Inhoud blog
  • Bodifée, God en het gesteente
  • Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Zijnzoeken
    In het spoor van Heidegger zoeken naar de zin van Zijn.
    18-03-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KIJKEND NAAR DE WERELD

    10. Zoektocht bewegwijzerd door vraagtekens

    2.0 ZOEKTOCHT

    Nu vang ik mijn eigenlijke zoektocht aan. Een verkenningstocht: rondkijken in de realiteit waarin we leven. (Dit is tweesporig: kosmisch versus humaan. Of driesporig: kosmisch, organisch versus humaan)

    Kijken naar de wereld waarin ik leef. Dat trosseltje woorden bevat het hele programma van de volgende beschouwingen. (kijken/ wereld/ ik/ leven)

    Kijken? Of zien.

    Zwevend hoog in de lucht speurt de arend anders dan de tegen de Aarde gedrukte kikker. De solitaire haai ziet wat anders dan de haring in de veilige schoot van de school. De leeuw kijkt anders naar de zebra dan de zebra naar de leeuw. Elke mens ziet een andere wereld dan elk andere mens. Geen twee mensen zien dezelfde wereld. Er zijn zoveel verschillende werelden als er mensen zijn.

    Kijken is tweepolig: het is Ego-geladen en wereld-gericht. Het is steeds een Ego dat kijkt: een individueel, gesitueerd Ego, geladen met een verleden, met motieven, met behoeftes en met interesses. Voor dat Ego verschijnt de wereld echter als een aanvulling van het eigen beperkte Ego. De wereld lijkt als een soort nog te veroveren, nog te incorporeren deel van het Ego, vaak zelfs een nog te verorberen Ego. De wereld lijkt zo een 'extended I'. De reiger die de kikker opvist, is niet begaan met die kikker. Die beschouwt hij enkel als voedsel voor zichzelf.

    Dat Ego-geladen kijken wordt ook gekleurd met al de vroegere persoonlijke ervaringen en ontmoetingen met mensen, met gebeurtenissen, met dingen, met kunstwerken en met teksten. Zelfs de evolutie in de verste voorgeschiedenis speelt een actuele rol in dat kijken. De basismotieven van ons hedendaags gedrag werden 500.000 jaar gelden vastgelegd in de Afrikaanse savannes. Al die ervaringen richten dat zien, structureren het, verruimen of verengen, kleuren en soms ontluisteren of zelfs verhinderen dat zien. Met het konijn dat zigzaggend door het struweel ontsnapt aan een hond vluchten al de voorouders mee.

    Dit Ego-geladen kijken past in het complex van de compensatoire interacties. Kijken is echter een heel aparte vorm van interactie: het is een afstandelijke vorm van interageren en het laat het bekekene fysisch onaangeroerd. Althans meestal, want we herinneren ons Sartres bewering: «L'enfer, c'est les autres. » Leven: directe betrokkenheid. Zonder wereld geen Ego.

    2.1 Wereldbetrokkenheid

    Toch vertrekt alle kennis van wat we waarnemen, van wat we zien. Nihil in intellectu nisi prius in sensibus. (Niets in het verstand wat niet eerst in de zintuigen was. Zoals dat al eeuwen herhaald wordt.) M. Heidegger zei zelf: « In de praktijk hebben we maar één plicht: dat is te kijken, om uit wat ons aangeboden wordt het pure zelf te halen. » Zien, dat is, olympisch, het laatste, het verste, het diepste. Daar schuilt niets meer 'achter'. Hier valt gewoon te lezen. To read off.

    Wat zie je dan?

    - Waar je de blik ook wendt, je ziet veelheid.

    - Waar je ook kijkt, je ziet verscheidenheid.

    - Waar je het oog ook op laat vallen, je ziet eindigheid, beperktheid, vergankelijkheid, contingentia.

    - En tussen die vele, verschillende, eindige en beperkte zijnden merk je overal beweging, wisselwerking, interacties.

    - Je ziet blijvers naast verdwijners. Je ziet dat alles 'constant in beweging' is. Géén dag is een kopie van een vorige.

