Decennia lang succesvolle zangeres en actrice, dochter van de Amsterdamse tenor napolitano Willy Alberti. Met een zo bloemrijke levenswandel dat in 1994 een musical over haar leven verschijnt. Is dan zelf nog allerminst uitgezongen.
1958 Op dertienjarige leeftijd maakt Willeke Alberti (Amsterdam, 3 februari 1945) reeds haar podiumdebuut. In 1958 maakt ze haar eerste singletje met haar vader: Zeg Pappie Ik Wilde U Vragen en valt zij succesvol in voor haar zieke vader. Dat optreden markeert het begin van haar carrière. Eerst moet Willeke echter de MULO afmaken, omdat vader Alberti zijn dochter liever in een ordentelijk beroep ziet (pedicure).
1959 Willeke maakt haar radio- en televisiedebuut in 1959. Begin jaren zestig is zij succesvol met liedjes als Midi Midinette, Hé Niet Zoenen Op Het Zebrapad en Norman, veelal vertalingen van buitenlands repertoire.
1963 Spiegelbeeld, een vertaling van Tender Years van George Jones, behaalt de eerste plaats in de hitparade. In 1964 krijgt ze een gouden plaat voor Spiegelbeeld. Willeke zingt in de musical Jij Bij Nacht En Jij Bij Dag.
1964 De Winter Was Lang behaalt eveneens de eerste plaats op de hitparade, terwijl Mijn Dagboek op nummer 2 blijft steken. Willeke Alberti behoort met Rob de Nijs en Anneke Grönloh tot de populairste tienersterren. Willeke treedt met succes op in het Knokke Songfestival.
1965 Willy en Willeke hebben een eigen televisieshow. Morgen Ben Ik De Bruid betekent letterlijk en figuurlijk het einde van Willekes jeugdjaren. December 1965 trouwt ze met Jumping Jewels' bassist Joop Oonk. Een Edison vormt de bekroning van haar carrière als tienerster. Volgens Skip Voogd in zijn boek Sjout! Met Tienersterren Praten zal Willeke, 'als ze blijft zoals ze nu is, wel, dan zal ze een graag geziene vokaliste met een eigen 'personality' blijven.'
1967 Willeke maakt in de periode 1967-1969 enkele succesvolle platen met haar vader: Dat Afgezaagde Zinnetje (Somethin' Stupid), Chiribiri Bom Pom Pom en Een Reisje Langs De Rijn. De single Danielle uit 1968 markeert de geboorte van haar eerste dochter.
1975 Willeke speelt de hoofdrol in de speelfilm Rooie Sien van Frans Weisz. Het bekende nummer Telkens Weer (een tekst van Friso Wiegersma) is uit deze film afkomstig; de lp Rooie Sien is genoteerd in de lp-hitparade. Met Bonnie, Ronnie, Ciska, Nico, Harmen, Ome Jan en Peter zingt ze op de kersthit Een Heel Gelukkig Kerstfeest.
1977 Willeke Alberti heeft plotseling weer een top-40 hit met het lichtvoetige Carolientje. De plaat behaalt een vijfde plaats.
1981 Willeke ontvangt de Gouden Harp van Conamus. Er verschijnt een dichtbundel: Doodgewone Dingen.
1983 Willeke en Willy Alberti scoren weer een ouderwetse hit met Niemand Laat Zijn Eigen Kind Alleen, een vertaling van de nr. 1-hit Save Your Love van Renee & Renato.
1992 Een duet met Paul de Leeuw, Gebabbel, een vertaling van het bekende Franse chanson Paroles, brengt het als b-kant van Vlieg Met Me Mee Naar De Regenboog tot de tweede plaats in de Top 40.
1993 Het nummer Ome Jan bezorgt Willeke een top 10-hit.
1994 Tot ieders verbazing wordt de 49-jarige Willeke Alberti uitverkoren om Nederland op het Eurovisie Songfestival te vertegenwoordigen met het liedje Waar Is De Zon, een compositie van Edwin Schinsheimer op tekst van Coot van Doesburgh. Nederland behaalt een teleurstellende 23ste plaats en wordt daardoor verbannen naar de voorronden. Waar Is De Zon is aanleiding voor een nieuwe cd: Zomaar Mijn Dag. Op de dubbele livecd Encore, opgenomen 7/8-1-1994, van songfestivalfreak Paul de Leeuw zingt zij wederom een duet: 't Is Nog Niet Voorbij.Met De Glimlach Van Een Kind heeft Willeke een posthume hit met Willy.
1995 Willeke, De Musical, een musical over het bepaald niet rimpelloze leven van Willeke Alberti van Hans de Wolf, is van januari tot juni in 50 theaters te zien. Joke de Kruijf speelt de titelrol en Frits Lambrechts de rol van Willy Alberti.
1996 Willeke Alberti heeft een hitje met De Meer is Niet Meer, maar treedt ook op bij de opening van de Amsterdam Arena met het nummer Samen Zijn in de Amsterdam Arena Hit Medley. De dubbelcd Live In Carré Een Halve Eeuw Willeke verschijnt.In het seizoen 96/97 doet Willeke een tournee langs 47 theaters: Willeke Alberti - Theaterconcert '96-'97, begeleid door een combo onder leiding van Edwin Schimscheimer. Het repertoire bestaat uit nieuw werk van Paul de Leeuw en Coot van Doesburgh, hitmedleys en 'levensliederen.' De liedjes uit de theatershow verschijnen aangevuld met kerstliedjes op de cd Op Dit Moment. Willeke zingt de titelsong van de SBS6-soap Goudkust. Een televisieserie bij de TROS met Monique van de Ven en Linda de Mol wordt door de zwangerschap van laatstgenoemde op de lange baan geschoven.
1998 Bij uitgeverij Kosmos verschijnt de biografie Verliefd Op Het Leven, geschreven door zangeres Carmen Sars.
1999 Samen met staatssecretaris Vliegenthart zingt Willeke het Lied Van De Generaties op de Internationale Dag Van De Ouderen. Het album Liedjes Voor Altijd verschijnt. De plaat bevat twaalf duetten met o.a. Herman Brood, Karin Bloemen, Acda en de Munnik, Guus Meeuwis en Rob de Nijs. De opbrengst van het album gaat naar het Koningin Wilhelmina Fonds.
2000 Willeke Alberti breekt met platenmaatschappij Dino. Begin september gaat de revue Meer Dan Brood Alleen in premiere. De show, waar Alberti een rol in speelt, is gemaakt ter ere van het honderdjarig bestaan van de CNV Hout- en Bouwbond. De teksten zijn geschreven door Ivo de Wijs.
2001 Het album 't Komt Allemaal Weer Goed bevat ingetogen, serieuze liedjes met ondermeer een tekst geschreven door acteur/regisseur Jeroen Krabbé en een duet met Boudewijn de Groot.
2002 Op dinsdag 28 januari is Willeke Alberti een van de acts tijdens het feestje in de Arena ter gelegenheid van het huwelijk van kroonprins Willem-Alexander en Máxima Zorreguieta. Alberti verzorgt samen met Jenny Arean een theatertour. Samen met komiek André van Duin presenteert Willeke bij de TROS Willeke en André's SterrenBingo. De liedjes van haar vader Willy Alberti staan op het repertoire waarmee de zangeres optreedt in verpleeg- en verzorgingstehuizen. Een van die optredens is te zien in Ramses, de documentaire over Ramses Shaffy van Pieter Fleury.
2003 De doelstelling van de Willeke Alberti Foundation is om structureel, door het organiseren van uiteenlopende culturele activiteiten, het welzijn en de levenskwaliteit van senioren, kinderen en zieken in verpleeginstellingen en verzorgingshuizen te verbeteren. Mede door het in leven roepen van deze stichting wordt Alberti door Universiteit Nijenrode benoemd tot Jaarmoeder.
2004 Tijdens Vrienden Van De Amstel Live in Ahoy' te Rotterdam zingt Willeke Alberti haar klassieker Telkens Weer samen met de rockband Fontane, de band van Volle Maan-acteur Michiel Huisman. De zangeres Wende Snijders zet een Franstalige versie van Telkens Weer op haar debuutalbum Quand Tu Dors. Op het Tilburgse Festival van het Levenslied brengt Alberti een ode aan haar in 1985 overleden vader. In juli wordt bekend gemaakt dat de zangeres op 28 maart 2005 de Radio 2 Zendtijdprijs 2005 krijgt overhandigd. De prijs gaat elk jaar naar een artiest die van blijvende betekenis is voor de Nederlandse radio. In november gaat de door Albert Verlinde geproduceerde musical Hello Dolly in première met naast Jos Brink en Jamai Willeke Alberti in een van de hoofdrollen.
2006 Op 23 september gaat in Rotterdam de jubileumtheatershow Goud in première. De zangeres wordt tijdens deze muzikale autobiografie begeleid door een orkest onder leiding van Edwin Schimscheimer en op het podium vergezeld door onder meer zangeres Brigitte Nijman en zanger/danser Frans Schraven. De regie is in handen van Barry Stevens.
