"Ouden end" afgesneden Leiearm Bachte Maria Leerne foto 3
"Ouden end" afgesneden Leiearm Bachte Maria Leerne foto 4
Metalen ophaalbrug "Astene sas" Op de achtergrond het sashuis met museum.
Storm over Ooidonk, een eeuwenoude beuk heeft het niet overleefd.Ons Silvie poseert op de sokkel van het slachtoffer.
Nog een beuk die gesneuveld is, gelukkig viel hij niet op de "tempel"
Ruiselede tot Leerne
400 jaar genealogische en demografische omschrijving
06-10-2006
Ooidonk - foto 2
Ooidonk, foto genomen vanaf de brug (3 buizen, door ons genoemd) die toegang geeft tot de Leiemeersen. Op de voorgrond enkele blokken van een afgebroken populierentak.
Bedankt beste bezoekers aan mijn blog. Ik heb niet de ambitie om zoveel mogelijk bezoekers te krijgen maar het is aangenaam.Ik heb de laatste tijd niet veel kans om iets te schrijven. Dank u wel 5000 bezoekers!
Zaterdag 30 september,een mooie zonnige herfstdag.Ons vrienden plannen een wandeling in het hart van Brussel.We spreken af bij hen thuis in Sint Agatha Berchem.We gaan even bij hen binnen maar de zon en het goede weer roept ons ter orde.We vertrekken en parkeren ondergronds in het centrum.Vriend Hubert toont ons plaatsen waar wij nog niet kwamen of nog niet vonden.We passeren ook bij "Toone" (NB zie; "Koninklijk theater Toone" op internet) waar de historie voor het rapen ligt.Natuurlijk komen we ook bij de bekendste Brusseleir die zijn "lichaamsvochten" onverpoosd over de toeristen "zegent" Nu we hier toch zijn drinken we iets op het terras van de "stamenei" Poeschenellekelder, maar ga toch ook maar eens binnen want het is de moeite. Het "souchke" dat ons na betaling van 17.80 eurotjes in totoel aangeboden werd vermeldt toefel 109 en wenst ons salut en de kost. Verder staat er "ga zait gereefd doe patronske" en dincht en takse mier dan fietig % ingekloesjt. Hubert brengt ons vervolgens naar de "Vismet" die ik vroeger nooit vond zelfs niet op mijn routeplanner.Een mooie wandeling werd met een gezellig etentje afgerond, waarna wij voldaan en tevreden huiswaarts keerden. Annie en Hubert, bedankt voor de aangename namiddag en avond.
Nog een foto van de beschadiging van de Blauwe Poort in de Ooidonkdreef, op dezelfde dag genomen als de vorige. Bemerk de enorme scheur welke meters hoog in de zijkant loopt.
De Blauwe Poort in de Ooidonkdreef te Bachte Maria Leerne is momenteel in herstelling na een ongeval. Het is niet de eerste keer dat dit gebeurt. Volgens mijn foto genomen in de jaren '50 was er ook een zware beschadiging.
De eerste schooldag in de grote school bij meester Marcel Colpaert. Meester Colpaert was in de gemeenteschool gekomen in 1945.
Bedremmeld stapten we verlegen de groene metalen poort binnen in de gemeenteschool of de jongensschool zoals wij die noemden.
Als kleine snaken waren we wel eens voorbij die groene poort gelopen maar konden niet naar binnen kijken omdat de tralies met metalen platen waren bezet. Ikzelf als uitgelezen deugniet had het toch eens klaargespeeld om in de tuin van de school te komen en eens over het muurtje te kijken via de achtertuin van mijn oom Valère Van Hee die gebuur was. Ik herinner mij nog dat ik eigenlijk wel met een ei in mijn broekje zat toen ik over de afsluiting kroop.
Zoals in alle scholen werden reeds vanaf de eerste dag kliekje gevormd of toch op zijn minst zochten we het gezelschap of troost bij een vriend.
Plots belgerinkel. De ouderen wisten dat ze in de rang moesten staan en wij als eerstelingen werden op een rij geplaatst welke in het vervolg onze rang zou zijn.