    - Je ziet dat niets zich neerlegt bij de gegeven toestand. Niets. Alles wil het net anders. Winden waaien, water stroomt of golft, duinen wandelen in de woestijn, planten groeien, bloeien, dragen vrucht. Geen plekje grond blijft onbegroeid of ongemoeid. Zelfs bergketens, zoals de Andes, zijn constant 'on the move'.

    - Je ziet dingen die samenhokken, je ziet dingen die elkaar afstoten. Zelden stoot je op onverschilligheid.

    - Je ziet dingen die zich inspannen om in die wervel van veranderingen onveranderd te blijven en om zichzelf te bestendigen, zichzelf in het Zijn te bewaren, al was het minimaal: planten die om water vragen, dieren die vreten of drinken zoeken; je ziet foto's, souvenirs, memoires, musea, verzamelingen, albums, onderhoudsproducten, renovaties, restauraties,...

    - Je ziet verscheidenheid met onderlinge incompatibiliteit: water en vuur, kat en hond, positief en negatief.

    - Je ziet ook verscheidenheid met veel onderlinge overeenkomsten en constanten: niemand zal moeite hebben om de gelijkenissen tussen een bulldog, een dwergpinscher en een pekinees te zien, (reuen noch teefjes kennen rassenscheiding) of om de overeenkomsten tussen een Przewalskypaard, een Brabants trekpaard en een shetlanderpony; de giraf heeft zeven halswervels net zoals het stekelbaarsje of het guppyvisje van twee cm. Zelfs tussen hond, paard, giraf en ook vis vallen de sterke overeenkomsten en gelijkenissen op.

    2.2 Zien leidt tot vragen, niet tot weten.

    Uit wat je zo ziet, rijst de eerste reeks vragen:

    Vanwaar en waarom die veelheid?

    Vanwaar en waarom die eindigheid?

    Vanwaar en waarom die verscheidenheid?

    Vanwaar en waarom in de ononderbroken beweging die overal aanwezige trouw van de dingen aan de eigen eigenheid van het zelf?

    Vanwaar en waarom die algemene openheid naar en voor andere zijnden: die gerichtheid op interacties?

    Vanwaar en waarom die constanten en overeenkomsten in de veelheid en verscheidenheid?

    Vanwaar en waarom die veelvormige interacties?

    En vanwaar en waarom die overal actieve algemeenheden, die universalia? Zelfs ver over de grenzen van de soorten heen.

    2.3

    Zoeken we naar verbanden tussen de gevonden verschijnselen, dan dringt zich de eindigheid op als bron van veelheid en verscheidenheid en merk je dat de eindige en daarom vergankelijke zijnden steun zoeken bij elkaar en dat ze daarom tot interacties open staan naar en voor elkaar. Je beseft dat verscheidenheid veronderstelt dat de zijnden zijn en blijven wat ze zijn, dwz dat ze trouw zijn aan zichzelf: het paard wil paard blijven; koper wil geen goud worden; als de zon plots poolster zou worden, dan vindt geen kapitein op de oceanen nog zijn thuishaven. Je vraagt je af hoe kunnen trouw aan zichzelf en openheid samengaan in wisselwerking, in interacties? Alleen als zoet water zoet water blijft, kunnen planten en dieren leven; alleen als zuurstof zuurstof blijft, kunnen we blijven ademen en leven.

    2.4

    Daaruit dringen zich reeds een paar conclusies op:

    1. - Eindigheid, beperking, begrenzing, die lijken niet zo'n vloek als zo vaak beweerd wordt. De eindigheid is blijkbaar de bron van de weelde en van de diversiteit op onze Aarde. We leven in een weelderige en variërende realiteit, dankzij die eindigheid van de zijnden.

    2. - De dingen interageren met elkaar niet zomaar, blindweg, maar in trouw aan zichzelf gericht vanuit hun eindigheid en openheid als bron en met het doel te overleven.

    3. - Geen zijnde blijkt uit zichzelf de eigen zijnsmogelijkheden te kunnen uitputten. Daarom staat elk zijnde bij zichzelf in het krijt en ook bij de andere. Maar daardoor staat elke zijnde ook voor een open toekomst.

