Ik ben Chris en hou van reizen, wandelen, een goed glas wijn, lekker eten, Status Quo, lezen (thrillers).
Ik ben geboren op 1 februari 1962.
Hier kun je meegenieten van onze wandelingen. Sinds ik in augustus 2009 een hartinfarct kreeg, ga ik er samen met mijn vrouw Annick dikwijls op uit om een gezonde wandeling te maken.
Met goede moed en de zon van de partij trokken we deze keer naar Smetlede, om er het Vaerenberghpad te volgen.
Smetlede is een dorp in de provincie Oost-Vlaanderen en een deelgemeente van de gemeente Lede.
De huidige Sint-Pharaïldiskerk dateert deels uit 1824 (schip en toren) en 1897 (koor en kruisbeuk). De patroonheilige, Sint-Pharaildis (ook: Farahilde of Veerle), wordt aanroepen tegen ziekten van het pluimvee.
Rechts van het portaal hing dit kruisbeeld met muurschildering.
Smetlede is vooral gekend voor zijn boom- en plantkwekerijen en al na enkele minuten liepen we langs een eerste veld.
Huisjes zoals er vroeger wel meer waren.
Het kerkhof is volledig ommuurd.
Een paar honderd meter voorbij het kerkhof komen we een eerste kapelletje tegen. De kapel van O.L.V. Onbevlekt Ontvangen staat reeds aangeduid op de "Caerte figurative van de Prochie van Oordegem en Smetlede van 1780".
Deze schone dame liet zich graag strelen.
De kapel van de H. Barbara, daterend van het begin van de 19de eeuw. De kapel was volledig in puinhoop herschapen maar werd in 1986 door het gemeentebestuur op dezelfde plaats en in de stijl van toen herbouwd.
Verder langs de veldwegen met nog vele jonge boompjes waarvan we veronderstellen dat dit Japanse kerselaars zijn.
Even binnenkijken in de St.-Jozefkapel, gebouwd in 1922.
Aan de kant van de weg vonden we een antiek werktuig dat de boeren vroeger gebruikten.
Moeder eend was ook op stap met dit zonnig weer.
Besjes aan de bomen... zo vroeg in het voorjaar al.. Wat mag dit wel wezen ?
Eén van de vele verzorgde tuintjes die we zagen.
De boompjes waren volop in bloei.
Mooie bloemetjes aan de kant van de weg.
We vervolgen onze weg en steken het onooglijk kleine Zandputtenbeekje over. We bevinden ons hier op het laagste punt en dit werd ons snel duidelijk door de drassige bodem die we voorgeschoteld kregen.
Nog een veld met vele aangeplante boompjes.
Deze kloeke jongen stond veilig in de weide.
Het koningsbos van in de verte gezien.
Hier zijn we op wandel in het Koningsbos.
Deze privékapel was mooi onderhouden. Ze draagt de naam Onze-Lieve-Vrouw van Vrede en werd gebouwd naar aanleiding van de oorlog 1940 - 1945, als dank.
Kapel Sint-Antonius van Padua.
Origineel om de gevel van je huis wat op te vrolijken..
En zo kwamen we weer terug aan ons beginpunt.
We hebben genoten van deze wandeling, veel natuur en het zonneke op ons hoofd, meer moet dat niet zijn.
We begonnen onze wandeling aan de kerk van Zarlardinge.
Zarlardinge is een dorp in de Belgische provincie Oost-Vlaanderen en een deelgemeente van de stad Geraardsbergen. Het dorpscentrum ligt nog geen kilometer ten westen van dat van Goeferdinge.
Kerk Onze-Lieve-Vrouw in Zarlardinge.
Kleine maar hele mooie kerk binnenin.
Nog maar pas onze wandeling gestart en we kwamen deze mooie jongen al tegen.
Vergezichten zoals je ze bij ons in de buurt niet meer tegenkomt.
De eerste kapel die we op onze weg tegenkwamen.
Aan een gevel zagen we dit kunstwerk.
Wandelen tussen de velden.. kan deugd doen. We hadden een echt "lentegevoel".
