God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Kunnen we ons geluk helemaal zelf maken? Of moeten we het krijgen? In de liefde neem je het zo aan: je kunt iemand liefhebben met welke aandrang dan ook, ook als die niet gratis en vrij naar je terugkeert. In die wederkerigheid zit een stuk 'gratis genade' die mijn inspanningen ver te boven gaat. Hetzelfde gaat voor al het andere: ook het geluk moet je voor een deel over-komen, over je heen komen, van verder en elders. Van God ...
Heer God, de hele dag lacht men mij uit, iedereen drijft de spot met mij. Telkens als ik het woord neem moe ik haast schreeuwen om gehoord te worden. Het woord van de Heer brengt me iedere dag schande en smaad. Soms denk ik: ik spreek niet meer over Hem, zeker niet in zijn naam. Maar dan laait dat vuur op in mijn hart en ik zal blijven getuigen van U en al Uw goede daden ....
Woorden naar Jeremia die jammer genoeg ook anno 2011 keiharde werklijkheid zijn, die je zelfs met moeite kunt bloggen zonder afgewezen te worden en inderdaad belachelijk gemaakt te worden, laat staan er in het openbaar over het christelijk geloof te spreken. Misschien ondervind je dat nog het sterkst als je naaar de wekelijkse mis gaat of je vertelt dat je er nog gaat ...
Stemt uw gedrag niet af op deze wereld. Wordt andere mensen, met nieuw inzicht. Dan zijt ge in staat om uit te maken wat God van u wil, en wat goed is, wat zéér goed is, en volmaakt.
Moslims en christenen kunnen elkaar vinden in de zorg voor hen die in armoede leven. We willen aandacht, medeleven en hulp bieden aan wie arm is. We willen samen met hen op weg gaan, hen steunen en sterker maken. Zo kunnen zij zelf hun leven in handen nemen en een volwaardige plaats innemen in de samenleving. Elke mens moet immers in zijn waardigheid erkend worden en altijd opnieuw kansen krijgen. Als broeders en zusters zijn we daarin solidair.
Wie mag Ik zijn voor jou? Wie mag Ik zijn in je leven? Mag Ik je een arm geven? Mag Ik nabij zijn? Mag Ik je herdersstaf zijn?
Ja, wie was Jezus eigenlijk in mijn eigen kindertijd, mijn eerste communietijd, mijn vormseltijd, mijn tienertijd, mijn huwelijk, de tijd dat alles goed liep en de tijd van donkere wolken, de tijd van scheuren in je relaties? En wie is Jezus vandaag en morgen voor jou?
'Spreek niettegen mij overje religie. Laat me eerst zien hoe je andere menen behandelt.Vertel me niet hoeveel je van uw God houdt.Toonme liever in hoeverre je vanal Gods kinderen houdt. Preek me niet over jouw passie voor uw geloof maar leer het mijdoor uwmededogen voorje buren. Eigenlijkben niet zogeïnteresseerd inwat je tevertellen hebt of wat je te verkopen hebt, maar wel hoe u ervoor kiest uw leven te geven en te delen".
Wees niet bang christen te zijn. Groei uit tot een mens die er staat, een christen met een sterke stam, diepe wortels en een mooi assortiment vruchten.
Vader, vergeef ons als enkelingen, als kerken en belijdenissen dat we de eenheid hebben geschonden, en dat we stuk voor stuk met een dubbel hart voor u verschijnen. We willen enerzijds binnentreden in het gebed van Jezus om eenheid; anderzijds hebben we spijt dat we dit gebed van binnenuit afzwakken door onze tekorten om de eenheid van de liefde in ons te laten gebeuren. Vader, vergeef het ons, want we weten niet wat we doen.
Zou het kunnen dat God zo een sterke liefde is, en dus aanspreekbaar, en dus kwetsbaar, en dus raakbaar, en dus veranderlijk, als mensen zonder reserves aandringen? Ik denk het wel en ben er virijwel zeker van; het is wat een priester me vertelde tijdens en na zijn opleiding: "Roep Hem desnoods van het kruis, maar antwoorden zal Hij". Het zijn wij dei veeleer slechts lippendienst bewijzen, de woorden wel prevelen maar niet echt hopen en geloven dat God ons redden zal, ons ter hulp zal schieten. Ja, wat zegde Jezus ook weer tot Petrus die over het water naar hem toeging? 'Jij, kleingelovige'.
Gedenk de Naam van jouw Heer en zonder je geheel voor Hem af, de Heer van het Oosten en het Westen. Er is geen andere God dan Hij.
Ik moet toegeven dat ik dat veel te weinig doe, en er toch vaak naar verlang. Misschien toch nog eens weg van het huis en even in de stilte van een abdij?!
Hij wiens geloof gelijk is aan een mosterdzaadje, zal niet in de hel komen, en toch zal hij wiens trots gelijk is als een mosterdzaadje, niet in de hemel komen.
Hoe kan ik God kennen vraag ik me af. Maar als ik het stil maak en diep in mezelf schouw, en ik mezelf ken, dan zal ik God kennen. Want als gelovige dienaar kan dat zeker!