2007 Tijdens het laatste optreden van de tournee Goud wordt Willeke Alberti op 6 februari in Carré onderscheiden met het ereteken van verdienste. Ze krijgt de prijs uit handen van de Amsterdamse cultuurwethouder Carolien Gehrels. 19 april verschijnt Voor Altijd, een vier dvd's tellende box met hoogtepunten uit de vijftigjarige carrière van Willeke Alberti. De box bevat gastoptredens van o.a. Jeroen Krabbé, André van Duin, Paul de Leeuw, Ted de Braak en Willem Ruis.
Amsterdamse zangeres van het levenslied, die opgang maakt in het midden van de jaren vijftig. Treedt veelvuldig op met haar gabber Johnny Jordaan.
1955 Op 7 februari 1955 vindt op initiatief van Bovema-directeur Gerry M. Oord een Jordaan talentenfestival in het Rothaanhuis aan de Rozengracht. Uit de 103 deelnemers worden 15 finalisten gekozen. Op 2 maart 1955 in Krasnapolsky wordt Helena Polder tweede achter Johnny Jordaan. Tante Leen is in die tijd werkzaam als werkster in de Effectenbeurs. Eerder verdiende ze de kost als garnalenpelster. 's Avonds werkt zij als zetbaas in het café naast dat waar Johnny Jordaan optreedt. Helena Polder is afkomstig uit de Willemstraat in de Jordaan. Zij vertolkt het lied Hand In Hand van Jaap Valkhoff en Hans Ruf jr. Dit is overigens een ander nummer dan Hand In Hand Kameraden, want Tante Leen is haar hele leven lang fervent supporter van Ajax.
1956 Ondanks de plankenkoorts betekent dit het begin van een succesvolle carrière, zowel solo als samen met Johnny Jordaan. De eerste plaatopnamen volgen enkele maanden later. Eerste single is Oude Amstelstad. Het nummer Oh, Johnny is haar eerste grote hit. Het nummer handelt uiteraard over Johnny Jordaan. Deze beantwoordt met Tante Leen: 'Tante Leen, Tante Leen, Tante Leen, ik ga een liedje voor je zingen.' Tante Leen zingt voornamelijk repertoire van Jaap Valkhoff, Harry de Groot en Pi Vèriss (Piet Visser). Op plaatopnamen wordt zij begeleid door de accordeonisten Harry de Groot, Pierre Biersma en Johnny Holshuysen, gitarist Eddy Christiani, bassist Wim Kastelein en drummer Nico Prins. Bekendste nummers van Tante Leen: Blijf Bij Mij, Morgen Kan Het Gebeuren, De Duiven Op De Dam, Als Ik Droom, Eeuwig Jong, Bloemetjes In De Jordaan.
1960 - 1967 In haar eigen Café Royal aan de Nieuwendijk treedt Tante Leen elke avond op. In de ene hand heeft ze een microfoon en met de andere hand wordt de kassa bediend. Ze wordt aanvankelijk begeleid door accordeonist Jan Schelling, later wordt met een geluidsband gewerkt.
1968 Tante Leen krijgt een uitnodiging om Nederland te vertegenwoordigen op het Eurovisie Songfestival. Ze slaat de uitnodiging af.
1969 In augustus 1969 treden Tante Leen en Johnny Jordaan tezamen met Cees de Lange, Bueno de Mesquita, Harry de Groot en de Shepherds op in het Palladium, Hollywood.
1970 In 1970 gaan Tante Leen en Johnny Jordaan met Cees de Lange en Tonny Eyk op tournee door Australië en Nieuw-Zeeland.
1975 Om gezondheidsredenen stopt zij in 1975 met haar zangcarrière.
1979 Duet met Johnny Jordaan: Waar Is De Tijd Gebleven.
1991 Op 27 juni komt Tante Leen in een rolstoel het podium op van de Jaap Edenhal tijdens het laatste optreden van zanger/bassist Manke Nelis.
1992 De laatste jaren van haar leven slijt Tante Leen in verpleegtehuis De Poort. Op 5 augustus overlijdt Tante Leen. Samen met haar vaste gabber Johnny Jordaan en accordeonist Johnny Meyer wordt ze vereeuwigd in een monument.
Simon David (Rotterdam, 19 december 1883 Amsterdam, 1 juli 1939) beter bekend als Louis Davids, was een Nederlands cabaretier en revueartiest en staat bekend als een van de grootste namen van de Nederlandse kleinkunst.
Louis Davids werd geboren in Rotterdam als zoon van de komiek en caféhouder Levie David en Francina Terveen in een arm Joods gezin van acht kinderen. Zijn ouders traden op met komische duetten, en Louis zong als 8-jarige al op kermissen met zijn broer Hakkie op de piano. Tot rond zijn 13de trad Louis vaak met zus Rika op in Rotterdam, ook buiten de kermis. Na een ruzie met zijn vader ging hij als goochelaarshulpje mee naar Engeland, maar kwam een jaar later en een illusie armer maar een pak ervaring in variététheater rijker weer naar huis. Met zijn zus Rika wist hij zich een plaats te veroveren buiten de kermiswereld (theater Pschorr) met onder andere Een reisje langs den Rijn en We gaan naar Zandvoort aan de zee. Ze gingen naar Amsterdam waar Davids met de theaterdirecteur Frits van Haarlem in Carré met veel succes een revue naar Engels voorbeeld opzette; Louis' naam was daarmee gemaakt. Hij zette het revue-succes in 1909 voort in het gezelschap van Henri ter Hall.
DetailToen Rika de Engelse goochelaar John Weil ontmoette, trouwde ze, ging naar Engeland en stapte uit het duo. Louis vormde na een mislukte poging om als goochelaar zijn brood te verdienen uiteindelijk opnieuw een duo, dimaal met zijn jongere zus Henriëtte (Heintje). Ook het tweede duo Davids werd een succes. De echtgenoot van Heintje, Philip Pinkhof schreef voor de revues waar de beide Davids in speelden.
Louis trouwde in 1906 met Rebecca Kokernoot met wie hij een dochter kreeg, maar niet gelukkig was. Tijdens een tournee maakte hij kennis met de artieste Margie Morris die in 1913 naar Nederland kwam. Tot 1922 vormden Louis en Margie een duo He, She and the piano waarvoor Margie meestal als componist tekende. Het komische repertoire werd langzamerhand uitgebreid met het levenslied. Een bekend stuk uit die periode is De Jantjes dat ook als 'stomme film' werd uitgebracht in 1922, en als sprekende film in 1934. Tussen 1922 en 1926 was Davids directeur van het Casino-theater in Rotterdam maar het directeursvak kom hem niet blijven boeien.
In 1929 stond Louis Davids in de de revue Lach en vergeet met het lied dat waarschijnlijk zijn bekendste werd De kleine man. Het was geschreven door Jacques van Tol met wie Davids tot zijn dood in 1939 bleef samenwerken. Hij en Van Tol kwamen overeen dat Van Tol anoniem zou blijven als tekstdichter van vrijwel alle teksten van Davids na 1929.
Ondanks zijn Rotterdamse afkomst was Davids een geliefd vertolker van het Amsterdamse Jordaan-repertoire. Davids stond aan de wieg van de carrière van een aantal grote namen als Wim Kan en Corry Vonk, Wim Sonneveld en het cabaret Ping Pong.
In 1937 moest Louis Davids zijn werk bij het Kurhaus-cabaret opgeven vanwege astma. Zijn vrij onverwachte dood op 55-jarige leeftijd werd mede veroorzaakt door astma.
Grootste na-oorlogse volkszanger van Amsterdam en misschien van heel Nederland. Had alles in zich om uit te groeien tot archetypische koning van de Nederpop, vergelijkbaar met Elvis Presley in de VS. Maar in Nederland (anders dan in de Angelsaksische landen) is altijd een scherpe scheidslijn blijven bestaan tussen traditionele volksmuziek en rock & roll; tussen smartlap en Nederpop.
1924 - 1954 Johannes Hendricus van Musscher wordt op 7 februari 1924 geboren op de hoek van de Amsterdamse Lijnbaans- en Rozengracht. Behalve dat zijn wieg in de Jordaan staat zijn twee omstandigheden in zijn jeugd bepalend voor de rest van zijn persoonlijke en artistieke leven: armoede en een zwakke gezondheid. Op negenjarige leeftijd verliest hij bij een stoeipartij met zijn neef Carel Verbrugge (de latere Willy Alberti) zijn linkeroog, waardoor hij het de rest van zijn leven met een glazen oog moet doen. Het is de aankondiging van een leven vol medische tegenslagen. De Jordaan is een uitgesproken armoedige wijk met een reputatie van zuiplappen en vechtersbazen. Tot zijn doorbraak op zijn 31ste heeft Van Musscher het zelf ook niet breed. Die armoede zou een belangrijk thema blijven in zijn latere werk. Hij verdient zijn geld in de dropfabriek van Klene of in de kartonnage-industrie. Als jongen zingt hij vaak op straat met neef Carel. Vanaf het einde van de jaren dertig zingt hij onder de naam Johnny Jordaan in cafés of hij doet er zijn travestie-nummer.
