God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Vanuit de diepte van onze welvaartsstaat roepen wij tot U, tot Gij U vinden laat. Want we hebben alles wat ons hart begeert, alleen het geloven hebben we afgeleerd.
De woorden van het oude kerstverhaal spreken voor ons een onverstaanbare taal. Want wie gelooft er in een engelenlied als hij het duivelse op aarde ziet?
Wie Iaat er nu nog alles in de steek alleen omdat hij naar de hemel keek? Wij geven U geen mirre of wierook meer, en 't goud kunnen wij zelf gebruiken, Heer.
Wanneer men nu de kinderen vermoordt wordt er nog nauwelijks protest gehoord. De herders vonden 't Kind en spraken over Hem, Wij zwijgen nog na ruim twintig eeuwen Bethlehem.
Wat moet het toch verdrietig voor U zijn dat wij zo groot doen - want U werd zo klein. Wij zijn kinderen van een harde, koude tijd, maar Iaat ons zien, dat Gij toch onze Vader zijt. Dat Gij ons zoekt in onze duisternis omdat Uw liefde onveranderd is.
Toen paus Franciscus om zijn mening over deze voorstelling gevraagd werd, was hij vol lof: Dit tafereel is zo realistisch. En dat is het evangelie ook! Het evangelie leeft. De kribbe is een huiselijk evangelie. Het nodigt uit: Jezus, kom maar. Dit beeld staat voor mij voor de tederheid van een gezin en een huwelijk.
Wat een zalig tafereel en hoe is het mogelijk dat er nog nooit eerder iemand het idee had om Jozef het kind eens te laten vasthouden en Maria te laten rusten?!
Kerstmis heeft natuurlijk vele betekenissen. Het gaat over vrede, menselijkheid, hoop. Laten we menselijk met elkaar omgaan. Die boodschap blijft ook vandaag klinken. Als gelovige raakt me echter allereerst dat God mens wil worden. Hij is niet enkel betrokken op ons, Hij wil zowaar ons mens-zijn delen. Dat is het unieke van het christendom. Ongehoord, maar hoe fantastisch is het.
Meewerken aan dat Rijk Gods, de grote droom dat het echt anders kan, is de opdracht die elk jaar opnieuw wordt geboren tijdens de kerstnacht. Kerstmis is in zijn essentie geen mierzoete cocktail van melige vredeswensen en gezellige feestjes, het is allereerst een oproep aan ieder van ons. De verlosser komt het werk niet verrichten in onze plaats, Hij komt ons vertellen hoe we zelf zijn leerlingen kunnen zijn.
Ik geef jullie een nieuw gebod: heb elkaar lief. Zoals ik jullie heb liefgehad, zo moeten jullie elkaar liefhebben. Aan jullie liefde voor elkaar zal iedereen zien dat jullie mijn leerlingen zijn.
De evangelist Lucas legt Maria een prachtige hymne in de mond. Ze spreekt deze lofzang tot God uit bij haar bezoek aan Elisabeth, inmiddels hoogzwanger van Johannes de Doper.
Mijn ziel prijst en looft de Heer, mijn hart juicht om God, mijn redder: hij heeft oog gehad voor mij, zijn minste dienares. Alle geslachten zullen mij voortaan gelukkig prijzen, ja, grote dingen heeft de Machtige voor mij gedaan, heilig is zijn naam.
In wat volgt prijst Maria God om al wat over Hem al eeuwenlang wordt doorverteld: Hij stoot heersers van hun troon en wie gering is geeft hij aanzien. Wie honger heeft overlaadt hij met gaven, maar rijken stuurt hij weg met lege handen. Hij trekt zich het lot aan van Israël, zijn dienaar, zoals hij aan onze voorouders heeft beloofd.
Als iemand belijdt dat Jezus de Zoon van God is, blijft God in hem en blijft hij in God. Wij hebben Gods liefde, die in ons is, leren kennen en vertrouwen daarop. God is liefde. Wie in de liefde blijft, blijft in God, en God blijft in hem. Zo is de liefde bij ons werkelijkheid geworden, en daardoor kunnen we op de dag van het oordeel vol vertrouwen zijn, want hoewel wij nog in deze wereld zijn, zijn we als Jezus.
Vang vluchtelingen op, geef warmte aan daklozen, geef brood aan wie honger heeft, geef hoop aan wie de wanhoop nabij is, bescherm het zwakke leven in al zijn vormen, draag zorg voor de schepping, schep vrede om je heen, ….en kom dan terug om mij te volgen….
O Wijsheid, voortgekomen uit de mond van de Allerhoogste; Gij doordringt alle dingen met mildheid en kracht. Kom nu en wijs ons uw wegen.
O Adonaï (Heer), Leider van Israëls huis; Gij zijt aan Mozes verschenen in het brandend braambos en hebt hem de wet gegeven op de Sinaï. Kom nu en bevrijd ons met sterke hand.
O Wortel van Jesse, Gij zijt het teken waarop de volken hebben gewacht; Voor U zullen koningen verstommen, de volken zullen tot U smeken. Kom nu en bevrijd ons, wacht niet langer meer.
O Sleutel van David en scepter van Israëls huis; wat Gij opent zal niemand meer sluiten, wat Gij sluit, zal niemand meer openen. Kom nu en bevrijd ons uit de kerker, uit de duisternis en de schaduw van de dood.
O Dageraad, afglans van het eeuwig licht en Zon van gerechtigheid. Kom nu en verlicht hen die in duisternis leven, die gezeten zijn in de schaduw van de dood.
O Koning der volkeren, zo lang verwacht. Gij hoeksteen die alles één maakt. Kom nu en red de mens die Gij uit aarde hebt gevormd.
O Emmanuel (God-met-ons), onze wetgever en koning, verwachting der volkeren en hun Verlosser. Kom nu en red ons, Heer, onze God.