Inhoud blog
  • het plekje van weleer
  • De winter gaat steeds over in lente
  • Hodur
  • Herfstlucht
  • Melanie Van de Reviere
  • Fredericus Van De Veire
  • Elodia Sophia Van De Veire
  • Carolus Ludovicus Van de Reviere
  • Mijn dorp
  • Clemence Van De Veire
  • Alphonse Van de Reviere
  • Bosbeheer 2
  • Bosbeheer
  • Bachte Maria Leerne - E
  • Bachte Maria Leerne - D
  • Bachte Maria Leerne - C
  • Bachte Maria Leerne - B
  • Bachte Maria Leerne - A
  • Augustus Van de Reviere
    Zoeken in blog

    Foto
    "Ouden end" afgesneden Leiearm
    Bachte Maria Leerne foto 3
    Foto
    "Ouden end" afgesneden Leiearm
    Bachte Maria Leerne foto 4
    Foto
    Metalen ophaalbrug "Astene sas"
    Op de achtergrond het sashuis met museum.
    Foto
    Storm over Ooidonk, een eeuwenoude beuk heeft het niet overleefd.Ons Silvie poseert op de sokkel van het slachtoffer.
    Foto
    Nog een beuk die gesneuveld is, gelukkig viel hij niet op de "tempel"
    Ruiselede tot Leerne
    400 jaar genealogische en demografische omschrijving
    08-01-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Poème - mijn kleine jongen


    voor kleinkind Laurens, januari 2003


                        mijn kleine jongen

    wat ben je nog wollig en zacht

    gelukkig nog onwetend, maar dat komt

    zoals de bloempjes naast de weg

    en zoals ieder jaar de lindenbloesem

     

    straks ben je een kleine bengel

    dan zal je die bloemen plukken

    je brengt ze naar uw moeder

    die u het mooie leven gaf

    en vertel je uw vader

    dat je in de lindenbomen klom

     

    kleine man, krijg ik nog de kans

    hier in mijn geboortedorp

    te vertellen over mijn jeugd

    de vier jaargetijden en zoveel moois

     

    ik vertel je over iedere dag

    het ochtendgloren waar jij nu bent

    het voelen, het zien en herkennen

    het ruiken van de lentegeuren

    je overgrootvader die je niet hebt gekend

     

    ik toon de maan die de nacht inzet

    ik troost je bij geween

    ik klaar je lucht oneindig blauw

     

    we gaan hand in hand, ploegen en zaaien

    je zult zien, met liefde zal je oogsten



    pépé Louis Van de Reviere 

    08-01-2006 om 10:34 geschreven door LOU PARADOU

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    07-01-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kapelanij - 4e vervolg

    In mijn jeugd, was vóór ons huis, centraal, een rond bloemenperk aangelegd met in het midden een lage gemetste kolom en daarop een arduinen blok, onderste deel vierkant en bovenzijde rond gesculpteerd. Daarop stond een grote stenen pot, eveneens met bloemen.

    De hoofdingang, zoals hij er nog steeds uitziet, bestond uit een centrale doorgang met twee houten hekkens, voorzien van vertikale metalen spijlen. Deze hekkens draaiden op scharnieren, aan arduinen kolommen. Buiten de centrale oprit waren aan weerszijden nog twee smalle doorgangen. Deze hekkens waren eveneens opgehangen aan arduinen kolommen. Later is al het houtwerk van de hekkens vervangen door metaal.

    De oprit tot aan het bloemperk was ongeveer twee meter breed.

    Vóór dat het bloemperk aangelegd werd waren er twee driehoekige graspleintjes voor het huis.

    Bij het verwijderen van de grasperkjes kwam een oud koperen jachthoorntje van onder de graszoden.

     

    Het hof is naar gelang de omstandigheden aangepast en volgens de noodwendigheden gebruikt geworden.

    Een twintigtal fruitbomen, waaronder; kersen, krieken, perziken, appels, pruimen, peren enz. stonden voor het huis. Deze vruchten waren meestal voor eigen gebruik. In de oorlog werden zelfs aardappelen geteeld.

    Soms werd een afsluiting geplaatst om koeien of schapen te laten grazen. Soms werd het gras gemaaid om hooi te oogsten.

     

    Naast ons woonst was er een grote weide, waar nu soms mooie boerenpaarden lopen. Die weide was eveneens in gebruik door mijn ouders en grootouders. Runderen werden er vetgemest. Een drietal koeien liepen ook op die weide. Er was steeds een klein boerenbedrijf draaiend in de kapelanij. Meestal was het de vrouw des huizes die het grootste deel van deze werkzaamheden vervulde. De jachtwachters hadden ook nog andere zaken aan hun hoofd natuurlijk.

    Op die grote weide stonden achteraan tegen de bossen ook nog eens verscheidene hoogstammige fruitbomen. Een paar werkmannen van het kasteel, kwamen, na hun uren, de overwegend appelen plukken en op hopen gieten. ’s Avonds werden de appelen in bakken gedaan en naar ons erf gevoerd alwaar zij verkocht werden. Geregeld was het aanschuiven om appels te kopen. Daar deed mijn moeder haar best voor.

    Erbovenop was aan de andere zijde van de dreef rechtover ons huis nog een boomgaard. Deze boomgaard die nu verdwenen is telde 850 laagstammige fruitbomen. Golden Delicieus en Cox Orange leverden een aardige bijverdienste op. Naast deze boomgaard, waar nu het speeltuintje is, was onze moestuin. Dit was ook de grootste zorg van moeder.

    07-01-2006 om 11:15 geschreven door LOU PARADOU

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    06-01-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kapelanij - 3e vervolg


    Honderden keren ben ik als kleine knaap ofwel samen met mijn grootvader, later als jongeling met mijn vader via het broekbos naar het kasteel gegaan.