    4. - Er zit duidelijk een gerichtheid in de interacties. Daarop stoelt de mogelijkheid van evolutie naar nieuwe en hogere zijnsniveaus.

    18-03-2006 om 14:14 geschreven door Ramulus

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-03-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.10. Zoektocht bewegwijzerd door vraagtekens

    10. Zoektocht bewegwijzerd door vraagtekens

    0.1

    Er werd me de vorige keer gesuggereerd iets over M. Heidegger te zeggen. Ik zal dat niet doen, uit eerbied juist voor hem. M. Heidegger was een stugge, eigenzinnige zwijger. Over Natorp zei hij, bij de aanvang van het college na diens overlijden: « Je kon uren geladen zwijgend met hem wandelen. » Hij was een provinciaal, bewust, gewild: hij wou niet naar Berlijn. Bleef trouw aan zijn inspiratiebron: het Zwarte Woud. Koppig was hij, zeer vasthoudend en consequent. Hij volgde trouw zijn 'ster'. Heel zijn leven lang.

    Kort na de Eerste Wereldoorlog trok de jonge M. Heidegger als een frisse wind door de Duitse filosofie en heerste aan de universiteit als een 'ongekroonde koning ', al in 1919. (H. Arendt, H.-G. Gadamer) Studenten schreven zich in Freiburg-i.-Br. in voor Edm. Husserl, maar volgden massaal de lessen van zijn assistent M. Heidegger, omdat die een totaal andere thematiek behandelde, en die op een totaal nieuwe, eigenzinnige wijze bracht, tegen al de dominerende trends in. (Zoals M. Blondel met zijn L'Action in 1893.)

    Velen vallen over M. Heideggers kortstondig nazi-verleden. Als je zijn filosofie niet de baas kunt, is dat een makkelijke uitweg om op de kap van M. Heidegger toch een graantje beroemdheid mee te pikken. In feite werd M. Heidegger in 1934 gevraagd door zijn collega's in Freiburg-i-Br. om rector van hun universiteit te worden, omdat ze wisten dat alleen iemand met zijn allure in staat was gepast tegenwerk tegen het nazisme te bieden. Na vier maanden reeds legde hij zijn ambt neer. Zijn colleges over Nietzsche uit die periode hadden een dubbele bodem. En in zijn beschouwingen over kunst uit die tijd behandelde hij uitvoerig een schilderij van een 'entartete Kunstler', Vincent van Gogh. Alleen hij die deze signalen van afkeuring en distantiëring wil zien, krijgt de verborgen boodschap.

    M. Heidegger weigerde over filosofie te praten, hij DEED filosofie. Zelf, als mens, wilde hij beslist uit beeld blijven.

    Als hij oud was, deed hij schriftelijk vastleggen dat in de uitgave van zijn verzamelde werken geen notenapparaat, noch registers opgenomen zouden worden. Hij weigerde alle karakteristieke parafernalia die de eruditie van wetenschappelijke werken moeten etaleren en demonstreren. Hij wilde enkel zijn filosofische teksten publiceren, en niets meer. Geen correspondentie. Geen notities. Geen biografische gegevens. Geen anekdotes. Zuivere filosofie.

    Als je de lijst van M. Heideggers publicaties naloopt, valt het op dat hij alleen originele zuiver filosofische werken schreef, en geen erudiete 'Studie over...' of 'Overzicht van...', of 'Geschiedenis van...'

    0.2

    Ik wil nu een eindje met Guido Gezelle oplopen. Hij was een gulzig en constant verwonderd kijker. Kijken. Ik vat mijn visie op de realiteit waarin ik leef samen in één zin, die ik ontleen aan Maurice Merleau-Ponty.

    « De mens vertolkt wat in het Zijn op hem wacht om gezegd te worden. »

    Ik parafraseer: Het leven actualiseert en openbaart zo wat in de kosmos aan mogelijkheden verborgen ligt.

