Foto
Foto
Inhoud blog
  • Fragment kwartierstaat met aansluitend (N)ACHTERGAEL
  • de MUNCK : een brouwersgeslacht uit mijn kwartierstaat
  • Haasdonk vroeger
  • Bieboeren in '˜t Waasland
  • Weerbare Mannen in Haasdonk
  • Lijkschouwingen in Haasdonk
  • Inboedel van een Haasdonkse bakker Anno 1729
  • (de) MEERSMAN of (de) MEIRSMAN in Temse
  • Kruibeke vroeger
  • Vlamingen zijn Germanen
  • Dubbele moord te Bazel rond 1430
  • Een voorbeeldig burger uit 1622 ?
  • Over 'œBrigants en Baenstropers'
  • DE MAEIJER (Haasdonk-Bazel) in mijn kwartierstaat
  • Uit Haasdonkse conscriptielijsten
  • Nieuwkerken vroeger
  • Bazelse weerbare mannen in 1480 en 1552
  • Huisraad van een 18de eeuwse wever te Nieuwkerken
  • Moeders gedicht
  • Haasdonkse armen in 1580 en hun weldoeners
  • STEENSSENS (Nieuwkerken-Haasdonk) in mijn kwartierstaat
  • Tielrode vroeger
  • Stamreeks VAN ACKER uit Temse
  • Een Haasdonks Jaargetijdenboek van 1439
  • ROOMAN in m'n kwartierstaat
  • Spotnamen van Wase Dorpen
  • Anno 1699: Have en goed van een landman in Temse
  • Temse vroeger
  • DE BURGGRAVE in Haasdonk, Nieuwkerken en Temse
  • Wie deed wat in Haasdonk ?
  • Weerbare mannen te Melsele in 1480
  • Soldaten van Napoleon uit Stekene
  • Haasdonk-dorp rond 1778
  • Burcht vroeger
  • Het gezin VAN ACKER - BRIJS uit Haasdonk
  • Wist u dat ... ?
  • BURSSENS uit Bazel en Temse in m'n kwartierstaat
  • Waaslandlied
  • Een verkeersongeval uit 1720 in Kallo
  • Antwerpenaren uit het Waasland
  • Weerbare mannen te Rupelmonde in 1552
  • Melsele vroeger
  • Stamreeks BRIJS uit Haasdonk
  • LIJSSENS (Bazel) in mijn kwartierstaat
  • Rupelmonde vroeger
  • Waarom trokken eertijds Limburgers naar Waasland ?
  • Van CEULEN in Haasdonk en Temse
  • De Keure van het Land van Waas

    ’t Soete Land van Waas! Dat stukje Vlaanderen onder Zeeland, geprangd tussen Durme en Schelde. Achter de Scheldedijken de broekpolders, bezaaid met vijvers, poelen en weelen. Deze laatste gevoed door twissels een Bazelse benaming voor brede grachten. Op de bolle akkers, afgezoomd met knotwilgen en canada’s, groeit er nu vooral maïs voor het melkvee, maar eertijds was dat vlas, koren, tarwe, haver ... Smalle kasseiwegjes verbonden de stille dorpen gelegen rond een spitse kerktoren. Waar de wegen elkaar kruisten, een Mariabeeldje tegen een linde of eik. In dat Waasland woonde de helft van mijn voorouders, want mijn moeder, een van Acker zag het levenslicht in Haasdonk. Mijn voorzaten waren arbeiders, boerenknechten, keuter- en herenboeren, wevers, chirurgen, brouwers, vlastelers, klompenmakers … Zij bevolkten vooral het Zuiden van het Waasland: Haasdonk met er omheen Nieuwkerken, Beveren, Melsele, Kruibeke, Bazel, Rupelmonde en Temse. In deze prochies leefden mijn Wase Geslachten. Af en toe breng ik wat lokale geschiedenis, een brokje heemkunde of belicht een bepaalde familie uit mijn kwartierstaat.

    Gebruikte afkortingen
    ss = peter en meter
    tt = getuigen bij huwelijk
    dr of fa = dochter van
    zn of fs = zoon van
    RABev = Rijksarchief Beveren
    GOA = Gemeente Oud Archief
    AOKLW = Annalen Oudheidkundige Kring Land van Waas


    FAMILIEKUNDE of sibbenkunde, met een duur woord ook genealogie genoemd, is een hulpwetenschap van de geschiedenis. De beoefenaar ervan doet aan afstammingsonderzoek en gaat op zoek naar zijn voorouders. Vroeger uitsluitend beoefend door adel of burgerij, onderging de familiekunde in het interbellum een democratiseringsproces. Zij het In Vlaanderen iets later, vooral sinds de oprichting in 1964 van de Vlaamse Vereniging voor Familiekunde. De amateur-genealogen zijn nu de voornaamste bezoekers van onze archieven. De resultaten van hun onderzoek worden vastgelegd in kwartierstaten, stambomen of genealogieën, stamreeksen en parenteelstaten.

    Een KWARTIERSTAAT geeft een overzicht van alle voorouders van iemand, zowel in mannelijke als in vrouwelijke lijn. Het aantal personen verdubbelt dus per generatie. De persoon wiens kwartierstaat men maakt noemt men ook wel probant of kwartierdrager. Hij krijgt het cijfer 1. Zijn vader wordt nummer 2 en zijn moeder nummer 3. Grootouders langs vaderszijde 4 en 5, en die langs moederszijde 6 en 7. Zo verder verdubbelen voor de overgrootouders, betovergrootouders, enz… Een even cijfer geeft steeds een mannelijke voorouder. Een oneven een vrouwelijke voorouder, namelijk die van hun man + 1. In een kwartierstaat noemt men de voorouders “kwartieren“. Ondanks de verdubbeling kan men niet oneindig doorgaan. Vroeg of laat stuit men op dezelfde voorouder(s). Bv. bij huwelijk van neef of nicht. Men krijgt dan dezelfde kwartieren. Men spreekt dan van kwartierverlies of kwartierherhaling.

    Een STAMBOOM daarentegen vertrekt van de oudstgekende voorvader of stamvader en schetst een overzicht van al zijn nakomelingen met hun echtgenoten. Soms gebeurt dit in de vorm van een boom. De stamvader staat dan vanonder aan de stam; zijn nazaten in takken, zijtakken, twijgen en vruchten. Een onpraktische vorm die in onbruik is geraakt. Huidige publicatievormen opteren voor een tekst, waarin elke generatie aangeduid wordt met romeinse cijfers of hoofdletters uit het alfabet. Bv. de stamvader is nr. I, zijn zoon II, zijn kleinzoon III, enz… Of A, B, C … Zijn er meerdere zonen met nakomelingschap wordt dit bv. II-a, II-b, II-c … Worden in een stamboom alle takken van de mannelijke nazaten weergegeven, dan spreekt men van een GENEALOGIE.

    In een PARENTEELSTAAT noteert men van een stamvader of ander ouderpaar alle nakomelingen, zowel in de mannelijke als in de vrouwelijke lijn.

    Een STAMREEKS geeft een overzicht van de mannelijke voorouders in rechte lijn, vertrekkend van de stamvader of van één der afstammelingen.

    Met een FAMILIEGESCHIEDENIS poogt de genealoog de saaie opsomming van namen en data te vermijden. Zijn voorouders worden mensen van vlees en bloed. Hij situeert ze in het tijdskader en het milieu waarin ze leefden. Dit bij middel van foto’s, gegevens omtrent hun bezittingen, persoonsbeschrijvingen, beroepen, geschiedkundige feiten, kaarten, dorpsgebeurtenissen, bidprentjes, enz …


    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek
  • bedankt
  • Serveas van Steelandt
  • Servaes van Steelandt
  • Ere professor
  • Ere professor

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

    Blog als favoriet !
    Mijn favorieten
  • SeniorenNet.be
  • Familie Bellon
  • Land van Beveren
  • Het Noëke
  • Wase dialecten
  • VVF Land van Waas
  • Mijn Kwartierstaat
  • Vlaanderen Onafhankelijk
  • Erfgoedcel Waasland
  • Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Beveren: Hof ter Welle
    Barbierbeek (Foto Sir Andro)
    Hoeve in Kruibeke
    Kerk van Haasdonk
    Beveren: Hof ter Saksen (Foto Sir Andro)
    Bazel: Polderkapelletje
    Kerk van Bazel
    Haasdonk: Westcademolen
    Kerk van Temse (Foto Sir Andro)

    Foto
    Foto
    Foto
    Kerktoren Tielrode
    In dorpskern Elvcrsele
    Temse: Huis De Klokke

    Welke taak kan grootser en edeler zijn,
    dan het leven van zovele doden,
    de herinnering aan zovele vergetenen,
    en het licht van velerlei wat in het duister verscholen bleef,terug te geven.

    H. de Sosa

    Foto
    WASE GESLACHTEN

    14-08-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Rupelmonde vroeger
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Rupelmonde was al vermaard in de middeleeuwen. De stad telde toen 900 huizen en was omringd door muren met vier poorten: de Water- of Veerpoort, de Gentse of Wase poort, de Antwerpse poort en de Koepoort. Naamsverklaring lijkt hier overbodig, maar als oude schrijfwijzen vonden we Ruppelmonde (1200), Riplemonde en Ripplemonde (1334), Rupplemonde (1327). Nog later Repelmonde, Rypelmonde en Rupermonde …

    O.m. volgende wijken: Stadswijk, Schaudriesch, Kouter, Schietakker, Klikwijk, Kasteelwijk en‘s Gravenbroek. Waterlopen: het Molenwater, de Twissel, de Scheidbeek, de waterlopen van Schaudriesch en Schietakker, de afloop naar het Molenwater.

    Volgens een oud landboek besloeg Rupelmonde een oppervlakte van 328 gemeten 175 roeden, verdeeld in kwartieren: Poortgoed, Platte Put, de Clicke, de Kouter, Quaet Kerckhof, Schietackers, ‘s Gravenbroeck. Oude plaatsnamen in 1410: Coortteland, Broucstrate, Gasthuisgoet, Molenstraetkin, Nederstrate, Ouden Polder en Peperstraetkin. In 1530: Baerselstraete, Broeck- of Verckenstrate, Casteel- of Steenstrate, Kerckhofstate, Oeverstrate en Schietackers.

    In 1583 stonden er 130 huizen waaronder een huys met brouwery, gehnaempt de Swaene, de Roose, den Oyevaer, Rapenberch, het Peerdt, de Vetterye, den Grooten Mortier, de Bargie, den Inghele, de Drye Coninghen, St. Joris, het Quaet Kerckhof, den Gulden Leeuw… Er stond toen ook een mouterij en een rosmeulen. In 1652 bleven er nog 99 huizen over: o.m. de Genoffelblomme (op de markt), het Rhetorica in de Bazelstraat, den Arend, den Bonten Osse, de Mouterye, de Galleye, de Dry Snoucken, den Wermen Eert en het Tolhuys. En het Pronckhuis ook als Reuzenhuis gekend, alwaer den reus, kemel, ros Beyaert, draeck, Neptunuswaeghen ende andere schoone stucken, dienende tot den ommeganck, in bewaert wirden … Haardtellingen geven 1.627 inwoners in 1774, 1.952 in 1794, 2.475 in 1824 en al 3.188 in 1878.

    De monding van de Rupel was vroeger groter en breder en vormde een meer tussen Eikevliet, Nattenhaasdonk, Rupelmonde en Brabant. In 1302 had daar zelfs een zeegevecht plaats tussen hertog Jan van Brabant en de stad Mechelen.
    Voor de 13de eeuw was er reeds bedijking. In 1715 een dijkbreuk. Margaretha van Constantinopel verleende in 1271 Rupelmonde het voorrecht om tol te heffen op de Rupel en de Schelde. De Rupelmondse schippers mochten de Schelde vrij op- en afvaren. In het tolbureel het Wiel werden de schepen richting Brabant op gehouden. Tijdens de jaren 1810-1813 overwinterde de Franse oorlogsvloot in de Schelde voor Rupelmonde.

    Begin 16de eeuw waren er al steenbakkerijen en stonden er 2 windmolens. Rond 1510 een watermolen die in 1567 afbrandde. Gelet op de geringe oppervlakte van Rupelmonde kende de stad maar weinig landbouw. Zo beloopt de generale ontblooting van den oogst in 1586 maar 108 gemeten.
    In 1825 raamt men de landbouwopbrengst op ca 95 mudden tarwe, 250 mudden rogge, 425 mudden haver, 2.200 mudden aardappelen … en kleine hoeveelheden gerst, boekweit en vlas. Dezelfde telling maakt gewag van 30 à 35 akkerbouwpaarden, 145 hoornbeesten en 20 varkens.

    In 1740 konden de Rupelmondenaars hun dorst lessen in herbergen als de Roos, de Croon, ‘t Wapen van Rupelmonde, den Grooten Turcq, Parijs, den Anker, ‘t Stadhuys, den Walvisch, den Engel, Sint-Joris, den Spierinck, de Bijle, Amsterdam, den Cruysboghe. Nog later ‘t Wapen van Temsche, den Dobbelen Arend, de Clocke, ‘t Prinsenhof, ‘t Poortgoed, ‘t Moleken, den Rooden Leeuw (1765), Oost-Indiën (1770), ‘t Keysershof. In 1779 waren er niet minder dan 12 brandewijnhuizen. Naast twee soorten inlands bier schonken de herbergiers ook Oostenrijks, Engels en Hamburgs bier. Er waren “zware” en “kleine” wijnen te verkrijgen . Onder de zware wijnen: bastaerdt of besneden wijn, Romenia-wijn en Rijnse wijn. Petauwe (Pitau), Hongaerde of Hongaarse wijn waren kleine wijnen.

    Als nijverheid rond 1879 te vermelden: 8 steenbakkerijen, 2 zoutketen, 2 touwslagerijen, 2 scheepstimmerwerven, een watermolen, een graan-stoommolen, diverse leertouwerijen, mandenmakerijen, klompenmakerijen. Belangrijk waren de zoutziederijen vermits er in 1865 niet minder dan 5.562.850 kg zout in magazijnen lag opgeslagen. Uiteraard waren er markten: een Donderdagse weekmarkt en 2 jaarmarkten, één op O.L.Vrouw-Hemelvaart en één op Sint-Denijs (oktober ?). Er werden twee jaarlijkse kermissen gehouden. Grote Kermis in oktober op zondag na Sint-Denijs en Kleine Kermis op de 1ste Zondag van juli.

    Robrecht de Fries (1071 -1093) ofwel Filips van den Elzas verleende Rupelmonde een Keure. In een akte van 1274 getuigt de abt van Sint-Bernaards dat de poorters dezer stad van toen af gans Vlaenderen door tolvrij waren. In 1445 vormden de 68 artikelen van de keure het straf- en burgerlijk wetboek van Rupelmonde. In die tekst, in feite een getrouwe schets van middeleeuwse zeden en gebruiken, leest men o.m. dat wie minder dan 5 schellingen stal in aanmerking kwam voor brandmerking en verbanning. Voorlopige hechtenis mocht de 6 weken niet overtreffen. De woonstede was in zekere zin onschendbaar. Geen onderscheid werd gemaakt tussen wettige en onwettige kinderen langs moederszijde. Wie gedurende jaar en dag in Rupelmonde verbleef werd als poorter beschouwd. Poorterskinderen kregen het poorterschap na er één nacht te hebben doorgebracht. Poorters van Rupelmonde, onaangezien de plaats waar zij kwamen te sterven, waren vrijgesteld van betaling van het beste hoofd en beste cateyl. Dat ook de macht van de kerk in de keure lag verankerd blijkt uit volgend feit: “Een dronkaard, die te Sinksen op de Markt verergenis had gegeven, i.p.v. de dienst Gods in de kerk bij te wonen (…) werd veroordeeld tot een boete van 6 pond parisis”.

    Het Gravenkasteel zou volgens sommigen van Romeinse oorsprong zijn. In de 11de eeuw werd het door Noormannen verwoest. In de 13de eeuw door Margaretha van Constantinopel herbouwd. Onder de kasteleins die er verantwoordelijk voor droegen: Jan de Verdière (1326), Mathias van Lorreinen (1327) Walter van de Voorde, Thomas Blanckaert (1412), Jan van Immerzele (1499), Boudewijn Lampaert (1499), Servaas van Steelant (1609). Het kasteel met zeventien torens deed dienst als staatsgevangenis en archief. O.m. werden er de charters der graven van Vlaanderen bewaard. In 1583 werd het slot door Marnix van Sint Aldegonde gedeeltelijk verwoest. In 1817 werd met de stenen uit de ruïne de Graventoren opgetrokken.

    Wat namen van Rupelmondse baljuws: Zeger Laferne (1331), Hendrik Nachtegale (1410), Cornelis Rooman (1480), Jan van Steelant (1588), Hendrik Boots (1634), Jan de Smet (1712) en Pieter Lyssens (1779). Burgemeesters: Hendrik Boots (1620), Hendrik Martens (1646), Joost Verstraeten (1669), Michiel Smet (1683), Gillis de Lamper (1736), Jan Claus (1766),Jacob Rottier (1781)…

    In 1305 verwoestten legerbenden van Willem van Holland de stad en in 1314 soldaten van de Franse koning. Op 13 juni 1452 vond er een veldslag plaats op de grens van Bazel en Rupelmonde tussen Filips de Goede en de Gentenaars onder Wouter Leenknecht. Lijken van Vlamingen, Bourgondiërs, Brabanders en Picardiërs werden begraven in den Wijnakker, later Martelaarsput en nog later Markelaar genoemd. In 1678 wordt Rupelmonde geplunderd door 6.000 Franse ruiters onder markies d’Humières.

    Al in de 8ste eeuw zou er in Rupelmonde een kerk hebben gestaan. Onze lieve Vrouwe Kercke van den Noot Gods of kortweg Onze-Lieve-Vrouwekerk. Het bedehuis zou nog vaak beschadigd of verwoest worden. Zo werd het rond 1200 nog vernieuwd. De toren op Sinte Laurens avont 1603, corts naer neghen ueren in den subiten ongheweerte ende donderslagh seer schadelijck ghebrocken, werd door timmerman Rombout van de Sande hersteld. In 17de en 18de eeuw herbouwd in laat-barokstijl onder leiding van een Brussels architect en met stenen van het kasteel. In de kerk vind je o.m. een “Kruisverheffing” naar A. Van Dijck en een “Kruisafneming” naar P.P. Rubens.

    Verschillende weldoeners zorgden voor stichtingen, schenkingen en diverse jaarlijkse missen. Zo in 1411 Joost van den Perre en zijn echtgenote Dierwijf, bijgenaamd Radewaerts. Andere weldoeners waren Jan van den Perre, Catharina van der Heyden (1413), Pieter Coppens en Hendrik van den Berghe (16de eeuw), Barbara Pauwels, Jan Neelsons, Philip van Dael,Joost Bral, enz…
    In de parochie ontstonden ook twee bloeiende broederschappen, de ene toegewijd aan O.L.Vrouw en de andere aan de H. Nicolaas (al in 1470).
    Enkele Rupelmondse pastoors: Jan Verrebrouck (1376), Jan Cruyt (1438), Gillis Wouters (1502), Laurens de Haene (1614), Domien de Maeyere (16??) en Jacob de Swerte (1753).
    Van oudsher stond er in Rupelmonde een gasthuis, nl. het Gasthuis van Sint Jan-Baptist. Oorspronkelijk bood het onderdak aan doortrekkende pelgrims. Later het Godshuis der Zwarte Zusters.

    De stad kende ook een bloeiend gildeleven. Al in de 15de eeuw is er sprake van een rederijkerskamer. In 1509 voerden de rederijkers De Verrijssenesse ons Heeren op. Ten ondergegaan tijdens de godsdiensttroebelen werd de oude rederijkerskamer opgevolgd door De Genoffelbloem. In de 16de eeuw was er een vereniging van zwaardrijders. Gelijkaardige groepen uit Beveren, Haasdonk en Kruibeke die met houten messen ruyden, kwamen in 1510 op vastenavond naar Rupelmonde.Ook een rekening van 1517 vermeldt zweertroeyers.
    Binnen de stadsmuren oefenden twee schuttersverenigingen. De Schutters van Sint-Joris, een gilde van voetboogschutters, bestond al in de eerste helft van de 15de eeuw. Aan het landjuweel van 1440 in Gent namen 10 Rupelmondse schutters deel. Handboogschutters konden terecht bij de Sint-Sebastiaansgilde, vermeld in oorkonden uit de 16de en 17de eeuw.
    Zoals andere Wase gemeenten kende Rupelmonde ook diverse muziekverenigingen. Harmonies waren de Harmonie (1809) en Mercator (1850). Voor symfonische muziek en koorzang zorgde van 1847 tot 1855 de vereniging Rupel.

    Twee verdienstelijke Rupelmondenaars waren Mercator en Augustijn-Leonard Goetgebuer. Mercator, beter gekend als Geeraard de Cremer, zag op 5 maart 1512 in Rupelmonde het levenslicht als zoon van een bescheiden schoenmaker. Na de dorpsschool ging hij naar een college in Bergen-op-Zoom. Later trok hij als behoeftige student naar de universiteit van Leuven.

    Augustijn-Leonard Goetgebuer was kunstschilder, geboren in 1804 te Rupelmonde en overleden in 1876 te Antwerpen, waar hij o.m. ook tekenlessen gaf.