    De keren, niet meegeteld dat ik op eigen houtje door de bossen liep.


    Hoe dikwijls heb ik niet afgesproken met baron Olivier, meestal in de Engelse Hof.
    Daar kropen we in de kastanjebomen via een zwaar touw die we ophingen aan de onderste takken.

    Ikzelf was nogal een acrobaat, terwijl Olivier toch wel zijn best deed om mij te volgen. Hij was vooral voorzichtig. Eens gebeurde het dat Olivier enige moeilijkheid had om de boom via het touw te verlaten.

    Vanop de grond gaf ik instructies doch het duurde nog een tijdje eer hij beneden was. Eigenlijk, was ik zelf toch even bevreesd geweest toen ik baron Olivier er angstig zag zitten op de onderste tak.

    In het vervolg werd niet meer in bomen geklommen. Niet meer door baron Olivier in elk geval.

    We vonden echter wel andere mogelijkheden om ons te amuseren.

    De Engelse Hof was één groot speelterrein. Er stond een gebouw in Engelse stijl dat wij de “tempel” noemden. Eigenlijk stond niet zo veel in dit gebouw om mee te spelen. Een paar houten zitbanken, een paar opbergkisten en nog wat kleinigheden.

     

    Daarnaast op een twintigtal meter vandaan was een deels in ruine gevallen gebouwtje, alwaar een grote gietijzeren waterpomp stond. Aan de buitenmuur was op een as, die naar binnen liep, een enorm vliegwiel.

    Dit vliegwiel kon ik met enige moeite in beweging krijgen. Op een dag had ik mij ietwat bij deze bezigheid misrekend en was mijn rechter wijsvinger gekneld tussen de muur en het vliegwiel.
    Met een bloedende vinger moest ik huiswaarts keren en uitleg geven aan mijn moeder.

    Maar goed, een andere keer bracht ik dan “meiklokjes” mee naar huis om aan moeder te geven. Onder de hierboven beschreven kastanjebomen tierden de meiklokjes welig.


    Ik observeerde er allerhande dieren, zoals eekhoorntjes die steeds in de weer waren en schichtig langs de ruwe bast van de bomen klauterden en van tak naar tak sprongen.
    Voor vele dieren moest je goed verstopt zijn om ze te bekijken. Er was heel veel materiaal aanwezig in de Engelse Hof om u te camoufleren. Gezien deze tuin nogal zanderig was, waren er veel konijntjes, die na grondige controle van de omgeving, uit hun pijp kwamen. Bij de minste beweging spurtten ze de eerste de beste pijp naar binnen. Konijnen maken nogal een imposant gangenstelsel ondergronds en hebben verschillende in- en uitgangen om bij onraad naar binnen te duiken. Vogels, van alle slag, waren er ook. Te lang om op te noemen.
    Het gebeurde wel eens dat ik met mijn vader, 's nachts, zelfs heel donkere nachten, op pad ging.
    Dan hoorden we 's avonds laat de nachtegalen met hun mooi gezang. Een nachtegaal heb ik maar een keer gezien in mijn jeugd.


    Jagen, deden we ook reeds op jeugdige leeftijd, maar dan wel met boog en pijl. In het broekbos was er hout dat zich goed leende om ons jachtwapen te maken. Met weinig precisie werd naar alles geschoten dat bewoog. Om in leven te blijven zoals in de oudheid zouden we nog veel moeten oefenen! Het leven van de jacht en de visvangst is dus niet evident.

     

    Om van het broekbos naar de Engelse hof te gaan, liepen we over een houten plank zoals ik eerder beschreef. Even vóór deze houten overgang was een borrelende bron, tevens kwamen twee grachten uit op die plaats. Deze bron die ik honderden keren bezocht bracht mij later inspiratie om onderstaand gedicht te schrijven.

     

     

     

    genieten

     

    het schemerend blauw in ‘t oosten

    groet de dageraad toverend open

    diamanten dauwdropjes op het groen

    verdwijnen als tranen in een zakdoek

     

    de zon spietst reeds door struik en boom

    het zuiver bronnetje krijgt kleur

    als borrelen zilveren munten omhoog

    in stilte kabbelt dit duurzaam vocht

    maagdelijk en ongedwongen

    wegtrekkend in vervoerde zuiverheid

    een weg banend in gouden zand

     

    een windje ruist door de bomen

    en doet de grondschaduwen zinderen

    de blakende zon schiet kwistig vuur

    een leeuwerik zingt speels zijn lied

    boven de zomergeurige akker

     

    bloemen fijn van snit,

    kleuren en fleuren de groene waterkant

    blije dieren in de wei en in de lucht

     

    hier waar ik vrij en voluit kan ademen

    hier geniet ik met volle teugen

    aan de voet van deze eik

    onder bescherming van zijn statigheid

     

                                                                                

                                              Louis Van de Reviere

    06-01-2006 om 11:02 geschreven door LOU PARADOU

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-01-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kapelanij - 2e vervolg


    Ons “hof” de “kapelanij” is voor mij een prachtige herinnering aan mijn jeugd en jonge jaren.

    Als kleine knaap van vijf jaar liep ik aan de hand van mijn grootvader Alphonse Van de Reviere en verkende alzo de bossen en de omgeving van het kasteel Ooidonk.

    Grootvader ging meestal via het bos achteraan ons huis “broekbos”  naar het kasteel toe.

    Daarvoor moesten we over een brede beek van het broekbos naar de “Engelse Hof” Daar was een plank van ongeveer 30 cm breed waarop kroonkurken omgekeerd genageld waren. Die overgang bestond uit een vast deel kant Broekbos en een deel dat kon opgehaald worden tot de overzijde.