Nog een kapel, en deze was open, dus even binnen een kijkje genomen. Daar stonden allemaal doodsprentjes en foto's met kaarsjes. Blijkbaar wordt deze kapel druk bezocht.
Mijn vrouwtje kon er niet aan weerstaan om deze prachtige luchtfoto te maken.
In de verte zagen we de stad Geraardsbergen liggen.
Stevig verder gestapt en toen kwamen we aan de kerk van Goeferdinge.
Goeferdinge is een dorp in de Belgische provincie Oost-Vlaanderen en een deelgemeente van de stad Geraardsbergen.
De plaatselijke Sint-Bavokerk werd in 1776 volledig in classicistische stijl herbouwd. Het interieur dateert van dezelfde periode; van de oude kerk bleef enkel de 15e-eeuwse arduinen doopvont bewaard.
Dit monument stond aan de kerk.
En wat zagen we ook nog onderweg ? Het supporterslokaal van wielrenner Robbie McEwen. Robbie woont al sinds jaren in Everbeek, een buurgemeente van Goeferdinge.
Even stilstaan... voor een moment van bezinning.
Even vanop een hoogte kijken naar welke richting we uit moeten.
Overblijfselen van een oude molen.
Onze tocht zit er bijna op.. dus even de dorst lessen in een plaatselijke herberg. In De koning van Engeland (Bij den Absjaar) konden we genieten van een fris biertje.
En we hadden de thuisblijvers ook niet vergeten, als je in de streek van Geraardsbergen bent, mag je niet naar huis terugkeren zonder een lekkere mattentaart.
Zo beste bloggers, we hopen dat jullie ook hebben genoten van onze wandeltocht.
Hier zijn we weer.. deze keer op pad geweest naar Borchtlombeek.
Borchtlombeek is een deelgemeente van de gemeente Roosdaal in de provincie Vlaams-Brabant. De gemeente ligt op 17 km ten westen van Brussel.
Borchtlombeek behoorde in de Karolingische tijd tot de Brabantgouw, maar vanaf de elfde eeuw, evenals Liedekerke, tot het graafschap Vlaanderen. Kerkelijk behoorde Borchtlombeek in de late middeleeuwen tot het dekenaat Halle, in het aartsdiaconaat Brabant.
We volgden het Sint-Amanduswandelpad.
De dorpskerk, gewijd aan Sint-Amandus, is oorspronkelijk laatgotisch (16de-17de eeuw). Ze onderging in de 19de eeuw een grondige verbouwing, waarbij de aanvankelijk vrijstaande toren in het hoofdgebouw werd opgenomen. P.C. van Peteghem bouwde het orgel in 1824.
Ook de binnenkant was heel mooi met een prachtig houten gesculpteerde preekstoel.
Ook Maria was prachtig gekleed.
Dit monument stond op het kerkplein.
De lammetjes dartelden vrolijk in de weide rond, en hielden af en toe eens pauze om te drinken bij mama.
Kapel/grot onderweg op ons pad.
Nog een prachtig exemplaar van een zwam.
We zagen ook dit staan.. maar hebben geen idee wat het is.
Verschillende serres, waar nog niks in stond, en we ook niet weten welke gewassen / struiken hier in de streek worden geteeld.
Efkes lachen naar de fotograaf...
We zagen verschillende mooie oude huizen.
Raar beeld dat hier in de tuin stond... wat zou dat zijn ??
De kerk vanuit de verte.
Zalig, wandelen op den buiten met de zon in de rug.
Ook zagen we een kabbelend beekje.
Nog een mooi gerestaureerd kapelletje.
Vele boerderijen werden gerestaureerd.
En de zon blijft maar schijnen, gelukkig maar.
Monument met kapelletje.
Deze schone heer wou maar al te graag op de foto voor mijn vrouwtje.
Zo beste bloggers, we hopen dat jullie ook genoten hebben van deze wandeling.
Ditmaal er op uitgetrokken naar Impe om er het oude Molenpad te volgen. Tot onze eigen verbazing hebben we geen molens gezien, hoewel de naam van het pad dit toch suggereert. Het was een rustige wandeling die vooral de nadruk legde op het landelijke karakter van de streek alsook de natuur.