    Bron 
    de Potter en J. Broeckaert, Geschiedenis van de gemeenten der ProvincieOost-Vlaanderen - Arrondissement Sint-Niklaas, Deel IIIGent 1878.

    14-08-2010 om 23:33 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (23 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    14-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.LIJSSENS (Bazel) in mijn kwartierstaat
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Volgens A. Maris (9) is LIJSSENS een oud geslacht, waarvan de bakermat in Haasdonk dient gezocht. De waam, een matroniem, is afgeleid van de meisjesnaam Adelheid. Het germaanse athala haidus betekent “adel en waardigheid”. Van de romaanse vorm Adelice komt Alice, Adelice en Adelijse. Een Lijssens is een afstammeling van een verre vrouw Adelijse. O.m. geschreven als Adelijsensoens, Allijcenssone, Adelisensoons, Alleyssens, Alllisensone, Leyssens, Liessens, Lijssens, Lijsesone, enz …
    In dit blog enkele generaties Lijssens uit m’n kwartierstaat. Via kwartier 29 klim ik naar volgende kwartieren (10) :


    58. ROOMAN Joannes
    Bazel 29.09.1745 - Bazel 11.12.1832
    59. LIJSSENS Josijne Joanna
    Bazel 01.09.1757 - Bazel 27.06.1838


    118 en 119. Joos LIJSSENS fs Jan en Anna Marie van PUYVELDE. Geb. Bazel 04.09.1715 en er overl. 16.10.1772 (6 lect.). Huwde 1° te Bazel 02.02.1734 Joanna Maria ANDILLIS fa Petrus, overl. Bazel 04.11.1752; 2° te Bazel 25.11.1753 Joanna Maria BRIJS fa Gillis en Dominica Rosa BATENS (Haasdonk 23.03.1731 - begr. Bazel 13.05.1795 (6 lect.)).
    In 1773 was marie brijs fa gillis houder gebleven ten sterfhuize joos lijssens met gillis lijssens ende marcus brijs als voogden. Joos en Joana Maria waren eigenaar van een behuysde hofstede, groot 150 roeden gelegen te Bazel in den dierixdam wijck, palende o. de erven Jan de Rijcke w. de wezen Jan van Roijen z. s’heerenstraete en n. Judocus Carreer. Een derde van dit eigendom kwam van vader, de overige 2/3de had het paar op 12.12.1758 gekocht bij uijt groetinghe van Anna Catharina en Gillis Lijssens, broers van Joos. Het goed was bezet met een rente van 300 gulden à 3,25 pct. ten voordele van pieter judocus claus causa uxoris. Onder het actief ook 208 gulden ingevolge verkoop van hun derde paart van drie stukken land: den hofstede acker, den potaert acker en den vaerenbergh, alles gelegen in de auden meulenbergh wijck.
    Naast deze 3 akkers bewerkte Joos nog den baerde inden beeckwijck, den bilioen acker, den Perradijs acker, den schijven acker, den Ekelacker, den poteërt acker, het Rent gemeth, de bijle, den baenacker en den perreman. Waarvoor pacht verschuldigd aan Pieter Judocus Claus, Joannes Ferdinandus de Volder, Elisabeth Hellegheer, Douarière Barones de Waudripont, N.N. van Esbeke, de weduwe Gillis Brijs (zijn schoonmoeder ?), G. Broeckaert enGillis Eeckelaert. Zijn 2 paarden met de harnassieren werden geschat op 109 gulden, 3 koeien met een kalf op 126 gulden. De wagen met stortkarren, eg, slee en ploeg geschat op 42 gulden.
    Het ouderlijk bed met de literie geraamd op 14 gulden en 5 caffen bedden op 12 gulden. Er stonden ook 4 spinnewielen. Joos werkte met 2 knechten: Jan Cuijpers en Pieter Vercauteren. Behalve de klassieke schulden stond het gezin nog voor 16 gulden 12 stuiver in ‘t krijt bij de chirurgijn Speliers. Een vierde der begrafeniskosten ging naar tractement vande vrienden ende gebueren (1).
    Joanna Maria hertrouwde in 1773 met Pieter de GENT. Huwelijk dat kinderloos bleef ? (2).
    Uit de suppliek van 22.05.1784 blijkt dat de voormelde hofstede schuere en stallagie in 1781 door de weduwe werd gekocht en, hoewel de geseijde hofstede t’sedert deze verkoop merckelyck verslecht is, in 1784 aan haeren schoonsone Joannes Rooman en des selfs huijsvrouw Judoca joanna Lijssens haere dochter werd overgedragen (3).

    Kinderen geboren te Bazel uit het echtpaar Lijssens-Brijs:

    1. Marie Francisca, geb. en ged. 01.09.1754 (ss: Gillis Brijs en Anna Maria van Puijvelde). ! 1789.
    2. Brigitta, geb. en ged. 22.12.1755 (ss: Joannes de Ryck en Rosa Baetens).! 1796.
    3. Josijne Joanna, geb. 01.09.1757 (ss: Marcus Brijs en Judoca Colaes). Overl. Bazel 28.06.1838. Huwde te Bazel 08.01.1782 (tt: Petrus Judocus Rooman en Maria Francisca Lijssens) Jan ROOMAN fs Antoon en Josijne Burssens (nrs. 58 en 59).
    4. Maria Anna, geb. 29.06.1759 en 30ste ged. (ss: Gillis Lijssens en Maria Anna Brijs). Jong gestorven.
    5. Judocus, geb. 29.06.1759 en 30ste ged. (ss: Aegidius Lijssens en Maria Anna Brijs). Jong gestorven.
    6. Anna Catharina, geb. en ged. 24.10.1761 (ss: Petrus Joannes Vancauteren en Anna Catharina Brijs). Overl. Haasdonk 23.05.1822. Huwde te Haasdonk 09.05.1786 (tt: Joanna Verhulst en Maria Francisca Lijssens) Tobias VERHULST (nrs. 104 en 105) fs Josephus en (Anna) Maria Govaert.
    7. Pieter Anthoon, geb. 02.04.1764 en 03de ged. (ss: Antonius Brijs en Idae de Rijck). ! 1773 en 1784.
    8. Judocus, geb. 31.12.1766 en ged. 01.01.1767 (ss: Judocus de Kerf en Teresia Brijs).


    236 en 237. Jan LIJSSENS fs Gillis d'Oude en Cathelijne van STRYDONCK. Geb. Bazel 03.02.1678 en overl. 02.05.1716. Huwde Sint-Niklaas 02.09.1709 Anna Marie van PUYVELDE (Temse 23.01.1682 - begr. Bazel 18.07.1758) fa Jacobus en Judoca de Leeuw.
    Op 04.07.1716: sterfhuijs jan lijssens fs gillis (…) houderigge is marie van puyvelde met weeskinderen: Gilleken, Catharina, Joosken fs Jans. Voogden zijn Gillis Lijssens fs Gillis en Jaecques Vermeulen fs Adriaen.
    Verkaveling gedaan 19.11.1716 ten sterfhuize van wijlen Cathelijne van Strijdonck sijne moeder: de helft van stukken land genaamd den vaerenbergh en den hofstedeacker (800 roeden ?), beide volgleen en hoofdleen van Jan lijssens fs Jaecques onder het hof Ter Weyns binnen Haasdonk. Verder eigenaar van een hofstede in diericxdam, groot een half gemet, landende o. Pieter van Esbroeck z. dheeren straete en w. Pieter Smet; en van 2 stukken land t.w. den meulenbergh en den poteerdacker.
    In de stal stonden 3 koeien, een rund, een biggetje, een kalf en op het neerhof liepen een haan met 7 hennen. Hij bezat ook een roer. (4)
    Na overlijden van Jan Lijssens hertrouwde Anna Marie van Puyvelde te Bazel 05.07.1716 met Jan de RIJCKE fs Pieter.

    In het gezin Lijssens - van Puyvelde worden volgende kinderen geboren te Bazel:

    1. Catharina, geb. 01.01.1710 en ged. 02.01 (ss: Jacobus van Puyvelde en Catharina van Strydonck). Ongehuwd overl. 20.081761.
    2. Gillis, geb. en ged. 25.12.1711 (ss: Egidius Lijssens en Judoca de Leeuw of van der Leenen? ). Overl. Bazel 26.06.1786. Huwde te Bazel 15.06.1745 (tt: Judocus Lijssens en Elisabeth Claus)Josijne COLAES. Hun kinderen geb. te Bazel:
        1. Joanna Maria, geb. 27.03.1746 en 28ste ged. (ss: Jan Colaes en Anna Maria van Puyvelde).           Overl. 08.05.1746.
        2. Jan Baptist, geb. 17 en ged. 18.03.1747 (ss: Jan de Rijcke en Josina van Haelst). Overl.
            Bazel 06.12.1787. Huwde Bazel 24.04.1781 Teresia Bursens.
        3. Pieter Jan, geb. 28.03.1749 en 29ste ged. (ss: Adrianus Colaes en Anna Catharina Lijssens). 
            Overl. Bazel 16.05.1749.
        4. Isabella Theresia, geb. 28.02.1751 en ged. 01ste maart (ss: Joos Lijssens en Elisabeth
            Colaes).
        5. Andreas, geb. en ged. 01.02.1753 (ss: Andreas van Puyvelde en Amelberga de Rijck). Overl.
            Bazel 16.04.1753.
        6. Judoca Joanna, geb. 09.03.1754 en 10de ged. (ss: Jan Claus en Josijne Jaspaert).
    3. Joanna Maria, geb. 26.01.1714. Volgende dag gedoopt (ss: Egidius Lijssens en Joanna van Puyvelde). Overl. 12.06.1714.
    4. Joos, geb. en ged. 04.09.1715 (ss: .... Polfliet (?) en Anna van Raemdonck). Begraven Bazel 16.10.1772. Huwde 1° te Bazel 02.02.1734 (tt: Jacob de Wolf en Maria Magdalena Andillis) Joanna Maria ANDILLIS, overl. Bazel 04.11.1752, fa Petrus; 2° te Bazel 25.11.1753 (tt: Gillis Lijssens en Andrea van Puijevelt) Joanna Maria BRIJS (Haasdonk 23.03.1731 - begr. Bazel 13.05.1695) fa Gillis en Dominica Rosa Batens (cfr. nrs. 118 en 119).


    472 en 473. Gillis LIJSSENS d'Oude fs Gillis en Anna VERSTRAETEN. Geb. Bazel 07.02.1631 en er overl.14.02.1708. Huwde Melsele 01.02.1653 Kathelijne van STRYDONCK (Bazel 03.05.1632 - Bazel 21.04.1712) fa Joos en Anna van RAEMDONCK.
    Volgens SvG van 04.04.1708 (5) bezat Gillis Lijssens d’Oude volgend onroerend goed te Bazel:
    1° eene behuijsde hofstede in de diericxdam wijck, groot 200 roeden, palende o. Pieter van Esbroeck, z. en w. sheeren straete en n. Pieter Smet;
    2° nog in dezelfde wijk 434 roeden land, nl. de trijtacker palende o. de wees van Jan van Raemdonck z. Laurens Hillegeer w. de ervan van Gillis de Maijer en n. Gillis Eeckelaert;
    3° nog in deze wijk 1 gemet 40 roeden land, nl. den beir landende o. het sterfhuis zelf z. Adriaen van Aelst w. Pieter van Esbroeck en n. N.N.;
    4° nog in deze wijk een vierendeel bunders land o. de verbrande hofstede z. Adriaen van Aelst w. den beir en n. de gaustraete;
    5° nog in deze wijk 1 gemet en 33 roeden land, zijnde een volgleen onder het hoofdleen van Pieter Anthonie der Boos, onder de heerlijkheid van Hoirsele binnen Waasmunster, palende o. Jaecques van Mighem, z. Laurens van Bogaert, w. en n. Paulus Goyvaert;
    6° nog in deze wijk 3/4de van een gemet land, nl. de verbrande hofstede, palende o. Pieter Tijsman, z. dit sterfhuis, w. en n. s heeren straete, vallende onder de Keure van Bazel;
    7° in de 1sten ouden meulenbergh wijck een gemet land, den vaerenbergh landende o. s’heerenstraete, z. den dam van Adriaen van Aelst w. Michiel de Rycke en n. N. de Leuw, zijnde volgleen onder de heerlijkheid van Weyns;
    8° in dezelfde wijk een bunder land, den hofste acker, palende o. Jan Lyssens z. den dam w. s’heerenstraete en n. Jaecques van Mighem, zijnde eveneens een (volg?)leen onder de heerlijkheid van Weyns;
    9° in dezelfde wijk de helft van 800 roeden land, den poteertacker palende o. en z. sheeren straete w. Jaecques Claus n. Joes Lyssens, zijnde volgleen onder ‘s graven hoofdleen van Gillis Stuer fs Paulus;
    10° in den robbrechtwijck, 560 roeden land palende o. Thoomaes van Roijen z. Joos Weijn w. Adriaen van Aelst, zijnde volgleen onder het hoofdleen van Gillis Joos tgone hij te wette draeght onder den hove ende heerelijckheid van cauwerborgh;
    11° in dezelfde wijk 340 roeden land onder de jurisdictie van Cauwerborgh, palende o. Gillis van Raemdonck z. Paulus van Bogaert w. Gillis van Raemdonck en n. den selve;
    12° in den eersten baesel broeckwijck 460 roeden broekland gekocht op 07.01.1689, palende o. Jaecques Buijtaert z. de abdij van Sint-Bernaerds w. jan van de Velde en n. Paesschier Heyndrix;
    13° in den blauofwijck 400 roeden land belast met een doorweg, palende o. Mr. Le Piper z. Gillis van Mieghem, w. Pieter van Geem causa uxoris en n. Sr. Verbraecken tot Antwerpen;
    14° in den beeckwijck een gemet land onder de jurisdictie van Wissekerke belast met cijnsrente en doorweg, palende o. Jan van Strijdonck z. de straat en w. Paulus Eeckelaert;
    15° 3/4de van land te Bazel genaamd den cleynen acker palende o. sheeren straete z. Gillis Stuer w. Jan van de Velde en n. sheerenstraete.
    Een deel van het roerend goed werd openbaar verkocht op 28.03.1708. De rest werd door de weduwe gekocht en omvatte o.m. een peert oudt drije jaeren, een wagen, een ploeg, een eg en een sledde, een wan, boekhamers, vlegels, 21 zakken boekweit, iets meer dan 7 zakken gheschoten en 5 zakken ongeschoten terwe en 7 zakken haver…
    Op 19.11.1712 wordt het onroerend goed van wijlent cathalijne van strijdonck wed. van gs. lijssens d’aude in 6 kavels verdeeld (6).
    Volgens A. Maris was Gillis schepen van Bazel van 1692 tot 1694 en in 1683 en 1684 kerkmeester. In 1660 zou hij de hofstede Vuilschapraai nr. 68 hebben gekocht, d.i. de tweede hofstede in de Doornstraat op de linkerkant, gaande van de Gauwstraat (cfr. A. Maris en Ba 215, f° 71 e.a.).

    Kinderen geboren te Bazel:

    1. Anna, geb. en ged. 02.01.1654 (ss: Joannes van Strijdonck en Clara Lijssens).Overl. 07.10.1704. Huwde te Bazel 26.09.1677 Jacob van MIEGHEM fs Jans (of fs Pieter?), weduwnaar van Barbara Lijssens. Uit dit huwelijk 4 kinderen die van hun grootmoeder Cavel A verwerven bestaande uit ½ of 400 roeden van den potteeracker, volgleen van het ‘s graven hoofdleen van Gillis Stuer fs Pauwels.
    2. Catharina, geb. en ged. 06.05.1657 (ss: Petrus van Mieghem en ..... van Berckel).
    3. Catharina, geb. 08.01.1659 (cfr. A. Maris).
    4. Gillis, geb. 31.01.1660 en ged. 01.02 (ss: Gillis van Strijdonck en Joanna Goyvaerts). Overl. 10.04.1722. Gehuwd te Bazel: 1° 30.04.1690 Marie van RAEMDONCK fa Pieter en Josine van Strijdonck (Sint-Pieters-Gent, Temse 9); 2° 09.11.1700 Marie VIJT fa Pieter en Elisabeth de Graef.Verwerft van zijn grootmoeder Cavel B of de andere helft of 400 roeden van den potteeracker. Woonde en stierf in zijn eigendom de hofstede de Hert, Dorpswijk nr. 2 , d.i. in de Oude Kruibekestraat, tegenover de Barbierstraat. Vijf kinderen uit eerste, en vier uit tweede huwelijk (cfr. A. Maris).
    5. Pieter, geb. 27.01.1663 (cfr. A. Maris).
    6. Pieter, geb. en ged. 29.06.1670 (ss: Thomas van Polfliet en Margaretha Lijssens). Overl. voor 19.11.1712. Trouwde:1° Bazel 09.09.1691 Maria VIJT waarvan een zoon Gillis; 2° Marie van HOYWEGHEN waarvan een zoon Jan. Zijn kinderen Gillis en Jan krijgen van grootmoeders goed Kavel F, t.w. de andere helft van den vaerenbergh en den hofstedeacker.
    7. Janneken, geb. en ged. 04.03.1673 (ss: Judocus van Roeye en Josina van Raemdonck). Overl. 08.01.1744. Trouwde te Bazel 19.08.1691 Pieter van STRYJDONCK (Bazel 01.10.1655 - Bazel 30.12.1703) fs Matthijs fs Pieter en Anna Smet (1625 - 1688) fa Thomas. Waarvan: 1. Anna van Strydonck (1692) geh. met Joos Fruytier 2. Catharina van Strydonck (1694) 3. Jan van Strydonck (1696) 4. Matthias van Strydonck (1698) 5. Mathys van Strydonck (1701). Tweede huwelijk te Bazel 01.04.1704 met Joos van POLFLIET Joosz., geb. ca 1670.
    Janneken Lijssens verwerft van haar grootmoeder Kavel C, bestaande uit de helft van den beire (…) in den diriexdam wijck groot een gemet palende n. aan de gauwstraete; de helft van land binnen Bazel o.en z. de straete w. N: Lemmens costere van haesdonck en n. Jan van de Velde en de helft zijnde 500 roeden van 2 stukken land in de diericxdamwijck o. Joanna Catharina en Rosa Thijsman z. de wed. Adriaen van Aelst w. den beir en n. de straete.
    8. Jan, geb. 03.02.1678 en ged. 04.02 (ss: Egidius van Putte en Joanna Lijssens). Huwde te Sint-Niklaas 02.09.1709 (tt: Egidius Lijssens en Petrus van Roijen) met Anna Marie van PUYVELDE (Temse 23.01.1682 - Bazel 18.07.1758) fa Jacobus en Judoca de Leeuw (nr. 420 en 421). Krijgt Kavel E uit grootmoeders erfenis, t.w. de helft of een half gemet van den vaerenbergh groot ca een gemet en de helft of 400 roeden van den hofstede acker in den hauden meulenberghwijck.
    9. Josijne, geh. Matthijs van Hoywegen. Kavel D uit erfgoed van grootmoeder valt op matthijs van hoyweghen en bestaat uit de andere helften van gronden toegewezen aan Janneken Lijssens geh. Joos van Polfliet.


    994 en 945. Gillis LIJSSENS fs Pieter en Josine de JONGHE. Geb. Bazel 18.03.1590 en overl. 10.01.1666. Gehuwd te Haasdonk 29.07.1613 met Anna VERSTRAETEN a. VERHEYEN (7) (Haasdonk 24.10.1590 - Bazel 12.04.1639) fa Adriaan en Katelijne VAN GOEY (in hoofdcijns Sint-Gertrudis, Melsele 1). In 1632 bewoonden zij reeds de hofstede Molenkouter nr. 71, groot 293 roeden en palend ten n. aan de Hoogstraat. Andere kopen of verkopen van onroerende goederen (11):
    - 08.11.1621: gekocht van Paschier Abbeel 2 gemeten volgleen onder GillisDe Kerf, achterleen van Coolem onder Cauwerburg;
    - 07.02.1621: gekocht van Gillis van Bogaert ½ bunder het Breethoofd, volgleen v.h. hoofdleen van Gillis de Kerf onder Coolem, gelegen bij de hofstede van Jaspar Batens;
    - 31.03.1632: gekocht een behuisde hofstede in de Hoogstraat in de Meulencouterwijck nr. 69, zijnde 290 roeden, voor 7 pond groten ‘s jaars van Merck Abbeel waarvan 5 pond te betalen de dag van de koop en 2 pond groten te laten staan op dezelfde eigendom. Op deze hofstede stond een ½ maat koren per jaar te leveren aan de Armen van Bazel;
    - 23.06.1641: gekocht van Niklaas de Buedele 2 gemeten die deze zelf gekocht had van Jan Leyns, gelegen in de Meulencouterwijk achter de hofstede van voornoemde Lijssens, voor 1177 gulden, 501 gulden bij de koop en de rest tegen 6 pond groten per jaar de penning 16de;
    - 12.12.1644: gekocht van zijn moeder, broers en zusters een kwart bunder land o. Margriete van de Velde z. de hoirs Amelberga Leeckelaert voor de som van 5 pond gr. per jaar;
    - 07.01.1645: verkoop aan Gillis Lijssens Pieters van ???