    In de Engelse Hof toonde pépé, (niet mijn dooppeter) zoals hij genoemd werd, mij allerhande zaken die mij nog steeds bijgebleven zijn. Grootvader steeds vergezeld van zijn wandelstok, stak deze op een bepaalde plaats naast een boom in een gaatje in de grond. Kijk, zei hij, hier is een bliksem ingeslagen!

    Hij toonde mij de planten die belangrijk waren en noemde de bomen. Later zou mijn vader hetzelfde doen maar dan veel gedetaileerder.
    De dieren speelden ook een grote rol in het jachtwachtersbestaan van mijn ouders en grootouders en ook mijn overgrootouders. In het bijzonder de fazanten, hazen, konijnen, patrijzen, eenden, bosduiven enz.

    Op die jonge leeftijd besefte ik nog niet veel van de zorg die zij besteedden aan de dieren.

    Later stelde ik meermaals vast dat er door hen steeds een zorgzaam evenwicht werd gezocht op het domein van het kasteel Ooidonk.

    Voor het grootste deel waren fazanten ook het grootste deel van de zorgen van mijn ouders en grootouders als jachtwachter.

    Vóór 1900 werden op ons hof honderden fazanteneieren uitgebroed door “klokhennen” Soms gebeurde het dat er klokhennen wilden beginnen broeden en er nog geen fazanteneieren waren. De klokhennen werden dan even elk op toer tot halverwege hun lijf ondergedompeld in het frisse water van de wal rond ons hof. Zodoende waren ze een beetje afgekoeld en “klokten” ze niet meer.  De jonge uitgebroedde fazantenkuikens werden dan met lampen gewarmd en in hokken gevoederd en verzorgd.

    Later werd op dezelfde wijze fazanten gekweekt in stallingen in het “koetshuis”  Het Koetshuis dat nu een Tea Room is, links van de ingang van het kasteelpark Ooidonk

    Ruim vóór de jacht werden de fazanten de natuur ingezet. Ik zeg wel “ruim” vóór de jacht want je kon goed het verschil zien tussen een natuurlijk gekweekte fazant en een fazant die te laat uitgezet is.

    Vanaf de jaren 1880 was er nogal wat bedrijvigheid op ons hof. Rond de kapelanij waren ongeveer 8 ha land en weide in gebruik door mijn voorvaderen. Geregeld moesten loonwerkers komen helpen op ons hof.

    Op 1 september 1894 bij het dorsen met de vlegel in ons schuur, het gebouw rechts van de kapelanij, kwam een van de werkmannen uit de schuur naar achter en zag de kleine Camillus
    (° 1888) die probeerde een klokhen onder te dompelen. Plots verloor de kleine Camillus het evenwicht en viel voorover in het water.

    De werkman die dit zag gebeuren liep het hof af en verwittigde niemand! Het manneke werd veel te laat uit het water gehaald omdat men eerst heeft vastgesteld dat de werkman na een zekere tijd niet terugkwam.

    Dit drama kon dus vermeden worden en liet mijn grootvader als enige zoon achter uit het gezin van elf.

    05-01-2006 om 10:51 geschreven door LOU PARADOU

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-01-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Poème - ik kom terug

    Vele gedichten, hebben betrekking met mijn gemeente Bachte Maria Leerne.
    Hier eentje als tussendoortje!

    ik kom terug

     

    hier genees ik mij van alle kwalen

    hier bevrijd ik mij van alle twijfels

    herinneringen zien terug het licht

    als een schat, lange tijd verscholen

     

    ik sluit de ogen, verplaats mij in de tijd

    voel het aangenaam briesje zuchten

    windje dat mijn gezicht bewierookt

    en mij doet vergeten, dat langzaamaan

    de zon de laatste flikkering baart

     

    hier op deze zalige plaats van weleer

    waar ik ongestoord dromen herdroom

    een zalige rust die mij steeds overvalt

    op deze magnetische plaatsen

    onweerstaanbaar brengt het mij terug


                                                                                          Louis Van de Reviere

    04-01-2006 om 19:01 geschreven door LOU PARADOU

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kapelanij - 1e vervolg

    Waarschijnlijk het oudste document waarin “Klein Ooidonk” vernoemd wordt is van rond 1400 waar Jan van Clapdoerp zegt een leen te houden van zijn heer van Nevele van zijn kasteel te Nevele dat “teleen oodonc ligghende in de prochye van Sente Jans Lederne ende es groet IIII bundre lettel min of meer ligghende neffens ....”

     

    In oude pachtboeken van begin 16° eeuw worden pachtsommen genoteerd. Zo staat in 1566-67
    “ Item ontfaen van Jande Delvere dertich ponden parysis ende dat over een jaer pachts vander hofstede anden steendam ghenaemt tcleen oodoncq groot vierhondert ende zevenentwintich roeden ende een stuck lands ligghende over de strate ofte dreve zuut vander voorn. stede groot zevenhondert ende tien roeden” (RAG Nevele 139)

     

    In 1632 wordt genoteerd “Item Jan van Parys hout in pachte een behuysde hofstede ghelegen inde prochie van sente maria lederne ande dreve byden steendam groot omtrent 463 roeden ghenaemt cleen oodonck” (RAG Nevele 166)

    Verder in 1635 werden drie duizend stenen gekocht voor herstellingen aan de bruggen en poorten rond Ooidonk (er moeten er zeven geweest zijn in die tijd) Vermelding (RAG Nevele 166 en 167)

    “Een steenen brugghe, ligghende thalven de dreve om te gaen naar ’t Blaupoortken”

    “Item een steenen brugghe in de dreve, zoo men gaet naer tcasteel, rechtover cleyn Odonck”

     

    Sinds het gebouw de “Kapelanij” genoemd werd (1638) zijn verscheidene veranderingen aangebracht door verbouwingen, zoals het dak dat hersteld werd, gezien het nog met stro bedekt was (RAG Nevele 172)

     

    Had de dakbedekking in mijn jeugd nog van stro moeten zijn, zou er geregeld waterinsijpeling zijn geweest.