    1.0 Vooraf:

    Ik geef eerst zeer bondig, in een zeer gedrongen synthese, kort mijn visie. Dat kan de rode draad zijn die jullie zal gidsen tijdens de verdere uiteenzetting.

    Kijken naar de realiteit waarin ik leef.

    In die realiteit vind je tastbaar een veelheid en verscheidenheid van constant bewegende eindige zijnden. ALLE zijnden zijn eindig. Elk eindig zijnde heeft wel een eigenheid. Geen ding vloeit zomaar over in een ander zijnde zoals een inktvlek op een nat blad uitvloeit in de andere vlekken; of geen ding gaat op in het geheel en verdwijnt zoals een golf in de zee. Elk ding is zichzelf, en wil niet de andere worden. De dingen vertonen een wonderlijke trouw aan zichzelf. Deze tafel zal volgende maand nog een tafel zijn. Na een paar weken vakantie biedt ons huis ons trouw verder beschutting tegen de ongemakken van het klimaat.

    Maar even waar is dat elk zijnde tevens openstaat naar/voor de andere zijnden. Door hun eindigheid verkeren de zijnden constant in zijnsnood, worden ze geconfronteerd met de Grijns van het Niets, met de eigen ondergang.

    Elke mens b.v. is behoeftig: heeft behoefte aan grond onder de voeten, aan licht in de ogen, aan voedsel en vocht in de maag, aan lucht en zuurstof in de longen, aan geluid in de oren of geur in de neus. Elk zijnde heeft zijnsaanvullingen door andere zijnden nodig. Geen zijnde staat op zich, is solitair: er bestaan geen gesloten monades.

    Uit veelheid, verscheidenheid en eigenheid ontspringen de mogelijkheden tot vele vormen van bewegen, van interactie tussen die zijnden: compensatoire interacties om de eigen zijnsbehoeften aan te vullen, waardoor de zijnden elkaar, althans even, een vorm van bestendigheid bezorgen, en de Grijns, voor even, schaakmat zetten.

    1.1

    Uit deze zijnsnoodzakelijke interacties, uit deze compensatoire interacties vloeien de mogelijkheden van de vele vormen van complexificatie en van coördinatie voort. Zo liggen de mogelijke wegen open naar groei en naar al de variaties van de evolutie. Vanuit haar oorsprong is die evolutie, op kosmisch niveau, lineair gestuurd door universele wetten en oorzakelijkheden.

    Op levensniveau verloopt die evolutie totaal anders. Daar treden meer bifurcatiemogelijkheden op, meer kansen tot verscheidenheid, en daar vormen zich sterkere Ego's.

    Hier rijst nu de vraag: Wie zijn wij, als Ego? Hoe Ego-istische zijn we wel? Zijn wij een echt Ego, elk een echt zelfstandig individu, of zijn we maar voorbijgaande, vluchtige exponenten van een genenbaan?

    De evolutie vertoont het schouwspel van een enorm kosmisch samenspel, waarin veelheid en diversiteit leiden tot intensere coördinatie in een groeiende complexiteit, tot steeds nieuwe en complexere zijnden, tot een, vanuit het verleden, gerichte ontwikkeling. Er zit in de materie, in de zijnden een enorme stuwing van alle samen naar een betere, hechtere coördinatie, naar een intensere en complexere samenhang, naar hogere zijnsniveaus.

    Tot hier mijn korte synthese-vooraf. Mijn rode draad die jullie kan helpen het verdere betoog te volgen. De begrippen waaraan ik mijn verdere betoog ophang zijn de volgende:

    Eindigheid => veelheid & verscheidenheid => openheid & trouw aan zz (Selbst) => compensatoire interacties => complexificatie & coördinatie => evolutie, gericht op ontwikkeling van hogere zijnsniveaus.