    Hun kinderen te Bazel (8):

    1. Josine, ged. 02.06.1614 (ss: Judocus van de Velde fs Gillis en Marie Bocstijn). Moeder Anna Verheijen genoemd. Overl. Bazel 15.05.1637. Getrouwd te Bazel 06.05.1636 met Joos WEYN Gilliszn.
    2. Catharina, ged. 04.09.1616 fa Aegidij Lijssens ex legittima vites giuge Anna Verstraten (ss: Egidius van Raemdonck en Amelberga van Voorde). Overl. Bazel 17.06.1621.
    3. Joanna, geb. 09.02.1620 (ss: Jan Strijdonck en Catharina Batens). Moeder Anna Verstraten genoemd. Overl. 17.12.1691. Trouwde te Bazel 12.06.1661 Jan STAES.
    4. Amelberga, geb. 13.06.1623 en overl. Bazel 29.09.1713. Trouwde te Bazel 03.05.1643 Pieter van MIEGHEM (Bazel 07.08.1610 - Bazel 24.08.1678) fs Gillis en Margriet Lyssens.
    5. Pieter, geb. en ged. 27.08.1627 (ss: Peeter Lijssens en Joosijn de Witte). Overl. Bazel 24.03.1629.
    6. Clara, geb. 27.08.1627 (ss: Paschier de Jonge en Clara Verhagen). Overl. Bazel. 05.04.1668. Gehuwd te Bazel: 1° 14.07.1647 of 1648 met Michiel van MIEGHEM (Bazel 23.02.1603 - Bazel 25.03.1666) fs Gillis en Margriet Lyssens en weduwnaar v. Judoca van Bogaert; 2° 01.08.1666 met Thomas van POLFLIET (Temse 04.04.1620 - Bazel 09.11.1692).
    7. Gillis, geb. 07.02.1631 en 08ste ged. (ss: Hans Lijssens en Barbara van Strijdonck). Overl. Bazel 14.02.1708. Gehuwd te Melsele 01.02.1653 met Kathelijne van STRIJDONCK fa Joos en Anna van RAEMDONCK (nrs. 472 en 473).


    1988 en 1989. Pieter LIJSSENSONE fs Jacob. Overl. voor 13.12.1644. Trouwde te Bazel 16.05.1588 (tt: Pieter en Catharina de Jonghe) Josine de JONGHE, geb. ca 1567 en overl. Bazel 02.11.1647.
    Volgens Jerome Smet (11) was Pieter landbouwer en bewoonde zijn eigen hofstede aan de noordkant van de Hoogstraat: Varentwijk nr. 26, d.i. op 2 percelen af van de Portugezenstraat.
    Op 21.04.1632 verkocht hij aan zijn schoonzoon Gillis van Raemdonck fs Niklaas een plek grond met huisje genaamd de Kijkuyt voor 16 ponden gr. De dag voordien had hij zijn zoon een lening verstrekt met een intrest van 20 schellingen gr. per jaar bezet op diens hofstede in de Hoogstraat. In 1636 bewerkte hij als landbouwer 8 gemeten met 3 gemeten eigen grond. Zo had hij 253 roeden aan de molen en pachtte hij een Tiende van de pastoor van Bazel. In 1638 bestond zijn landbouwbedrijf uit 6 gemeten, waarvan 3 gemeten eigen grond.
    Op 13.12.1644 maken de erfgenamen van Pieter Lijssens met Josyne de Jonghe hun moeder, die met haar kinderen een hofstede bezaten nabij de windmolen met de Meulenacker daarnevens, een akkoord dat de moeder mag blijven wonen in deze hofstede haar leven lang. Ze verkopen deze hofstede aan Pieter Lijssens fs Pieter, hun medeerfgenaam voor 16 pond groten p.j. de penning 16de die hierin geërfd werd op 07.01.1645. Op 12.12.1644 verkocht de moeder met de kinderen voor 5 pond gr. p.j. en de herencijns daarop staande aan hun medeerfgenaam Gillis Lijssens een kwart bunder land, palende o. Margriete van de Velde z. de erven Amelberga Leeckelaert.

    Hun kinderen te Bazel:

    1. Gillis, ged. 18.03.1590 (ss: Petrus de Jonghe en Christiana Verghauwen). Overl. 10.01.1666. Trouwde te Haasdonk 29.07.1613 (tt: N.N. Lijcesone en Marcus van Roye) Anna VERSTRAETEN a. VERHEYEN (Haasdonk 24.10.1590 - Bazel 12.04.1639) fa Adriaan en Katelijne van Goey in hoofdcijns Sint-Gertrudis, Melsele 1 (nrs. 994 en 995).
    2. Margriet, ged. 16.01.1593 (in klapper) of 1594 en overl. 09.09.1679. Huwde te Bazel 21.06.1616 (tt: Jacob Noeninckx enCarolus van Boexelaer) Gillis van RAEMDONCK Niclaeszn. Zij waren eigenaars en bewoners van de hofstede genaempt den kijckuyt met tapperij, gelegen in de Varentwijk nr. 24, tussen de hofstede van haar ouders en de Galgbergmolen.
    3. Pieter, ged. 19.07.1596 (ss: Petrus de Jonge en Anna (?) Coels). Overl. 22.01.1675. Te Bazel 27.06.1621 getrouwd (tt: Petrus Lijssens en Petrus van de Velde Spruyt) met Catelyne van de VELDE Spruyt (Bazel 10.01.1599 - Bazel 13.08.1679) fa Gillis en Barbara Smet (Sint-Pieters-Gent, Belsele 10). In 1646 werd hij eigenaar van zijn vaders hofstede in de Hoogstraat, Varentwijk nr. 26 en hij woonde daar. Op 30.12.1645 verkent hij een rente van 2 pond gr. p.j. in profijt van Jaspar van den Daele bezet op 2 stukken land bij de windmolen nu een stuk gemaakt liggend achter de Kijkuit in het geheel ca een half bunder palende o. zijn hofstede z. Gillis van Raemdonck en de voormelde molen w. de straat en n. Jan van Mieghem fs Gabriels (11). Hun kinderen geb. te Bazel: 
        1. Gillis, geb. 03.04.1622 en overl. Bazel 12.01.1649.
        2. Barbara, geb. 31.03.1624 en overl. Bazel 26.09.1632.
        3. Josina, geb. 19.01.1627 en overl. Bazel 25.09.1632.
        4. Pieter, geb. 24.09.1629.en overl. Bazel 16.09.1676. Huwde Bazel 16.05.1649 Amelberga  
            van GHEEM (Bazel 02.01.1631 - Bazel 04.09.1676) Van 1649 tot 1652 bewoonden ze de
            hofstede Robrecht nr. 64 aan de oostkant van de Heirstraat bij de beek.
        5. Margriete, geb. 09.12.1632. Overl. 1687? Huwde Bazel 10.06.1652 Jan van ROYEN fs 
            Pieter.
        6. Barbara, geb. 09.03.1635 en overl. Bazel 24.09.1676. Gehuwd 1° Bazel 18.07.1660
            Cornelis van MIEGHEM fs Antonis, overl. Bazel 05.07.1669; 2° Bazel 13.10.1669 Jacob
            van MIEGHEM, die in 1680 eigenaar was van hofstede Varenthouck nr. 26.
        7. Adriaan, geb. 26.12.1637 en overl. Bazel 07.01.1638.
        8. Catharina, geb. 24.12.1639 en overl. Bazel 30.08.1641.
    4. Marc, ged. 28.04.1599 (ss: Anna Lijssens en Laurentius Bruyenck (?)). Overl. Bazel 03.04.1687. Huwde te Bazel 30.09.1624 (tt: Petrus Lijsens en Jan Lijsens) Clara VERHAEGHEN (Bazel 30.05.1604 - Bazel 12.01.1670) fa Cornelis en Amelberga van de Vijver (hoofdcijns Sint-Baafs, Melsele 23). Marc kocht van Pachier Abbeel en bewoonde de hofstede Eerste Kraakwijk nr. 81, d.i. aan de zuidwestkant van de Heirstraat. Deze hofstede, 112 roeden groot, ging naar zijn zoon Jan en diens zoon Pieter. Pachtte van Jonker Cornelis de Bruyne uit Gent 9 stukken in de Robrechtswijk samen 4 gemeten 200 roeden, ressorterend onder de heerlijkheid van Cauwerburg (11). Hun kinderen geb. te Bazel:
        1. Josine, geb. 10.12.1625. Huwde Bazel 18.06.1649 Pachier van ROYEN (Temse 
            28.07.1619 - Bazel 04.04.1674).
        2. Cornelis, geb.15.04.1628 en overl. Bazel 28.08.1676. Hij was enkele jaren molenaar op de 
            Pismolen. In 1661 verhuisd naar de hofstede ‘t Sottegem nr. 5, n. de Kraakstraat. Huwde
            Bazel 22.07.1659 Josine a. Andriesine van de VELDE, fa Gillis en Barbara Smet, wed. Pieter
            Vergauwen.
        3. Joris, geb. Bazel 10.01.1631. Huwde Bazel 16.07.1662 Lijsbet d’HONDT, overl. Bazel
            18.01.1670.
        4. Pieter, geb. 27.05.1633. Bewoonde 1655/1662 hofstede Dorpswijk nr. 37, z. het
            Weerberstraatje. Huwde Catharina de SCHEPPER, geb. ca 1628 en overl. Bazel 
            18.09.1701.
        5. Amelberga, geb. 17.02.1636 en overl. Bazel 06.09.1669.
        6. Clara, geb.08.02.1639.
        7. Jan, geb. 03.07.1641. Huwde Bazel 10.06.1674 Livina LIJSSENS (Bazel 09.11.1639 -
            Bazel 03.05.1715).
        8. Maria, geb. Bazel 29.10.1644 en overl. Bazel 05.05.1714. Huwde Bazel 17.06.1672 Joos
            VERGAUWEN (Bazel 18.11.1646 - Bazel 03.05.1719).
        9. Joanna, geb. Bazel 24.09.1648.
    5. Catharina, geb. 06.02.1602 (ss: Egidius van Esbroeck en Barbara van Royen).
    6. Hans, geb. 18.12.1603 en overl. 01.02.1687. Een eerste huwelijk te Bazel 20.06.1627 (tt: Peeter Lijssens en Merck Lijssens) met Josine de WITTE fa Joos (Bazel 24.06.1604 - Bazel 03.07.1646). Dit huwelijk bleef kinderloos. Tweede huwelijk te Temse 14.08.1646 met Lijsbet MAES (Temse 08.06.1620 - Bazel 19.09.1679) fa Jan en Josine van Hove (in de hoofdcijns O.L.Vrouw-Bornem, Kemzeke 12). Hans of Jan was landbouwer, mandenmaker en tapper. In 1621 betaalde de prochie hem 10 gulden 7 1/2 stuivers voor levering van 145 dubbele lattenbooms tot Kallo. In 1638 eigendom op de Roomkouter nr. 45. Josine de Witte erfde van haar vader een part van de hofstede Blauwhofwijk nr. 36 in de Kapelstraat (nu Steendorp). Ze bewoonde die hofstede met haar man, die er na haar dood bleef wonen en de andere parten opkocht. In 1650 heette die hofstede Het Mandeken en was tevens herberg. Jan was ook eigenaar van een stuk land op de Roomkouter nr. 41, 80 roeden groot en beplant met wijmen. In 1669 bestond zijn boerendoening uit ruim 10 gemeten, waarvan 2 gemeten eigendom. In 1638 pachtte hij een Tiende van de heer van Moerzeke op 2 gemeten 75 roeden in Bazel, alsook een Tiende van de pastoor van Bazel (11). Uit 2de bed geb. te Bazel:

         1. Josina, geb. 03.07.1647 (ss: Joannes Joos en Josina van Meervelde). Huwde te Bazel
             11.02.1670 Pieter van GHEEM.
         2. Jan, geb. 30.06.1650 (ss: Jan Maes en Margareta Lijssens).
         3. Anna, geb. 02.01.1653 (ss: Christianus van Nieuwenhuysen en Josina Maes).
         4. Amelberge, geb. 27.12.1654 (ss: Petrus Lijssens en Amelbergha van Geem).
         5. Joanna, geb. 16.04.1657 (ss: Petrus de Zeelander en Maria de Vree).Overl. Bazel
             20.07.1721. Huwde 1° Bazel 11.09.1678 Jan KEPPENS; 2° Bazel 08.05.1681 Joos de
             COSTER; 3° 29. 08.1694 Pieter van GHEEM (Bazel 05.04.1689 - Bazel 02.05.1738).
         6. Elisabeth, geb. 14.01.1663 (ss: Petrus van Mighem en Elisabeth Theuns).
    7. Joanna, ged. 10.07.1605 (ss: Marcus van Royen en Elizabeth van Royen).


    Noten: (1) RABev, GOA Bazel, nr. 222, f° 253v t.m. 257r. SvG dd. 31.03.1773, Sterfhuis Joos Lijssens, houdr Marie Brijs fa Gillis. (2) Uit deze echt geen kinderen geboren te Bazel, Haasdonk of Temse. (3) RaBev, GOA Bazel, nr. 223, f° 256r t.m. 257r. Suppliek dd. 22.05.1784.(4) RABev, GOA Bazel, nr. 216, f° 221v t.m. 227v. SvG dd. 04.07.1716: Sterfhuis Jan Lijssens fs Gillis, houder Marie van Puyvelde, 4 wezen. (5) id. nr. 215, f°75r t.m. 86r. Staat v Goed dd. 04.04.1708 id. nr. 215, f° 72r t.m. 75 r. Cavelinghe & deelinghe dd. 04.04.1708. (6) RABev. GOA Bazel, nr. 215, f° 314v t.m. 317, Cavelinghe & deelinghe dd. 19.11.1712. id. f° 317r t.m. 318v. Smalcavelinghe … ) . (7) Parochieregister v. Haasdonk: 29.07.1613 trouwt Gillis Lijcesone uit Bazel met Anna Verstraeten Adriaens. Deden ondertrouw te Bazel op 09.06.1613. De parochieregisters van Bazel schrijven Anna Verheyen in de akte v. ondertrouw en in 3 doopakten van haar kinderen. Dat is klaarblijkelijk een vergissing. De hoofdcijns schrijft kinderen van Anna Verheyen op naam van Anna Verstraeten. Ook de opeenvolging van de geboortedata alsmede de peters en meters wijzen uit dat de moeder van alle kinderen Anna Verstraeten is (J. Smet, op.cit. voetnoot 73).
    (8) A. MARIS, “LIJSSENS - Land van Waas“, Vlaamse Stam 1981, p. 552 t.m. 558. (9) id. Vlaamse Stat 1979, p. 348. (10) zie kwartieren Rooman in mijn blog van 18.11.2007. (11) J. SMET, Genealogisch Repertorium van Bazel 1295-1640 (CD-ROM).

     

    14-02-2010 om 00:00 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (35 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    28-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stamreeks BRIJS uit Haasdonk
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Hiernaast een niet al te beste foto van m’n grootmoeder Marie Rosalie Brijs (1884 - 1969). Door sommigen Roseke Brijs genoemd. Maar de kleinkinderen noemden haar “ Petteke ” of “ Pet ” daar ze van velen doopmeter was. Grootmoeder werd geboren te Haasdonk in het gehucht de Bank. Later heeft ze daar nog een café opengehouden. Nog later, toen ze al getrouwd was met m’n grootvader Pieter Frans Van Acker - bijgenaamd “ den Harte ” - woonde ze met haar gezin in de Dorpsstraat. Om uiteindelijk te verhuizen naar de Zandstraat 154 op den Buiten.

    Volgens J. De Smet (1) is de familienaam BRIJS een patroniem afgeleid van de voornaam Brice of Brictius. Zou eventueel Keltisch kunnen zijn. Komt voor als BRIJS en BRYSSINCK en beide namen werden vaak onderling verwisseld. Rog. Bryssinck (2) beweert daarentegen dat “de naam Brijs dezelfde oorsprong zal gehad hebben (als Bryssinck), maar, tenzij in geval van een alleenstaande vergissing zonder verdere gevolgen, zijn de families Brijs en Bryssinck nergens nog met elkaar verwant geweest”.

    Volgende stamreeks van de mannelijke voorouders in rechte lijn van grootmoeder illustreert de verschillende spellingen van haar familienaam. De schrijfwijze is gebaseerd op de naam vermeld in de doopakte.

    I. ? Joannes BRIJS. Overl. nà 1630. Huwde te Haasdonk 06.05.1601 Anna STOOP

    II. Gillis BRIJS (Haasdonk 12.01.1604 - Haasdonk 25.05.1679). Uit zijn 2de huwelijk te Haasdonk op 05.07.1631 met Kathelijne VERGAUWEN (Haasdonk 28.11.1603 - Haasdonk 05.01.1670) fa Jacob en Marie Verbraken

    III. Gillis BREIJS (Haasdonk 09.10.1645 - Haasdonk 09.09.1712). Huwde te Kruibeke 19.04.1671 Maria BLOMMAERT, overl. Haasdonk 17.03.1705

    IV. Pieter BRYS (Haasdonk 06.10.1673 - Haasdonk 28.09.1747). Geh. Haasdonk 20.10.1697 met Philippina VERSTRAETEN (Haasdonk 22.10.1671 - Haasdonk 08.03.1742) fa Adriaen en Catharina Rottiers

    V. Gillis BREYS (Haasdonk 13.08.1698 - begr. Bazel 11.04.1773). Geh. Haasdonk 03.10.1723 met Dominica Rosa BATENS (Bazel 20.07.1706 - begr. Bazel 16.07.1781) fa Gillis en Josyne van
    Strydonck fa Adriaen

    VI. Pieter BRIJS (Haasdonk 22.05.1745 - Bazel 09.02.1834). Huwde Haasdonk 01.07.1788 Josijne Theresia de SMET (Melsele 27.12.1763 - Bazel 08.03.1807) fa Jan en Brigitta van Acker

    VII. Joseph BRYS (Bazel 04.01.1794 - Bazel 15.06.1849). Geh. Bazel 07.09.1826 met Maria Amelberga ROOMAN (Bazel 29.01.1799 - Bazel 07.04.1889) fa Jan en Judoca Joanna Lijssens

    VIII. Pieter Aloysius BRYS (Bazel 03.04.1841 - ? Haasdonk ca 1913). Geh. Haasdonk 05.09.1866 Philomena ACHTERGAEL (Haasdonk 19.05.1844 - Haasdonk 09.05.1887) fa Marcellus en Marie Josepha Mertens

    IX. Marie Rosalie BRYS (Haasdonk 29.09.1884 - Haasdonk 04.01.1969). Geh. Haasdonk 06.02.1907 Pieter Frans VAN ACKER (Haasdonk 10.02.1879 - Haasdonk 30.12.1968)


    Noten: (1) Jerome Smet op.cit. p. 124. (2) Vlaamse Stam, 1979, p. 18.

    28-12-2009 om 17:27 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (51 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    01-10-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Melsele vroeger
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Uit gevonden lijkurnen, askruiken en munten blijkt dat Melsele al onder de Romeinen was bewoond. Door één der wijken liep zelfs een heirbaan. Een oorkonde van 1055 vermeldt voor het eerst de naam Melsele. Waarschijnlijk ontstond de naam uit mellis-cella of mel-cella, wat “aangename woning” betekent of “aangenaam verblijf“. Of afgeleid van Melis (Melchior) in de betekenis van “woonplaats van Melchior”. In akten uit de 11de, 12de en 14de eeuw schreef men Melsele, Melcele, Melcelle ...

    In 1375 ging een eerste bedijking gepaard met een vergroting van de parochie door het inpolderen van een aan de vloed onderhevige schor.

    Verscheidene waterlopen zochten eeuwenlang hun weg door Melsele: de Grote Beek, de Meersbeek, de Bergmolenbeek, de Molenbeek, de Nieuwe Molenbeek, de Kleine Scheidebeke, de Beekmolenhoek, de Kleine Beek, de Kruisbeekse- of Zwanenbeek, de Schaarbeekse beek. Wat oude plaatsnamen: Brouc, Cawingheert of Cawingzweert en How in 1400, Groene Scorre en Blockaertsdyc in 1416, Duyfhuys, Nerenbaethhouck en Turflandt in 1600, Coorensche Heie in 1626, Smautpot in 1636 ... Omstreeks 1880 was Melsele in 10 wijken ingedeeld: Dorp, Smoutpot, Kalishoek, Briel, Dijk, Gaverland, Gentstraat, Beekmolen, Esch en Schaarbeek.

    Stonden er in 1870 al 550 huizen, zo telde men er einde 15de eeuw slechts 77, samen met 209 communicanten. Het aantal inwoners steeg gestadig: 1050 communicanten in 1645, 1500 in 1697. Dan volgen exactere tellingen: 1700 zielen in 1716, 2100 in 1773, 2646 in 1824 en 3053 in 1877.

    In 1404 overstroomt de polder van Melsele. Na herdijking rond 1415 stond de graaf van Vlaanderen schorren af aan Steven van Liedekerke, Lodewijk van der Moere, Philip van Steenlant, Jan Serssanders, Joost Vijt, Hendrik Sijmoer, Jan Oste en Geeraard Brisinc. Nog vaak zullen overstromingen Melsele treffen, telkens gevolgd door droogmakingen, zoals in 1585, 1638,1645,1682, 1794, 1809 en 1814.

