Toen ik nog kind was en mijn grootouders en ouders over de kleine spraken, dan hadden zij het over mij. Ook als volwassen vrouw, bleef ik voor hen de kleine.
Zaterdagnamiddag zegt mama tegen mij: Ik zie de kleine zo graag. Waarop ik glimlachend antwoord: Dat weet ik! Ze kijkt me aan: Ja, jij wel. Maar zou zij het ook weten? Die woorden doen zo een pijn. Mama beseft niet dat ik de kleine ben. Op zo een moment heb ik zin om het uit te schreeuwen: Ik ben Ellen, ik ben de kleine. Maar dat doe ik niet, mama kan het echt niet helpen. Terwijl de tranen in mijn ogen komen, neem ik haar eens goed vast en zeg: Ik zal het haar vertellen. Mama slaat ook haar armen om mij heen: Zou je dat willen doen? Dat is goed
dan weet ze het!
|