God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Het eerste deel van de brief van de paus herhaalt dat de traditionele voorwaarden voor het geldig bekomen van de aflaat, die een teken is van Gods genade en een kwijtschelding betekent van de straf voor begane zonden, geldig blijven. Die voorwaarden omvatten onder meer de biecht, deelname aan de eucharistie en een gebed voor de paus en zijn intenties. Franciscus schrijft dat wie om allerhande redenen niet op bedevaart kan gaan naar de Heilige Deur, in het bijzonder zieken en bejaarden, maar net zo goed gevangenen, allesbehalve uitgesloten zijn van Gods barmhartigheid. Daarbij worden zieken die hun huis maar moeilijk kunnen verlaten aangemoedigd om hun lijden te verenigen met het lijden van Christus, om de communie te ontvangen of indien mogelijk de heilige eucharistie en het gemeenschapsgebed bij te wonen, desnoods via diverse communicatiekanalen. De aflaat voor het Heilig Jaar kan ook verkregen worden voor overledenen: "Net zoals wij hen gedenken in de eucharistieviering kunnen wij voor hen, in het grote mysterie van de gemeenschap van de heiligen, voor hen bidden dat het barmhartige gelaat van de Vader hen bevrijdt van elk overblijfsel van zonden en hen stevig omhelst in de oneindige zaligheid."
Gelukkig is hij die niet overdreven gehecht is aan dingen of mensen, maar er innerlijk vrij van is, die wat hij heeft kan delen met anderen, en met open handen kan ontvangen wat anderen hem geven. Gelukkig is hij die kan genieten van... wat hem te beurt valt en die beseft dat heel wat van wat ons rijk maakt ons onverdiend gegeven is. Gelukkig is hij die ziet dat het leven geluk én verdriet voor elk in petto heeft, en die het verdriet kan toelaten en er goed mee leert om te gaan. Zo kan verdriet een krachtbron worden in het leven. Gelukkig is hij die zachtmoedig met zichzelf kan omgaan, die zichzelf niet veroordeelt maar met een liefdevolle blik naar zichzelf kan kijken. Hij kan zo zachtmoediger worden voor anderen. Gelukkig is hij die zichzelf en anderen tot hun recht laat komen, die ernaar verlangt om op een goede en rechtvaardige manier te leven en die daartoe telkens weer het goede probeert te doen. Gelukkig is hij die barmhartig is voor zichzelf en met mededogen naar zichzelf kan kijken. Hij zal hierdoor ook barmhartig voor anderen kunnen zijn, en hij zal zelf barmhartigheid van anderen ondervinden. Gelukkig is hij wiens woorden en daden geen bijbedoelingen hebben, maar helder en zuiver zijn. Hij wordt ervaren als authentiek en oprecht, als eenvoudig en als een mens uit één stuk. Anderen worden gelukkig van gesprek en contact met zo’n mens. Gelukkig is hij die vrede wil vinden met zichzelf of die deze vrede al gevonden heeft. Hij voelt zich daardoor minder aangevallen, en is daardoor beter in staat om niet in conflict te gaan met anderen. Hij kan daarentegen vrede stichten. Gelukkig is hij die de waarheid en de goede zaak hoog acht, zo zeer dat hij zelfs bereid zou zijn om ervoor te lijden of er zijn leven voor te geven.
Vrijdag 12 september om 20 u: Orgelconcert met Grimmertingenkoor Moorslede in de Sint Theresiakerk te Slypskapelle
Naast bovenstaande vieringen kunnen parochies of groepen nog een aparte viering aanvragen, al dan niet voorgegaan door hun eigen priester. Door het drukke programma is het wel nodig dat u hiervoor tijdig een afspraak maakt zodat we de Basiliek of Rosariumkapel voor u kunnen vrijhouden. Deze viering mag eventueel samenvallen met een reeds vermeld uur.