    In 1824 bestond het Melselse landbouwareaal uit 1795 bunder bouwland, 287 bunder weiland en 2 bunder bos. Verbouwd werd er tarwe, rogge, haver, gerst, bonen, erwten, boekweit, aardappelen en lijnzaad. Dat jaar telt men 200 paarden, 785 stuks hoornvee, 450 schapen en 200 zwijnen. Rond 1879 is het dierenbestand opgelopen tot 305 paarden, 1065 stuks hoornvee, 148 kalveren, 96 geiten, 662 schapen en 484 zwijnen. De imkers verzorgden toen 138 biekorven. Naast landbouw stelden nering en nijverheid heel wat volk tewerk. Niet minder dan 25 zelfstandige klompenmakers verschaften werk aan 84 arbeiders . Ongeveer 650 mannen en vrouwen vervaardigden Hollands kantwerk. Er stonden 4 graanmolens: de Oudemolen (in 1700 Houwmolen genaamd), de Steenmolen, de Beek- en de Bergmolen. Bestaande ambachten en bedrijven: 10 schoenmakers, 7 wevers, 5 bezembinders, 10 kleermakers, 10 bakkers, 51 herbergiers, 30 winkeliers, 4 schaapherders, 4 handelaars in kantwerk, 4 vrouwenmutsenmaaksters, 7 metsers, 1 kuiper, 4 houtzagers, 1 zeeldraaier, 6 timmerlieden, 4 wagenmakers, 1 boomkweker, 1 koperslager, 2 strodekkers, 1 voerman en 4 naaisters gespecialiseerd in het naaien van geglaceerde handschoenen.

    In 1740 waren er 6 herbergen zonder uithangteken, dus cafés zonder naam. De anderen droegen als uithangbord De Swaene (al vermeld in 1636), De Haesaert, Den Nieuwen Esch, Den Ouden Esch (al vermeld in 1631), Den Wilden Haen, De Croone, Den Fruytboom, Den Appel en Het Meuleken. In 1779 kon men verpozen in Den Haesaert, De Fonteyne (al vermeld in 1747), De Sterre, Den Appel, De Roose, Het Cruys, Het Cruysken, Sinte Aernaut, Den Ancker, De Capelle, Den Wilden Haen, Den Ouden Hes en Het Meuleken. Drank kon ook gekocht in 9 drankwinkels en 2 brandewijnhuizen.

    Melsele vormde aanvankelijk een vierschaar met Burcht en Zwijndrecht. Later bestond de vierschaar uit 5 schepenen en een griffier. Het leen Schoutheetdom van deze vierschaar had in de 15de eeuw 44 gemeten land. Als schouten vermeld: Ridder Nicolaes Vijt (1383), Adriaen en Hector Voorhoute en Nicolaes van Pottelsberghe (1470), later Willem van Pottelsberghe.

    In Melsele lagen verschillende heerlijkheden. Groot 82 gemeten, strekte ten Berge zich eveneens uit over Haasdonk en Waasmunster. Ter Elst of van der Elst, 117 bunder, telde een groot aantal achterlenen. Het was in 1435 eigendom van Jan Arendsone (Aertsone), in 1528 van Raas Aertsone, in 1653 van Maria Dullaert. De bezitters waren dienstplichtig aan de graaf van Vlaanderen met een paard van 100 schelling parisis soe wanneer de voorseide grave oorloghet met sijnen mannen. De heerlijkheid van den Hauw zijnde 71 bunder met een tiende te Haasdonk. De heerlijkheid van den Peereboom, ter wijk den Hauw strekte zich uit over Melsele en Haasdonk, groot ca 16 bunder. Te Heirlerre (Heerlare, Herlere) behoorde o.m. aan Jan van Herlaer (1385), Hendrik van Herlaer fs Hendrik (1435), Cornelis van den Coutre (1475), Jan Bogaert (Buytaert ?) (1528). In 1562 hoort zij toe aan Barbara Buytaert vrouw van Jan Polfliet. Later aan Jan de Bot (1570), aan Andries Aelbrecht man van Catharina de Bot fa Jan (1570) en aan Paschier van Bogaerde (1610). De Esch of ten Essche is in 18de eeuw eigendom van Antoon van Landegem. Eigenaars van ten Leveren waren vader en zoon Roeland en Karel van Provijn, later Mark de Leeu (1663). Van Meulenberg of Mollenberg, 99 bunder, waarvan de bezitter de graaf van Vlaanderen moest dienen in oorlog met een paerde van 100 sch. parisis, ende met een cnape gewapend. Het behoorde o.m. aan Jan van den Vivere fs Joost (1528) en Jan van den Vivere (1618). Te Buren besloeg een oppervlakte van 18 bunder. De 17 bunders van te Moertere waren een achterleen van de heerlijkheid te Heirlerre en hoorden toe aan Pieter Oelbrant fs Jan (1475), Pieter Oelbrant (1528), Margareta Luycx en Thomas Stoop (1626). Teybaerts (Teuvaerts of Heyvaerts) komt in 1452 in bezit vanJoost Triest.

    Meiers van de meierij van Melsele waren Jan de Vrient (1550), Jan Volckerick (1551), Gillis van Caenbeke (1569), Jan Volckerick fs Jan (1578), Willem Volckerick, Gillis de Leeuw (1590), Mark en Joost de Leeuw ( 1618 en 1651), Jan Baptist Ingels (1674) en Gijsbrecht Ingels (1704).

    Andere leengoederen waren ter Vlaken, ter Harent, de Vlakemeersch, de Beekmolen, ‘t Hof ten Damme, de Houtmerre en te Wouwe. In 1651 was er sprake van het lustgoed de Roode Poort. Op den plaats den Poel bouwde de familie Librecht een kapel en een herberg met als uithangteken een steen waarin een es was uitgehouwen. In 1660 bewoonde de edele familie Snouck ‘t Schaliënhuis.

    In de 18de eeuw werd een dorpsschool gehouden in een bovenkamer van de kosterswoning.

    Melsele’s geschiedenis verschilt weinig met deze der omliggende dorpen met uitzondering van de periode van de godsdiensttroebelen in de 16de eeuw. In 1525 kleefde de toenmalige pastoor de leer van Luther aan. Een premie van 100 gouden carolusguldens was uitgeloofd voor die sal aenbrengen sekeren uytgeloopen monik ende apostate van den ordenen van St. Augustijn, en eenen anderen weereldlijken priester, verjaegd zijne cueren tot Melsene, dewelck int veld en op andere onbehoorlijke plaetsen gepredikt hebben diversche erroren en propositien, smaekende de gecondamneerde leeringhe van de Lutheraenschen en de andere hersien tegens God ... Omstreeks 1581 predikte er ook een zekere Joost van Lier.

    In 1583 wordt de dijk doorstoken en overstroomde de Borgerweertpolder. Idem in 1591. Bij de belegering van Antwerpen liet Alexander Farnèse in 1585 alle eikenbomen vellen voor het bouwen van een schipbrug over de Schelde.

    Al in 1055 maakt men gewag van een kerk. Onder de vroegste pastoors van Melsele: Jan van den Pauwe (1357), Geeraert Baert (1460), Raes Coenraert (1493), Willem Hauwijs (1523) en Gillis de Leeu (1558). De O.L.Vrouwekerk zal in het begin der 14de eeuw worden herbouwd. Nog later wordt het interieur rijkelijk versierd. Zoals in 1711 wanneer er houten beelden van apostelen worden geplaatst. Van sommige beelden kennen we de namen van de schenkers. Jacobus geschonken door Jacob van Kemseke. Thomas door Jozijne Snouck, Philippus door Catharina de Dijcker. Een andere Jacobus door Michiel Varenbergh, Simon door Jan van Raemdonck. Het schilderij, De Vinding van Jezus in den Tempel, was een gift van Pieter de Dijcker en Catharina Volckerick (1688). Pauwel Smet fs Gillis schonk in 1684 het doek Christus in den Hof van Olijven.

    Sinds 1511 is Melsele gekend als bedevaartsoord. In de kapel van O.L.Vrouw van Gaverland vereren de gelovigen het miraculeus beeld van Maria. Volgens de legende vond een boer een beeldje van de Moeder Gods onder een lindeboom. Hij nam het mee naar de kerk maar de volgende dag lag het terug onder de linde. Het werd nog tweemaal terug naar de kerk gebracht maar telkens terug onder de linde gevonden. De oorspronkelijke kapel - gesloopt in 1665 - werd in 1681 door een nieuwe vervangen, die een eeuw later door Franse republikeinen werd afgebroken. In 1864 heeft de wijding plaats van de nog bestaande gothische kapel.

    Al in de 15de eeuw was er een schuttersgilde met name de Gilde van Sint-Sebastiaan.

    Een bekende Melsenaar is o.m. Frans Pleke van de orde van Oratorie en pastoor te Laken , die de Geschiedenis der kercke van Laeken schreef. Een andere MelsenaarJan Frans d’ Hollander, doctor in de godgeleerdheid, schopte het tot bestuurder van het Karmelietenklooster te Leuven. Tenslotte verwierf Domien Ducaju faam als kunstschilder.


    Bron: F. De Potter en J. Broeckaert, Op.cit.
    Info over Melsele als polderdorp vind je op
    www.polderblues.be

    01-10-2009 om 00:20 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (22 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    15-08-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Weerbare mannen te Rupelmonde in 1552
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Adam BEELDE, Bertholomeeus BEELDE, Tousaein BERTRAM, Lievin de BRAUWERE, Vincent vanden BROUCKE, Gillis CAERDEMAN, Matheeus de CLERCQ (schepene), Gillis de COCQ, Jan COEL, Gille COOL, Willem Cool, Anthuenis de COSTERE, Jan de COSTERE a. SCIPMAKERE, Luyc CRAUWEL, Marten van CUELEN, Adriaen DAELMAN, Bertel van DALE, Gillis van DALE, Jan van DALE, Laureyns DEYAERT, Meester Pieter van DIEGEM (ontfanger), Jan van DIEGHEM, Philips van DIEGHEM, Heyndric van DRIESSCHE, Joseph van DRIESSCHE de Jonghe, Joseph van DRIESSCHE, Willem de DROESSE, Jan van DUERME (duerwarde der K. Majesteyt), Gillis van EEDE, Cornelis van ESBROUC, Jan van ESBROUC, Andries van EYGHEM, Pieter van EYGHEM, Torren van EYGHEM, Lieven van GAPENBERGHE, Gillis van GHEERTSEM, Jan van GHEERTSEN, Joos de GHENDT, Cornelis GOEYVAEERTS, Christoffel GOMMAERT, Jacop de GRAUWE, Andries GROOTJANS, Olivier de HANE, Pauwels HAUWE, Pieter van HAVERE, Meester Mathijs de HEERE, Goessen HERMANS, HEYNE (de trommeslaghere), Jan HEYNS, Jan HINNEBEEN, Joos de HONT, Jan HOUMAN, Pieter HOUMAN, Thomas HUYGX (scoutit), Gillis KEPPENS, Willem KEPPENS, Ghijsbrecht de KEYSERE, Pieter de LAMPERE, Machiel van LANDEGHEM, LENAERDT (de zeeldrayer), Jan van LUEGHENAGHEN, Gillis van LUEGHENHAGHEN, Hubrecht van der LUEGHENHAGHEN, Ghijs de LUYCKENAERE, Danijs de MAERE, Laureyns de MARE, Bertel MARIEN, Cornelis MARIEN de Jonghe, Marten MARIEN, Jan MARTENS (schepene), Lieven MARTENS, Heindric de MEY, Joos de MEY, Frans van MIEGHEM, Philips de NECKERE, Daniel OGIERS, Jacop PANDELARE en Joos sijn swaghere, Jacop PLUYME, Jacop van POLFLIET, Jan PRANS, Jacop van PUYMBROUCK, Bernaert van PUYNBROUCK, Claus van RAEMDONC, Joos van RAEMDONC, Joos RAES, Geert REYNS, Jan REYNS de Jonghe, Jan van RIEDT, Gillis ROELS, Joos de ROUCK, Pieter van ROYE fs Pieters (schepene), Philips de RUYTERE, Jacop SAEGMAN, Dieric SCHOEMAKERE, Jan van SCHOONEN (schepene), Pieter van SCHOONEN, Remacle van SCHOONEN, Cornelis de SEEUWE, Andries SMEDT, Jan SMEDT, Joos SMEDT, Laureyns SMEDT, Marten SMEDT, Jan de SOUTERE, Willem STAEL, Jan STAES de Jonghe, Joos STAES, Pieter van STEENE, Jacop STUER, Philips STUYR, Goris de SWANE, Joncheer Jan van TANNERIEN (edelman), Meester Pieter TOLMER (schoolmeester), Pieter TRUYMAN, Machiel TSUYEE, Bernaerdt VALE, Jan VALE, Conraert vanden VELDE, Joos vanden VELDE, Simoen vanden VELDE, Jan VERBANC, Loys VERCLUYSEN, Jan VERELST, Philips VERHEYDEN, Symoen VERHEYDEN, Adriaen VERMEERE, Joos VERMOTEN, Jan VERMUELEN, Leunis VERSIERIS, Gillis VERSTRAETEN, Joos VERSTRATEN, Jacop VIDTS, Adriaen VIJDT, Gillis VIJDT, Alexandre vanden VIJVERE, Jan vanden VIJVERE, Jan VOERSPOEL, Gillis van VOIRDE, Casen de VRIESE, Philips de VRIESE, Gillis vanden VYVERE, Joos vanden VYVERE, Jan de WAEYERE, Jacop de WAGHE, Joos WALLAERT, Leunis WANGHE, Jacop WEYN, WOUTER (tichelbacker), Pieter van WOUWE , Arent van ZELE (baillu).


    Bron en info: cfr. mijn blog dd. 05.09.2005. Voor Rupelmonde bestaat er geen lijst meer van weerbare mannen in 1480. Illustr. Wilhelm Tell in "Wilhelm Tell - Schauspiel von Schiller", Tübingen 1804.

    15-08-2009 om 10:54 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (13 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-08-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Antwerpenaren uit het Waasland
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Nogal wat Sinjoren stammen af van een Wase voorouder die zich eertijds in de Scheldestad vestigde. Wellicht kunnen familiekundigen op zoek naar de “Ware Jacob” in ‘t Waasland onderstaand chronologische gerangschikt lijstje eens doornemen en er eventueel hun voordeel mee doen.

    - Louis van der Hallen, vader onbekend, geb. Waasmunster en Antwerps poorter 
      geworden op 01.05.1534 met als beroep droogscheerder *
    - Jan van den Putte fs Jan, geb.Eksaarde en Antwerps poorter geworden op 
       20.11.1534 met als beroep droogscheerder *
    - Jan de Rycke fs Jacob, geb. in Verrebroek en Antwerps poorter geworden op
      03.12.1535 met als beroep droogscheerder *
    - Joost de Hertoge fs Gielis, geb. in St.-Niklaas en Antwerps poorter geworden op
       27.07.1539 met als beroep droogscheerder *

    Jan Herdewel fs Klaas, geb. te Stekene in Vlaanderen en Antwerps poorter geworden
      op 28.03.1550 met als beroep droogscheerder *
    -
    Catlyne van Dueghem fa wijlen Mr. Peeter en Elizabeth Vergouden geh. Janne
      Janssens
    die men heet van Heusden dragen over aan Gielis Jacobs geh.Jozyne
      van Dueghem
    2 erfelijke rentes afkomstig van haar ouders en die hun bij scheiding in
      1567 gepaseerd te Rypelmonde zijn toegevallen ...
    - 24.01.1586:Jan Cock geh.Elizabeth Nommemens bezitten een hofstede in de 
      parochie van Steken, afkomstig van haar vader Cornelis
    - ??.01.1586: Geertruyt van Daele wed. Antonis Bacle bezit grond te Basele
    - 15.02.1586: Jacob Puerssen fs Michiels geh. Anna van Goethem hebben bezit te
       Beveren, Zwijndrecht, Sint-Niclaes en Sint-Gillis gedeeltelijk afkomstig van beide
       families
    - ??.03.1586:
    Maritay de Bruyne fa wijlen Gillis en Elizabeth (?) Engelbrechts, 
      geh. Guillaume van Hoochstraten
    de helft van een stuk land te Lokeren (waarvan de
      andere helft haar ooms
    Vincent en Lieven de Bruyne te Lokeren toebehoort) dat
      haar in 1582 is toegekomen uit de nalatenschap van haar grootmoeder
    Marie Roels
      wed. Joos de Bruyne
    - ??.??.1586: Adriana ‘sWitten Mathijsdr geh. Jacob Jacobsen, zij verkoopt haar 
      broeder
    Gielis de Witte een erfelijke rente te Melcele die Gielise de Leeuw,
      parochiaen aldaar, in 1551 heeft gekocht en haar bij testament heeft nagelaten
    - ??.??.1586:
    Jan de Munck geh. Margriete Hallemans, wonen nu te Melsen in 
      Vlaanderen, ze bezitten een stukje grond te Calloo
    - ??.??.1586: Elizabeth Cocxs wed. Joos Bazelis had land in het Swijndrecht Broeck
    - 06.05.1586: , geseten tot Beveren, verkoopt met goedvinden van zijn moeder Marie
      van Hove wed. Kerstiaen Sagon
    een erfelijke rente die zijn vader in 1560 heeft
      gekocht

    - 19.06.1586: Marie Meens wed. Sebastiaen Visscher, geseten tot Rethy (...) en haar
       zuster
    Barbara Meens wed. Joris van Zuyvele, geseten tot Sinay in den lande van
       Waes.(
    Marie van Zuyvele Jorisdr. x Anthonis Hoeckstael en haar zuster
      
    Janneken en Worken van Zuyvele) verkopen 2/3 deel van een erfelijke rente ...
    - 02.08.1586: Michiel Broers zijn vader Jan Broers woonde en is gestorven te Borcht
    - 18.09.1586: Jacques Philips Janssen w. blijkt volgens de verklaring van de priester
       te Beveren te zijn gehuwd; hij krijgt nu het geld uitgekeerd dat zijn moeye
    Elizabeth
       Philips
    hem heeft beloofd

    - 02.10.1586:
    Engel Vercouteren fs wijlen Merten en Jacopmyne Bauwens, geh.
      Beatrix
    van Landeghem fa Niclaes wed. Peeter de Loose fs Andries, ze dragen te
      Temptsche, Sint-Niclaes en thielroy over a an haar broer
    Peeteren van Landeghem
    - 08.01. 1587:
    Simon van Bossche bezit land te Swyndrecht en Melsele dat hem is 
      verstorven van zijn ouders
    - 31.10.1587:
    Aerdt Bevers geh. Clara van Broecke bezitten een hofstede en enig
      land te Swyndrecht
    - 26.02.1587:
    Maria Hiels Jansdr. wijlen geh. Jacques sHerwouters verkopen een 
      erfelijke rente te Melsele die ze in 1578 heeft gekocht
    - 30.03.1588:
    Jan van Eesbeke fs wijlen Anthonis en Anna van Meurs fa Franck en
      Maria de Laet
    , meyer tot Verbroeck (...) en zijn broer Gielis van Eesbeke schepen tot
      Beveren ...
    - 30.04.1588:
    Joos Lysesoon, geseten te Haesdonck geh. Elisabeth Varendoncx; zij
      bezit land te Melssene
    - 06.03.1589:
    Mr. Henrick van Dame heeft meer dan tien jaar in Antwerpen gewoond,
      maar woont nu in Cruybeke ... een zoon
    Philips van Damme wonende te Boullogne en
      daarvoor in Rijssele ?
    - 08.11.1589: Adriaen Segers is gemachtigd van zijn cousijn
    Adriane Verteuten
      Niclaes
    wijlen te Swijndrecht; deze verkoopt een erfelijke rente te Antwerpen, in 1532
      gekocht door
    Gheerde Verhoeven geh. Anthonie Faes en welke in 1555 door
     
    Niclaese Verteuten is gekocht van zijn zuster Barbara Verteuten fa Peeter en
     
    Anthonie Faes en geh. Claese Noulaet


    Bron: R.M.A. De Jong en Jos De Meester in Vlaamse Stam. Gegevens afkomstig van deze laatste gemerkt met een sterretje.