    Nu en dan kroop ik als jonge knaap op het dak en liep ik rechtstaand op de nok, van schoorsteen naar schoorsteen, tot ergernis van vader en moeder.

    Boven op de schoorsteen sprak (telefoneerde) ik dan met mijn zus op de begane grond. In een conservenblik met een ander conservenblik verbonden, spanden wij een fijn draadje.
    De telefoon werkte nog ook!

    Zo een beetje overal spande ik draden die dan meestal in de weg hingen van vader of moeder met berispingen en straffen allerhande.

    Later bij het wat ouder worden spande ik stalen kabels in het gebouw rechts van de kapelanij. Ik haalde er allerhande kunsten uit maar ook soms gevaarlijke trapezetoestanden en evenwichtsoefeningen.

    Het is dan ook niet te verwonderen dat ik enkele jaren later bij de Para-Commando’s zou terechtkomen.

     

    wordt vervolgd

    04-01-2006 om 18:16 geschreven door LOU PARADOU

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    03-01-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Kapelanij of klein Ooidonk

    De Kapelanij

     

    Eens onderdoor de “blauwe poort” in de kasteeldreef naar Ooidonk ziet u links een gebouw dat omwald is.

    Dit gebouw, in de 14° eeuw “Klein Ooidonk” genoemd was toen een kleine hoeve van ongeveer 4 bunder.

    De hoeve is steeds een leen geweest van het Land van Nevele maar behoorde niet altijd tot de heren van Ooidonk.

    Er is een oud document uit 1400 waaruit blijkt dat het toen eigendom was van Jan van Clapdoerp zoon van Thomaes. Even later is het dan toch overgegaan aan de heren van Ooidonk.

     

    Veel vroeger werd de dreef wel eens “Stenendam” genoemd, omdat de weg door lage meersen liep en moest verhoogd worden en tevens van in den beginne gekasseid werd.

     

    In 1638 nam Jan della Faille, heer van Nevele en Ooidonk, de pacht over om de kapelaan van Ooidonk er te laten wonen.

    Het is pas van toen af aan dat de hofstede de “kapelanij” genoemd werd.

    De eerste nieuwe bewoner was Guillaume Valckenburch “capelaen van Oodoncq” (RAG Nevele 172)

     

    Rond Kerstmis 1880 kwam het gezin Carolus Ludovicus Van de Reviere – Elodia Sophia Van De Veire, wonen in de “kapelanij”

    In 1884 is mijn grootvader Alphonse Van de Reviere er geboren, mijn vader Valère is er geboren in 1919 en

    ondergetekende zijn wiegje heeft er eveneens gestaan in 1946.

     

    Het gebouw met ongeveer centraal de voordeur is ongeveer 20 meter breed en telt vijftien vensters op de voorgevel. Op de benedenverdieping waren de ruimtes achter de twee vensters links bewoond door mijn grootouders en was de ingang op de linkergevel. De slaapkamer van de grootouders was op de verdieping eveneens de twee uiterste vensters links. Er was ook een voutekamer en een ruime keuken achteraan, met zelfs toen al een toilet binnen. Rechts, weliswaar het grootste gedeelte moest het nog doen met een buitentoilet.

     

    Mijn ouders beschikten over het deel rechts van de twee uiterst linkse vensters. De gewone ingang voor ons was aan de rechterzijde van het gebouw.

     

    Binnen kon je zeer goed zien dat er vroeger verscheidene kamers moeten zijn geweest.

    Momenteel en ook ten tijde van ons bewoning waren er nog vier slaapkamers. Ikzelf had het intiemste kamertje. Het derde venster van rechts was mijn nachtverblijf.

     

    Links van de “kapelanij” staat een gebouw met een klokkentorentje centraal op de nok. Een van mijn geliefde uitkijkposten. Beneden, werd gebruikt voor  berging en later als stal voor runderen en schapen.

    Boven was er een zolder met duiventil.

    Achter dit gebouw en ertegenaan gebouwd stond een druivenserre met de bekende Frankenthaldruiven.

    Rechts van de “kapelanij” staat eveneens een gelijkaardig gebouw die voor zover ik meemaakte gebruikt werd als schuur. In deze schuur was ook een aardappelkelder en een strovoorraad er bovenop. Rechts in de gevel was er een deur die toegang gaf tot een varkenshok. Boven dit varkenshok was eveneens een voorraad stro opgeslagen. In de nok was eveneens een duiventil. Achteraan dit gebouw was ook een druivenserre aangebouwd. Deze serreinhoud was niet van zeer goede kwaliteit. Op regenachtige dagen was het wel een geliefd speelterrein voor mij.

     

    Centraal achteraan de “kapelanij” staat een gebouwtje waar vroeger een open vuur was waar “bras” gemaakt werd voor de varkens. De grote zwartgeblakerde ketel hing aan een zaaghaal in het open vuur.

    Aan dit gebouw was ook een klein “ovenmuur” aangebouwd. De zaterdag werd brood gebakken voor de ganse week. Op het einde van de broodbak werden “schietspoelen” gebakken. Schietspoelen waren gewoon deeg met appelmoes erop gesmeerd en toegerold gelijk croissants. Pépe, wanneer zijn de schietspoelen klaar? Ja,ja, manneke een beetje geduld!

    Prachtig was dat, als kleine knaap, hout aanbrengen om de stenen oven te warmen. Met de grote houten spatel het brood uit de oven halen. De schietspoelen rollen, uithalen en natuurlijk smullen!

     

    wordt vervolgd

    03-01-2006 om 21:19 geschreven door LOU PARADOU

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    02-01-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aangekomen in Bachte Maria Leerne

    Met mijn overgrootouders Carolus Ludovicus Van de Reviere en Elodia Sophia Van De Veire, ben ik in Bachte Maria Leerne gekomen.