1955 In februari 1955 wint Jordaan in Hotel Krasnapolsky met De Parel Van De Jordaan een door Bovema uitgeschreven wedstrijd. De platenmaatschappij gaat met dit concours voor de Beste Stem van de Jordaan op zoek naar nieuw talent in het zogenoemde Jordaan-genre, dat vanaf 1897 (de eerste 'Jordaanfiguur' was Pietje Puck uit de revue Luilekkerland) geleidelijk gestalte krijgt en onder andere wordt vertolkt door Louis Davids. Tante Leen (Jansen-Polder) wint met Hand In Hand de tweede plaats. Hun namen zouden voor de rest van hun leven met elkaar verbonden blijven. Typerend voor Tante Leen's carrière is dat Oh Johnny ('55) haar enige hit is: in de eeuwige schaduw van Jordaan. De dag na het concours worden de opnames uitgezonden door de AVRO. Nog een dag later neemt Jordaan zijn eerste plaat op: De Parel Van De Jordaan. De B-kant, Bij Ons In de Jordaan, zou echter het succes van de single bepalen.
1956 Jordaan bereikt de status van superster op een wijze die niet eerder is vertoond in de Nederlandse lichte muziek. Ondanks het succes is Jordaan niet gelukkig. Zijn homoseksualiteit en zijn moeizame huwelijk doen hem veel verdriet ('Het vreet aan je hart'). Na een 'slippertje' met een man springt hij op 19 januari 1956 uit een rijdende auto, maar hij raakt slechts licht gewond. Op 24 november zingt hij op Paleis Soestdijk voor koningin Juliana en drie prinsessen. Voor de Jordanezen betekent zijn succes opwaardering van hun geminachte komaf. Veel mede-artiesten erkennen de kwaliteit en de oorspronkelijkheid van Jordaans ongeschoolde, heftig vibrerende stem. Vaak is beweerd dat Nederland met Johnny Jordaan voor het eerst zijn eigen blues, musette, fado of flamenco kreeg. Maar de midden- en bovenlaag van de samenleving moet nadrukkelijk niets weten van de volkszanger. Uiterst pijnlijk is de tot 1961 durende boycot door alle omroepverenigingen behalve de AVRO. De levensliederen van Jordaan worden door de tekstcontrole van de VARA afgekeurd wegens een vermeend laag cultureel gehalte. Jordaan is ordinair, luidt de mening van de burgerij.
1957 - 1961 Het overweldigende succes duurt maar twee jaar. In plaats van zijn eigen herkenbare geluid met drie accordeons en achtergrondkoor Klaverjasclub Schoppen 9, is op zijn volgende platen een prominente plaats ingeruimd voor het hammondorgel van Cor Steyn, strijkers of een complete big band. De opkomst van de rock & roll bezorgt bovendien schlager, chanson en smartlap in één klap een oubollig imago.
1962 Jordaan heeft voor het eerst sinds 1956 weer eens een hit met Daar Mag Je Alleen Maar Naar Kijken.
1963 - 1967 In 1963 verschijnt een LP met liedjes van het jaren dertig-idool Willy Derby, onder andere met een opvallend lied over een Spaanse vluchteling (Verlaten) en het plechtstatige Vergeet Me Niet ('Elk wie ik heb lief gehad zal ik niet meer aanschouwen.'). Het is niet verwonderlijk dat veel van zijn liederen in deze periode heimwee en verlangen als onderwerp hebben. Hij woont achtereenvolgens in Den Haag, Rotterdam en Antwerpen.
1968 In 1968 beleeft Jordaan in tweeërlei opzicht een come back. Hij verhuist terug naar Nederland en heeft een hit met het onvolprezen drinklied Een Pikketanussie. Ook de LP Ouwe Trouwe Jordaan is met liedjes als Maar Toch en Ouwe Makker van ouderwetse kwaliteit. In de herfst van 1968 doet hij zeven televisieshows met Tante Leen.
1969 In 1969 en 1970 treedt hij op in de VS, Australië en Nieuw-Zeeland.
1970 Met de single Pruimesap heeft hij in 1970 opnieuw een hit. Inmiddels ondervindt hij als vertolker van het levenslied concurrentie van artiesten zoals de Zangeres Zonder Naam, Gert en Hermien en Corry & de Rekels. Veelal artiesten uit het zuiden van het land. Bij het Volkstoneel van Beppie Nooy speelt hij de rol van De Mop in het toneelstuk De Jantjes. Op 23 november 1970 stort hij tijdens een voorstelling in elkaar. Later in het ziekenhuis krijgt hij een hartinfarct, waarna hij absolute rust moet houden.
1972 In 1972 verschijnt bij Bruna onder de titel Ze Kunnen Van Me Zeggen Wat Ze Willen zijn levensverhaal. Op 9 december van dat jaar neemt Jordaan op televisie afscheid van het publiek met een anderhalf uur durende show met Tante Leen, Willy Alberti, Ramses Shaffy, Zwarte Riek, Harry de Groot en tekstschrijver Pi Vèriss (Piet Visser).
1973 Wel blijven er'elpees verschijnen. In 1973 brengt Jordaan de religieuze plaat Uw Koninkrijk Kome op de markt. LP's met neef Willy en een operette-plaat volgen. Incidenteel treedt hij nog op, voornamelijk in bejaardenoorden en ziekenhuizen. Het laatste publieke optreden vindt plaats in 1978 als gast bij het Jordaancabaret in Gebouw De Palm.
1981 In 1981 krijgt hij een hersenbloeding waarna hij zich nog maar moeilijk kan bewegen.
1989 - 1996 Johnny Jordaan sterft op zondag 8 januari 1989. Na zijn dood blijft de waardering voor zijn werk groeien. In de Jordaan - inmiddels grotendeels in bezit genomen door welgestelden - is een deel van de Elandsgracht officieel omgedoopt tot Johnny Jordaanplein, gesierd met een standbeeld van de volkszanger.
1997 Het Amsterdams Kleinkunstfestival staat op de planken met Oh, Johnny, een geslaagde biografische musical waarin Rob van de Meeberg een mooie dubbelrol vertolkt als Johnny Jordaan èn Willy Alberti. In de musical is een belangrijke plaats ingeruimd voor Wim Sonneveld, tijdens zijn leven vriend en fan van Jordaan. Met deze rol is de regisseur (Marcel Sijm) er in geslaagd om twee belangrijke zorgen in Jordaans leven te verbeelden: de moeizame acceptatie van zijn homoseksualiteit en de tweeslachtige of ronduit neerbuigende houding van de culturele elite ten opzichte van de populaire zanger. Sonneveld sprak ooit de treffende woorden 'Johnny zingt geen liedjes. Johnny is zelf een liedje'. Maar de beste typering van het werk van Jordaan komt van de artiest zelf. Wanneer in de herfst van zijn leven de eigentijdse vertolkers van het levenslied ter sprake komen, spreekt hij met waardering over André Hazes. Maar hij ziet hem niet als iemand van hetzelfde kaliber. 'Ik zong volkser, rauwer.'
2000 De VPRO maakt een televisieserie over het leven van Johnny Jordaan. Bij Ons In De Jordaan wint twee Gouden Kalveren tijdens het Nederlands Film Festival. Eén voor beste tv-drama en één voor beste acteur in een tv-drama (Kees Prins uit Jiskefet als Johnny Jordaan).
2005 De dvd Bij Ons In De Jordaan komt in september op nummer 1 binnen in de DVD Muziek Top 30. De dvd bevat beelden uit de archieven van de Nederlandse omroepen en het Instituut voor Beeld en Geluid en is samengesteld door Peter Pols en Herman Emmink. Het schijfje bevat onder meer duetten met Tante Leen en neef Willy Alberti. Onder de extra's interviews bij Willem Duys, fragmenten uit het afscheidsconcert uit 1972, een fragment uit de Corry Brokken Show en een privé-film van Willy Alberti met een verslag van de reis die hij samen met de familie van Johnny Jordaan maakte naar het Festival van Venetië in 1957.
Zangeres uit Leiden die het schoolvoorbeeld van het Nederlandstalige levenslied wordt, in dertig jaar talloze hits scoort en de lieveling van het grote publiek wordt.