    08-08-2009 om 00:00 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (33 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    12-06-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een verkeersongeval uit 1720 in Kallo

    Adriaen van Kerckhove woonende op Steenlant, jurisdictie van Calloo, verclaert …

    “Dat hij nu geduerende den tijdt van twee maenden, duerende het seijsoen vanden oughst 1720 heeft gewerckt ten huyse ende hove van Jacobus Frans Lijssens woonende oock aldaer ontrent. Ende ten selve versoucke aldaer hebben gevrocht als arbeijder ende gedaen het werck t’gonne den selven Lijssens hem heeft geordonneert. Eijndelijck verclaere waerachtigh te wesen dat den voornoemden Lijssens mij heeft gecommandeert, beneffens Pieter Batens peerdeknecht aldaer ende Marie Verbraecken dienstmaert vanden selven Lijssens, op den 19en Septembre 1720 te samen te gaen mesten op sijn lant ende mest te haelen op d’hofstede daer lest gewoont heeft wijlent Jan Versmissen. Ende tselve aldaer geladen beneffens de voornoemde persoonen op den wagen van den voornoemden Lijssens. t’Gonne vervoert is door den selven Baetens op het lant aldaer bijgelegen. Ende naer eenige voeders geladen t’hebben ende vervoert soo heeft den selven Lijssens ontrent den middagh ons geordoneert clavers te haelen ontrent “Den Cruijpinne” ende daermede te rijden naer huijs omme naer den middagh boomen te gaen haelen. Ende heeft insgelijcks aen de voornoemde Marie geordonneert dat sij van den wagen aen den “Cruijpin” soude gaen om het haestighste werck te doen t’sijnen huijse. Ende commende gereden aleer aen den “Cruijpin” soo hebben achtervolght eenen geladen wagen met stroot toecomende aen Gillis Rossiers. Ende met voorsichtigheijt daer willende voorbij rijden, sijn met ongeluck in de sloot gevallen. Soodanighlijcken dat ick deposant met den peerdenknecht in de selve sloot hebben gelegen onder de peerden. Ende naer elcanderen geholpen, soo hebbe gesien dat de selve Marie onder de waegeplanck met het hooft in het slijck was verongeluckt ende verdroncken. Verclaeren ten surpluse metten selven peerdeknecht geseten t’hebben voor in den wagen ende de voornoemde Marie achter ons in het midden van den selven wagen. Sonder dat bij mijn wetenschap is eenige rusie ofte ongemack tusschen elcanderen gehoort t’hebben. Hiermede mijne waerheijt daete 21en 7bre 1720 ... “


    Bron: RABev, GOA Bazel nr. 217, f° 150r: Suppliek van 04.10.1720 m.b.t. de wezen van Gillis Baetens en Joanna van Strijdonck t.w. Pieter, Rosa en Catharina Baetens. Illustr.: "De Hooiwagen" van John Constable. Olieverf op doek (1821). National Gallery Londen.

    12-06-2009 om 10:39 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (13 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-06-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waaslandlied

    Wist je dat het Waasland een eigen hymne heeft? Op muziek gezet door Fernand Van Durme. Tekst van Jozef De Wilde (12.09.1906 - 27.06.1993)? De laatste geen Waaslander maar wel bestuurslid van de Koninklijke Oudheidkundige Kring van het Land van Waas?

    Land in een gordel van stromen geprangd,
    Vlakten der zee waarin Polders zich spreidden,
    Meren van lover met kammen van heide,
    Lucht, waar de zon taferelen in brandt.

    Keerzang:

    Land onzer vad’ren, uit Wase geboren.
    Grond van ons Vlaandren, gewonnen door strijd,
    Jonge geslachten betreden uw voren,
    Staan met de hakke en strijdbijl bereid.

    Volk dat woestijnen in tuinen omschiep,
    Bouwers van dijken, bedwingers van vloeden,
    Strijders om altaar en haardstee te hoeden,
    Zaaiers van weelde uit arbeid gediept.

    Weelde voor d'ogen en eer van ons bloed,
    Arbeid en kunst zullen blijvend U kronen,
    Waasland, U blijven we trouwe betonen,
    Schoonheid en kracht Gij, ons erfdeel en goed.

    04-06-2009 om 10:58 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (16 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    01-05-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BURSSENS uit Bazel en Temse in m'n kwartierstaat
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    BURSSENS is een patronimicum afgeleid van Buse, Busin, Bussijn, Bursijn. Germaanse mansnaam Buso. Aanvoerder van de Franken 6de eeuw. Volgens De Brabander vleivorm van Borsaert of Burchard (6). In Bazel en Temse ook BEURSENS, BEUSSENS, BORSENS, BURSENS, BUSSENS, BUIJ(S)SENS. Tussen mijn oudouders is Josijne Bursens echtg. Anthonie Rooman (kwartieren 117 en 116) de eerste Burssens in mijn kwartierstaat (cfr. blog van 18.11.2007).



    116. Anthonie ROOMAN
            Temse 19.02.1713 - Bazel 23.04.1768
    117. Josijne BURSENS
            Bazel 24.06.1725 - ?



    234 en 235. Jan Baptista BURSSENS fs Frans en Joosijne WITTOCK, geb. Bazel 28.09.1702 en overl. Rupelmonde 31.08.1764. Huwde 1° Bazel 25.05.1724 Elisabeth SUY fa Frans en Elisabeth de RYCK, geb. Bazel 20.05.1696 en er begr. 11.11.1733; 2° Joanna van RAEMDONCK fa Paulus en 3° Catharina de WAEN fa Andries (? en Elisabeth van Aelst), geb. Bazel 17.02.1702 ?
    Het sterfhuis Elisabeth Suy met als voogden Frans Suije en Adriaen Burssens vermeldt in 1734 een behuijsde hofstede, gekocht in 1728 van Catharine de Wael en haar dochter Catharina de Clerck, geleghen in de varentwijck (onder nr. 24)
    … tusschen 30 a 40 Roeden o. jan van mieghem fs. jaecques s. sheeren straete en w. de cooren wint meulen van de heere graeve van Rupelmonde en n. dhoors van de weduwe phe. vermeulen… Jan en Elisabeth pachtten toen twee stukken land van J.B. Jaspaert en een akker van Jan Weyns. Twee koeien zorgden voor melk en de hinnen voor eieren. Onder de andere meubilaire baten: 2 spinnewielen, 31 ellen lijnwaet, hemden, de capot met den rooden rock, rocklijven met de borst, 2 robben met de borst, schoenen ende muylen, het meel met het koeffer met de mastellen … (1).
    Jan verongelukte op 31.08.1764 onder sijnen hoeijwaeghen in den dyck Sloodt van Craeghe in den polder van Rupelmonde. Aldaar begraven in de kerk. Uit sterfhuis jan burssens fs frans daer moeder af is geweest Josijne Wittock met als voogden Jan de Waen en Heijnderickx Burssens, blijkt dat hij in 1744 samen met Catharina de Waen nog 7 ½ roeden grond had gekocht gelegen aan zijn hofstede waarop zij een waegen huijs ende voordere stallagie hebben gebouwd. Openbare verkoop van Peird en koeijen runders waeghen kerren sledde ploeghe ende eeghde bracht ruim 979 gulden op. De vrouw van Frans Nijs - zilversmid te Temse - raamde het ongemunt goud, bestaande uit een Gauwen trouw ende cnoprrinck en een senteurgepse, op 17 gulden 16 stuiver. Jan Baptiste bebouwde toen zeker tarwe, koren, klaver, gerst. Deels op volgende gepachte gronden: 100 roeden in den Eijerputwijck, 350 r. in de meire, 4 stukken land in den blauwhofwijck samen 2 bunder 1 gemet 200 r., 3 stukken land in den Robberecht samen 1 b. 1 g. 150 r., 4 stukken land in de vaerentwijck samen 1 b. 2 g. 135 r.
    Onder de begrafeniskosten: 3 gulden voor het luijden van de groote clock te Rupelmonde, 1 fl. 4 st. voor het baercleedt, 4 fl. 5 st. aan Phelipus van Steenacker die na het ongeluk het doodt lichaem tsijnen huijse heeft opgebaard, aan Jacobus Buytaert 8 fl. voor leveren en tappen van een ton bruin bier en 8 fl. 16 st. voor een zak koren aan de armen van Bazel uitgedeeld
    … (2).
    Kinderen uit eerste bed geboren te Bazel:
    1. Josijne, geb. en ged. 24.06.1725 (ss: Franciscus Borsens en Joanne van Royen). Getrouwd te Bazel 29.08.1745 (tt: Mathias van
    ……gen (?) en Catharina de Waen) met Anthonie ROOMAN (Temse 19.02.1713 - Bazel 23.04.1768) fa Antony en Joanna Vermeulen (nrs. 116 en 177).
    2. Anna Marie, geb. en ged. 26.10.1726 (ss: Joannes Jaspaert en Anna Maria de Roeck).
    3. Judocus, geb. en ged. 22.08.1728 (ss: Judocus de Roeck en Anna Catharina van Mighem). Overl. Bazel 02.01.1781. Huwde te Temse 09.03.1765 Elisabeth COLMAN.
    4. Pieter Jan, geb. en ged. 18.12.1730 (ss: Hendricus Bursens en Catharina de Clerck).
    5. Marie Catharina, geb. en ged. 31.08.1733 (ss: Petrus Huijbens en Joanna Maria Borsens). Voor overlijden moeder gestorven?
    Uit tweede bed geboren te Bazel:
    6. Dominicus, geb. en ged. 04.04.1735 (ss: Dominicus Bursens en Petronella van Raemdonck). Jong gestorven?
    7. Jan Baptiste, ged. 03.07.1736. Jong gestorven?
    8. Anna Catharina, geb. en ged. 30.06.1737 (ss: Joannes van Raemdonck en Anna Maria Vergauwen).
    Kinderen uit derde bed geboren te Bazel:
    9. Elisabeth, geb. 22.02.1740 en 23ste ged. (ss: Judocus Meiremans en Elisabeth van Haelst).
    10. Marie Catharina, geb. en ged. 25.09.1742 (ss: Petrus de Keismaeker en Judoca Burssens).
    11. Egidius, geb. en ged. 15.03.1744 (ss: Egidius Weijn en Elisabeth de Waen). Jong gestorven?
    12. Amelberga, geb. 16.05.1745 en 17de ged. (ss: Petrus van Raemdonck en Anna Catharina de Waen). Jong gestorven?
    13. Isabella Theresia, ged. 12.07.1746. Jong gestorven? Of is zij dezelfde als Colleta Theresia waarvan sprake in Staat van Goed?
    14. Mathias, geb. en ged. 16.04.1749 (ss: Mathias van Hoywegen en Amelberga de Keirsmacker). Jong gestorven?
    15. Colleta Theresia. Dezelfde als Isabella Theresia???

    468 en 469. Frans BURSSENS fs Gillis en Paschasia VOLDERS. Geb. en ged. Bazel 07.08.1669 en begr. Bazel 30.10.1736. Trouwde 1° Bazel 30.04.1695 Joosijne WITTOCK, geb. ca 1666 en overl. Bazel 27.10.1706 (40 j.?); 2° te Bazel 01.10.1707 Petronella de MAER fa Rumoldus, geb. ca 1681 en overl. Bazel 30.09.1760.
    Na het overlijden in 1706 van Joosijne Wittock werden Jan wittoeck ende Adriaen buijssens als voogden aangesteld. Frans en Joosijne woonden toen in een hofstede aangekocht tijdens hun huwelijk voor 436 guldens: seker behuijsde hofstede soo de selve gestaen ende gelegen is binnen dese prochie van baesel inde meulen cauter wijck groot van gronden ontrent een half buynders, oost daeranne gelant gillis van steenacker suyt de straete west jan geldolf ende noort den selven steenacker ende jan Lijssens ... Op zijn hofstede stond een cijns te betalen aan de armen van Rupelmonde. Als landbouwer pachtte hij drie stukken land samen iets groter dan 6 gemeten, waarvan twee stucken landt in baesel polder. Hierop verbouwde hij wellicht boekweit, klaver, vlas, tarwe, koren en haver. Hij bezat twee koeyen maar geen paard, want in 1706 staet noch te betaelen aen Jan de Lamper over peerdewerck eene somme van 13 guldens. De staat van goed gemaakt ten sterfhuyse van Joosijne wittock sloot tenslotte af met een boni van 227 gulden 18 stuiver, met als baten ondermeer twee goude ringhen (3).
    Na overlijden van Frans Burssens hertrouwde Petronella de Maer met Petrus de Rop.
    Kinderen uit eerste bed geboren te Bazel:
    1. Adriaen, geb. en ged. 22.01.1696 (ss: Adrianus Wittock en Joanna Smets).
    2. Gillis, geb. 15.02.1698 (ss: Adrianus Buijsens en Catharina de Smet).
    3. Jan Baptista, geb. 28.09.1702 en 29ste ged. (ss: Joannes de Lamper Junior en Joanna de Roeck). Overleden te Rupelmonde 31.08.1764. Huwde 1°te Bazel 25.05.1724 (tt: Adrianus Beursens en Anna de Rijck) Elisabeth SUY (Bazel 20.05.1696 - Bazel 11.11.1733) (nrs. 234 en 235) fa Frans en Elisabeth de Rijck; 2° te Bazel 03.05.1734 Joanna van RAEMDONCK fa Paulus; 3°te Bazel 10.03.1738 Catharina de WAEN fa Andries (en Elisabeth van Aelst ?) geb. te Bazel 17.02.1702 ?
    Kinderen uit tweede bed, eveneens geboren te Bazel:
    4. Henri, geb. Bazel 30.08.1708 en er overl. 05.12.1783. Huwde te Bazel 19.07.1738 Anna Catharina van BRITSOM, geb. 04.07.1714 en overl. Bazel 03.12.1791.
    5. Joanna, geb. 28.12.1711 en 29ste ged. (ss: Gillis Lijssens en ....oca Delee....). Overl. Bazel 26.10.1774 en gehuwd te Bazel 06.05.1738 met Judocus MEERSMAN.
    6. Dominicus Frans, geb. 07.01.1714 en 8ste ged. (ss: Gillis de Lamper en Joanna van Strijdonck). Overl. Bazel 29.04.1773. Huwde te Bazel 12.02.1737 Maria de KERF (Bazel 03.01.1716 - Bazel 04.09.1796) fa Joos en Judoca Maria Vercouteren. Uit dit huwelijk geb. te Bazel:
         1. Judocus, geb. 26.03.1741.
         2. Adrianus, geb. 10.11.1742.
         3. Theresia, geb. 10.04.1746.
         4. Joannes Jacobus, geb. 28.08.1752. Overl. Kruibeke 03.04.1789. Huwde Kruibeke    
         27.11.1781 Anna Isabella VONCK (Glimbach/Erkelenz (D) 04.12.1756 - Kruibeke 
         06.03.1830) fa Jan Petrus en Gertrudis Agnes Goebels. Waarvan afstammelingen.
         5. ? Josephus Augustinus, overl. Sint-Gillis-Dendermonde 31.01.1847.
    7. Joseph, geb. en ged. 19.03.1716 (ss: Joannes de Lamper en Judoca Buytaert). Overl. Bazel 14.06.1720.
    8. Petrus, geb. 15.11.1717. Overl. Bazel 18.06.1720.
    9. Elisabeth, geb. 17.09.1720 en 18de ged.(ss: Joachim Beernaert en Elisabet de Groucken). Overl. Bazel 11.03.1721.



    936 en 937. Gillis BURSSENS fs Frans en Elisabeth SPILDOREN. Geb. Temse 30.09.1642 en overl. Bazel 01.10.1676. Huwde Kruibeke 08.05.1666 Paschasia de VOLDER (Bazel 26.06.1642 - Bazel 21.06.1680 of 1689) fa Adriaen en Barbara van STRYDONCK (in de hoofdcijns Sint-Gertrudis, Melsele 1).
    In 1676 vermeldt de staat van goed opgesteld ter sterfhuyse van wijlent gillis Bussens waervan hauderige gebleven is paesschijntien de volder als voogden Jan van Leugenhaegen en Pieter de Volder. Geen eigendom. Hun woning werd gepacht van Gillis de Lamper en een half bunder land te Kruibeke in den hoochrothoeck van Jan de Wolf tot melsene. Onder de schamele bezittingen: brander, rooster, tang, een grote en kleine ketel, ijzer potje, botervat, melkkuip, wastobbe, tafel, stoelen, riek, zeisen, bijl, hekel met eenen heusel, koffer, een roer met eenen poeder hooren, schapraai, bed, 20 ellen lijnwaad, 7 hemden, 3 slaaplakens, 3 tafelkleden, lijnzaad, 36 wissen vlas, 8 hopen stro en 51 hopen hooi en een kruiwagen … Jan van Leugenhaegen (schoonbroer ?) stond bij hen voor 39 gulden in het krijt. De enige koe werd geraamd op 24 gulden. Bij de uitvaart werden de buren getrakteerd tot raemdonckx en de vrienden thuis te eten ende drincken gegeven … (4)
    Hun kinderen geboren te Bazel:
    1. Magdalena, geb. 26.02.1667 en 27ste ged. (ss: Judocus Verhoecken en Magdalena Bussens).
    2. Frans, geb. en ged. 07.08.1669 (ss: Judocus van Strijdonck en Elisabeth Bussens). Huwde 1° Bazel 30.04.1695 (tt. Adriaen Beursens en Petrus Kole ?) Joosijne WITTOCK, geb. ca 1666 en overl. Bazel 27.10.1706 (nrs. 468 en 469); 2° Bazel 01.10.1707 Petronella de MAER (ca 1681 - Bazel 30.09.1760) fa Rumoldus en N.N.
    3. Adriaen, geb. 12.12.1671 en 13de ged. (ss: Michiel Blijweert en Josina Vergauwen). Huwde
    1° Bazel 15.05.1701 Joanna van STRIJDONCK; 2° Bazel 15.09.1716 Anna Maria van
    HAVENBERGHE.
    Uit eerste huwelijk:
         1. Jan Frans, geb. Bazel 28.09.1707 en overl. Bazel 17.03.1770.

    1872 en 1873. Frans BUSSENS a. BURSSENS huwde Elisabeth SPILDOREN fa Aegidius en Elisabeth Luycx, geb. Temse 06.04.1598. Frans pacht in 1634 te Temse een hofstede groot 180 roeden en land groot 2 gemeten 122 roeden (5).
    Hun kinderen geboren te Temse:
    1. Jan, geb. 30.05.1627 (ss: Jan Brijs en Elisabeth Vermeire). Huwde te Temse 27.04.1646 Lijsbette van GALE (Temse 21.12.1627 - Temse 25.12.1667) fa Pieter en Joanna Brijs (in de hoofdcijns Sint-Pauwels, Sint-Baafs-Gent, app. 7). Waarvan geboren te Temse: 1. Jan. 2. Thomaes. 3. Lijsbette geh. Gillis de VRE. 4. Catarine.
    2. Cathalijn, geb. 30.09.1629 (ss: Thomas Spildoere en Jekemeijne Beussens).
    3. Gillis, geb. Temse 30.09.1642 (ss: Aegidius Spildoren en Maria van Roij). Overleden Bazel 01.10.1676. Trouwde te Kruibeke 08.05.1666 (tt: Thomas Spildooren en Barbara van Strydonck) Paschasia de VOLDER (Bazel 26.06.1642 - Bazel 21.06.1680 of 1689) fa Adriaen en Barbara van Strydonck (nrs. 936 en 937).
    4. Elisabeth, geb. 19.02.1636 (ss: Adrianus van Wauwe en Elisabeth Luijckx). Huwde te Bazel 04.03.1670 Jan van LEUGENHAEGEN.

    3744 EN 3745. … BURSSENS geh. N.N., waarvan:
    1. Frans, geh. Elisabeth SPILDOREN fa Aegidius en Elisabeth Luycx, geb. Temse 06.04.1598 (nrs.1872 en 1873). 
    2. Jekemeijne ? Meter in 1629 bij geboorte kind van Frans.



    Bronnen: (1) RABev, GOA Bazel nr. 220, f° 19v t.m. 22v dd 15.01.1734.Sterfhuis Elisabeth Suye, houder Jan Burssens.(2) RABev, GOA Bazel nr. 222, f° 96v t.m. 104 r dd. 28.05.1765. Sterfhuis Jan Burssens fs Frans en Josijne Wittock. Id., f° 104r. t.m. 105r. Suppliek.
    (3) RABev, GOA Bazel, nr. 214, f° 325r-327v. Sterfhuis Joosijne Wittock dd 20.12.1706 (4) RABev GOA Bazel-Wissekerke nr. 28, f° 24 v tm 25v: Sterfhuis Gillis Bussens dd. 21.11.1676. (5) en (6), Jerome Smet, op.cit. p. 168.
    Andere Bronnen: Hans-Dieter Wilts en Klaus Metelmann op Geneanet.

    01-05-2009 om 00:00 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-04-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wist u dat ... ?

    WIST U DAT ...

