Vijf priesters bevinden zich tusschen de slachtoffers.Daar bevind zich ook een lichtgeloovige dokter Jacquesonder, die op de Duitsche eerlijkheid betrouwde.Naast hem zijn zoon,een kind nog.Eeen pas van hem liggen M Schmidt. toezichter van het lager onderwijs. en Auguste Durdu,schepen van de gemeente, en ijn schoonvader.Tesamen een afschuwelijke hoop van een zestigtal dooden.En wijl dit bloedig drama op deze plaats wordt afgespeeld,geschieden er langs alle kanten van de gemeente gemeene slachtpartijen.Overalwordt er gefusilleerd al de wegen zijn rood van 't bloed. Hartverscheurende tooneelen hebben plaats,door geen mond te vertellen,door geen pen te beschrijven.Een moeder dtoot dolle kreten uit. In een geweldige poging van de hoogste ontroering schijnt zij haar hart in de lucht te slingeren.God en de menschen haar wanhoop uit te schreeuwen.Van haar vier kinderen bleef de arme moeder Burniaux nog een zoon over,haar lieveling,haar Gaston,21 jaren oud.Als een leeuwin vliegt ze naar hem toe,valt hem om den hals,schreeuwend:"neen,neen, deze zult gij niet hebben? Achteruit,judassen,beulen?Achteruit?" Maar lachend slingeren de woestaards de wanhopige moeder weg.Een stond later,en ook Gaston gaat zijn drie broeders in den dood volgen.De zon van dezen heerlijke zomerdag zit achter zware brandwolken. Er hangt een geur van bloed en dood in de lucht.Alles is rood:de vlammen,de straten, de wegen. De aarde drinkt bloed.Een negentigjarige grijsaard,Charles Colot, staat op den dorpel, wordt aangeschoten en zijn lichaam wordt door de vlammen verteerd.Elie Pierrot vlucht met zijn vrouw en lamme schoonmoeder. Het oudje rust op een fauteuil.. Een groep bandieten versperren hem de weg. Eenige stonden later is hij een lijk.Een oude vrouw, Adéle Soumoy, ligt ziek te bed.Men steekt de vlammen aan haar huis;zij komt ellendig om.Zoo bloed ganch het dorp uit. De lijken worden van al hun geld beroofd.De toezichter Schmidt ontsteelt men drieduizend frank. DokterJacques een even groote som. Na de slachtingen worden de vrouwen bijeengetrost en naar een naburig dorp gedreven. Men verbiedt hen terug te keeren .En, terwijl zij gaan,de droeven,brand achter hun rug hun lief dorpje af. Dit is gebeurd op die droeve dagen van 25 en 26 augustus1914.De apachen voltrekken hun werk. wat nog rechtstaat fakkelen ze neer..Den 26'Augustus,om 8 uur 's morgens, trekken de 104" en 107" Saksische regimenten voetvolk af.De eenmaal zoo lachende gemeente is niets anders meer dan een puinhoop,waarover de stilte des doods hangt.
Wordt vervolgd 16 vervolg van 15Te Hastiere-Par-Dela
|