1919 De Zangeres Zonder Naam wordt geboren in Leiden als Rietje Bey en is de achtste van tien kinderen. Een groot deel van haar jeugd brengt ze door in het ziek(enhuis)bed door een botsplinter die een zenuw in haar been beknelt. Op haar veertiende gaat zij aan het werk in een wolfabriek. Amper zestien jaar oud wordt ze opgenomen in een Leids revuegezelschap en reist heel Nederland door. Bey bekeert zich tot het katholicisme en vertrekt, verstoten door haar vader, naar haar zuster in Kampen. Na de oorlog vindt ze werk als dienstbode in Maastricht en trekt in bij haar broer. Bey trouwt met Jo Servaes, een Maastrichtenaar die ze in het café ontmoet. Haar eerste schreden op het muzikale pad zet ze met haar broer Jerry en later met het accordeonistenduo Bex-Menten. Ze verandert haar naam in Mary en treedt regelmatig op, ondanks de aanvankelijke bezwaren van haar echtgenoot.
1957 Een neef van Mary zoekt een opvolger voor de overleden Jo Erens en de zangeres draagt iemand voor. Toevallig doet ze zelf de achtergrondzang op het bandje en wordt daardoor opgemerkt door talentscout Johnny Hoes van Phonogram, die haar naar Hilversum laat komen. In de studio zingt Mary haar lievelingsliedje Moeder Hoeveel Nachtjes Moet Ik Nog Slapen Voordat Paatje Komt, dat haar prompt een platencontract oplevert. Haar opvallende artiestennaam wordt bedacht door Hoes en refereert aan haar kinderlijke stem, waar geen naam voor te verzinnen valt.
1959 In maart bereikt Mary's debuutsingle Ach Vaderlief, Toe Drink Niet Meer de top tien. Het levensliedje, spottend smartlap genoemd, wordt kenmerkend voor haar gehele oeuvre. In december verschijnt Bloeiende Twijgen, dat de 20e plaats haalt.
1961 Met haar broer Jerry maakt Mary ook platen, waarvan De Bedelaar Van Parijs maar liefst zeven maanden in de hitparade staat.
1962 Johnny Hoes zorgt voor een constante stroom van hits. De Blinde Soldaat bereikt in januari de top tien. In februari scoort ze met De Meid Van De Straat een hit en in december brengt Rij Voorzichtig haar opnieuw succes.
1965 Met Johnny Hoes zingt ze het duet De Voddenraper Van Parijs, dat in februari een bescheiden hit wordt.
1966 Johnny Hoes heeft Philips inmiddels verlaten en is in Weert zijn eigen platenmaatschappij Telstar begonnen. Het contract bij Philips loopt af en de zangeres stapt over naar Hoes. Ook verhuist ze van Maastricht naar Stramproy om zo dichter bij haar nieuwe werkgever te wonen. Hoes voorziet haar opnieuw van een lange reeks hits. In september scoort ze een hit met Jongens Van 18 Jaar dat verhaalt over jonge Amerikaanse soldaten die als kanonnenvoer naar het slagveld worden afgevoerd. Het hoge dramatische gehalte van haar liederen maakt haar zeer geliefd onder het 'gewone volk'.
1969 In oktober bereikt de single Mexico de 14e plaats in de hitparade.
1971 In oktober wordt Het Soldaatje (De Vier Raadsels) een top vijf hit.
1972 In de jaren '70 is de zangeres enorm populair en elke plaat wordt een gegarandeerd succes. Van die populariteit maakt ze handig gebruik door in Geleen haar eigen café te openen en daar elke avond op te treden. Helaas moet de kroeg al snel weer sluiten omdat Mary noch haar man Jo over de nodige horeca-diploma's beschikken. In augustus bereikt Mandolinen in Nicosia de top vijf. In december volgt opnieuw een hit met Slavenkoor (De Zwarte Slaven).
1973 Rond deze tijd krijgt de zangeres een liedje aangeboden van de beroemde componist Bruno Maderna waarvoor de dichter Lucebert de tekst heeft geschreven. Soldatenmoeder wordt geen groot commercieel succes, maar de zangeres oogst eindelijk waardering onder de Nederlandse cultuurliefhebbers. In juni bereikt Balalaika de top twintig, en in september haalt De Bruid de top tien. Vier albums verschijnen: Liedjes Uit Het Hart Gegrepen, De Beste, De Meestgevraagde Liedjes en De Meid Van De Straat.
1974 Een mager jaar: Een Moederhart, Vissers Van Capri en Parelsnoer komen niet verder dan de Tipparade. De albums Het Parelsnoer en Als Ierse Kinderen Huilen verschijnen.
1975 De single Keetje Tippel haalt in april de top tien. Daarna volgt 't Was Aan De Costa Del Sol dat in augustus een hit wordt. In oktober wordt In Hamburg een groot succes. Maar liefst zes albums verschijnen: Keetje Tippel, Mijn Leven, Liedjes Die Je Nooit Vergeet Deel 1 en 2 en M'n eerste Successen Deel 1 en 2. Ondertussen wordt de zangeres onderscheiden met vele gouden platen en treedt veel op in Nederland en België. Ook is ze regelmatig te zien op TV, vooral in de shows van Johnny Hoes: 'n Lach en 'n Traan en in haar eerste eigen TV-show Mijn Leven waarin ze wordt geinterviewd door Sonja Barend. Haar werk wordt bekroond met een Gouden Harp van de Stichting Conamus.
1976 De twee albums Onder 'N Brug Van Parijs en De Bedelaar Van Parijs verschijnen.
1977 Na jarenlange samenwerking ontstaat een breuk tussen de zangeres en haar producer en labelbaas Johnny Hoes. De zangeres vertrekt naar platenmaatschappij Bovema. Hoes lanceert zangeres Stella als haar opvolgster. In oktober haalt de single Weet Je Waarom Ik Huil de hitparade. Twee albums verschijnen: De Zangeres Zonder Naam Zingt Edith Piaf en Daar Ben Ik Weer.
1978 Twee liedjes halen de tipparade: In Eenzame Nachten en In De Haven Klinkt Een Lied.
1979 De single In Santo Domingo komt niet verder dan de tip-positie. Het album Dertig Juweeltjes Uit 45 Jaar verschijnt.
1980 Inmiddels heeft de zangeres Johnny Hoes verlaten en is in zee gegaan met platenmaatschappij Bovema. Hoewel haar oude arrangeur en muzikanten meewerken aan nieuw materiaal, scoort de zangeres geen echte grote hits. De breuk met Telstar levert haar een slepend proces op, dat haar dwingt nog een plaat te maken voor haar oude werkgever en haar bovendien van alle royalties berooft. In april wordt de single Jongen een kleine hit. De albums De Beste en Een Dozijn Gouden Successen Nr. 1 verschijnen. De zangeres wordt onderscheiden met een Ridderorde van Oranje Nassau.
1981 De albums Een Dozijn Gouden Successen Nr. 2, Met Mary De Wereld Rond en Bijna 2000 Jaar Geleden verschijnen.
1982 In april en in december scoort de zangeres kleine hits met Denk Toch Goed Na en Vragende Kinderogen. Het album Vrolijk Kerstfeest verschijnt.
1983 Twee albums verschijnen: Zangeres Zonder Naam en Zangeres Zonder Naam & Vader Abraham.
1986 Na een periode van stilte bereikt in mei de single Komt De Liefde In Gevaar de tipparade. In oktober scoort de zangeres, overgestapt naar Philips, een grote hit met een live-uitvoering van haar oude Hoes-hit Mexico. Het nummer is op 23 mei opgenomen in de Amsterdamse rocktempel Paradiso. De Zangeres Zonder Naam boort een nieuw publiek aan: theaters en zalen maken plaats voor rokerige en stampvolle discotheken. Tegelijkertijd staat ze met de rockband Normaal in de hitparade met een uitvoering van Rock Around The Clock. De albums Leven In Liefde en Live In Paradiso verschijnen. Live In Paradiso wordt goud en de zangeres ontvangt hiervoor een Edison.
1987 Op 26 november geeft de zangeres een emotioneel afscheidsconcert in de Stadsschouwburg in Tilburg en zegt de showbizz vaarwel om met haar man van het leven te gaan genieten.
1988 Haar afscheidssingle Mijn Leven wordt in januari een hitje en sluit haar bijna dertigjarige carrière als artieste af. De albums Grootste Successen en Bedankt Lieve Mensen verschijnen.
1990 Haar echtgenoot Jo Servaes overlijdt op 26 augustus. Het album Het Beste van de Zangeres Zonder Naam verschijnt.
1993 Het afscheid van het publiek en het onverwachte overlijden van haar man, vallen haar zwaar. Na smeekbrieven van fans en vorstelijke aanbiedingen van platenmaatschappijen, die ze steeds opnieuw had geweigerd, besluit Mary nog eenmaal een plaat te maken. Het album, Koningin Van Het Levenslied, wordt opgenomen ten bate van de Stichting Zwerfkinderen Nederland. De single Eenmaal In Je Leven wordt in april een bescheiden hit. Het verzamelalbum Grootste Successen verschijnt.
1996 De Zangeres Zonder Naam verschijnt nog eenmaal op TV voor een laatste interview met Willebrord Frequin op RTL4.
1998 Op 23 oktober overlijdt de 'Koningin van het Levenslied'. Mary Servaes alias de Zangeres Zonder Naam. De CD-box De Koningin van het Levenslied verschijnt postuum.