Bij meester Colpaert zaten de zeven eerstelingen, het tweede en derde studiejaar, allen samen in een lokaal.
Ik mocht plaats nemen op de tweede bank aan het grote venster dat uitkeek op de speelkoer.
Als kleine gastjes werden we geregeld in stilte uitgelachen door jongens uit het tweede of derde leerjaar, als het weer eens niet lukte om de kaartjes die aan het bord hingen met aap
oom jan enz. te lezen. Het was toch allemaal zo nieuw alhoewel ikzelf niet onbeslagen op het ijs kwam.
Vanaf mijn vijf jaar was mijn vader, veelal, en mijn moeder soms, bezig met mij om allerhande kleine woordjes te leren lezen en schrijven. De gewone teksten kon ik redelijk vlot lezen uit de krant of uit jeugdboeken. Schoonschrift was wel een moeilijkheid voor mij en nu nog steeds.
Eindelijk ging de bel terug en konden we op de speelkoer ravotten! Opgelet kleintje hou je ietwat opzij want de groten komen er aangestormd.
De heilige Vincentius a Paolo werd geboren in 1581 in het stadje dat sinds 1882 St. Vincent de Paul heet. In 1600 werd hij priester gewijd.
Vanaf 1605 verbleef hij in Rome waar hij in de handen viel van Turkse zeerovers die hem in Tunis als slaaf verkochten. in 1607 weet Vincent te ontvluchten van de slavenhandelaars
In 1612 werd hij pastoor in Clichy en een jaar later huiskapelaan en leraar van de gegoede familie Gondi. In 1617 stichtte hij een vrouwenvereniging die zich bezighield met de zorg voor armen en zieken.
In 1619 kreeg hij de moeilijke taak op zich om als hoofd aalmoezenier te gaan zorgen voor de galeislaven. Hij voelde zich met deze mensen, die onmenselijk hard moeten werken op de galeien, zeer verbonden en hij deed er alles aan om hun lot enigszins te verbeteren.
Ook trok hij van parochie naar parochie en hij preekte er gedurende drie dagen om de gelovigen de kans te geven orde op hun geloofszaken te stellen, de zogenaamde volksmissies. Tevens verbeterde hij de organisatie en opleiding van de priesters.
In 1625 stichtte hij de missie congregatie van de Lazaristen, die in verre landen het evangelie prediken.
En in 1633 stichtte hij een zuster congregatie: "de dochters van Liefde", die nog altijd een erg grote congregatie is, ook in Nederland, waar ze gewoonlijk de zusters van Schijndel worden genoemd.
Van 1643 tot 1652 was hij lid van een raad die onder andere medezeggenschap heeft bij het benoemen van bisschoppen. Maar hij werd door kardinaal Mazarin uit die raad gezet omdat hij het niet eens was met diens politieke invloed, die er onder andere voor zorgde dat Mazarin aan de macht kwam.
Hij stond koning Lodewijk XIII bij aan diens sterfbed.
Hij stierf in Parijs op 27 september 1660.
Hij zei tegen zijn volgelingen: "Ik geef je als klooster de straat, als cel de ziekenkamers, als kapel de parochiekerk, als slot de gehoorzaamheid en als sluier de ingetogenheid." En ook: " Je verliest er niets bij zusters, wanneer je het gebed of de Eucharistie moet verlaten om naar de armen te gaan, want je gaat naar God als je de armen gaat dienen."
De Meisjesschool werd bestuurd door Zusters van Sint Vincentius à Paulo van Gijzegem.
Na de schoolstrijd was de kloosterorde naar Bachte Maria Leerne geroepen in 1879 door Baron t Kint de Roodenbeke met de vraag voor het onderwijs te zorgen.
Maar ze deden veel meer dan dat.
Buiten het les geven, hielpen de zusters waar het nodig was. Zieken verzorgen door weer en wind vroeg en laat. Afleggen en opbaren van afgestorvenen. Bij een geboorte om moeder en kind te verzorgen en taken op zich te nemen in het huishouden.