Impe is gelegen in de provincie Oost-vlaanderen en is een deelgemeente van Lede. Het is een klein dorpje en telt ongeveer 900 inwoners. De meest gekende bewoner is Lucien Van Impe, die in 1976 de Ronde van Frankrijk won.
Het vertrekpunt was gelegen aan de kerk op het Impedorp. Begin 2000 werden er grote restauratie- en herstellingswerken gestart aan de Sint- Denijskerk waarbij binnen-en buitenkant een fraaie opknapbeurt kregen.
Tegenover de kerk staat de Onze-Lieve-Vrouw-van-Lourdesgrot.
Direkt naast de grot vinden we de pastorij die door de gemeente werd gerestaureerd.
Gedenksteen ter ere van overleden militairen.
Tot onze verbazing vonden we dit bord aan een boom bevestigd, zomaar langs het wandelpad.
Karakteristiek voor vele plattelandsgemeenten zijn de knotwilgen. Hieronder een imposante knotwilg, die ver aan zijn einde zal zijn, gezien zijn toestand.
De Molenbeek die zich in alle bochten wringt.
Een hele poos tussen de bomen gewandeld.
Even het brugje over om van hieruit het bos achter ons te laten.
Even stoppen om wat dieren te aaien. Langsheen het parcours hebben we vele pony's en paarden gezien.
Nog heel veel groen en ongerepte natuur.
Ook onze kirrende vriendjes niet vergeten.
Een kijkje binnen de Sint-Machariuskapel.
Het eerste madeliefje van de lente.
Ver aan het einde kwamen we dit mooi gerestaureerd kapelletje tegen.
En terug aangekomen bij het vetrekpunt, naar goede vaste gewoonte een stop in een plaatselijk volkscafeetje, om de sfeer van weleer op te snuiven.
De herberg "De Oude Mol", eveneens op het dorp, werd reeds in 1779 vermeld : "hofstede ende herberge den mol jegens de kerke".
Onder een droge hemel en niet te koud weer vertrokken we op uitstap naar Affligem.
Affligem is een gemeente in de Belgische provincie Vlaams-Brabant. De gemeente telt ruim 12.000 inwoners. Grensgemeenten zijn: Aalst (Noorden en Westen), Denderleeuw (Zuid-westen), Liedekerke (Zuiden), Ternat (Zuid-oosten) en Asse (Oosten).
Affligem weerklinkt bijna dagelijks op de radio als knelpunt waar de files op de E40 Oostende-Brussel ontstaan.
Onze tocht vertrok aan de abdij van Affligem.
De abdij van Affligem mag beschouwd worden als de meest imposante abdijstichting van de benedictijnen in de Lage Landen. Als huisabdij van de hertogen van Brabant werd ze Primaria Brabantiae (de voortreffelijkste van Brabant) betiteld. In de rijmkroniek van Sinte-Lugartde (circa 1200) wordt ze Spiegel voor alle abdijen genoemd.
De abdij is ontstaan uit een eremitische gemeenschap die vermoedelijk op 28 juni 1062 werd opgericht. Haar grote weldoener is paltsgraaf Herman II van Lotharingen ( 1085). Via zijn minderjarigheidsvoogd, aartsbisschop Anno II van Keulen (1056-1075), gaf hij toelating aan de eremieten om op zijn domein te Affligem een gemeenschap te stichten.
Wellicht is deze paltsgraaf ook de beschermheer van de eerste Sint-Pieterskerk geweest (1083). Op de dag van de kroning van de Duitse keizer Hendrik IV te Rome (31 maart 1084) schonk hij bovendien zijn eigengoed te Affligem voor de formele oprichting van de abdij met een reguliere orde. In 1086 werd de stichting nogmaals rijk begunstigd door de landsheerlijke opvolger van paltsgraaf Herman II van Lotharingen in Brabant, graaf Hendrik III van Leuven. Zodra deze inkomsten voorhanden waren, werd overgegaan tot de formele inwijding door bisschop Gerardus II van Kamerijk.