    ... een dagwand vroeger de oppervlakte was die op één dag kon omgewend worden ?
    ... ene
    Christianus Brijs, geb. op 15.08.1634 te Temse als zoon van Frans en Anna
        Bocx, als 27-jarige overleed op 15.12.1661 in "Casteel Colombo" in Oost-Indië ?
    ...
    Kathelyne Duerincx in het land van Waas als heks verbrand werd in oktober 1538 ?
    ...
    Jan van Steene fs Jan, geb. te Waasmunster ca 1603 wegens hekserij op
        19.01.1637 te Rupelmonde veroordeeld werd om gebracht te worden ter merct van
        Stekene, ende aldaer, alvooren geworcht zynde, gexecuteert te met den viere datter
        de doot naer volcht
    ?
    ... het celibaat voor priesters met het concilie van Trente (1545-1563) werd ingevoerd?
    ... daarvoor heel wat priesters getrouwd waren en kinderen hadden ?
    ... in de 15de eeuw
    Jan van der Dict, pastoor van Elversele, getrouwd was met
        Amelberch Polspoel ?
    ... hun zoon hem als pastoor opvolgde ?
    ... van
    Philips Metten Penninghen, geb. ca 1405 te Waasmunster en priester te
        Dendermonde, 4 kinderen gekend zijn ?
    ... zijn jongste zoon Jan, priester in het Dendermondse, ook meerdere kinderen had ?
    ...
    Gillis d’ Hertoghe, priester van adel, bij zijn huishoudster Barbele Pijps, een 
        natuurlijke dochter had, met name Laurine d’Hertoghe die trouwde met Wouter van
        den Berckmoes, meier van Elversele ?
    ... de uitgaven in een taverne of herberg
    teercost werd genoemd ?
    ... een
    vettewaaier een verkoper is van vette waren als olie, kaarsen, smeer ?
    ... een kruidernierswinkel dan ook een winkel van
    vettewaeren werd genoemd?
    ... men in het ancien régime meerderjarig werd op 25 jaar ?
    ... wie onder de 25 was getrouwd ook als meerderjarig werd beschouwd ?
    ... een minderjarige toen onbejaarde werd genoemd ?
    ... bij overlijden van één der ouders ter bescherming van de wezen voorlopige
        voogden werden aangesteld die
    deelvoogden werden genoemd ?
    ... er gewoonlijk een voogd langs vaderszijde en een voogd langs moederszijde werd
        aangesteld, respectievelijk
    paternele of maternele voogd genoemd ?
    ... de deelvoogden nadien vervangen werden door de
    staande voogden ?
    ...
    momboir of momboor een andere naam voor voogd is ?
    ... de schepenen van de heerlijkheid de
    oppervoogden waren ?
    ... iemand die land bebouwde buiten zijn dorp een
    afdrijver was ?
    ... de inventaris van deze personen
    afdreft of afdrijf werd genoemd ?
    ...
    Bamis valt op 1 oktober, het feest van Sint-Bavo, dag waarop pachten, cijnzen, enz ...
        werden betaald ?
    ... het feest van Driekoningen ook
    Derthiendag werd genoemd omdat het 13 dagen
        na kerstmis valt ?
    ... een
    cijns een jaarlijkse rente in geld of natura is als permanente tegenprestatie voor
        afgestane grond of een verleende gunst ?
    ... cijnsplichtigen vermeld in een cijnsboek soms een opeenvolging van generaties
        zijn en derhalve een goudmijn zijn voor de familiekundige ?
    ... Catharina de Neve fa Jan geh. in 1447 met Jan van Steelandt - hoogschepen van
        het Land van Waas - op 08.01.1531 stierf in de leeftijd van 101 jaar ?
    ...
    Petrus Onghena fs Laurentius nà 79 jaar getrouwd te zijn met Catharina Vermeiren  
        te Lokeren stierf op 13.06.1726 bijna 113 jaar oud ?
    ...
    Amalberga Vermiere wed. Maarten Beaval te Eksaarde stierf op 09.05.1756, oud
        108 j. 6 m. en 21 d. ?
    ...
    Thomas Maes fs Vincent en Elisabeth Breys, weduwnaar van Anna Margriet 
        Maernef, te Temse stierf op 01.02.1760, zijnde 101 j. 8 m. 18 d. ?
    ...
    Jacobus Weyns weduwnaar van Anna Catharina Claessens, te Temse stierf op
        14.10.1773, oud 102 jaar en 4 maanden ?


    Bronnen: Vlaamse Stam, jrg. 40 p. 410, 412, 422, 423 en 426; jrg. 43 nr. 4; Prof. J. Monballyu op Internet “Heksen verbrand in het Graafschap Vlaanderen; J. Smet, op.cit.

    04-04-2009 om 00:00 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (14 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    22-02-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het gezin VAN ACKER - BRIJS uit Haasdonk

    Foto van het echtpaar Van Acker - Brijs omringd door kinderen en schoonkinderen. Genomen ter gelegenheid van de viering van hun diamanten bruiloft te Haasdonk in 1967. In ‘t midden de jubilarissen. M’n grootouders Petrus Frans Van Acker (1879 - 1968) en Maria Rosalie Brijs (1884 - 1969). Vooraan links Helena Van Acker (1904 - 1989) en rechts Marie Van Acker (1905 - 1977). Achter de feestelingen Madeleine Van Acker (1918-1998) en haar man August Vergauwen (? - ?). Achteraan v.l.n.r. Elza Van Acker (1913 - 1997), Armand Bellon (1901 - 1974) getrouwd met Marie, Celina Van Acker (1914 - 2004) en haar man Richard Bogaert (1914 - 1995), René Glassée (1902 - 1997) man van Helena, Albert Van Acker (1922 - 1991), Raymond Van Acker (geb. 1927) met zijn vrouw Adrienne De Coninck en daarnevens Suzanne Geerinckx, echtgenote van Albert. Het gezin van m’n grootouders - die ik met “Peter” en “Petteke” aansprak - telde oorspronkelijk elf kinderen. Twee zonen en twee dochters stierven vroegtijdig, met name Aloysius Van Acker (1907 - ?), Joseph Aloysius Van Acker (1908 - 1943), Rachel Maria Van Acker (1910 - 1911) en Marie Emérance Van Acker (1911 - 1911). Andere wetenswaardigheden vermeld in het trouwboekje uitgereikt te Haasdonk op 6 februari 1907: Elza werd officieel ingeschreven als Emerantia en Albert als Albert Louis Aloïs. Raymond als Raymondus Alphonsus, terwijl Madeleine eigenlijk Elisa Madeleine heette. En zoek geen René Glassée in het geboorteregister van Borgerhout, want hij staat er geboekstaafd als Henri Glassée.

    22-02-2009 om 23:23 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (23 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    07-02-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Burcht vroeger
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    In 1187 sprak men van Burchta, later meestal van Burcht. Afwijkingen zijn : Borechte (1299) en Borchte (1391). Aanvankelijk dacht men dat de oorsprong van de naam was afgeleid van “burcht “ (een versterking of kasteel), van “berg” of “bergen” of van byrgia, het Latijn voor sluiten, vgl. slot i.p.v. burcht. Nu denkt men aan het Germaanse Burgipja, wat berk betekent, en vermoedelijk verwijst naar de vegetatie die op de droge zandgrond groeide (1).

    Onder de oude plaatsnamen in 1566: de Ameye, de Borchwal, Boschkoutere, Burgherweer, Bystier, Costerman, Evelmoetspolder, Eeckhouijt, Gaewech, Hofcoutere, Hobeecxbroeck,Hobochbroeck, Kerckcoutere, Kerckenbosch, Langhe en Corte Molendyck , Nederbroeck, Papaerts, Pleytenere, Cleen Pleytenere, den Schelt, het Schaghe en Vlietcoutere. In 1650 nog vermeld: een Wolfberch en een Broeckhoek. In 1670 tenslotte een Burchtcoutere, Rietput, Vlackemeersch. Later als wijken en gehuchten: het Dorp, Kerkendam, Krabbenhoek, Kraaienhof, Reinaartshoek, Slijkhoek, Huis ter Lucht, Sleutelhof, Steengelagen en Klein Fort.

    Wellicht hing Burcht oorspronkelijk af van Melsele. Mogelijk stond er een klooster dat afhing van de Sint-Fredegandusabdij in Deurne en dat einde 9de eeuw. werd verwoest. Samen met Zwijndrecht zou Burcht gekerstend zijn door Sint-Elooi. Al in de 12de eeuw stond er een burcht langs de Schelde. Later wordt dit een kasteel, het Kraaienhof, dat in 1564 door de hertog van Parma wordt versterkt met muren met torens tot voor Antwerpen.

    Burcht dat slechts 444 ha groot is was eertijds weinig bevolkt. Einde 15de eeuw telt men 200 communicanten en een 50-tal hofsteden. Later stijgt het aantal zielen gestadig: 570 in 1774 en 657 in 1801. In 1792 stonden er slechts 5 huizen van aan de kaai tot aan de kerk langs de zijde van de pastorij. Vanaf het begin der 19de eeuw groeit de bevolking snel aan. Van 865 inwoners in 1824 tot 2085 in 1877. Vroeger vertoonde Burcht een landelijk uitzicht. De Burchtenaars leefden van wat het land opbracht. Pachtgoederen waren o.m.: het Neerhof van het kasteel, het goed Scagers, het Sleutelhof en het Huis ter Lucht. Naast 286 bunders bouwland, lagen er 27 bunders weiland en slechts 4 bunders bos. Tussen 1700 en 1850 teelden de boeren vooral rogge, haver, boekweit, aardappelen en wat lijnzaad. Op stal stonden ongeveer 50 paarden, 280 stuks hoornvee, 150 schapen en 70 varkens. Een telling van 1846 maakt gewag van 134 landbouwbedrijven, waaronder slechts 3 boerderijen met een areaal van 20 tot 25 ha. Naast tarwe, rogge, gerst, haver en boekweit, worden de akkers nu ook ingezaaid met bonen, koolzaad, vlas, klaver. Ook worden er aardappelen gepoot. De veestapel telt 45 paarden en veulens, 263 stuks hoornvee, 17 kalveren, 120 woldieren, 110 varkens en 28 geiten. Het dagloon (exclusief voeding) van een man bedraagt 1,18 fr. Dat van een vrouw 0,72 fr.

    Naast boeren waren er uiteraard ook ambachtslui. Zo waren er in 1704 al 6 schippers, 2 scheepsmakers, 3 winkeliers, 2 bloempelders en 3 graanhandelaars. In 1785 noteert men 7 vaartuigen ... die de dienst van de kaai deden waarvan er 4 aan de dorpsheer toebehoorden, 1 aan Joost van Goethem en 1 aan David Blyweert. Deze schepen noemde men de zeven vrije veiren buyten dewelke niemant in de kaeie eenige goederen, effecten, graenen etc mocht komen doen eenige laedinge of lossingen ...Tussen de schippers van Antwerpen en Burcht was regelmatig heisa. In 1458 kwamen stad en dorp overeen dat hun schippers i.v.m. het goederenverkeer dezelfde rechten zouden hebben. In 1672 vroeg men voor het oversteken der Schelde 1 oordje per persoon, 1 stuiver voor een paard of koe, een halve stuiver voor een kalf of varken en een negenmanneken voor een schaap of lam. In 1452 staken Gentenaars of Bourgondiërs het Vlaamsche veirhuis in brand.

    Rond 1825 zijn er in Burcht al verschillende bierbrouwerijen en oliemolens, ook een koornwindmolen, een zoutziederij en een scheepstimmerwerf. Maar een halve eeuw later in 1876 vertoont Burcht een minder agrarisch karakter. Samen met de bevolking groeien ook nering en industrie. Nog maar 1 bierbrouwerij en de voormelde korenwindmolen, doch daarnaast 2 scheepstimmerwerven, een fabriek van scheikunde voortbrengselen, een stapelplaats van steenolie en naphte, een fabriek van Peruviaanse guano, een droogdok alwaer de zeeschepen hersteld worden en 3 steenbakkerijen. De steengelagen dagtekenen van 1855.

    Er waren twee kermissen. De Grote Kermis viel op Zondag nà 4 juli, de Kleine Kermis op de feestdag van de H. Wivina (17 december?). De Maandag na de 1ste Zondag van mei hielden de Burchtenaars hun jaarmarkt. Het jaar door floreerde de handel in granen, zaden, steenkolen en witte bieren. Dat er graag werd gedronken bewijst het aantal café‘s. Vond de dorstige er in 1704 maar 5 herbergen dan had hij in 1740 meer keus. Toen droegen de 9 herbergen namen als den Inghel, ‘t Vosken, ‘t Meuleken, St. Pieter, de Sterre, ‘t Hoefijzer, St. Merten, de Drij Coninghen en den Ancker. In 1779 had één van de herbergen als uithangbord “Hier tapt men goet allerleyen bier“. De bewoner en tavernier was Philip de Borggraef, die in de gelagzaal ook “vioolspel hield“. Wat niet naar de zin van pastoor en schepenen was. Het kwam tot een proces dat resulteerde in de sluiting van de herberg en 10 gulden boete. Het vonnis werd o.m. als volgt gemotiveerd: ... dat het absolutelijk een inconvenient was te permitteren eene herberge, alias geneverkot, gelijk Philip de Borggraef faitelijk bestaet te houden, dewyl dat in diergelycke herberghe de jonckheyt wordt aengelockt door het spel op de viole ...

    Burcht was één der zes apanagedorpen van het Land van Waas. Alexander de Vilain van Gent verwierf de heerlijkheid in 1262. Doch rond 1280 gaf graaf Gwijde van Dampierre Burcht en Zwijndrecht als heerlijkheid aan Nikolaas van Kets. Vandaar dat Burcht en Zwijndrecht historisch nauw met mekaar verbonden zijn. Wolfaart van Kets fs. Nikolaas zal in 1404 hoofdschepen van het Land van Waas worden. Als heren van Zwijndrecht en Burcht kennen we verder nog: Jan en Godevaart Vilain, Jan van Montmorency en Cornelis de Bergues, die in 1553 de heerlijkheid kocht voor 52.473 pond Tournois. Ridder Jacomo-Antonio Carena betaalde er in 1665 al 161.500 gulden voor. Na zijn overlijden wordt de heerlijkheid gesplitst: Ignaas Carenna krijgt Burcht en Jan Carenna Zwijndrecht. Nog later komt Burcht in handen van de familie de Neuf. De heer van Zwijndrecht en Burcht moest de graaf in de oorlog met 3 paarden volgen. Het heerlijk kasteel van Burcht, in 1583 door Spanjaarden ingenomen, deed vanaf 1590 dienst als gevangenis. In 1638 verkocht aan de Jezuieten, wordt het in 1674 herbouwd. Het was toen omringd met water.

    De vierschaar hield in Burcht om de twee weken zitting. In Burcht lagen twee vermeldenswaardige lenen, met name het Sleutelhof en het Huis ter Lucht. Enkele namen van baljuws van Burcht-Zwijndrecht: Bavel Rauwel (1446), Christiaan Hauweel (1583), Lodewijk Thierins (1583), Lucas van Steelant (1586), Jan van Steelant (1597), Thomas de Brabandere (1645), Gillis Zeghers (1690), Pieter Varendonck (176?), Jan-Baptist Tassyns (1785) en Hendrik Varendonck (1789). Meiers van Burcht waren onder meer Adriaan de Grave (1617) en Pieter Varendonck (1726). Als burgemeesters van Burcht citeren we Jozef van de Vijver (1553), Pieter de Bot (1617), Joost van den Bossche (1656), F. Verstraeten (1677), Jan-Antoon Schelfhout (1794), Jacob-El. de Grave (1801), Philip-Jan van Goethem (1802) en Jozef-Maria-Alexander Annez (1823).

    Gelegen nabij Antwerpen deelde Burcht geregeld in het oorlogsgeweld. Het begon al in 1315 toen Willem van Avesnes, graaf van Holland, de Franse koning hielp in diens oorlog tegen Vlaanderen. Met een grote scheepsmacht voer hij de Schelde op en plunderde o.m. Burcht, Zwijndrecht en Kieldrecht. In 1452 wordt het dorp van Burcht vernietigd door Hendrik, heer van Borsele en Vere, zijnde één der bevelhebbers van de hertog van Bourgondië. Tijdens de godsdienstberoerten in 1572 vielen soldaten de huizen binnen om te roven en plunderen. Vier jaar later is het weer zo ver. Spanjaarden onder Mondragon staken in Burcht de meeste huizen des dorps in brand. De geuzen lieten ook van zich horen. Ze gebruikten de deels afgebrande kerk als een soort kazerne. Goede Vrijdag 1578 worden de klokken naar Gent afgevoerd. Vijf jaar later opnieuw brandstichting door de geuzen. In 1694-95 en 1703 kunnen de Burchtenaars opdraaien voor kosten van inkwartiering van vreemde troepen en voor door hen veroorzaakte schade. Onder de Fransen weigerde Jan van de Vyvere, municipael agent, de eed van haat aen het koningdom te zweren. Uiteraard werden toen ook de klokken uit de toren gehaald. Een eerste kapel of kerk zou ca 650 gesticht zijn door Sint-Elooi. Eind 15de begin 16de eeuw wordt de bestaande kerk vooral herbouwd op kosten van Jan Vilain en zijn zoon Christoffel Vilain. Vernield in 1576 beginnen in 1627 de eerste herstellingswerken, later voortgezet in 1695, 1721 en 1826. Na de geuzentijd had de kerk 4 altaren, een 6-tal schilderijen en 7 houten beelden, voorstellend Sint-Maarten, Sint-Ambrosius, H. Wivina, Sint-Elooi, Sint-Jozef, Sint-Sebastiaan en Sint-Jan-Nepomecenus. De laatste vereerd als patroonheilige der schippers. Een kerkrekening van 1568 maakt melding van een uurwerk op den toren ingekocht door kerkmeesters Arnout Sturm en Matthys Zmedt. Tot 1826 lagen er in de kerk prachtige graftomben van de familie Vilain. Een bedewekkertje dat sinds 1607 in de toren hing werd in 1655 door drie nieuwe klokken vervangen. Reeds genoemde Christoffel Vilain schonk 10 pond groten en eenen eikenboom tot het bouwen eener kapel up tveer. Van oudsher waren er nog 2 kapellen. De ene ter ere van O.L.Vrouw in een straat leidende naar de heirbaan. De andere in het fort bediend door een kapelaan. De oudst gekende pastoors zijn Nicolaas (1236), Hendrik (1271) en Pieter Volckerick (1475).

    Al in 1629 was er een Sint-Sebastiaansgilde. In 1825 een toonkundige maatschappij en in 1864 sticht men zangvereniging de Eendracht. In de 19de eeuw telde Burcht vijf verenigingen voor doelschieting, waaronder de Zouave en Willem Tell. De laatste opgericht in 1862. Het jaar 1860 zag ook de stichting van een bond voor Steenbakkersgezellen. Tenslotte stichtten de Burchtenaars in 1872 een Vlaamsche Bond met een leesgezelschap dat over een 225 boeken beschikte.



    Bron: F. De Potter en J. Broeckaert, Op.cit.
    (1) zie www.zwijndrecht.be. Er bestaat ook een vrij recente geschiedenis van Zwijndrecht en Burcht in 3 delen van Dirk Verelst en Gerda Raeymaekers.

    07-02-2009 om 00:00 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (23 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    03-02-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Haasdonk-dorp rond 1778
     

    Dit kaartje van het dorp van Haasdonk rond 1778 is een detail van de Ferrariskaart, getekend in opdracht van Keizerin Maria-Theresia. De straat onderaan die het dorp van West naar Oost doorsnijdt is de Heirwegh, de latere Dorpstraat en nu links Willem van Doornyckstraat en rechts de Keizerstraat. De Perstraete komt onderaan in de Heirwegh uit.Links naar boven loopt de Sandstraete, de weg  naar Beveren. Het straatje dat vanuit de Sandstraete naar het Westen loopt is de Ropstraete. Rechts naar boven de Melselestraete. Rechts onder de huidige Blokmakerstraat. Is dit ook de oude naam? De “Plaetsinck”, het dorpsplein is duidelijk te herkennen, evenals de kerk. In 1778 telde het dorp maar weinig huizen.

    03-02-2009 om 00:00 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (21 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    17-01-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Soldaten van Napoleon uit Stekene
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Op internet plaatste Luc De Brant een lijst van soldaten gestorven in dienst van Napoleon en die op enkelen na geboren waren in Stekene. De lijst verscheen onder dezelfde benaming, nl. “Soldaten van Napoleon 1” in “Heemkring d’Euzie“, nr. 39 p. 91 t.m. 96, tijdschrift v.d. heemkundige kring van Stekene. Van de auteur is onder www.deuzie.be nog een lijst te vinden van weerspannige dienstplichtigen uit Kemzeke en Stekene. Hier de namen van hen die er het leven bij inschoten.