Aanvankelijk waren er 5 zusters, een was moeder overste, twee gaven les, een stond alle dagen in de keuken en zuster Hypolite deed bijna uitsluitend ziekenverzorging. Er was zelfs een kleine infirmerie ondergebracht in het kloostergebouw alwaar de meesten van ons wel eens een geschaafde knie hebben laten verzorgen. Het rook er zodanig naar ether dat je er nog eens bijkomend onpasselijk zou worden van de geur.
Klein klein kleutertje Louis ging voor het eerst naar school bij de nonnetjes in de meisjesschool
De zusters van St.Vincentius à Paulo met de enorme witte kappen die ons een overweldigende indruk gaven en waar de strengheid van onder droop.
Het eerste kleuterklasje was de uiterst rechtse deur en op het einde van de gang rechts was het lokaal. Naast mij zat een van de tweelingbroers Cocquyt. Hun ouders hadden een grote boerderij in Sint Martens Leerne want ook deze kleuters moesten naar Sint Maria Leerne komen naar de meisjesschool.
Als we stout waren moesten we van de nonnetjes te schande staan op de speelkoer.
Een straf leek het ons ook om de levertraan naar binnen te slikken. De reuk en de smaak deed ons bijna kokhalzen. Het was steeds een gejammer, maar het werd ons op het hart gedrukt dat wij erdoor sterker zouden worden. Jaja, kindermishandeling!
Ik vraag mij af waarom wij sterker moesten worden, we kropen toch al over en onder afsluitingen, klommen over muren en liepen door hagen en plaagden ons klasgenootjes en zeker de meisjes werden niet gespaard.
Werden we sterker, misschien, werden we evenwel slimmer? Door het verzamelen van zilverpapier voor de negertjes zeker niet. Bovendien moesten we hele dagen plukken
Oude lapjes stof van allerhande dikte en kwaliteit werden eerst in vierkantjes van ongeveer 5cm op 5cm gesneden en vervolgens geplukt, draadje per draadje. Ik weet echter niet meer tot wat deze handenarbeid diende. Misschien wel vulling voor hoofdkussens.
Als we braaf waren konden we ons op de speelkoer uitleven tussen de meisjes en vooral de heel jonge werden het moeilijk gemaakt door de kleine pagadders. De meisjes waren braaf dus moesten wij toch een beetje onze mannelijkheid demonstreren. De beukenhaag rond de speelkoer snoeien, meikevers in lucifersdoosjes bewaren en ze laten krabbelen tijdens de les, ook wel een twijndraadje aan hun pootjes binden om ze onder controle te laten vliegen en allerhande andere manieren om de plaagstok uit te hangen.
Goed, we hebben het er maar moeten uithouden tot juni 1953.
Op een foto genomen op de speelkoer van het nonnetjesklooster voor het H.Hartbeeld. Op de sokkel staat Heilig Hart Jezus Zegen uw Jeugd.
Aan mijn gelaatstrekken te zien kreeg ik de volle laag Zegen
Ik herinner mij het vestje nog dat geleidelijk aan te klein werd.
Even voor de geboorte van mijn zuster Isabelle op 27 april 1952 ben ik gestuurd naar zee om bij de nonnetjes te verblijven tot moeder beter was na de bevalling.
Eind december schreef ik eigenhandig op een kaartje Liefste ouders met een blij hartje kom ik u een Zalig Kerstfeest wensen. Ik heb vurig tot het kleine Jezuke gebeden en (onleesbaar, ik kan mijn eigen schoon schrift niet meer lezen, maar ja, vijf en een half jaar was ik toen)
"Capitalijnse wolvin" met de drinkende Romulus en Remus. Volgens de overlevering zouden bij de originele zogende wolvin, de beeldjes van de drinkende Romulus en Remus, achteraf bijgevoegd zijn.Hierbij de foto genomen in de schaduw van de toren van Pisa.
Een antiek gewelf boven een ingang van een oud gebouw in Lucca. Een onderhouden nis met een Maria-beeldje siert de muur. Bemerk, rechts halfweg de foto, de natuurstenen vatting voor het bovenste hengsel van de poort.
Giuseppe Garibaldi (1807-1882) was een Italiaans vrijheidsstrijder. Zijn strijd was niet steeds een succes doch Garibaldi wordt toch als held aanzien. Hier zijn standbeeld in Lucca.