     

    Het verhaal begon in Ruiselede alwaar voor zover mij bekend rond 1600 Philippus De Riveere geboren werd.

    De laatste in Ruiselede geboren was Laurentius De Reviere, in 1790. Hij huwde met Rosalie Van de Woestyne.

    Laurentius en Rosalie overleden beiden op de wijk Schoonbergh te Aalter.

    De eerst geborene te Aalter was Pierre Van de Reviere, gehuwd met Marie Therese Van Belleghem op de wijk Schoonbergh en er ook overleden.

    Vervolgens is Carolus Ludovicus in 1846 geboren te Aalter op de wijk Schoonbergh, hij huwde Elodia Sophia Van De Veire in 1875 en ging wonen in Lotenhulle, alwaar op de wijk Malsem zes van de elf kinderen werden geboren.

    In 1877 werd Carolus Ludovicus benoemd tot jachtwachter (volgt) in Lotenhulle om tenslotte in 1880 benoemd te worden te Bachte Maria Leerne.

     

    We nemen onze intrek in de “ KAPELANIJ “

    02-01-2006 om 15:59 geschreven door LOU PARADOU

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Carolus Ludovicus Van de Reviere

    Carolus Ludovicus Van de Reviere - overgrootouder

    zoon van Pierre en Marie Therese Van Belleghem

    broer van Melanie, Augustus, Mathilde, Ivo, Bruno, Julie, Rosalie, Camillus en Marie.

     

    Geboren te Aalter op 19/04/1846

    overleden te Bachte Maria Leerne op 04/01/1910

     

    Eerste zoon in het gezin van Pierre en Marie Therese Van Belleghem.

    Het gezin woonde op de wijk Schoonbergh te Aalter.

     

    Geboorteakte nummer 57 van 1846 te Aalter: - Aangifte 1846, maandag 20 april, door Petrus Van de Reviere, 41 jaar, wonende wijk Schoonbergh van een kind, geboren zondag 19 april 1846,om zeven uur ‘s morgens, genaamd Carolus Ludovicus.

    Getuigen: - Ludovicus Van Ackere, 21 jaar, schrijver en Joseph Verbiest, 59 jaar, secretaris.

     

    Carolus Ludovicus, Charles Louis en volgens overlijdensprentje Louis Van de Reviere, was het eerste overlijden in 1910 te Bachte Maria Leerne.

    Overlijdensakte nummer 1 van 1910 te Bachte Maria Leerne, aangifte op woensdag 5 januari 1910 om 10 uur, door Alphonse Ludovicus Van de Reviere, 25 jaar, landbouwer en Maurice Van De Meerschaut, 25 jaar, geen bloedverwant, zonder beroep, welke verklaren dat op dinsdag 4 januari 1910 om 7 uur ‘s avonds op wijk Maaygemhoek, overleden is, Carolus Ludovicus Van de Reviere, 63 jaar en 8 maand, jachtwachter, weduwnaar van Elodia Sophia Van De Veire.


     

    Gehuwd te Aalter op 06 januari 1875 met;

    Elodia Sophia Van De Veire

    dochter van Joannes Baptist en Sophia Hooft

    zuster van Karel  ° 1838, Fredericus (° 1846 en X Melania Van de Reviere), Ida ° 1852 en Augustus ° 1856

    ° Aalter 30/09/1848 en + Bachte Maria Leerne op 14/01/1908

     

    Elodia Sophia Van De Veire, geboren te Aalter op zaterdag 30 september 1848,  akte nr 115, dochter van Joannes Baptist Van De Veire ° Maldegem 15 juni 1803, zoon van Joos en Joanna Van Landschoot en Sophia Hooft, geboren Knesselare 24 mei 1815, dochter van Joannes en Monika De Prest.

     

    Overlijdensakte nummer 3 van 1908 te Bachte Maria Leerne.

    Aangifte woensdag 15 januari 1908 om 10 uur door Carolus Ludovicus, 61 jaar, boswachter, echtgenoot van overledene en Maurice Van Den Meerschaut, 23 jaar zonder beroep, zij verklaren dat Elodia Sophia Van De Veire, 59 jaar en 3 maanden, landbouwster overleden is dinsdag 14 januari 1908 om 6 uur ‘s avonds.

     

    Huwelijksakte nummer 2, bladzijde 3 van 6 januari 1875 te Aalter.

    Woensdag 6 januari 1875 om 10 uur te Aalter.

    Carolus Ludovicus Van de Reviere, 28 jaar, landsman, zoon van Petrus, 60 jaar en Marie Therese Van Belleghem, 55 jaar, landslieden te Aalter en Elodia Sophia Van De Veire, 26 jaar, dochter van Jean Baptist, 72 jaar, landbouwer en Sophia Hooft, overleden.

    Getuigen; Ivo De Muyt, 61 jaar, landbouwer, Blandin De Waegenaere, 45 jaar, dagloner, wonende te Aalter en Francois Callens, 52 jaar, kleermaker wonende te Lotenhulle, alle vier kennissen van de gehuwden.

     

    Het kerkelijk huwelijk werd voltrokken te Aalter op donderdag 7 januari 1875 door pastoor Van Besien.

     

    In het gezin kwamen 11 kinderen;

     

    1° Maria Ludovica     2° Augusta Maria     3° Hortensia Maria  4° Prudentia Maria    
    5° Clementia    
    6° Clementia Maria  7° Hortentia     8° Alphons Ludovicus    
    9° Prudence Marie 
    10° Camillus     11° August

     

    Maria Ludovica tot en met Clementia Maria, geboren in Lootenhulle.

    Vanaf Hortentia, geboren in Bachte Maria Leerne.