    ABAR Jan Jacobus: geb. Stekene. Fuselier 2e bat. 14e reg. Opgenomen in het hospitaal 14.09.1808. Overl. 05.11.1808, door een kogel te Pauplune bij Sedan, Spanje. BAERT Paul: geb. 26.05.1788, Stekene, zn van Phillipus & Catharina HERMAN. Lengte 1,73 m. Chasseur 4e comp. 3e bat. 12e reg. Opgenomen in het hospitaal 14.10.1808. Overl. 21.11.1808 te La Rochelle. BOON Jacobus: geb. 10.06.1788 Moerzeke, zn van Jacobus en Elisabeth de RYCK. Lengte 1,6 m. Opgenomen in het hospitaal 13.11.1807. Overl. 01.12.1807, door koorts te Rennes, Frankrijk. BOUDEWIJNS Adriaan: geb. Stekene, zn van Albert & Brigitte DESMET. Fuselier 4e comp. 2e bat. 70e reg. Opgenomen in het hospitaal met koorts 20.12.1812. Overl. 28.12.1812 te Valladolid, Spanje. (21 jaar). BRIJS Jozef: geb. Stekene, zn van Fillipus & Paula PUYLAERT. Fuselier 2e comp. 1e bat. 102e reg. Overl. 03.10.1812 te Alvereete, Spanje. Door koorts. DE DOBBELAERE Domenique: geb. Kemzeke. Fuselier 3de comp 66ste regiment. Opgenomen in het hospitaal 05.O3.1816. Overl. 18.03.1816 door koorts in Poitiers, Frankrijk. DE MEYER Jozef: geb. Kemzeke, zn van Jan Batist & Annie van DAELE. Deserteur 01.04.1806. Fuselier 6de compagnie 2de bat. 53ste infanterie regiment. Gewond op 23.09.1806. Overl. 23.12.1806 te Verona. DE PRAETERE Emmanuel: geb. 11.09.1788 Stekene. Fuselier 6de comp. 3e bat. 14e reg. Lengte 1,58 m. Opgenomen 02.10.1807 in het hospitaal. Overl. 16.11.1807 in Sedan. (19 jaar). DE RUYDT Amar: geb. Stekene, zn van Jan Batist & Barbele BAERT. Fuselier 85e reg. Overl. 05.04.1812 te Leuven. (21 jaar). DE SUTTER Jan Batist: geb. Kemzeke, zn van Jan Pieter & Anne Francisca GERAERT. Fuselier 3de comp 1ste bat 70ste regiment. Opgenomen met dysenterie in hospitaal van Vallodolid 31.10.1812 en overl. 25.11.1812 te Vallodolid (22 jaar). DE WOLF Domenique: geb. 27.12.1785 Stekene, zn van August & Anne Therese STEALARUM. Korporaal 4e comp. 1e bat. 3e reg. Opgenomen in het hospitaal 27.07.1812. Overl. 16.10.1812 te Trieste. EVERAERT Pieter Daniel: geb. Kemzeke. Opgenomen in het hospitaal van Oudenburg op 19.06.1809 door verwondingen in de slag van Raad. Overl. 06.07.1809. HULSTAERT Jozef: geb. 02.03.1788, Stekene, zn van Antoon. Lengte 1,55 m. Fuselier 7e comp. 3e bat. 4e reg. Opgenomen in het hospitaal met koorts 04.06.1810. Overl. 08.06.1810 te Puerto S.Maria, Spanje. IVENS Jan Frans: geb. Stekene, zn van Ferdinand & Petronella van REMOORTEL. Grenadier 85e reg. Soldaat sinds 15.05.1807. Overl. 23.01.1813 te Borisow, Rusland (26 jaar). LARDUWEL Pieter: geb. Stekene, zn van Pieter en Elisabeth van de VELDE. Fuselier 8ste comp. 2e bat. 95 reg. 1e corps 3e devisie. Opgenomen 05.10.1807 in het hospitaal. Overl. 19.11.1807 van magerte in Frankrijk. (29 jaar). LAUREYS Jan Frans: geb. Stekene. Fuselier 5e comp. 1e bat. 106e reg. Opgenomen in het hospitaal 03.03.1809. Overl. 09.03.1809 te Vudine wegens ziekte. LINDHOUT Pieter Frans: geb. Stekene. Fuselier 5e comp. 6e bat. 131e reg. Overl. 08.07.1813 te Veere (Nl). (22 jaar). MICHIELSEN Jan: geb. Stekene, zn van Pieter & Marie Louise STEEPUT. Grenadier 5e bat. 14e reg. Overl. 15.12.1808 te Paupline, Spanje. Gesneuveld. PELLEMAN Jan Batist: geb. Stekene. Dragonder 27ste reg. Overl. 1806 in het hospitaal van Haguenau. (23 jaar). SAMAN Docus: geb. 30.03.1788 te Stekene, zn van Jan & Petronilla van BOXELAERE. Lengte 1,73 m. Grenadier 100e reg. Opgenomen in het hospitaal 03.07.1809. Overl. 21.02.1810, door een kogel te Augsburg. SMET Antoon: geb. Stekene. Fuselier 6e bat. 131e reg. Opgenomen in het hospitaal met dysenterie 26.09.1812. Overl. 23.10.1812, te Veere (Nl). (19 jaar). TEMMERMANS Frans: geb. 02.05.1786 Stekene, zn van Jan & Catharina van CLAPDORP. Lengte 1,67 m. Fuselier 2e comp. 5e bat. 112e reg. Opgenomen in het hospitaal met koorts 02.09.1813. Overl. 27.09.1813 te Florence. van DAELE Jan Batist: geb. Stekene. Fuselier 1e comp. 31e bat. Nederlands leger. Overl. 10.10.1815 te s’Hertogenbosch (Nl). (31 jaar). van HOYE Renaat:geb. Stekene, zn van Jozef & Josepha FORSTIANE. Fuselier 1e comp. 4e bat. 106e reg. Opgenomen in het hospitaal 08.09.1811. Overl. 02.11.1811 te Bologna. Venerische ziekte. (27 jaar). van REMOORTERE Bruno: geb. Kemzeke, zn van Gilles & Cecile van HAEVER. Fuselier 1ste comp. 4de bat. 33ste regiment. Opgenomen in het hospitaal 07.12.1813. Overl. 07.01. 1814 aan dysenterie te Marienburg, Pruisen. van VOSSEL Alex: geb. Stekene. Fuselier 23e reg. V 20 augustus 1809 te Knin. (26 jaar). VERBIESEN August:geb. Kemzeke, fuselier 1ste comp. 1ste bat. 46ste reg. Opgenomen in het hospitaal van Mechelen op 13.01.1810 en overl. 14.02.1810. VERCAUTEREN Modeste: geb. Kemzeke. Fuselier 2de comp. 2e bat. 70ste regiment. Gewond 22.06.1811. Overl. 24.06.1811 in Tarragona te Tortose, Catalonië, Spanje. VERDICKT Pieter: geb. Kemzeke, zn van Josephus & Isabella VERCRUYSEN. Fuselier in het 100ste regiment. Overl. 03.03.1807 in het hospitaal van Straatsburg. (22 jaar.). VERMEIRE Jan Batist: geb. Stekene. Fuselier 8e comp. 3e bat. 13e reg. Opgenomen in het hospitaal 22.01.1807. Overl. 10.02.1807 te Coughano. Door de pest. VINCK Jacobus Franciscus: geb. Stekene, zn van Gillis en Maria de RECHTER. Deserteur 03.10.1805. Fuselier 2e comp. 1e bat. 106e reg. Opgenomen in het hospitaal 16 februari 1809. Overl. 27.02.1809 te Vudine aan waterzucht. WUYTACK Judocus: geb. Stekene. Fuselier 6e comp. 6e bat. 131e reg. Overl. 19 juli 1812 te Veere (Nl). (23 jaar).


    Foto: “Grenadier van het 3de regiment Gardegrenadiers te voet”, illustr. van de Franse kunstenaar Hippolyte Bellangé (1800-1866)
    .

    17-01-2009 om 00:00 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (20 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    24-11-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Weerbare mannen te Melsele in 1480
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Jan AERTSONE, Jan BAERT, Jan BAES Joessone, Jan BAES, Joos BAES, Jacop BASELIS, Michiel BASELISSONE, Adriaen van BAVEN, Jan van BAVEN, Jan BETTENSONE, Willem de BLARE, Jacop BLOMMAERT, Daem BOEYAERT, Michiel BOEYAERT fs Jans, Pieter BOEYE, Claeus van BOGHARDE, Joos BOGHAERT,Jan van BORBUER fs Jan, Aernout BOSSELE, Thuenijs de BOT, Jan BOYAERT fs Joos, Michiel BOYAERT Jordaenssone, Martijn BOYE, Willem BORECKAERT, Jacop vander BRUGGHEN, Pieter CAES, Adriaen CALUWAERT, Lauwer CALVAERT, Jan CLAESSONE, Thijs CLAESSONE, Zegher de CLEENE of Cleene de ZEGHER ?, Jan COLE, Jan de CONINC, Karel de CONINC (schepene), Pieter de CONINC, Jan de CONINC, Heyn de COOMAN, Aert vander COUTEREN, Gheeraerd vander COUTEREN (schepene), Gheeraert vander COUTEREN fs Boudijn, Gillis vander COUTEREN, Heyne vander COUTEREN, Jacop vander COUTEREN, Jan vander COUTEREN fs Gillis, Jan vander COUTEREN fs Jans, Jan vander COUTEREN fs Michiels, Joos vander COUTEREN, Michiel vander COUTEREN, Nychasijn vander COUTEREN, Willem vander COUTEREN fs Michiels, Pieter van CRUBEKE (schepene), Heyne DANKAERT, Pieter DANSAERT, Gills DERTE, Dieric DIERICXSONE, Symoen DIERICXSONE, Jan de DIJKERE, Cornelis DOYE, Michiel vander EEKEN, Jan vander ELST, Jan van ENDE, Jan EVERMOET, Pieter EYVAERT, Joos GAWECH, Willem GAWECH, Jan van GHEERTSEM, Pieter van GOESELAER, Symoen GOORIJS, Jan van GOYE, Daem vander HAGHEN, Jan vander HAGHEN, Lauwer vander HAGHEN, Michiel vander HAGHEN, Sanders vander HAGHEN, Gilis HANNEMAN, Jacop HANNEMAN, Jan HASAERT, Adriaen HELLEGHEER, Gillis HELLEGHEER, Jan HELLEGHEER fs Barthels, Jan HELLEGHEER, Lauwer HELLEGHEER fs Thuenijns, Michiel HELLEGHEER, Pauwels HELLEGHEER, Pieter HELLEGHEER, Thuenijs HELLEGHEER, Willem HELLEGHEER, Jan HEYNSSONE fs Mathijs, Jan HEYNSSONE, Jan van HOEWEGHE, Lauwer HOUMAN, Philips de JONCKERE, Luuc de KERF, Adriaen de KEUER, Christiaen van LARE, Jan van LARE, Ghelnijn LIJBROUC fs Jans, Jan LIJSBROUC fs Gheerts, Jan LIJBROUC fs Jacops, Adriaen LONISSONE, Jacop de MAYERE fs Jans, Jacop de MAYERE, Jan de MAYERE fs Wouters, Jan de MAYERE, Loonijs MOENSSONE, Joorijs MOENSSONE, Martijn MOENSSONE, Michiel MOENSSONE fs Michiels, Michiel MOENSSONE, Symoen MOENSSONE, Joorijs MOERDIJC, Joos van MOORTERE, Zeger de MUELNARE, Gheert de NACHT, Joos de NACHT, Pieter PERNENTIER ende sijn sone, Jan PIERSONE, Lauwer PIERSONE, Jan PIERSSONE fs Cornelis, Jan van PUDEMBROUC fs Pieters, Martijn van PUTTE, Pieter van PUTTE, Joos van QUAETHUEKE, Bernard van RAEMDONC, Jacop van RAEMDONC, Symoen van RAEMDONC, Michiel van RAEMSDONC, Jan RAYWAERT, Olivier RAYWAERT, Jan REYNOUD, Pieter REYNS, Pieter ROELOF, Claeus ROES, Jacop ROTTIER, Adriaen de ROUC (meyere),Gheeraert de RUTERE, Jacop de RUTERE fs Gheerts, Symoen SAMAN, Claus van SCAVERBEKE, Jan van SCAVERBEKE (schepene), Gillis de SCOEMAKERE (schepene), Raes SERGHEERTS, Willem SEYSONE, Thijs SEYSONE, Gillis de SMET, Jan de SMET fs Gillis, Jan de SMET fs Meeus, Jan SMET, Jan SOYSSONE, Adriaen de SPOELDERE, Thijs STAES, Sanders STOUTE, Willem SWANAERT, Olivier SYMOENS, Gillis TAYBAERT, Cornelis de TAYE, Jan de TAYE, Sent de TAYE, Willem de TAYE, Philips TRIELANT, Jan TUCLANT, Pauwels TUCLANT, Claus de TUTELARE, Jan van VELDE, Wouter van VELDE, Michiel van VERNE, Philips VEYKE (schepen), Zegher VIJD, Nyclasijn van VIVERE, Jan vanden VIVERE fs Pieters, Pieter de VLIEGHERE, Willem VOET, Jan VOLKERIC, Pieter VOLKERIC, Wouter VOOLMAN, Lauwer VRANKE, Jan van WALE, Michiel van WALE, Pieter van WALE (schepene), Joos van Werve, Gillis WEYN, Jan WEYNS, Willem de WITTE, Jacop WOLBRAND fs Jans, Jan WOLBRANT, Pieter WOLBRANT, Joos WOUTERS fs Luucx, Jan WOUTERSSONE, Pieter ZEGHERS.


    Bron en info: cfr. mijn blog dd. 05.09.2005. Voor Melsele bestaat er ook nog een lijst van weerbare mannen in 1552. Foto: Landsknecht met vrouw, ets van Daniël Hopfer (ca 1470-1536).


    24-11-2008 om 11:40 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (15 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    20-10-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wie deed wat in Haasdonk ?
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Wie voorouders zoekt in Haasdonk en wil weten hoe zij aan de kost kwamen, vindt misschien zijn voorvader in volgend lijstje. Bij de opmaak baseerde ik mij eensdeels op mijn nota’s uit Haasdonkse archivalia en anderdeels op bestaande lijsten eertijds opgesteld door Médard Caluwé en verschenen in “Vlaamse Stam” (jaar 1978, p. 487 e.v.; jaar 1979, p. 295 e.v. en 462 e.v.). Bij de in VS gepubliceerde namen zet ik een sterretje achter de familienaam. De datum tussen haakjes verwijst naar het jaar van het archiefstuk. Veel zoekgenot!