Inlichtingen: pastoor: 056 / 50.91.50 (tel en fax) - andre.monstrey@telenet.be of pastoor@federatiemoorslededadizele.be onthaal kerk: 056 / 50.52.86
Twee dingen vraag ik u, gun ze me zolang ik leef: Houd me ver van leugen en bedrog. Maak me niet arm, maar ook niet rijk, voed me slechts met wat ik nodig heb. Want als ik rijk zou zijn, zou ik u wellicht verloochenen, zou ik kunnen zeggen: ‘Wie is de HEER?’ En als ik arm zou zijn, zou ik stelen en de naam van mijn God te schande maken.
Naar wie zouden wij gaan, Heer onze God, als Gij niet bereid bent ons vast te houden in uw gezelschap. Help ons, ondanks onze angst, onszelf los te laten, opdat wij blijven kiezen voor de weg die Jezus ons voorging, voor de weg van de liefde in het leven van elke dag in de richting van uw Leven in eeuwigheid. Amen.
Interessant is de tekst die in 1986 werd geschreven door JOZEF RATZINGER (de latere BENEDICTUS XVI) en hij ziet de betekenis van haar naam als volgt:
De roos geldt als de koningin van de bloemen en daarmee als zuivere belichaming van de schoonheid van Gods schepping. De roos spreekt niet alleen onze ogen aan, maar schept met haar geur ook een nieuwe atmosfeer rondom ons. Ze spreekt al onze zintuigen aan, ontvoert ons als het ware uit de wereld van het alledaagse in een betere, hogere wereld. Ze laat ons vrolijk worden, omdat ze ons door het schone ook het goede laat voelen.
Geloof als zodanig kom je nooit tegen; geloof ontmoet je alleen in gelovige mensen. Ook vertrouwen is nergens los verkrijgbaar;... het bestaat alleen in mensen, die vertrouwen hebben. En liefde bestaat alleen in liefhebbende mensen.
Geloof, hoop en liefde, strikt genomen zijn het werkwoorden, die mensen als werkers veronderstellen. Daardoor ontwerpen de mensen zichzelf, geven zich een bepaalde bestaansvorm, bepalen hun leven.
Geloof, hoop en liefde moet je ontmoeten in levende lijve. Je moet ervaren, hoe geweldig deze waarden zijn, hoe ze menselijk wel-zijn bevorderen. Zo krijgt iemand er de smaak van te pakken, om op zijn beurt weer geloof, hoop en liefde te worden, in levende lijve.
Er wordt gezegd: gedaan met de Kerk, verleden tijd, en de jeugd is nergens voor aanspreekbaar! Doe de moeite om naar Lourdes te gaan. Daar zie je een heel ander beeld van de Kerk en van de jeugd. Lourdes dompelt je onder in een bad van positieve ervaringen, van echte solidariteit vanwege superenthousiaste jongeren. Daar vole je oprechte solidariteit met alle leed in de wereld. En daar voel je tot in je diepste vezels dat de Kerk lééft!
Maria, een vrouw van vlees en bloed, een mens zoals wij, de moeder van Jezus, komt thuis in de heerlijkheid van God. Zij is nu reeds daar waar iedere christen ooit hoopt te komen. Het is zoals met een groep bergbeklimmers. Een gaat voorop, bereikt als eerste de top en kijkt vervolgens achterom over de rand om de andere klimmers aan te moedigen en een helpende hand uit te steken. Zo kijkt Maria vandaag liefdevol naar elk van ons.
De betekenis van de Hemelvaart van Maria wordt pas echt zichtbaar en voelbaar, als we ernaar kijken vanuit de indrukwekkende werkelijkheid van haar leven. Of met andere woorden,
haar tenhemelopneming krijgt betekenis en zeggingskracht als je ernaar kijkt vanuit de weg die ze gegaan is in haar leven. Maria heeft een spoor getrokken door deze wereld, een spoor waarin mensen zich veilig voelen. Soms als het heel donker wordt, licht zij ons voor. Zoiets vergeten mensen niet.
Wie was Maria ? En wie is Maria voor ons, vandaag? Dit feest - in volle zomer - tekent ons geloof met schitterende kleuren. Het vertelt ons waar het om gaat:
Gods belofte dat het leven voortduurt in eeuwigheid.