     

    Volgens bevolkingsboek 1867 - 1880 folio 375/10 te Lotenhulle woonden zij na hun huwelijk op Malsem 21.

    - Karel Louis, boswachter - Zijn vorige verblijfplaats te Aalter 27/01/1875.

    - Van De Veire Elodia, landbouwster

    - Maria Ludovica ° Lotenhulle 1877 13/11

    - Bruneel Henri ° Wijnegem 1852 ( dienstbode ) weg 25/07/1876 naar Merendree.

    - Augusta 1877

    - Hortensia + 14/8/1879

    - Prudentia + 16/2/1880

    - Clementia + 7/1/1880

    - Waetermeulen Leonardus ( dienstbode ) aangekomen 4/4/1878 en vertrokken naar Bellem op 18/07/1881.

     

     

    1878 - 1880, moeten  voor Carolus en Elodia toch wel bijzondere jaren geweest zijn.

     

    Donderdag 21 maart 1878, geboorte van een meisjestweeling Hortensia Maria en Prudentia Maria.

     

    Maandag 14 april 1879, geboorte van het vijfde meisje in het gezin, Clementia Maria.

     

    Donderdag 14 augustus 1879 overlijden van Hortensia Maria, 1 jaar en 5 maanden.

     

    Maandag 16 februari 1880 overlijden van Prudentia Maria, op 1 maand na, bijna twee jaar. Zodoende is de tweeling reeds overleden.

     

    Maandag 07 juni 1880, overlijden van de vijfde dochter, Clementia, 1 jaar en 2 maanden oud. Ondertussen is moeder Elodia reeds 3 à 4 maanden in verwachting van terug een dochter. Zij geven zoals hierna het kind dezelfde naam en voegen er Maria aan toe.

     

    Maandag 22 november 1880, geboorte van zesde dochter, Clementia Maria, welke later in 1927 een triestig lot te wachten staat. (volgt nog)

     

    Carolus of Charles Louis Van de Reviere, 31 jaar is volgens akte nummer 237 geregistreerd te Gent op 9 juli 1877 als jachtwachter te Lotenhulle op het landgoed van Henri Marie Baron ‘ Kint de Roodenbeke te Lotenhulle.

     

    In 1880 - 1881 komt het gezin van Carolus en Elodia over van Lotenhulle naar Bachte Maria Leerne, met drie dochters, Maria Ludovica, Augusta Maria en Clementia Maria.

    De tweeling Hortensia en Prudentia alsook Clementia zijn reeds overleden te Lotenhulle.

     

    Dit gegeven (verhuis van Lotenhulle naar Bachte Maria Leerne in 1880-1881) kan worden uitgemaakt door een nieuwe akte geschreven door Baron ‘ t Kint de Roodenbeke, met de aanstelling van Charles-Louis op het eind van 1880 in Bachte Maria Leerne.

     

    Het gezin gaat wonen in de kasteeldreef naar Ooidonk, toen Maaigemhoek geheten, in de “kapelanij” (volgt)

     

    In ongeveer 1 en een half jaar zijn geen geboorten in het gezin tot op zaterdag 20 mei 1882 terug een dochter geboren wordt. Hortentia.

    Het eerste kind geboren in Bachte Maria Leerne. Terug een naam van een reeds eerder overleden kind.

     

    Dan op vrijdag 17 januari 1884, het achtste kind in het gezin, eindelijk een zoon, waar waarschijnlijk naar uitgekeken is. Zij noemen hem Alphonse Ludovicus.

     

    Na Alphonse komen nog drie kinderen, waarvan de laatste twee, jongens zijn. De twee jongens sterven vroeg. Camillus, 6 jaar en August wordt zelfs maar 4 maand.

    We spreken dan al van 1889, begin december, moeder Elodia is dan 41 jaar.

    Op dat ogenblik zijn nog maar vijf kinderen in leven van de elf.

     

    De elf kinderen in het gezin Carolus en Elodia Van De Veire:

     

    A. Maria Ludovica ° Lotenhulle 13/11/1875

    dochter van Carolus en Elodia Van De Veire

    zuster van Augusta, Hortensia, Prudentia, Clementia, Clementia, Hortentia, Alphonse, Prudence, Camillus, August.

     

    Maria Ludovica, eerstgeboren kind in het gezin, geboren te Lotenhulle op zaterdag 13 november 1875.

     

    Zij huwde te Bachte Maria Leerne op dinsdag 08 januari 1907, akte nummer 2, met Prosper Van Ooteghem, geboren te Nevele 06/08/1878 en overleden Drongen 09/05/1940, in zijn woning op Slindonck.

    Hij is begraven, zaterdag 11 mei 1940 in de parochiekerk te Drongen. Prosper was landbouwer, en kwam van Sint Martens Leerne.

    Hij is de zoon van Henricus en Louise Van der Stede. Henricus was landbouwer en bakker van beroep en woonde Peperhol 6 te Nevele.

     

    Maria Ludovica is overleden te Drongen op vrijdag 15 februari 1946.

     

    Prosper had nog drie zusters; Marie Sidonie, Emma Francisca en Marie Leonie, en drie broers, Ivo, August Oscar en Cyrillus Renilus, waarvan August met Augusta Van de Reviere gehuwd is. Zie B.

    Op 28/08/1890 vertrekt Emma Francisca ° Nevele 17/05/1875 naar Gent. Op 07/04/1899 wordt een onwettig kind geboren te Nevele van haar:
    Henri Rene Van Ooteghem.

     

    Gezin Prosper Van Ooteghem - Augusta, met twee kinderen:

    1. Juliana ° Landegem 30/05/1908 akte 29 Landegem.

    gehuwd te Drongen op 13/07/1933 met Michel Van Leeuwen

    ° Drongen 27/08/1906 + Gent 09/10/1995 akte 3104 Gent.