    16-03-2006 om 17:59 geschreven door Ramulus

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    15-03-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.9.3 Mens en Kosmos

    Mens en Kosmos


    9.3

    Wij nu maken van deze veelvuldige en zeer gevarieerde interacties 'studie', en wij dragen ze in scholen en universiteiten over op de jongere generaties. Wij 'bewaren' en inventariseren geslaagde interacties, we weten welke planten ons hielpen, welke elementen ons nadeel berokkenden, etc. Procedures, procédés, methodes, consequenties, hiërarchieën die vruchtbaar bleken of tot een goede afloop leidden, etc. En zo bouwen we wetenschap op. We moeten de schaarse kosmische middelen verdelen, en we maken afspraken, stemmen wetten, doen beloftes: maw woorden we organiseren onze interacties in industrie, vervoer, economie; wij organiseren onze afspraken in instellingen, in politiek, in rechtszaken, in contracten. Allemaal dingen die in de dierenwereld niet voorkomen, want zij kennen die vrijheden niet. Zij sluiten nauwer aan bij het kosmische gebeuren. Al is hun leven toch een zich boven het loutere kosmische verheffen.

    Maar de mens, maakt zich totaal los van die kosmos. Hij weet zelfs die kosmos te dwingen tot 'tegenpolige', tot tegenstrijdige prestaties. Door aan de kosmos te gehoorzamen, weten we de kracht van de kosmos tegen hem zelf in te zetten. Parendo vincitur.

    Zo slagen we erin, de wetten van de zwaartekracht respecterend, in vliegtuigen toch honderden tonnen de lucht in te zuigen. Zo slagen we erin door de wet van Archimedes toe te passen, het equivalent inwoners van een kleine stad op een schip de zeven wereldzeeën te doen bevaren. We maken ons zelf gezond via het innemen van vergif. En we helen het lichaam door het open te snijden. Is denken, is aan filosofie doen in feite geen vorm van oneigenlijk gebruik van onze hersenen? Daarin speelt de taal een bepalende rol. Maar ik ga er hier nu niet over uitweiden.

    De grond is dat we door te leven een nieuw, een ander zijnsniveau doen ontstaan. We voegen aan Zijn een onbekende dimensie toe. En dat zijnsniveau moet we zelf volledig onderhouden. En dat is niet gemakkelijk: kijk maar rond je. Maar het is fantastisch! We overtreffen de doodse kosmos. Pas door het oneigenlijk gebruik van de mogelijkheden van de kosmos ontstaat het eigenlijke leven .

    Het mysterie van het leven: het ontstaan van die nieuwe, vooraf onbestaande zijnsorde. Dat is een betoverende zoektocht. Misschien heb ik je een beetje kunnen aansteken, besmetten met mijn verwondering.

    Je kunt beweren dat leven een medaille met twee kanten is: verzet en overgave. Ja, akkoord. Maar pas als het er IS. Pas nadat het er eenmaal is. Om te ontstaan echter, moet het leven verzet plegen. Zo niet bleef het opgesloten in de doodse greep van de doodse kosmos, in de neerwaartse spiraal van de entropie, waarin alles in warmte verdampt. De overgave, dat is de tol aan voorwaarden die we moeten betalen aan de kosmos.

    Deze inzichten borrelden op uit een woordgroep in een commentaar op M. Heidegger: 'NATURAL NEEDS'. In de natuur zijn geen NATURAL NEEDS. Daar is 'is' gewoon ZIJN. Punt. Geen spoor van noden. Vanwaar dit spreken over noden dan? Nood heeft alleen hij of zij die meer wil dan gegeven is. Die rolkei in de bedding, heeft die 'natural needs'? Heeft die een 'betrekking' met zijn buren, of met het water, of met de rivierbedding? Die ligt daar, punt; die wordt misschien door de stuwing van het water verder gerold, maar heeft noch nood aan water, noch aan de zee, noch aan whatsoever. Maar die verslenste bloem, dat levende wezen, die heeft nood aan water, zouten en mineralen, want ze heeft een eigen 'levensconcept'. Ze heeft een eigen 'idee' over leven. Over volheid. Een ideaal voor zichzelf. Een concept van ontstaan, opgroeien, openbloeien, vruchtdragen en afsterven.

