(observatie)
hoe rustig ijlt het water het tekent lang gerekte benen rond de palen van de steiger en aan de oevers zijn de stenen glad, ze glanzen
wervelingen in het water zie ze dansen gorgelen af en toe het bruisen van de stroom overstemt loom elke vogelzang
het lijkt alsof ik hier al eeuwen ben gebleven ik adem traagheid diep zodat ik alles kan vergeten de stroming sleept me mee
er is geen zee vol leven slechts een rivier van hier tot daar zover mijn blik reikt
trouwens
als ik mijn hoofd laat zakken vult het water al de gangen van mijn gehoor en luiden er slechts de waterklanken
|