoorlog 2 wel van verdacht de huid van holocaustslachtoffers te gebruiken.
Foto's van de autopsie van een buitenaards lichaam na het neerstorten van een UFO in Joegoslavië.
In november 1966 is dicht bij het kleine dorp Otoeek in de voormalige republiek Joegoslavië een vliegend voorwerp neergestort waaruit een buitenaards lichaam is geborgen. De gebeurtenis werd onmiddelijk stil gehouden, omdat het neerstorten het resultaat van een geheime militaire test zou zijn.
Het gedeeltelijk verbrande lichaam zou van een piloot van de luchtmacht zijn . Het zou door de vlammen en de hitte misvormd zijn . De duisternis van de nacht hielp de militaire autoriteiten om dit verhaal geloofwaardig te maken. Het lichaam werd onmiddelijk met een ambulanche van het leger naar een militair ziekenhuis in de hoofdstad Belgrado gebracht. Binen en paar uur begonnen enkele van de belangrijke Joegoslavische wetenschappers het lichaam te onderzoeken. Onder de wetenschappers waren drie artsen die de aotopsie leiden , de chirurg Andrej Zobol en de twee pathologen Nikola Jullic en Zoran Frederic.
Wetenschappers hebben sporen gevonden van een drastische opdroging van Afrika , 70.000 jaar geleden. Die immense droogte zou de mensheid bijna hebben uitgeroeid. Uit boringen in de bodem van drie meren verspreid over het continent blijkt dat deze grotendeels of geheel droogvielen , aldus de Amerikaanse onderzoekers. de boringen zijn verricht in zuidelijk-Afrika ( Malawimeer) , Oost-Afrika ( het Tanganyikameer) en West-Afrika ( Bosumtwimeer).
Het Malawimeer is tegenwoordig 550 km lang en 700 meter diep , 70.000 jar geleden was het slechts 200 m diep , en bestond het uit een aantal meren van elk hooguit tien km. lengte. Het Bostumtwimeer in Ghana was volledig drooggevallen , nu heeft het meer een doorsnee van tien km. Volgens de onderzoekers werd Afrika 70.000 jaar geleden getroffen door één omvangrijke droogteperiode , die het gevolg was van de uitbarsting van een vulkaan bij Sumatra. Door het vele stof en as in de atmosfeer zou een zogeheten ' vulkanische winter' zijn ontstaan. De temperaturen in Afrika daalden gedurende 1400 jaar met gemiddeld negen graden , met droogte tot gevolg. Deze langdurige extreme droogte heeft mogelijkerwijs een hoofdrol gespeeld in de evolutie van de menselijke soort. De populatie nam zeer snel af naar een groep van circa 10.000 en werd zo klein , dat de mensheid met uitsterven werd bedreigd. Om te overleven werden de mensen veel meer van elkaar afhankelijk en gingen zij in groepen leven.
Liggend op 100 km van Marokko rond de noordoostelijke kust van Afrika vormen elf vulkanische eilanden de archipel van de Kanarische Eilanden. Hoewel zeer bekend in Europa , hebben weinig mensen buiten het continent ooit gehoord van deze eilanden , laat staan van de geheimen die zij herbergen. De Kanarische Eilanden kunnen mogelijk het difinitieve bewijs leveren dat oude beschavingen langs overzeese reizen over de wereld maakten lang voor de tijd van Colombus. Dat bewijs zou mogelijk te vinden zijn in een groot piramidecomplex op één van de grootste eilanden, Tenerife , en in het onderzoek van de Noorse ontdekkingsreiziger , antropoloog en auteur, Dr. Thor Heyerdahl. Zich realiserend dat deze piramides vrijwel exact gelijk zijn aan de trappenpiramides die in Peru , Mexico en oud Mesopotamië zijn gevonden , bracht dr. Heyerdahl de laatste jaren van zijn leven door in Guimar , leiding gevend aan het archeologische onderzoek en de zes trappenpiramides en het complex waarvan zij deel uit maken.
Naar aanleiding van deze snelle ontwikkeling rijst de vraag , wie bouwde het en waarom , en geeft het ons het bewijs dat er regelmatig contact was tussen oude beschavingen lang voor de tijd die de coventionele archelogie ons wil laten geloven ? Tot aan de verovering door de Spaanse conquistadors bewoonden de Guanches , een geheimzinig volk warvan de geschiedenis en cultuur vrijwel onbekend zijn in Tenerife. De oorzaak voor dit gebrek aan kennis waardoor deze oude cultuur verdwenen is , is voor een deel het gevolg van de invasie door de Spanjaarden en deels door sporadische uitbarstingen van de vulkaan Teide en mede door een gebrek aan archeologisch onderzoek in het gebied. De unieke geografische ligging van de Kanarische Eilanden heeft deze eilanden tot een belangrijk punt in zeevaarroutes over honderden jaren gemaakt. Colombus gebruikte het bv. als zijn laatste thuishaven alvorens hij de lange reis over de Oceaan naar Amerika maakte. Jarenlang is er verschil van mening geweest over de vraag wie Amerika het eerst ontdekte, Colombus of Leif Eriksson , maar er zijn sterke aanwijzingen dat beide eeuwen te laat waren en dat de mensen ven Mesoamerica en de Eilandbewoners van Tenerife veel eerder expedities naar of zelfs handelroutes tussen de beschavingen onderhielden.