1999 Een groot deel van haar inboedel (waaronder de jurken waarin ze heeft opgetreden) wordt geveild. De opbrengst gaat, zoals in haar testament is opgegeven, naar De Nederlandse Hartstichting, Het Koningin Wilhelminafonds en een vrouwenproject in Papoea-Nieuw-Guinea.
2000 Vanaf december 1999 tot en met mei 2000 is er in het Stedelijk Museum De Lakenhal te Leiden een tentoonstelling over het leven van de Zangeres Zonder Naam. Een gedeelte van de japonnen en andere attributen wordt geveild en de obrengst gaat naar de goede doelen die Mary Servaes in haar leven steunde.
2004 Mijn Leven is een box met 5 cd's en een dvd waarop een bloemlezing staat uit de muzikale loopbaan van de Zangeres Zonder Naam.
Eén van de grootste ambassadeurs van het Amsterdamse levenslied. Werd in Nederland beroemd door het levenslied met een snik te brengen en door zijn vertolkingen van Italiaanse populaire opera's. Scoort met Marina een hit in Amerika.
1926 Op 14 oktober wordt Carel Verbrugge in de Jordaan geboren. Hij komt uit een muzikale familie: Zijn vader verdient de kost als 'zingende kelner' en zelf is Alberti als tiener vaak met zijn neef Jantje van Musscher, de latere Johnny Jordaan, te vinden op straathoeken waar zij levensliedjes vertolken. Alberti maakt naam: kort voor de Tweede Wereldoorlog krijgt hij een rol in de musical Rose Marie.
1941 Willy Alberti maakt zijn eerste plaatopname, Alleen Is Maar Alleen. Hierop wordt hij begeleid door organist Cor Steyn.
1944 Aan het eind van het jaar treedt Willy in het huwelijk met Ria Kuiper. Kort daarop wordt hun dochter Willeke geboren.
1945 Met het Amerikaans (getinte) repertoire dat rond de bevrijding populair is kan Willy weinig. Hij voorziet in zijn onderhoud in het volkstoneel en de operette.
1948 Willy Alberti richt zich op het Italiaanse lied, dat op dat moment opgang doet. Het bezorgt hem de bijnaam 'Tenore Napolitano'. Alberti debuteert als vaste zanger in het radioprogramma De Bonte Dinsdagavondtrein (AVRO). Hij heeft zijn eerste succesnummers: Ik Hou Van Jou Mooi Amsterdam, Als Een Wilde Orchidee (beiden geschreven door zijn overbuurman Willy Rex), Ik Zing Dit Lied Voor Jou Alleen en Veel Mooier Dan Het Mooiste Schilderij.
1950 In '50 heeft Alberti een hit met Droomland, een duet met Ans Heidendaal.
1954 Naast het Italiaanse repertoire zingt Alberti ook Nederlandstalige smartlappen in het duo De Straatzangers, dat hij samen vormt met Max van Praag. Aanvankelijk zien ze hun samenwerking als een grap en proberen ze anoniem te blijven. Ook de radio moet maar weinig hebben van dit volkse repertoire. Het publiek is echter razendenthousiast. Vergeet Mij Niet, Een Zeemanshart, Op Een Zeemansgraf en Aan De Maas zijn grote hits.
1955 De populariteit van Willy Alberti groeit gestaag. Hij heeft hits met Ci-Ciu-Ci, Mijn Sprookjesboek en Vivere. Zijn repertoire put hij vooral uit het jaarlijkse liedjesfestival van San Remo. Van nummers die het daar goed doen brengt hij snel een eigen versie op de markt.
1958 Willy Alberti scoort een grote hit met Al Martino's songfestivalsucces Volare. Ook Come Prima doet het goed. Alberti verschijnt voor het eerst op de televisie in de tv-show van Dorus (VARA).
1959 De populariteit van Alberti bereikt een hoogtepunt met de nummer 1-hits Piove en Marina. Zijn versie van Marina belandt via een steward bij de KLM in de Verenigde Staten. Daar wordt de single met succes uitgebracht. In de Billboard lijst haalt het plaatje de 42e positie. Hij treedt met succes op in New York maar heimwee weerhoudt hem ervan verder in het buitenland op tournee te gaan.
1960 Willy Alberti ontvangt een Edison. In de jaren zestig vinden we hem vaak terug in gezelschap van zijn dochter Willeke Alberti. Van Willy & Willeke verschijnen een groot aantal singles en lp's. Gedurende de jaren zestig vertegenwoordigt Willy ons land op diverse songfestivals, onder andere die in Venetië en Knokke.
1962 Alberti heeft solo een grote hit met Quando Quando Quando. Hij speelt samen met o.a. Jan Blaaser, Johan Kaart jr, Ton van Duynhoven, Rijk de Gooijer, Sylvia de Leur en Anton Geesink in de film Rififi In Amsterdam (regie: John Korporaal). In deze volkse detective speelt Alberti de rol van kroegbaas. De film is met zo'n 320.000 bezoekers een behoorlijk succes.
1965 De Alberti's maken voor de AVRO een serie maandelijkse tv-shows onder de titel Zaterdagavond met Willy & Willeke. De uitzendingen zijn zeer populair en lopen ook in 1966 door.
1966 Naast Willeke heeft Willy nog een muzikaal kind: zoon Tony Alberti (echte naam: Tonny Verbrugge), vanaf 1966 te vinden in de groep Shrimps.
1967 Willy & Willeke scoren een grote hit met Dat Afgezaagde Zinnetje.
1968 Willy solo oogst succes met De Glimlach Van Een Kind. Het levert hem wederom een Edison op.
1969 Willy & Willeke maken samen Een Reisje Langs De Rijn. Papa toont zich bovendien een liefhebber van voetbal. De Europa Cup-successen van Ajax inspireren hem tot Ajax Olé Olé Olé ('69) en We Gaan Naar Londen ('71).
1973 Alberti viert zijn 35-jarig jubileum en krijgt een Gouden Harp van Stichting Conamus. Zelf doet hij het inmiddels wat rustiger aan. De smaak van het grote publiek verandert en hitsucces blijft voorlopig uit.
1975 Het album Jeugdherinneringen, dat hij samen met zijn oude gabber Johnny Jordaan opneemt, is een succes.
1980 Naar aanleiding van het aftreden van Koningin Juliana brengt Alberti de single Juliana Bedankt! op de markt. Het plaatje reikt tot de 18e plaats in de hitparade. Het plaatje inspireert André van Duin tot parodie Willy Alberti Bedankt! Dit wordt met een 7e positie een veel grotere hit.
1983 Willy & Willeke hebben een grote hit met Niemand Laat Z'n Eigen Kind Alleen
1984 Begin jaar tachtig blijkt Willy Alberti te lijden aan lever- en maagkanker. Op 12 oktober '84 verschijnt hij, sterk vermagerd, nog één keer op televisie in het door Mies Bouwman gepresenteerde programma In De Hoofdrol.
1985 Op 18 februari overlijdt Willy Alberti.
1987 Het postuum uitgebrachte Liefde is een klein hitje.
1995 In navolging van Nathalie Cole en haar vader Nat 'King' Cole en de nog levende Beatles en John Lennon doet Willeke Alberti een duet met haar vader. Zo ontstaat een nieuwe versie van De Glimlach Van Een Kind. Het post mortum haalt de onderste regionen van de hitparade.
1997 Op diezelfde manier komt Jij Bent Het Leven Voor Mij, een duet met André Hazes, tot stand. Ook de fans doen pogingen om Willy Alberti te doen voortleven. Op 5 maart openen ze een Willy Alberti-museum.
1998 Wegens gebrek aan belangstelling sluit het museum in april 1998. Een door de AVRO uitgezonden tv-special brengt echter het plaatwerk van Alberti weer onder de aandacht. Er verschijnt dan ook een aantal nieuwe verzamelaars.
2001 Ria, de vrouw van Willy, verhuist al het materiaal dat ze over haar man verzameld heeft van haar huis naar een Amsterdams café om daar opnieuw een Willy Alberti-museum in te richten waar ze zelf de gids is.
Officieel opgericht op 1 september 1926. Het zevenkoppige orkest debuteert in het Tuschinskicabaret La Gaîté te Amsterdam. Van 1927 tot 1964 heeft Theo Uden Masman de leiding en groeit het orkest, met leden uit Nederland en Vlaanderen, uit tot het bekendste dansorkest van Nederland. Dankzij de inbreng van Jack Bulterman staat vanaf 1935 Nederlands repertoire prominent op het repertoire. Op 7 augustus 1933 verzorgen The Ramblers hun eerste van ruim 2000 radio-optreden bij de VARA. De optredens die de groep tijdens de oorlog in bezet Nederland doet worden mild bestraft. Tot 5 mei 1946 wordt het Masman verboden op te treden als orkestleider. Eind jaren vijftig wordt het orkest minder populair. The Ramblers met Masman geven op 11 april 1964 hun laatste radio-optreden voor de VARA. Daarna neemt zanger/trombonist Marcel Thielemans de leiding van hem over. Het orkest speelt in heel Europa, begeleidt artiesten als Coleman Hawkins, Benny Carter, Greta Keller en de Boswell Sisters en maakt rond de 500 plaatopnamen.
