Tassawwoef of Soefi, een ideaal pad om te levenswandelen. Een soefi kan iedere willekeurige religie aanhangen, maar evengoed geen enkele. Een soefi probeert anderen niet te 'bekeren' , aangezien zij nooit beweren de waarheid in pacht te hebben. Het Soefisme kan ons wel aan het denken zetten of onszelf en onze ideeen relativeren. Al lachend naar en over onszelf komen we tot inzicht, een zeer aangename en plezierige zoektocht naar de kern.
Een soefi kan op zoveel verschillende manieren zijn persoonlijk spiritueel pad bewandelen dat de vraag naar het hoe en wat van dé soefi haast niet te beantwoorden valt. Origineel proberen de soefies langs de mystiek om tot het goddelijke te komen, de kern, het ware. Wat die goddelijkheid, het ware, de kern inhoudt, is mystisch persoonlijk en valt niet uit te leggen. Het ware of de waarheid heeft dan ook niets met wetenschap of weten te maken, bewezen diensten of effecten. De waarheid is een gevoel, een staat, een situatie waar we met een lach en een traan en een sausje mystiek toe komen en aanvoelen. De bron van het soefisme ligt in de islam. De Indiase mysticus Hazrat Inayat Khan bracht de stroming in het begin van de 20ste eeuw naar het Westen. De soefiestroming is eigenlijk gegroeid uit de eeuwenoude wijsheid, kennis die altijd aanwezig was in alles, in de cosmos.
"Khan streefde naar universele spirituele eenheid zonder enige dogmatiek. Dat ideaal heeft altijd bestaan, in verschillende gedaantes.''
Het pad van de soefis bestaan uit drie wegen, met vele zijpadjes en verscholen idillische geheime tuintjes en rustbankjes onder een schaduwrijke boom of in de volle zon. De weg van de kennis loopt niet over de wetenschap en het weten door bewijzen en tegenbewijzen. Het is het pad van het "weten" door ons onderbewustzijn, weten door intuitie. Voor empirische wetenschap moet je de autostrade nemen en dan mis je de kleine mooie plekjes van het idillische landschap van het leven. Dood ga je ook, het leven eindigt op die autostrade ook voor jou, maar je weet alleen niet waar je geweest bent. Wandelen van dorp tot dorp op het pad van je intuitie, leert je elk plekje kennen, met zijn kleine en grootse uitzichten. De tweede weg bestaat uit devotie, weer een moeilijk en zwaarwichtig woord. Het is gewoon het pad waar je je opent naar het mysterie dat om ons heen hangt. Dit padje opent onszelf in overgave en nederigheid, in zelfrelativering. De derde weg is het goede doen, je inzetten voor jezelf, het goede doen naar jezelf en je omgeving toe. Een simpeler pad is er niet, toch zijn de wandelpaadjes van de soefis een droom, niet altijd geplaveid, en af en toe kom je ook obstakels tegen, maar die zijn er om overwonnen te worden en zijn steeds weer de uitdaging om het leven spannend te maken. Ik zeg hier niets origineels mee; je vindt deze wegen terug in iedere gedachte of filosofische visie. Elk individu kan ze naar eigen kracht en aanleg combineren, vanuit zijn eigen achtergrond. We zijn eigenlijk allemaal ergens "soefi" of tassawwoefies, wat ik zelf een heel plezierig woordje vind. Iedereen is nieuwsgierig naar het mysterie rondom ons. De soefi-leer en -boeken trekken me zo aan, omdat ze zo drempellaag zijn. Als er boeken worden geschreven over "God" of "Allah" of "Budha" worden deze in beperkte kring gelezen. Ze vallen elk in hun hoekje en staan niet open voor overkruisende lezers. De soefi-schrijvers daarentegen zijn open en zijn overkruisend te lezen, zij schrijven over het mysterie, over het geheim van de waarheid, de individuele waarheid, zonder een "universele" waarheid op te leggen. Ze zijn toegankelijker en toch lees je hier ook over de godalmachtige waarheden, die mysterieus verborgen ligt in de tuin van hun woorden. Ze prikkelen ook onze nieuwsgierigheid omdat ze ons allemaal en individueel een kans geven om zelf op ontdekking uit te gaan, te aanvaarden wat wij zelf voelen en hoe we zelf zijn en hoe we het "alles" zelf aanvoelen. Met een lach relativeren ze de godalmachtige kracht die in de religies hangen, een uiterst verruimend en bevrijdende manier om te wandelen in alle openheid. Toch blijven de soefis niet steken in het ietisme, (er is iets en daar geloven we in). Ze gaan heus wel verder en veel dieper. Door hun mystiek inzicht gaan ze zelfs verder dan de religieheren. Het "ietisme" is te vaag, het is alsof het niet onder woorden te brengen is, maar dat is niet het geval bij de soefis, zij begrijpen juist de kunst om waar onze woordenschat te kort schiet, verder door te blijven verwoorden. Zij verwoorden in hun poezie juist dat waar onze woorden stoppen en ons gevoel het overneemt. Op dat kruispunt staat de ingangspoort van hun mooie tuin en het pad van de drie-wegen.
Taal heeft ons op dit punt in de steek gelaten en dat zal altijd zo blijven. Lao Tse, de grondlegger van de taoïstische spiritualiteit, zei drie eeuwen voor Christus al dat het mysterie dat verwoord kan worden, niet het mysterie is. Als je zegt: 'In mijn hart voel ik dat er iets is', dan wordt dat 'iets' meteen een soort object. 'God is iets, dáár, buiten mij.' Maar het soefisme gaat ervan uit - net als bepaalde esoterische tradities doen - dat er geen sprake is van twee of meer entiteiten. Als God bestaat, is hij hier aanwezig, in alles, in ons. Hier komen we dan ook weer in het gnostische vaarwater. Jezus zegt iets als: 'Het Koninkrijk Gods schuilt in jezelf'. De profeet Mohammed zei: 'Waarheen je ook gaat, je ziet het gezicht van God'. Als we de soefis lezen komen we eigenlijk op het kruispunt van alle godsdiensten en al de filosofische strekkingen. Het verschil met de soefis is dat zij geen religieuzen zijn in de zin van "zij behoren niet toe aan een religie".Een gelovige binnen een religie richt zich op God door middel van een waarheidsclaim, gebaseerd op profeten en exclusieve openbaringen. Maar volgens de soefi's kan de waarheid niet worden omschreven, zeker niet in dogma's. Een ander onderscheidend punt is het geheel ontbreken van bekeringsdrang: soefisme is niet missionair. Zij proberen niet om meer soefi's te werven. Het soefisme is geen sekte en het zijn geen goeroes. Zij proberen het gevoel over te brengen, of liever het gevoel in ons wakker te schudden met een schaterlach. Door hun fijn geweven woorden en zinswendingen roeren zij het onderbewuste en daar ligt de kennis stilletjes te wachten tot we het eindelijk naar boven laten borrelen.
|