Ik begin langzaamaan ook meer overtuigd te raken van de doorgave van hechtingsproblemen tussen de verschillende generaties.
Zo is mijn man een duidelijk bezorgde persoon (= hechtingsproblematiek), net zoals een twee jaar jongere zus, die beiden mijn schoonmoeder 7 dagen per week tijdens de allereerste levensjaren volop beleefden (dag en nacht), bijna zonder tussenkomst van mijn schoonvader. Mijn schoonvader werkte in de zwavelmijnen en tijdens hún eerste levensjaren kwam hij alleen in de weekenden thuis, omdat de mijnen zich nog op een te verre loopafstand (toen bijne enig vervoermiddel voor de mijnwerkers) van huis af bevonden. Mijn schoonmoeder is met al haar vijf kinderen altijd overbezorgd geweest.
En mijn man was en is het nog steeds, té bezorgd. En zo had hij tijdens de eerste levensjaren van onze zoon ook een bepaald gedrag met hem, waarover ik een volgende keer nog wel in detail zal schrijven.
|