Ja ik ben Lola Zwarte Lola Ik ben Lola uit de stripteasebar Rode lippen, zwarte nylons En een massa krullend haar Willen de heren zich amuseren Dan sta ik altijd voor ze klaar Want ik ben Lola, zwarte Lola Ik ben Lola uit de stripteasebar
Heeft u complexen Wilt u relaxen Kom dan bij Lola in de bar Komt u met velen 't kan mij niet schelen Dat is voor Lola geen bezwaar Want in mijn hart zijn heel wat plaatsjes vrij Dus zoekt u troost Kom dan gerust bij mij
Want ik ben Lola Zwarte Lola Ik ben Lola uit de stripteasebar Rode lippen, zwarte nylons En een massa krullend haar Willen de heren zich amuseren Dan sta ik altijd voor ze klaar Want ik ben Lola, zwarte Lola Ik ben Lola uit de stripteasebar
Willen de heren zich amuseren Dan sta ik altijd voor ze klaar Want ik ben Lola, zwarte Lola Ik ben Lola uit de stripteasebar Ik ben Lola uit de stripteasebar
Henk Elsink (Enschede, 20 april 1935) is een Nederlands cabaretier en schrijver.
Henk Elsink begon zijn carrière in zijn kinderjaren met het maken van revues en won al snel de eerste prijs op een regionale talentenjacht. Daar werd hij opgemerkt door Frans Vrolijk en hij kwam zo in 1956 bij Tom Manders in Saint-Germain-des-Prés (waar ook het duo Mini en Maxi hun carrière zijn begonnen). Daarna werkte hij mee aan televisieprogrammas zoals Capriolen, Schertsboek en Ad Ladin en de Wonderlamp. In het begin van de jaren zestig heeft hij twee seizoenen meegedaan in het ABC-cabaret van Wim Kan en Corry Vonk.
Vanaf 1963 startte Elsink op radio met zijn programma Vrij Entree waarin hij vele bekende gasten uit de theater- en televisiewereld ontving, zoals Wim Sonneveld, Leen Jongewaard, Frans Halsema en Jenny Arean. In 1969 was de honderdste uitzending en stopte het programma.
Daarna ging Elsink het theater in met onemanshows. Enkele nummers uit deze shows haalden zelfs de hitparade: Harm met de harp (in 1969), De supporter (in 1970), Krimpen-Shanghai (ook 1970) en Johanna (in 1973). Ook een aantal conferences uit die tijd zijn tijdloos geworden (De Bom, De lift, De supporter). Registraties van deze shows werden na afloop vaak op televisie uitgezonden en bereikten steevast hoge kijkcijfers. Voor zijn shows ontving hij in 1973 een Gouden Harp (uitgereikt door de stichting Conamus). Op Harm met de harp kreeg hij vaak kritiek omdat het erg stereotiep zou zijn voor homoseksuelen.
Tijdens het schrijven en voorbereiden van een nieuw programma in 1988 besloot Elsink dat het genoeg was geweest en hij stopte abrupt met zijn carrière. Hij verhuisde naar Mallorca en na een aantal jaren niksdoen begon hij met het schrijven van thrillers. Hij bedient zich bij het schrijven van het pseudoniem Elsinck. Zijn eerste boek over de vliegramp in Tenerife in 1977 werd goed ontvangen en zijn boeken werden door critici geroemd om de sterke opbouw en de fijnzinnige dialogen.
In 2005 heeft Elsink zijn huis op Mallorca verkocht en is hij weer naar Nederland teruggekeerd om op een boerderij in Baarn te gaan wonen. In datzelfde jaar werd een dvd-set uitgebracht met verzameld cabaretwerk en daarbij verloren gewaande, maar teruggevonden, fragmenten.
Artiestennaam voor de Arnhemse zanger Ruud Eggenhuizen. Als D. C. Lewis scoort hij in 1970 een nummer 1 hit met het religieus getinte Mijn Gebed. Twee andere kleine hitjes volgen, maar daarna verdwijnt Lewis uit de belangstelling.
1967 Tegen het eind van de jaren zestig houdt de op 27 januari 1947 geboren Ruud Eggenhuizen zich bezig met het schrijven van liedjes en het vertalen van Duitse liedjes in het Nederlands.
1969 D. C. Lewis doet met het nummer Linda van Harry Sacksioni mee aan de Nederlandse voorronde van het Eurovisie Songfestival. Hij haalt het niet. Winnares Lenny Kuhr wint met De Troubadour later het festival. Producer Hans van Hemert ziet Lewis aan het werk en is onder de indruk van hem. Van Hemert neemt met Lewis het door Joop Stokkermans en Gerrit den Braber geschreven Mijn Gebed op. Een opmerkelijk religieus getint nummer, met orgelspel van de bekende kerkorganist Feike Asma. DC Lewis zingt Mijn Gebed op oudejaarsavond 1969 in het televisieprogramma Voor De Vuist Weg van Willem Duys.
1970 De single belandt op de eerste plaats van de Top 40, waar het vier weken blijft staan. Vertalingen van Mijn Gebed worden ook in het buitenland hits. Opvolger Zijn Testament doet het beduidend minder, maar haalt nog altijd de Top 40.
1971 De single Eva Magdalena wordt geen groot succes.
1972 Begeleid door DC 4 trekt de zanger in 1972 langs de theaters met de DC Lewis Show waarbij hij naast eigen repertoire ook liedjes vertolkt van Tom Jones en Tony Joe White. De show bevat ook optredens van een conferencier, een Spaanse zangeres en een goochelaar. Met Bonnie St. Claire zingt hij onder de naam Alias Bonnie & Lewis het nummer It's Still A Secret.
1973 - 1986 De zanger maakt nog enige tijd deel uit van de Dance and Showband van José Marcello, totdat de spierziekte fibromyalgie hem in de jaren tachtig dwingt te stoppen.
2000 Op 28 april overlijdt Ruud Eggenhuizen op 53jarige leeftijd.
Godfried Jan Arnold Bomans Den Haag, 2 maart 1913 - Bloemendaal, 22 december 1971 was een Nederlands schrijver.
Godfried Bomans was vele jaren de meestgelezen schrijver van Nederland. Hij heeft meer dan 60 boektitels en vele andere geschriften op zijn naam staan. De literaire kritiek weet nog altijd niet goed wat ze met hem aan moet. Zijn werk is moeilijk onder één noemer te brengen, maar hij was zeker een groot stilist. Hij heeft bij zijn leven nooit veel officiële erkenning gekregen. Het werk van Bomans heeft steeds weer als kenmerk wendbaarheid, een groot gevoel voor humor en een onverslijtbare ironie. Bomans kon zowel zeer ernstig als zeer lichtvoetig schrijven.
Hij werd bij het grote publiek vooral populair door zijn roman Erik of het klein insectenboek 10 drukken in het verschijningsjaar 1941, en na de oorlog met de strip Pa Pinkelman in de Volkskrant, en weer wat later met zijn columns op de voorpagina van die krant, zijn stukken in Elsevier en zijn radio- en tv-optredens. In oktober 2000 deponeerde de weduwe van Godfried Bomans zijn archief in het Letterkundig Museum.
Godfried Bomans was een groot kenner van het werk van Charles Dickens. Hij speelde een belangrijke rol bij het tot stand komen van de vertaling in het Nederlands van het complete werk van Dickens, die in de vijftiger jaren van de twintigste eeuw in pocketvorm door Het Spectrum werd uitgegeven. De lang verwachte biografie van Dickens heeft hij echter nooit geschreven.