    Men zegt zeer juist:"Leven VOLTREKT zich in overgave."Het leven komt tot volle wasdom, tot zijn volle gestalte in overgave. Na het betalen van de tol aan de kosmos. De bloem kan ons maar verleiden met haar schoonheid, nadat ze voldoende kosmisch zonlicht en voldoende aards water heeft ingeslagen. (Bloeien is seksueel exhibitionisme.) Dat presteert ze met water. Zo transfigureert, transfinaliseert ze water. Alleen die bloem kan dat zo met elk water doen. Een andere bloem doet dat met hetzelfde water op een andere wijze. Elke bloem toont op haar unieke wijze welke mogelijkheden in water te sluimeren en te wekken liggen. Waartoe water in staat is als het door leven geholpen wordt! Elke bloem tilt water ver boven zich uit, tot een zijnsniveau dat water uit zichzelf niet kan bereiken. In de lagere school leerde de leraar me dat water kleurloos, reukloos en smaakloos was. (Dat heeft me toen, als klein knaapje, diep getroffen.) En wat doet de bloesem met dat kleurloze, reukloze, smaakloze water? Welk metabolisme ondergaat dat kleurloze water in een orchidee? Wat een epifanie! De bloem openbaart een facet van de weelde van de Exuberante die verscholen zit in water.

    ·

    15-03-2006 om 09:22 geschreven door Ramulus

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.9.3 Mens en Kosmos

    Mens en kosmos

    9.3

    Wij nu maken van deze veelvuldige en zeer gevarieerde interacties 'studie', en wij dragen ze in scholen en universiteiten over op de jongere generaties. Wij 'bewaren' en inventariseren geslaagde interacties, we weten welke planten ons hielpen, welke elementen ons nadeel berokkenden, etc. Procedures, procédés, methodes, consequenties, hiërarchieën die vruchtbaar bleken of tot een goede afloop leidden, etc. En zo bouwen we wetenschap op. We moeten de schaarse kosmische middelen verdelen, en we maken afspraken, stemmen wetten, doen beloftes: maw woorden we organiseren onze interacties in industrie, vervoer, economie; wij organiseren onze afspraken in instellingen, in politiek, in rechtszaken, in contracten. Allemaal dingen die in de dierenwereld niet voorkomen, want zij kennen die vrijheden niet. Zij sluiten nauwer aan bij het kosmische gebeuren. Al is hun leven toch een zich boven het loutere kosmische verheffen.

    Maar de mens, maakt zich totaal los van die kosmos. Hij weet zelfs die kosmos te dwingen tot 'tegenpolige', tot tegenstrijdige prestaties. Door aan de kosmos te gehoorzamen, weten we de kracht van de kosmos tegen hem zelf in te zetten. Parendo vincitur.

    Zo slagen we erin, de wetten van de zwaartekracht respecterend, in vliegtuigen toch honderden tonnen de lucht in te zuigen. Zo slagen we erin door de wet van Archimedes toe te passen, het equivalent inwoners van een kleine stad op een schip de zeven wereldzeeën te doen bevaren. We maken ons zelf gezond via het innemen van vergif. En we helen het lichaam door het open te snijden. Is denken, is aan filosofie doen in feite geen vorm van oneigenlijk gebruik van onze hersenen? Daarin speelt de taal een bepalende rol. Maar ik ga er hier nu niet over uitweiden.

    De grond is dat we door te leven een nieuw, een ander zijnsniveau doen ontstaan. We voegen aan Zijn een onbekende dimensie toe. En dat zijnsniveau moet we zelf volledig onderhouden. En dat is niet gemakkelijk: kijk maar rond je. Maar het is fantastisch! We overtreffen de doodse kosmos. Pas door het oneigenlijk gebruik van de mogelijkheden van de kosmos ontstaat het eigenlijke leven .

    Het mysterie van het leven: het ontstaan van die nieuwe, vooraf onbestaande zijnsorde. Dat is een betoverende zoektocht. Misschien heb ik je een beetje kunnen aansteken, besmetten met mijn verwondering.

