|
19/07/1920 - 30/12/2009
Ik had vrede met haar dood, haar lichaam was op en ze zou afhankelijk worden van anderen en afhankelijkheid stond niet in haar woordenboek. Maar soms overvalt mij het gemis. Zo graag iets vertellen, iets vragen: " Mama weet jij...?" Nog even terug naar vroeger, nog even kind zijn.
Na haar begrafenis schreef ik dit op mijn blog:
“En daar stonden we dan voor een allerlaatste groet, voor we de kist gezamenlijk zouden sluiten en mijn moeder naar haar laatste rustplaats werd gebracht.
Het was haar mooie bloes met de oranje en gele bloemen die ik voor haar had uitgezocht en die haar zo goed stond. We hadden het hier eigenlijk nooit over gehad, wat ze aan zou trekken, die allerlaatste dag. En waar ik…oh hoe belachelijk! Die afgelopen nacht over had liggen piekeren, want het vroor dat het kraakte, verdorie, en het Amsterdamse kerkhof lag onder een dik pak sneeuw. En niemand om het eventjes aan te vragen. Nu echt helemaal nooit meer: “màààààm weet jij...?”
Het waren mijn moeders handen. Het waren haar haren. Maar waar was haar rimpelkoppie gebleven? Zouden al die dure crèmes, die zij haar leven lang gesmeerd had en waarvan ze uiteindelijk tot de conclusie was gekomen, dat ze toch niet hielpen, dan toch hun werk hebben gedaan? Of kwam het dan toch van die koude koffie, waarvan ze altijd beweerde en zij had die wijsheid dan weer gehoord van haar moeder: dat je daar mooi van wordt...Na je dood.”
|