Enkele anekdotes
Roemrucht in de televisiegeschiedenis is een live commentaar van Bomans. De schrijver wordt in oktober 1963 benaderd voor de Edison-uitreiking van het Grand Gala du Disque. Eén van de optredende artiesten is Marlene Dietrich. Bomans staat naast de diva die hij ook bewondert en vertelt een anekdote die eindigt met de beroemd geworden zin: Had mijn vrouw maar één zon been. Bomans was een liefhebber van alcoholische dranken en was tijdens de presentatie van het Grand Gala zichtbaar aangeschoten. Bomans verhaalt hoe hij samen met zijn drie broers, hij verzon vaak curieuze familieleden aan de lopende band, voor het eerst aan carnaval meedeed, samen verkleed als één olifant en elk gestationeerd in één poot. Tijdens het onvermijdelijke oponthoud op een podium hadden de gebroeders Bomans een tafeltje in de buik bevestigd, waarop zij dan klaverjasten. Volgens Bomans was het bovendien als jongste broer zijn taak, vlak bij het achtereind gezeten, om af en toe een gehaktbal door dit eind naar buiten te werpen, om een realistisch effect te bereiken. De olifant moet mede daardoor enorme indruk op het publiek gemaakt hebben. Sinterklaas speelt hij voor het eerst in 1941, in Nijmegen. Dit optreden als goedheiligman zal hij nog vaak herhalen, soms met onthutsend resultaat, bijvoorbeeld als de uit te delen lekkernijen op zijn en deze Sint dan maar eigenmachtig met andersoortig lekkers strooit, zoals een halve of een hele dag vrij van school. Uit een brief aan zijn vriend Harry Prenen uit 1943:
Voor de stad Nijmegen was ik Sint Nicolaas en reed op een schimmel de stad door. Op het bordes van het stadhuis gaf ik de jeugd een dag vrij, vorig jaar een middag, waardoor ik, nog omhuld door den herderlijken toga, een vreeselijke ruzie kreeg met drie hoofden,een daarvan riep, alle eerbied voor Gods heiligen uit het oog verliezend: Wat denkt zo'n snotjongen wel! Bomans carrière als Goedheiligman is daarmee zeker niet ten einde. In 1961 bijvoorbeeld vervult hij de rol in Enkhuizen, en in 1967 gaat hij als zodanig naar Canada en ontmoet daar Santa Claus op het vliegveld van Toronto. Hij noemt hem bij die gelegenheid een geestelijke zakkenroller. Aan Bomans wordt de uitspraak Fascisme is een sfeer die hangt in een zaal vol linkse mensen toegeschreven, hoewel anderen beweren dat de werkelijke uitspraak was: Het fascisme is niet een systeem, maar een gesteldheid. Het kan als atmosfeer in een progressieve zaal hangen.
Max Mackintosh, beter bekend onder zijn artiestennaam Max Woiski jr, was een zanger/gitarist van Surinaamse afkomst. Hij was de zoon van Max Woiski sr. Hij speelde met zijn orkest voornamelijk in zijn eigen club La Tropicana in de Leidsedwarsstraat in Amsterdam en was rond 1970 veel op de radio te horen. In zijn orkest zaten de Surinamers Raul Burnett (conga's), Steve Boston (timbales), Johan 'Groentjie' Groenberg (percussie) en de Nederlanders Jan Jacobs (bas) en Ronald Langestraaten (piano). Ze speelden voornamelijk Zuid-Amerikaanse muziek. Een compleet ander ritme dan zijn hits Rijst met kouseband en Je bent nog niet gelukkig met een mooie vrouw.
Na een zakelijk conflict verlieten Boston, Burnett, Groenberg en Jacobs de band en richtten zij Ritmo Natural op. Met Hans Dulfer namen ze drie lp's op.
Op een zeer koude dag, hoog in de Franse Alpen, vindt de oude jager César een jonge vrouw met een baby in de sneeuw. Ze is ernstig ziek en nog voor er een dokter kan worden geroepen komt ze te overlijden. De baby, een jongetje, is echter gezond en krijgt de naam Sébastien.
Sébastien groeit op bij César die zelf al twee volwassen kinderen heeft, Angelina en Jean. Omdat hij een donker uiterlijk heeft wordt Sébastien vaak door de kinderen uit het dorp geplaagd. Hij zwerft daarom liever door de bergen dan dat hij naar school gaat. Daar sluit hij vriendschap met de witte hond Belle die weggelopen is omdat ze mishandeld werd door haar baas.
In het dorp wordt het gerucht verspreid dat Belle gevaarlijk is en moet worden afgeschoten, iets wat Sébastien natuurlijk probeert te voorkomen. Hiermee begint deze ontroerende serie, waarvan iedere aflevering werd ingeleid door schrijfster en regisseur Cécile Aubry, èn moeder van de jonge hoofdrolspeler.
Mehdi El Glaoui was de inspiratiebron geweest voor Aubry's verhalen, en het was daarom niet vreemd dat hij de hoofdrol kreeg. Toen er een vervolg op de eerste reeks kwam stelde Mehdi zijn eisen en wilde alleen nog in nieuwe avonturen meespelen wanneer er ook paarden in de serie zouden meedoen en hij zelf niet meer in de sneeuw hoefde te acteren.
Mehdi kreeg zijn zin, en er zouden nog twee reeksen worden uitgebracht, 'Nieuwe avonturen van Sébastien' en 'Sébastien en de Marie-Morgane'. Mehdi zong ook de tunes, waarvan "L'oiseau", afkomstig uit de tweede reeks, in de instrumentale versie de 12de plaats in de Nederlandse Top 40 zou halen.
Begin jaren '80 is van de avonturen van Sébastien en zijn hond ook een tekenfilmserie gemaakt in Japan. Deze is in Nederland nooit uitgezonden.
Aantal afleveringen 39
Uitgezonden door NTS/AVRO (3 oktober 1965 - 11 september 1972)
Originele titels Belle et Sébastien Sébastien parmi les hommes Sébastien et la Marie-Morgane
Tekst Cécile Aubry
Muziek François Rauber Daniel White David White Eric de Marsan
Begin- en eindtunes gezongen door Mehdi El Glaoui
Regie Cécile Aubry Jean Guillaume
Producenten Hélène Gagarine Etienne Laroche
Rolverdeling
Sébastien - Mehdi El Glaoui (als Medhi) César - Edmond Beauchamp Sylvia Lambert - Louise Marleau Belle - Flanker Belle en Sebastiaan
Angelina - Paloma Matta Jean - Dominique Blondeau Dokter Guillaume - Jean-Michel Audin Berg - Pierre Massimi Johannot - Albert Dagnant Célestine - Hélène Dieudonné Norbert - Maurice Poli Moulin - Géo Beuf Georges - Pierre Cavallo Verteller - Cécile Aubry Nieuwe avonturen van Sebastiaan
Pierre Maréchal - Claude Giraud Bertrand - Jean-Pierre Andréani Jeannette - Martine Capdevielle Célestine - Hélène Dieudonné Jonathan - Jacques Godin Thomas - Harry-Max Sebastiaan en de Marie-Morgane
Kapitein Louis Maréchal - Charles Vanel Gwen Théphanie - Paul Barge Clarisse - Jacqueline Danno Dokter Sabel - Henri-Jacques Huet Songtekst Belle (1e reeks - Belle & Sébastien)
Belle que j'aime tant Depuis longtemps Je t'attendais Souviens-toi du temps où tu venais Chaque soir pour me rencontrer Tu passais si belle que j'en rêvais Tu le sais mon amie, je t'aimais
Belle si tu le veux Nous serons deux Nous serons deux
Songtekst L'oiseau (2e reeks - Nieuwe avonturen van Sebastiaan)
Je connais la brumes claire La neige blanche et les matins d'hivers Je voudrais te retrouver Le lièvre blanc qu'on ne voit jamais Mais l'oiseau l'oiseau s'est envolé Et moi jamais je ne le retrouverai Car j'ai vu, j'ai vu l'oiseau J'ai vu l'oiseau je sais qu'il partait Je l'ai entendu pleurer Le bel oiseau que le vent chassait
Je voudrais tout te donner Mais toi pourquoi ne me dis tu rien Quel est il ton grand secret Un secret d'homme Je le comprend bien Mais tu sais je peux te raconter Combien l'oiseau est parti à regret Si un jour tu m'écoutais Tu apprendrais tout ce que je sais L'oiseau part et puis revient Tu le verras peut etre demain
Si jamais je rencontrai De bel oiseau qui s'est envolé S'il revient de son voyage Tout pres de toi le long du rivage Mais vois tu je lui raconterais Combien pour toi je sais qu'il a compté C'est l'oiseau que tu aimais L'oiseau jaloux je l'ai deviné S'il revient de son voyage Je lui dirais que tu l'attendais
Wickie de Viking is de titel van een tekenfilmserie die in Nederland tussen 1975 en 1979 werd uitgezonden. Herhalingen vonden plaats tot 1999. In 2004 is de serie op dvd uitgebracht door Junior.tv.
Als basis voor de Japans-Duitse serie diende het kinderboek Vickie Viking uit 1963 van de Zweedse schrijver Runer Jonsson, die hiervoor in 1965 de Duitse Jeugdboekenprijs ontving.
Wickie is de vaak angstige zoon van Halvar, de leider van een fictief vikingdorp. Toch is het Wickie die altijd zijn vader te hulp schiet met vindingrijke oplossingen. Met een vingergebaar naar zijn neus gaf Wickie aan dat hij een idee had.
Er zijn 78 afleveringen van de serie gemaakt. De stem van de Nederlandse Wickie werd ingesproken door Marianne Rector. De moeder van Wickie werd ingesproken door Maria Lindes.
Na het succes van Okkie Trooy kwam Henk Meijer met een serie losse verhalen die door "Vrouwtje Bezemsteel" aan haar hulpje Sam Pardoes werden verteld. De verhalen waren wijze lessen voor Sam die nog veel moest leren. Vrouwtje Bezemsteel keek dan in haar bol en begon te vertellen.