     

    2. Jules ° Bachte Maria Leerne 07/03/1912

    gehuwd te Bachte Maria Leerne op 01/05/1941 met Maria Alice Claeys ° BMLeerne 24/02/1915 + Drongen 05/10/1987

    Jules, overleden te Gent 02/06/1967 en begraven Drongen 07/06/1967

     

     

    B. Augusta Maria ° Lotenhulle 14/04/1877

    dochter van Carolus en Elodia Van De Veire

    zuster van Maria Ludovica, Hortensia, Prudentia, Clementia, Clementia, Hortentia, Alphonse, Prudence, Camillus en August.

     

    Augusta, geboren te Lotenhulle op zaterdag 14 april 1877 en overleden te Oostakker op 26 februari 1945.

    Gehuwd te Bachte Maria Leerne op maandag 09 oktober 1905, met:

    August Van Ooteghem ° Nevele 11/06/1879 en + Oostakker 26/02/1945

    broer van Prosper X Maria Ludovica Van de Reviere.

     

    Drie kinderen in het gezin;

     

    1.Djanie ° South Bend Indiana USA 21/10/1906

                X Clementine Bogaert ° Oostakker 20/01/1904

    2.Anna ° Gontrode 29/04/1912 + Heusden 28/05/1980

               X Maurits Nachtergaele ° Destelbergen 17/04/1906 en + Gent 12/07/1977

    3. Yvonna ° Gontrode 15/03/1915 + Lokeren 18/04/1978 akte 143

               X Maurice De Cock ° Lokeren 06/05/1912 en + Lokeren 28/09/1989.

     

     

    C. Hortensia Maria ° Lotenhulle 21/03/1878

    dochter van Carolus en Elodia Van De Veire

    zuster van Maria Ludovica, Augusta Maria, Prudentia, Clementia, Clementia Maria, Hortentia, Alphonse, Prudence, Camillus en August.

     

    Tweelingzuster van Prudentia Maria, geboren op donderdag 21 maart 1878 te Lotenhulle.

     

    Overleden te Lotenhulle op donderdag 14 augustus 1879.

     

     

    D. Prudentia Maria ° Lotenhulle 21/03/1878

    dochter van Carolus en Elodia Van De Veire

    zuster van Maria Ludovica, Augusta Maria, Hortensia Maria, Clementia, Clementia Maria, Hortentia, Alphonse, Prudence, Camillus en August.

     

    Tweelingzuster van Hortensia Maria, geboren op donderdag 21 maart 1878 te Lotenhulle.

     

    Overleden te Lotenhulle op maandag 16 februari 1880.

     

     

    E. Clementia ° Lotenhulle 14/04/1879

    dochter van Carolus en Elodia Van De Veire

    zuster van Maria Ludovica, Augusta Maria, Hortensia Maria, Clementia Maria, Hortentia, Alphonse, Prudence, Camillus en August.

     

    Clementia, geboren op maandag 14 april 1879 te Lotenhulle.

     

    Overleden te Lotenhulle op maandag 07 juni 1880.

     

     

     

    F. Clementia Maria ° Lotenhulle 22/11/1880

    dochter van Carolus en Elodia Van De Veire

    zuster van Maria Ludovica, Augusta Maria, Hortensia Maria, Prudentia Maria, Hortentia, Alphonse, Prudence, Camillus en August.

     

    Clementia Maria, laatste kind geboren in Lotenhulle op maandag  22 november 1880.

     

    Gehuwd te Bachte Maria Leerne op 22 april 1903 met Aloise Petrus Bruneel ° Bachte Maria Leerne 18 januari 1880, zoon van Basilius en Marie Louise De Schuyter.

    Aloise Petrus Bruneel, zoon van Basilius Bruneel. Basilius Bruneel was de bouwer van de huidige parochiale kerk van Leerne.

     

    Geëmigreerd naar South Bend Indiana USA. Vertrokken 13/04/1907.

     

    Clementia, dood aangetroffen in een vijver in de staat Indiana, South Bend op 26 april 1927. Zij was volgens melding 49 jaar in werkelijkheid 46 jaar.

    Het gezin woonde toen, North Hillstreet 201, South Bend. (volgt nog)

     

    Kinderen in het gezin;

     

    a. Leopold ° ?

    b. Magdalena ° BMLeerne 21/09/1904 + Gent 17/07/1984

    c. Juliana ° BMLeerne 20/01/1906

    d. Maurice ° ?

    e. René ° South Bend 19/12/1912

    f. Juliana °1915

    g. Julius ° 1919

     

     

    G. Hortentia ° Bachte Maria Leerne 20/05/1882

    dochter van Carolus en Elodia Van De Veire

    zuster van Maria Ludovica, Augusta Maria, Hortensia Maria, Prudentia Maria, Clementia Maria, Alphonse, Prudence, Camillus en August.

     

    Hortentia, geboren te Bachte Maria Leerne op zaterdag 20 mei 1882.

    Eerst geboren kind na verhuis van Lotenhulle naar Bachte Maria Leerne.

     

    Zij overleed te Bachte Maria Leerne op maandag 03 oktober 1898.

     

    H. Alphonse Ludovicus ° Bachte Maria Leerne 17/01/1884

    zoon van Carolus Ludovicus en Elodia Van De Veire

    broer van Maria Ludovica, Augusta Maria, Hortensia Maria, Prudentia Maria, Clementia Maria, Prudence, Camillus en August.

     

    (volgt nog)

     

     

    I. Prudence Marie ° Bachte Maria Leerne 25/12/1885

    dochter van Carolus en Elodia Van De Veire

    zuster van Maria Ludovica, Augusta Maria, Hortensia Maria, Prudentia Maria, Clementia Maria, Hortentia, Alphonse, Camillus en August.