    Je kunt beweren dat leven een medaille met twee kanten is: verzet en overgave. Ja, akkoord. Maar pas als het er IS. Pas nadat het er eenmaal is. Om te ontstaan echter, moet het leven verzet plegen. Zo niet bleef het opgesloten in de doodse greep van de doodse kosmos, in de neerwaartse spiraal van de entropie, waarin alles in warmte verdampt. De overgave, dat is de tol aan voorwaarden die we moeten betalen aan de kosmos.

    Deze inzichten borrelden op uit een woordgroep in een commentaar op M. Heidegger: 'NATURAL NEEDS'. In de natuur zijn geen NATURAL NEEDS. Daar is 'is' gewoon ZIJN. Punt. Geen spoor van noden. Vanwaar dit spreken over noden dan? Nood heeft alleen hij of zij die meer wil dan gegeven is. Die rolkei in de bedding, heeft die 'natural needs'? Heeft die een 'betrekking' met zijn buren, of met het water, of met de rivierbedding? Die ligt daar, punt; die wordt misschien door de stuwing van het water verder gerold, maar heeft noch nood aan water, noch aan de zee, noch aan whatsoever. Maar die verslenste bloem, dat levende wezen, die heeft nood aan water, zouten en mineralen, want ze heeft een eigen 'levensconcept'. Ze heeft een eigen 'idee' over leven. Over volheid. Een ideaal voor zichzelf. Een concept van ontstaan, opgroeien, openbloeien, vruchtdragen en afsterven.

    Men zegt zeer juist:"Leven VOLTREKT zich in overgave."Het leven komt tot volle wasdom, tot zijn volle gestalte in overgave. Na het betalen van de tol aan de kosmos. De bloem kan ons maar verleiden met haar schoonheid, nadat ze voldoende kosmisch zonlicht en voldoende aards water heeft ingeslagen. (Bloeien is seksueel exhibitionisme.) Dat presteert ze met water. Zo transfigureert, transfinaliseert ze water. Alleen die bloem kan dat zo met elk water doen. Een andere bloem doet dat met hetzelfde water op een andere wijze. Elke bloem toont op haar unieke wijze welke mogelijkheden in water te sluimeren en te wekken liggen. Waartoe water in staat is als het door leven geholpen wordt! Elke bloem tilt water ver boven zich uit, tot een zijnsniveau dat water uit zichzelf niet kan bereiken. In de lagere school leerde de leraar me dat water kleurloos, reukloos en smaakloos was. (Dat heeft me toen, als klein knaapje, diep getroffen.) En wat doet de bloesem met dat kleurloze, reukloze, smaakloze water? Welk metabolisme ondergaat dat kleurloze water in een orchidee? Wat een epifanie! De bloem openbaart een facet van de weelde van de Exuberante die verscholen zit in water.

    ·

    15-03-2006 om 09:17 geschreven door Ramulus

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (1)


    Archief per week
  • 23/07-29/07 2007
  • 30/04-06/05 2007
  • 02/04-08/04 2007
  • 05/02-11/02 2007
  • 29/01-04/02 2007
  • 18/12-24/12 2006
  • 06/11-12/11 2006
  • 02/10-08/10 2006
  • 04/09-10/09 2006
  • 07/08-13/08 2006
  • 31/07-06/08 2006
  • 24/07-30/07 2006
  • 10/07-16/07 2006
  • 03/07-09/07 2006
  • 26/06-02/07 2006
  • 19/06-25/06 2006
  • 12/06-18/06 2006
  • 05/06-11/06 2006
  • 29/05-04/06 2006
  • 22/05-28/05 2006
  • 15/05-21/05 2006
  • 08/05-14/05 2006
  • 01/05-07/05 2006
  • 24/04-30/04 2006
  • 17/04-23/04 2006
  • 10/04-16/04 2006
  • 03/04-09/04 2006
  • 27/03-02/04 2006
  • 20/03-26/03 2006
  • 13/03-19/03 2006
  • 06/03-12/03 2006
  • 27/02-05/03 2006
  • 20/02-26/02 2006
  • 13/02-19/02 2006
  • 06/02-12/02 2006
  • 30/01-05/02 2006

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek
  • Heidegger

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!