Op onze wandeling in het Kloosterbos kregen we het gezelschap van een reiger.
In de verte zagen we de gebouwen van mijn vrouwtje haar laatste werkgever.
De boeren waren op de hoppevelden al bezig met de voorbereidingen voor de hop. In het voorjaar worden eerst de resten van de oude plant weggesneden, daarna bevestigt men fijne ijzerdraadjes aan de lange draden bovenaan. Die ijzerdraadjes worden later vastgemaakt in de grond. Rond deze draadjes groeit de hoppe. Begin mei draait men de hoppescheuten(+/-50cm) rond de ijzerdraadjes. Meestal draait men 3 gezonde, stevige scheuten rond elke draad, zo raken er normaalgezien zeker 2 boven. Nadien groeit de hop min of meer zelfstandig. Bij winderig weer durven de scheuten de draad wel eens te verliezen. Daarom moet de boer af een toe het bovenste stuk van de scheuten opnieuw aandraaien.
Ook een kudde ezels kwam ons vriendelijk groeten.
En ze lieten zich maar wat graag aaien door mij.
Een eind verder stond er ons ook een paard op te wachten. We waren ons juist aan het afvragen welk ras dit zou zijn, toen de eigenaar langs kwam om te voederen. Dus mijn vrouwtje nieuwsgierig als ze is, sprak de man aan en vroeg uitleg..
Het is een Pinto. Nog nooit van gehoord.. dus opgezocht op internet.
De Pinto stamt af van de paarden met gevlekte vacht die NoordAmerikaanse indianen ontvreemdden bij de conquistadores. Zijn naam heeft hij te danken aan een Spaans woord, 'pintado', wat 'geverfd' betekent.
Een Pinto karakteriseert zich beter aan de hand van zijn kleur en niet zozeer door zijn bouw. Gewoonlijk is het een stevig gebouwd, krachtig paard dat gedurende zeer lange tijd inspanningen kan leveren.
De vacht van de Pinto kan worden onderverdeeld in twee groepen: de 'overo' (witte vlekken op een gekleurde ondergrond) en de 'tobiano' (wit met vlekken in verschillende kleuren, behalve zwart).
De Pinto werd nog niet zolang geleden erkend als ras en dan nog maar alleen in de Verenigde Staten. Dit spectaculaire paard heeft soepele, losse gangen en gewoonlijk is het bijzonder comfortabel. Het bezit een korte, dunne staart. Wellicht ontstond die door selectief fokken om niet te blijven hangen aan de struiken en doornen van de ongerepte vlakten in de VS.
Weer een aantal bomen gezien met zwammen. Wist je als er op een boom een zwam groeit, dat deze boom dan ziek is ?
Dus moet deze boom er wel heel slecht aan toe zijn... al die uitstulpingen die je ziet zijn zwammen.
Onderweg kwamen er toch wat wolken aanzetten.
Toen we onze weg verder zetten, kwamen we aan de Meldertvijver : deze vijver maakte vroeger deel uit van het draineringsproject van de abdij van Affligem en diende destijds ook als viskweekvijver en potvijver.
Even uitblazen onderweg in een volkscaféetje...
...onder het genot van een drankje, en terwijl even de kaart bestuderen om te zien of we nog op de goede weg zijn.
Aan de Vrije School in Meldert hing er een heus modern kunstwerk.
De gotische Sint-Walburgakerk van Meldert wordt momenteel gerestaureerd.
O-L-Vrouw van Lourdeskapel.
Landelijke vergezichten.
Sint-Rochus kreeg hier als volkse heilige en beschermer van de hoplochtingen tegen allerlei plagen een kapel, de Sint-Rochuskapel (1560), ook genoemd de "Kapel van Nievel".
En zo kwam onze eindbestemming stilaan in zicht.. terug op weg naar de abdij.
Nog even een foto van dit beeld aan de abdijmuur.
Zo beste bloggers, dit was alweer een verslagje van onze tocht.. we hopen dat jullie er ook van genoten hebben.