De serie viel op door de decors, rekwisieten en kostuums en was ook een uitdaging voor jonge acteurs die werden gevraagd voor een gastrol, waaronder Jeroen Krabbé die zijn televisiedebuut maakte.
De Stratemakeropzeeshow was een kinderserie van 55 afleveringen, uitgezonden door de Vara van 3 oktober 1972 tot 26 december 1974. De "Straat" werd op verzoek van Vara-producente Trees Hazelhoff ontwikkeld door acteur Aart Staartjes, die bekend was geworden met een destijds omstreden IKON-kinderprogramma waarin hij door Karel Eykman bewerkte bijbelverhalen voorlas. Staartjes vertelt: "De Vara had helemaal geen kinderprogramma meer. En er moest iets eenvoudigs komen, voor de zomer, voor een paar keer, en er was geen geld en er waren geen faciliteiten. Toen heb ik daar een poos over nagedacht en ben ik met het concept voor de Stratemakeropzeeshow gekomen, en heb ik ook gezegd: daar wil ik Wieteke van Dort en Joost Prinsen in hebben." Het werd een kinderserie vol anarchie, vieze woorden en rare typetjes. Aart speelde de titelheld, Wieteke van Dort was de Deftige Dame die altijd scheetjes liet, en Joost Prinsen werd Erik Engerd. Aart Staartjes hierover: "Jan Riem zag voor het eerst Joost, en die kwam drie dagen later met een hele serie Erik Engerd moppen: van iemand die zó lelijk was en dan iedereen aan het schrikken wilde maken, maar dat lukt dan niet." Erik Engerd werd al snel een mateloos populair figuur, met zijn typerende "mhwhwhwrhrmhwuhwmllrlwllaaah!!"-geluiden, en Joost Prinsen zou nog jaren door het personage achtervolgd worden: Vooral poep en pies waren in de serie niet van de lucht: "Kunt u mij het Drollenpad wijzen? Nou, dan moet u daar de Piessteeg door, dan het Poepjesplein, dan Lulletjesbrug over en dan Kutjesstraat rechts en dan komt u op het Drollenpad." Het waren scènes als deze die Henk van der Meijden in de Telegraaf deden schrijven: "Vara leert jeugd schuttingtaal!" Vanaf toen wilde heel Nederland dat wel eens zien en was het succes van de "straat" verzekerd. Na 55 afleveringen stopte de serie, omdat, volgens Aart Staartjes, "de ideeën op waren. Op een gegeven ogenblik heb je alle onderwerpen wel gehad."
't Schaep met de 5 pooten was een komische Nederlandse televisieserie van regisseur Joes Odufré, die vanaf 5 december 1969 door de KRO werd uitgezonden. De afleveringen werden geschreven door Eli Asser; de muziek was van Harry Bannink.
't Schaep met de 5 pooten was de naam van een Amsterdams buurtcafé waarin stamgasten de nieuwste buurtroddels doornamen en commentaar leverden op de rond 1970 snel veranderende tijdgeest. De hoofdrollen werden gespeeld door Piet Römer als Kootje de Beer, Leen Jongewaard als Lukas Blijdschap en Adèle Bloemendaal als Dora Lefèvre.
De serie leverde een aantal succesvolle liedjes op: Wij zijn toch op de wereld om mekaar te helpen, nietwaar?, Het zal je kind maar wezen en Vissen.
De serie hield al na acht afleveringen op. De opvolger Citroentje met suiker, waarvan de liedjes niet door Harry Bannink maar door Joop Stokkermans werden geschreven, kon het succes niet evenaren.
De opnames van de serie zijn verloren gegaan, omdat de banden waarop het programma stond hergebruikt werden om andere programma's op te nemen. Wel zijn de liedjes die in de afleveringen verwerkt waren bewaard gebleven.
Rolbezetting 1969
Tante Dora Lefèvre = Adèle Bloemendaal Kootje de Beer = Piet Römer Lukas Blijschap = Leen Jongewaard Rosita Lefèvre = Edda Barends Femma Nagel = Ronnie Bierman Arie Balk = Cor Witschge Huipie van Duivenbode = Piet Hendriks Lena Braams = Willeke van Ammelrooij Nico Lefèvre= Kees Brusse Tinus = Ben Hulsman
De serie won in 1970 de Gouden Televizier-Ring.
Eind 2006 is er een remake van de serie door de KRO uitgezonden, met onder andere Loes Luca, Pierre Bokma, Marc-Marie Huijbregts, Carry Tefsen en Georgina Verbaan
Rikkie en Slingertje was een Nederlands kinderprogramma dat van 18 juni 1966 tot 16 november 1974 werd uitgezonden door de AVRO.
De serie werd opgenomen in het Poppentheater Merlijn te Haarlem. Maaike Baartmans deed de stem van Rikkie en Rien Baartman van het aapje Slingertje. Na de scheiding van het echtpaar in 1973 is Rien Baartmans tot de laatste aflevering alleen doorgegaan met Slingertje.
Pippi Langkous (Zweeds: Pippi Långstrump) is de naam van een jeugdroman en van de hoofdpersoon daarin van Astrid Lindgren. Het is ook de naam van de afgeleide televisieserie, film, tekenfilmserie en musical.
Het eerste boek is uitgegeven in 1945. Astrid Lindgren verzon de verhalen voor haar dochter Karin en die vielen zo goed in de smaak dat ze besloot deze op te schrijven en voor publicatie aan te bieden.
De roman draait om een vrijgevochten jong meisje, Pippi (voluit Pippilotta Victualia Rolgordijna Kruizemuntina Efraïmsdochter) Langkous, wier moeder in de hemel woont en wier vader, Efraïm Langkous, piratenhoofdman, dik en koning van het eiland Taka Tukaland is. Bovendien is hij schatrijk en bijna even sterk als zijn dochter. Pippi heeft dan ook een tas vol met goudstukken. Ze woont samen met haar aapje, meneer Nilsson, en haar paard Witje in haar huis Villa Kakelbont. Dit tot groot ongenoegen van de morele voorhoede in het stadje, die vindt dat het gezin de basis van gezond opgroeien vormt en dat een kind niet alleen hoort te zijn, zelfs al wil het kind dat zelf.
Ze is immens rijk (betaalt altijd met goudstukken) en haar schat trekt behoorlijk wat criminele elementen aan, die Pippi echter altijd weet af te slaan, want ze beschikt over superkracht.
Met haar vriendjes Tommy en Annika beleeft ze allerlei avonturen.
De tv-serie - en later ook de films - bereikte een wereldwijde populariteit. De hoofdrol in zowel de tv-serie als in de films werd gespeeld door Inger Nilsson, maar in Nederland is ze vooral bekend geworden met de stem van Paula Majoor.
Films en televisieserie Olle Hellbom maakte rond de jaren '70 van de twintigste eeuw een televisieserie en een speelfilm over Pippi Langkous, waar later nog vier films van werden gemaakt. In zowel de televisieserie als in de films zijn de hoofdrollen voor Inger Nilsson, Pär Sundberg en Maria Persson.
Peppi en Kokki was een Nederlands komische duo en televisieserie, gespeeld door Gerard van Essen (de dikke Peppi) en Herman Kortekaas (de dunne Kokki). Het werd geschreven door Nan de Vries.
Hun act was geïnspireerd door de Dikke en de Dunne. Net als zij gebruikten ze slapstick humor. Dat deze humor van een veel simpeler niveau was dan bij Laurel en Hardy komt doordat Peppi en Kokki zich voornamelijk richtten op kinderen, terwijl hun Amerikaanse collega's een volwassen publiek voor ogen hadden. Net als de eerste Laurel & Hardy films, waren Peppi & Kokki ook stom. De filmpjes werden wel voorzien van een pianomuziek en een voice-over (Will van Selst en Bob Verstraete) die uitlegde wat er precies gebeurde.
De eenvoudige verhaaltjes draaien om twee matrozen die korte avonturen beleven op zoek naar een baantje om 'centjes te verdienen'.
Hun avonturen werden vanaf 1973 door de KRO als kinderprogramma op de Nederlandse televisie vertoond. Tot 1978 verschenen 78 afleveringen. In 1976 verscheen een film getiteld Peppi en Kokki bij de marine.
In 1979 moest Herman Kortekaas vanwege een hernia zijn medewerking stoppen. Gerard van Essen heeft toen enige tijd met een andere acteur in de rol van Kokki gewerkt, maar dit is geen succes geworden. Hij is toen alleen verder gegaan, en trad op op (kinder)feesten en partijen.
Hun populariteit deed niet onder voor die van het vergelijkbare duo Bassie en Adriaan dat hen opvolgde en waarvan tussen 1978 en 1994 er 140 afleveringen op de tv verschenen. Het grote verschil tussen de beide duo's is dat laatstgenoemde de marketing en merchandising in eigen handen hielden.
De herkenningstune van het programma werd halverwege de jaren '90 verwerkt in een happy hardcore nummer van Gabber Piet, genaamd "Hakke & Zage".