     

    Na een zoon, Alphonse, terug een dochter.

     

    Prudence Marie, geboren te Bachte Maria Leerne op vrijdag 25 december 1885 en overleden te Lemberge op zaterdag 17 augustus 1968.

     

    Prudence is gehuwd te Melle op19 oktober 1910 met Joseph Verspeeten, ° Gontrode op 26 juni 1872, en overleden te Gontrode op 21 oktober 1951

    Joseph Verspeeten was de zoon van August en Rosalie Nimegeers

     

    Kinderen in het gezin van Joseph Verspeeten en Prudence Van de Reviere:

     

    1. Joanna ° Gontrode 13/01/1910

    kloosterlinge, ingetreden 25 maart 1929 bij de Zusters H.Vincentius a Paulo van Deftinge.

    Zij is overleden in Deftinge op 11 december 1987.

     

    2. Ghisleen Alfred ° Melle 20/12/1911 en overleden te Gent 03/01/1977

     

    3. Rosa Marie ° Melle 1914

     

    4. Marie Leontine ° Melle 28/12/1916 en overleden te Merelbeke op 13/11/1997

     

    5. Louis ° Gontrode 1920

     

    6. Clara Maria ° Gontrode 1925

     

     

    J. Camillus ° Bachte Maria Leerne 04/01/1888

    zoon van Carolus en Elodia Van De Veire

    broer van Maria Ludovica, Augusta Maria, Hortensia Maria, Prudentia Maria, Clementia Maria, Hortentia, Alphonse en August.

     

    Camillus, tweede zoon in het gezin, is geboren in het ouderlijk huis, in de kasteeldreef,

    in die tijd Maaigemhoek genoemd, op woensdag 04 januari 1888 om 7 uur voormiddag.

    Geboorteakte nummer 1, Bachte Maria Leerne.

    Hij was het tiende kind in de rij.

     

    Hij overleed op zaterdag 01 september 1894 en was zes jaar.

    Bij dit overlijden was Carolus 48 jaar en moeder Elodia 46 jaar.

     

     

    K. August ° Bachte Maria Leerne 03/08/1889

    zoon van Carolus en Elodia Van De Veire

    broer van Maria Ludovica, Augusta Maria, Hortensia Maria, Prudentia Maria, Clementia Maria, Hortentia, Alphonse en Camillus.

     

    August, derde zoon in het gezin en het laatste kind, geboren in Bachte Maria Leerne op 3 augustus 1889 en hetzelfde jaar nog overleden op 2 december 1889

     

    02-01-2006 om 15:57 geschreven door LOU PARADOU

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 26/01-01/02 2009
  • 22/12-28/12 2008
  • 08/12-14/12 2008
  • 10/11-16/11 2008
  • 22/09-28/09 2008
  • 09/06-15/06 2008
  • 02/06-08/06 2008
  • 26/05-01/06 2008
  • 19/05-25/05 2008
  • 12/05-18/05 2008
  • 21/01-27/01 2008
  • 07/01-13/01 2008
  • 17/12-23/12 2007
  • 10/12-16/12 2007
  • 03/12-09/12 2007
  • 19/11-25/11 2007
  • 24/09-30/09 2007
  • 06/08-12/08 2007
  • 18/06-24/06 2007
  • 11/06-17/06 2007
  • 07/05-13/05 2007
  • 02/04-08/04 2007
  • 26/03-01/04 2007
  • 19/03-25/03 2007
  • 12/03-18/03 2007
  • 05/03-11/03 2007
  • 26/02-04/03 2007
  • 19/02-25/02 2007
  • 05/02-11/02 2007
  • 22/01-28/01 2007
  • 15/01-21/01 2007
  • 08/01-14/01 2007
  • 01/01-07/01 2007
  • 25/12-31/12 2006
  • 18/12-24/12 2006
  • 11/12-17/12 2006
  • 04/12-10/12 2006
  • 27/11-03/12 2006
  • 20/11-26/11 2006
  • 13/11-19/11 2006
  • 06/11-12/11 2006
  • 30/10-05/11 2006
  • 23/10-29/10 2006
  • 16/10-22/10 2006
  • 09/10-15/10 2006
  • 02/10-08/10 2006
  • 25/09-01/10 2006
  • 18/09-24/09 2006
  • 11/09-17/09 2006
  • 04/09-10/09 2006
  • 21/08-27/08 2006
  • 14/08-20/08 2006
  • 07/08-13/08 2006
  • 31/07-06/08 2006
  • 24/07-30/07 2006
  • 17/07-23/07 2006
  • 10/07-16/07 2006
  • 12/06-18/06 2006
  • 05/06-11/06 2006
  • 29/05-04/06 2006
  • 22/05-28/05 2006
  • 15/05-21/05 2006
  • 08/05-14/05 2006
  • 01/05-07/05 2006
  • 24/04-30/04 2006
  • 17/04-23/04 2006
  • 10/04-16/04 2006
  • 03/04-09/04 2006
  • 27/03-02/04 2006
  • 20/03-26/03 2006
  • 13/03-19/03 2006
  • 06/03-12/03 2006
  • 27/02-05/03 2006
  • 20/02-26/02 2006
  • 13/02-19/02 2006
  • 06/02-12/02 2006
  • 30/01-05/02 2006
  • 23/01-29/01 2006
  • 16/01-22/01 2006
  • 09/01-15/01 2006
  • 02/01-08/01 2006
  • 25/12-31/12 2006

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     


     


    Foto

    De kapelanij Ooidonkdreef
    Bachte Maria Leerne
    Mijn kamer, mooi in het centrum.
    Foto

    Ons kleinkind Laurens heeft een paaseitje gevonden.
    Foto

    Mijn petekind Lucas heeft ook een smakelijk paaseitje gevonden.

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!