    Michiel Frans Anné * geb. ca 1713 griffier der keure en procureur van het Beverse in Haasdonk (1774) Anthoine Batens kleermaker ? (1705) Jan Baptist Bernard * geb. ca 1754 onderpastoor (1792) Francies Boel smid (1741) Gillis Boel * fs Jan, geb. ca 1720 meester-smid (1748) Jan Francies Boel * fs Gillis, geb. ca 1745 geh. Joanna van Reet, meester-smid (1785) Pauwels Bolcen ontvanger van de prochie (1594) Andries Bollaert * fs Joseph, geb. ca 1739 mulder (1769) Joseph Bollaert * geb. ca 1714 meeste molenaar (1741 en 1746) Bernard Brijs geb. ca 1750 hoedenmaker (1809)Frans Brijs kleermaker (1767) Gillis Brijs * fs Gillis, geb. ca 1693 saetsichter en arbeider (1747) Jan Anthonij Brijs winkelier (1769) Jan Francies Brijs in dienst bij Francies Boel Jan Frans Brijs stoeldraeijer (1764) Joseph Brys geb.1783 conscrit in de reserve van het jaar 12, hoedenmaker (1808) Joseph Brijs leverde winckelwaere Ludovicus Brijs * fs Pieter, baertscheirder wonende inde soo genaemde forten (1792)Niclaes Brijs bakker (1707) Adriaen Broeckaert kleermaker (1662) Hans Brouckman ontvanger van de prochie (1589/1590) Jacobus Busschaert * geh. Peeternelle Heirman, tavernier in St Sebastiaen (1785) Joseph Busschaert * fs Jan Baptist, geb. ca 1738 blockschoenmaecker (1791) Joos Buytaert metser (1724) Lucas Cappe (ca 1603 - Haasd. 1658) geh. Elisabeth Alens, brouwer en landman Anthony Claus * geb. ca 1656 stadhouder van de keure in Haasdonk (1692) .N.N. Claus leverde steen ende calck (1725)Pieter Claus geb. ca 1605 greffier der prochie van haesdoncq (1641 en 1658)Jaecques Cole over peerdewerck (landman ?) (1719) Jan Cole kleermaker (1662)Petrus Cole over peerdewerck (landman ?) (1680) Pieter Cruypelant * fs Marcus, geb. ca (1722) kleermaker (1781) Adriaen de Backere * geb. ca 1625 landman (1665)B.D. de Backere vice-pastor (1751) Merten Debbaut over peerdewerck (landman ?) ook pachter van het beste hooft (1772) Bartholomeus de Blick (ca 1691 - Haasd. 1741) geh. Maria van Landeghem, landman en vlaskoopman (1739) Francies de Block beenhouwer (1796) Pieter de Block leverde winckelwaere, ook bakker ? (1707 en 1725) Andries de Dijcker * geb. ca 1714 schaapherder (1769) Martinus de Douw in dienst bij familie de Grim (1719) Jan de Hertoghe * geb. ca 1602 brouwer en landman (1635) Franciscus Ludovicus de Laet * fs Jan, geb. ca 1735 blokschoenmaker en bakker (1768) Jan Frans de Laet * geb. ca 1720 meester bakker, blokschoenmaker, landman en gewezen kerkmeester (1791) Joseph de Laet * fs Jan, geb. ca 1725 blockschoenmaecker (1768) Pieter Joannes de Laet * fs Frans, geb. ca 1757 beenhaudere ende coopman in beesten, geh. Maria Amelberga Lissens (1791) Jan de Loos * geb. ca 1680 hovenier geh. Cornelia Livina de Cock (1739) Adriaen de Maeyer pachter van het beste hooft (1772) Andries de Maeyer temmerman (1719) Marie de Maeijer leverde winckelwaere (1725) Laureijns de Maeyer barbier (1705) Lauwereys de Maeyer klompenmaker (1707) Cleomedus Donatus de Munck *fs Frans, geb. ca 1724 schepen (1773) Francis de Munck fs Merten (Beveren 1661 - Haasd. 1731) geh. Livina de Aer a. D’Aeyers, brouwer inde drij coninghen (1731 ?) Geeraerd Alexander de Munck * brouwer en hostellier in de sterre (1771 en 1792) Pieter de Munck * geb. ca 1695 officier en schepenbode (1739) Pieter de Munck blokmaeker (1796) Gillis de Nau, brouwer (1758) Gillis de Puysselaere herbergier of brouwer (1613) Pieter Jacob de Puysseleir * fs Gillis, geb. ca 1752 geh. Amelberga van Mieghem, landman wonende in ‘t kwartier de heirbaene (1792) Adriaen de Ridder fs Joannes en Maria Wouters (Haasd. 1620 - id. 1668) brouwer en landman (1654 en1662) Carel de Rijcke * fs Gillis, geb ca 1729 landman (1771) Gillis de Rijcke * fs Joos, geb. ca 1689 landman (1766) Jaecques de Rijcke over peerdewerck (landman? ) (1719) Joos de Rop hovenier of boomkweker (1662) Frans de Schepper herbergier of brouwer (1770) Jacobus de Schepper * fs Jan, geb. ca 1685 landman en schepen (1753) Cornelis de Swerte * geb. ca 1649 gezworen meester chirurgijn wonende te Beveren bij Gillis de Teye (1692) Jan de Swerte “de jonghe” cherurgijn (1662) Jan de Swerte meester chirurgijn? (1772) Anna de Waele dienstmaerte in 1715 bij Cornelis de Grim (1716) Jan de Wilde * geh. Joanna Staes (geb. ca 1715) winkelierster en verkoopster van bier en brandewijn (1770)Jan de Winter geb. ca 1662 mulder te Haasdonk (in melendino). In 1689-1691 pachter van de Pismeulen te Bazel (1698) Pieter Josephus de Witte * fs Jacob, geb.ca 1761, nachtwaker ofte hanneken uijt (1795) Andries d’Haens geb. ca 1649 graankoopan en (mulder?) (1692 en 1725) Dominicus d’Haens mulder (1796) Jan Baptist d‘Haens * fs Judocus, geb. ca 1749 mulder wonende bij vader (1769) Joos d‘Haens geb. ca 1662 molenaar pachter van den wint ende rosmeulen van den hertog van Arrenberch ende van Aerschot (1707, 1709 en 1720) Judocus d‘Haens * fs Andries, geb. ca 1722 mulder (1767) Carolus Josephus d’Hondt * geb. ca 1725 meier en stadhouder van Haasdonk (1769) Joos d’Hooghe molenaar (1719) Judocus d’Hutser * geb. ca 1695 winkelier en landbouwer (1766) Jan Baptiste Dierickx doctor (1758) Emanuel Josephus d’0ignies * geb. ca 1739 licentiaet in de medicijnen (1764, 1767 en 1769) Jan Duerinck * fs Pieter, geb. ca 1679 woonde inden keyser en geh. Barbara Vercruyssen, geb. ca 1689 weirdinne inden keyser (1723) Jan Dullaerdt geb. ca 1586 griffier te Haasdonk en sgravemanne van hove van Waes (1653) Nicolaes Dupont *geb. ca 1670 meester organist (1698) Pieter Duymelinck bakker (1796) Josephus Egghe, winkelier: leverde o.m. coussens, socken ende lynwaet (1787 en 1796) Michiel Egge ontvanger van Haasdonk (1707) Jacobus Engels fs Joos: bakker, weduwnaar van Anna Maria van der Roost (1729) Joos Engels fs Joos, bakker (1700) Antoni Fieer * fs Gerard, geb. ca 1750 lijnwaadwever en koopman (1795) Franchois Franssens * geb. ca 1688 schepenbode en knecht van de meier (1732 en 1766) Jan Franssens baardscheerder (1725) Lucas Franssens * geb. ca 1622 landman (1656) Adriaen Geeraerts wagenmaker (1741) Jacobus Geldtmeyer * geb. ca 1734 muldersknecht (bij Joseph Bollaert?) (1767) Jacobus Frans Gijs * geb. ca 1747,meester timmermansknecht (1770) Sebastiaen Giodt,schepen der prochie van haesdoncq (1641) Pieter Hemeleyr * fs Michiel, geb. ca 1723 meester wever (1767 en 1769) Pieter Jan Hens * geb. ca 1725 meester blockmaecker (...) ende houdende cruijnierswinckel (1788) Frans Heyman * geb. ca 1701 brouwer, hostelier en landsman (1750) Joseph Heyman * fs Frans, geb. ca 1741 koopman en meester blokmaker (1780) Daniel Heyndricx * geb. ca 1590 stadhouder en meier (1654) Michiel Hoornicx * geb. ca 1599 officier en assistent van stadhouder en meier (1659) D’hoirs Adriaen Hillegeer over peerdewerck (landman ?) (1719) Guiliam Huyberecht * fs Guiliam, geb. ca 1694 meester metser (1721) Guilliam Huybrechts klompenmaker (1707) Guilliam Lambrecht * geb. ca 1726 meester gelaesemaecker en vlaskoopman (1758) Guilliaem Lemmens koster (1662) Jan Lemmens koster (ca 1707) De weduwe Vincent Lems winkelierster (1719) Gillis Lijssens * geb. ca 1660 geh. Elisabeth van Hoyweghen, weert in het cruijs (1690) Jan Lyssens ontvanger van de Keure deser prochie (1772) Joannes Laurentius Lijssens schoolmeester (1796) Pieter Lijssens timmerman (voor het maecken van de doodtkieste) Huybrecht Lombaert * geb. ca 1595, landman en brouwer (1655) Lambertus Loyaerts geb. ca 1651 pastoor (1692 en1707) Jan Maes stroosnydere (1600) Jan Maes geb. ca 1616 geh. Amelberghe de Burchgraeve, brouwer, tavernier en landman (1644 en 1659) Jan Frans Martijn * fs Frans, geb. ca 1738 koster (1792) Anna Meert * fa Jan, geb. ca 1668 geh. Adriaen Duymelinck, wonende te Haasdonk maar dienstmaerte te Beveren (1699) Jacobus Melis * geb. ca 1693 landman (1768) Judocus Melis * fs Jan Baptist, geb. ca 1743 winkelier en hovenier geh. Cornelia Polfliet (1795) Philippus Jacobus Melis * fs Jacobus, brouwersknecht (bij Pieter de Munck ?) (1768) Ingelbert Michiels leverde winckelwaere (1662) Anna Nots, voor afleggen overledene (1751) Jan Noyrouw leverde winckelwaere (1662) Joos Noyrauw leverde mout (1696) Ambrosius Anthonius Josephus N(e)ijts geb. ca 1747 licentiaat in de medicijnen (1772 en1796) Pieter Noorts * geb. ca 1713 landman en burgemeester (1773) Pieter Judocus Noorts * fs Pieter, geb. ca 1764 landmeter en blompelder (1791) Daniel Peerens * geb. ca 1689 stoeldraaier (1721) Joseph Peirsman * griffier (1770) Joos Perssemiers * weert inde swaene (1701) Ludovicus Emanuel Poppe * geb. ca 1749 meester chirurgijn (1780) de weduwe van Frans. Ferdinandus Reynaerts postmeester te Sint-Niklaas (1770) Jacobus Reynaerts * fs Nicolaes, geb. ca 1667 meier van Haasdonk en procureur van de halle van Beveren (1691) Bruno Ridders * fs Frans, geb. ca 1718 meester blokschoenmaker (1768) Frans Ridders * fs Frans, geb. ca 1731 meester blokschoenmaker (1768) Joanna Ronsmans * geb. ca 1712 geeede vroedevrouwe (1767) Bartholomeus Rooman leverde meel (molenaar of molenaarsknecht ?) (1772) Joannes Jacobus Schoofs * geb. ca 1760 wagenmaker (1792) Jan Baptist Servaes * fs Jan, geb. ca 1704 meester kleermaker (1743 en 1746) Pieter Servaes kleermaker (1728) Jan Smet in het vossecot herbergier of brouwer (1696) Jacobus Snouck over peerdewerck (landman) (1680) Petrus Jan Spiessens * fs Cornelis, geb. ca 1729 hostelier in de Drij Coningen (1767) Frans Staes * fs Adriaen, geb. ca 1690 landman (1747) Joanna Staes * geb. ca 1713 herbergierster inde boere laeffenisse en geh. Jan Baptist de Wilde (1787) Thomaes Staes * fs Judocus, geb. ca 1729 meester kuipersbaas (1788) Weduwe Jacobus Stuer leverde winckelwaere (1725) Albertus Suy * fs Michiels, geb. ca 1631 smid (1658) Baudewijn Suy, leverde doodskisten (timmerman ?) (1662) Jan Suy, idem (timmerman ?) (1662) Jaecques Suye * geb. ca 1628 chirugin (1656) J.B. Temmerman herbergier of brouwer (1751) Anna Thijs ontvangt bodeloon van familie de Grimme (1719) Judocus Tuttens * geb. ca 1733 schoenmaker (1789) Pieter Vaerewijck leverde brood en winkelwaren (1707) Joos van Bercmoes chirurgijn ? (1605) Thomas van Ceulen fs Pieter (1685 - 1759) winkelier en imker, geh. met Elisabeth Varenberch (1751) Jan van Cleemputte * geb. ca 1628 landman en ontvanger (1654) Carel vanden Berghe schalidecker (1653) Franchois vanden Berghe leverde schalien (1660) Frans van den Hest apotheker, dokter of chirurgijn (leverde droguen) (1758) Jan vande Perre * geb. ca 1610 burgemeester en schepen (1658) Jan vande Perre ontvanger van de Keure deser prochie (1772) Pieter van der Borght kleermaker (1719) Jan Baptiste van der Guchte schoolmeester ? (1741) Jan Baptist vander Meulen * fs Martinus, geb. ca 1745 soldaet (...) provoost (...) van dese prochie van haesdonck (1785) Michiel vande Vijver * fs Matthijs, geb. ca 1702 wever (1747) Judocus van Dycke ontvanger van de Keure van haesdoncq (1707)Pieter van Dijcke herbergier of brouwer, misschien dezelfde als Pieter van Eijcke (1719) Pieter van Eijcke fs Jan, geb. ca 1628 tavernier en wijnverkoper (1690) zijn weduwe (1717) Pieter van Eijcke herbergier of brouwer (1725) Gillis van Geertsom over peirdewerck (landman ?) (1729) Theodoor van Geersom over peirdenwerck (landman) (1725) Jacobs van Giots ontvanger van de prochie (1597) Philippus van Goethem te Beveren leverde turf (1787) Joseph van Goeye * fs Jan, geb. ca 1728 vlaskoopman (1761) Pieter van Goeye * fs Jan, geb. ca 1706 griffier van de burggravije in Haasdonk (1761) Jan van Goye ontvanger van de prochie (1600 en 1605) Adriaen van Havenberghen tavernier of brouwer (1604) Gillis van Haveren * geb. ca 1748 schoenmaker (1789) Hendrick van Herwegen * geb. ca 1710 blokmaker en geh. Joanna Staes naaister en wasvrouw (1750) Jacob van Hulle meester chirurgijn ? (1599) Maria Catharina van Landeghem * geb. ca 1729 wed. van Pieter Noorts hebbende eenen blompelmeulen werckende met een peirt (1792) Pieter van Landeghem * fs Anthony, geb. ca 1674 landman (1747) Joannes van Lare cleermaeker (1796) Jan van Leuvenhaghe meester chierurisijne te Beveren geb. ca 1684 en geh. met Maria Theresia Cant (1720) (1742) Elisabeth van Mieghem in dienst bij Cornelis van Doorhof (1772) Pieter van Oste * geb. ca 1607 landman (1658) Jan van Raemdonck * herbergier in het bourgons Cruijs (1772) Jan van Roije kleermaker (1707) Anna van Roijen dienstmaerte bij familie de Grim (1719) Jozef van Royen * fs Jan, geb. ca 1754 landman geh. Amelberga Beerthaerdt (1792) Frans van Strijdonck leverancier van steen (1787) Jacobus van Tenten * fs Gillis, geb. ca 1690 timmerman (1721) Joannes van Tenten leire schoenmaeker (1796) Jan van Vivre weert (1584 en 1586) Geeraert van Wassenbergh meester chierursijn (1735) Jan Varenwyck wagenmaker (172O) Judocus Verberckmoes schepenen deser prochie (1750) Judocus Verberckmoes kleermaker, verkocht ook snuif (1751, 1754 en 1758) Guill. Vercauteren ontvanger van de prochie (1772) Jan Vercruijssen temmerman ende stroydecker (1724) Joseph Vercruyssen * fs Joseph, geb. ca 1748 fabrique wever (1769) Jan Verhelst, ontvanger van de prochie (1590/1591) Anthonius Verelst ontvanger van de prochie (1598 en 1602) Lucas Verelst ontvanger van de prochie (1598, 1599 en 1600) Jan Vergauwen weert in den vijfhouck (1596) De wed. van Jan Vergauwen, over peerdewerck (landman ?) (1772) Adriaen Verlee schoenmaker (1662) Pieternelle Verstappen dienstmaerte bij Cornelis de Grim (1716) Adriaen Verstraeten waegenmacker (1705 en 1716) Joseph Verstraeten timmerman ? (voor ’t maken van dootkiste) (1751) Jacob Vijlain ontvanger van de prochie (1592) Gillis Volckerick * fs Gillis, geb. ca 1696 landman (1777) Alouysius Wauman greffier van haesdonck (1724) Peeter Weemaes smet (1705) Jacobus Weemaes smit (1716,1719 en1770) Jan Francies Weyn (geb. ca 1714) winkelier en vlaskoper, geh. met Joanna Catharina van Ceulen (1751 en 1753)

    20-10-2008 om 16:41 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (24 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-09-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE BURGGRAVE in Haasdonk, Nieuwkerken en Temse

    Mijn kwartier nr. 25 luistert naar de naam Joanna Catharina De Borggrave. Zij werd geboren te Haasdonk in het gehucht “de Bank”, als telg uit een geslacht dat doorgaans als herbergier aan de kost kwam.
    (de) BORCHGRAVE, (de) BURCHGRAVE. Middelnederlands: borchgraveburchgrave: burggraaf. Bijnaam en beroepsnaam. Vroeger in de betekenis van hoofd van de burchtwacht of de ribauden. Onwaarschijnlijk de edelman: de burggraaf (1). I.p.v. vanuit kwartier 25 op te klimmen naar nr. 3200 ga ik omgekeerd te werk met als resultaat een stamreeks de BURGGRAVE.


    3200 en 3201. de BURCHGRAVE Pieter fs Jans. Overl. voor 1624 ? Gehuwd met sMAREN Catharina.Overl. nà 1637 ? Blijkens volgende vermeldingen in schepenakten was Pieter herbergier te Haasdonk.
    - Haasdonk 14.02.1610 : ten huyse van pieter de Burchgrave fs Jans als weert binnen p(roc)hye van
    haesdonck (Hdk. reg. 645);
    - Temse 24.12.1609: xiiijen decemb. 1609 zyn v(er)gaedert gheweest ten huyse pr. de Bureggrave weert binnen der prochie van haesdonck (2);
    - Haasdonk 09.03.1609: pieter de burchgrave c/ guilliaem van perre heest 6 £ 2 s. 4 gr. … van leveringhe van maute … ; Haasdonk 09.05.1609: pieter de burgrave c/ Anthoins van stappen heest 4 £ 10 s. 11 gr. gereckents gelts conforme vrs bouck hanteeck. stande op shrs bouck … ; Haasdonk 04.07.1609: pieter de burcgrave c/ margriette vercauteren heest ontlastinghe van 6 g. 4 d. tsiaers aenden heere van bussele onderen den dooren te beveren ; Haasdonk 20.02.1610: pr. de burgrave c/ margriette vercauteren heest dat de ver sal ontlaesten … huys ende hof van helft van eenne Rente van 8 s.gr. tsiaers die jan de vrie brouwer ter gauwen daer ontheffende is geweest ende de selve Rente nu gecocht by philips meese … (3).
    Hun kinderen geboren te Nieuwkerken:

    1. Anna, geb. 18.02.1601.
    2. Catharina, geb. 25.11.1607.
    3. Pauwels, geb. 01.01.1613 en overl. Haasdonk 09.03.1688. Huwde Sint-Niklaas 13.02.1638 (tt: Martinus Rottier en Joannes Maes) Amelberge MAES (Sint-Niklaas 22.02.1606 - Haasdonk 03.10.1683) fa Jan en Margriete Speelman (nrs. 1600 en 1601).
    4. Cathalyne, geb. 11.07.1615.
    5. Janneken, geb. 01.09.1618. Dezelfde als Janneken Burghgrave gehuwd te Nieuwkerken 18.02.1642 met Michiel VAEL en overl. voor 19.11.1667 te Nieuwkerken (Staat van Goed)? Waarvan een zoon Joannes Vael, geb. Hdk. 12.02.1643 en 15de ged. (ss: Joannes Maes en Catelijn Vaes (Vael?)).

    Hertrouwde Catharina sMAEYERS te Nieuwkerken op 14.11.1623 met Merten ROTTHIER (tt: Jacob Rotthier en Michiel Vercauteren)?


    1600 en 1601. de BURGRAVE Pauwels fs Pieter en Catharina sMAREN, geb. Nieuwkerken 01.01.1613 en overl. Haasdonk 09.03.1688. Gehuwd te Sint-Niklaas 13.02.1638 met MAES Amelberge fa Jan en Margriete SPEELMAN (in de hoofdcijns Sint-Baafs, Temse 16), geb. Sint-Niklaas 22.02.1606, overl. Haasdonk 03 of 30.10.1683. Pauwels was denkelijk herbergier: 14.05.1646 … soo zyn vergad(er)t geweest ten huyse van pauwels de Burghgrave binnen de prochie van haesdonc een(en) melsen (ver)str(aeten) ter eenen syde, ende een(en) Gillis van goethem ter and(ere) zyde … (4).
    Hij was eigenaar van een hofstede nr. 1218, 94 roeden groot, te Haasdonk in het wijcxken achter de bancke. Verder zeker nog 5 stukken land in de gavers ende brandtwyck en een dito stuk in het wijcxken aen het vossekot. In 1670 raamt men zijn onroerend goed op 8 gemeten 65 roeden. In 1684 komen de hofstede en 3 stukken land (nrs. 1022, 1023 en 1200) in handen van zijn zoon Pieter, die in 1686 ook het perceel nr. 1216 verwerft (5).
    Hun kinderen, allen vermeld in de hoofdcijns:

    1. Katelijne, ged. Nieuwkerken 03.03.1638 (ss: Pieter Staes en Cathalyne de Maere). Overl. Haasdonk 09.04.1706 en 11de begraven. Huwde te Haasdonk 16.10.1663 (tt: Petrus Braem en Martinus Braem) Adriaen BRAEM, geb. Tielrode 10.11.1632 en overl. Haasdonk 16.08.1707. Hun kinderen geb. te Haasdonk:
       1. Josijne Braem, geb. 08.02.1665.
       2. Amelberga Braem, geb. 17.09.1667.
       3. Pieter Braem, geb. 14.03.1670.
       4. Gillis Braem, geb. 07.02.1673.
       5. Maria Braem, geb. 02.05.1674.
       6. Egidius Braem, geb. 22.05.1677.

    2. Pieter, geb. Haasdonk 15.12.1641 en 16de ged. (ss: Joannes (?) Maes en Catharina Burgrave). Overl. Haasdonk 13.08.1728. Huwde:
    1° Haasdonk 03.12.1667 (tt: Paulus Borghgraef en Andreas Braem) Amelberga van GENACHTEN fa Jan en Elisabeth Giot (Haasdonk 28.02.1645 - Haasdonk 23.03.1696) (nrs. 800 en 801);
    2° Haasdonk 30.10.1696 (tt: Michael van Geetsom en Franciscus de Burggraef) Eleonora GOEDERICX,geb. ca 1660 en overl. Temse 18.09.1739.
    3. Maria, geb. Haasdonk 04.04.1644 en 6de ged. (ss: Paeschier Tilens en Catharina Bolsens). Huwde Haasdonk 12.09.1679 (tt: Joannes Norrauw, Joannes van Kemseke, Amelberga van Genachte en Egidius Blommart) Andries BLOMMAERT, waarvan Jan en Joanna Catharina Blommaert. Ook een huwelijk met Jan NAUTS, waarvan Pauwel Nauts.
    4. Jan, geb. en ged. Haasdonk 03.04.1647 (ss: Servatius van Roye en Marchareta Speelmans). Overl. Haasdonk 13.12.1652.
    5. Amelberge, geb. en ged. Haasdonk 07.12.1648 of 1649 (ss: Michael Varendonck en Amelberga Burggraef). Als Amelberga Beurghtgrave meter in 1673 bij geboorte van Adriaen de Burghrave? Waarschijnlijk ongehuwd gebleven.


    800 en 801. de BURGHGRAVE Pieter fs Pauwels en Amelberga MAES, geb. Haasdonk 15.12.1641 en overl. Haasdonk 13.08.1728. Huwde: 1° Haasdonk 03.12.1667 van GENACHTEN Amelberga (Haasdonk 28.02.1645 - Haasdonk 23.03.1696) fa Jan en Lijsbet Giot (in de hoofdcijns Melsele, Sint-Baafs-Gent, Appendix 7) 2° Haasdonk 30.10.1696 GOEDERIX Eleonor, geb. ca 1660 en overl. Temse 18.09.1739.
    In 1670 komt het onroerend goed gelegen te Haasdonk in het wijcxken achter de bancke van zijn schoonvader Jan van Genachten op zijn naam. In totaal 4 gemeten 4 roeden, waaronder de hofstede nr. 1219, groot 433 roeden. In 1679 bezit hij in totaal 10 gemeten 208 roeden. In 1681 al 12 gemeten 50 roeden. In 1684 aangegroeid met goed komend van zijn vader bezit hij 16 gemeten 100 roeden, waaronder de hofsteden nr. 1218, 94 roeden (van zijn vader) en voormeld nr. 1219 (5).
    Blijkens de staat van goede van 1696 (6) waren Pieter en Amelberga tijdens hun huwelijk eigenaar geworden van een behuysde hofstede gelegen achter de bancke groot ontrent de ses gemeten, (…) die gepresen is jnt g’heel op 200£.s.gr.; belast met een rente van 800 gulden aenden Eerw: witte susters tot andtwerpen. In de schuur lag taruwe, havere, boeckweije en poldervlas. Op stal stonden 2 koijen, een rent met een calfken, een vercken en een kibben. Hinnen ende kieckens geraamd op 15 schelling. Frans. de burchgrave (vermoedelijk hun zoon) stond bij hen in ‘t krijt over pacht van 1696 van vlasland en van de hofstede. Uit de schulden van ’t sterfhuis blijkt dat er pacht diende betaald voor 9 stukken land en één voor huispacht. Als kleine boer baatte Pieter vermoedelijk nog een herberg uit want enkele schulden wijzen daarop: 1 £ 16 s.gr. voor levering van bier aan Jan Smet jn het vossecot, 4 £ gr. over leveringhe van maut aan Joos Noyrauw en 6 £ gr. aan de pachters van de bieren over de enyngelden. Ook de inventaris van de huisraad wijst in die richting: …13 tonne, 2 tobben, 2 draeghvoeten en 2 bierboomen (…) 2 bierschraegen. Wettelijke staande voogden van de wezen waren Frans. de burchgrave en adr. braem. De 7 minderjarige kinderen zullen bij Pieter blijven wonen die hen zal onderhouden en kleden, en hen sal hebben te laeten leeren lesen ende schrijfven naer staete …
    In het Haasdonkse landboek van 1702 blijkt hij als pieter de Burchgrave alias quadre slechts eigenaaar te zijn van 2 gemeten 84 roeden land. Hij heeft dan waarschijnlijk zijn landbouwactiviteit aanzienlijk verminderd (5).
    Uit eerste huwelijk geboren te Haasdonk:

    1. Frans, geb. 06.03.1668 en 8ste ged. (ss: Franciscus Jansens en Barbara van Ghenachten). Overl. Haasdonk 04.05.1710. Huwde Haasdonk 08.02.1695 (tt: Petrus de Burchgraef en Adrianus Braem) Catharina van ENDE, overl. Temse 17.01.1759 (80 j. ?). Uit deze echt geb. te Haasdonk:
       1. Petrus, geb. 14.03.1696 (ss: Petrus en Maria de Burggraef). Overl. Haasd. 
          07.07.1696.
       2. Catharina, geb. 23.08.1697 (ss: Jan Nauts en Catharina Coppejans).
       3. Franciscus, geb. 29.03.1700 (ss: Franciscus Sterck en Anna Leyssens). Overl.
           Haasd. 16.04.1700.
       4. Elisabeth, geb. 05.04.1702 (ss: Josephus de Beurghgraef en Elisabeth de Cok).
       5. Judoca, geb. 10.02.1705 (ss: Alexander de Burchgraef en Judoca Haegeman).
           Overl. Temse 03.10.1764. Huwde op 01.07.1742 Francis CAELDRIES.

    2. Jan, geb. 17.08.1669 (ss: Adrianus Braem en Maria Borghgraef). In 1696 bij huwelyck sijns selfs bedegen sijnde.
    3. Petrus, geb. 20.11.1671 (ss: Judocus de Rop en Amelberga Maes). Overl. Haasdonk 03.07.1672.
    4. Adriaen, geb. Haasdonk 02.06.1673 en 4de ged. (ss: Adrianus de Maeyer en Amelberga Beurgtgrave). Overl. Haasdonk 08.05.1742 en 9de begraven. Huwde te Haasdonk 13.07.1700 (tt: Franciscus en Joannes de Burchgraef) Anna BATENS fa Gaspaer en Catharina de Puysseler (Haasdonk 04.07.1672 - Haasdonk 22.11.1739) (nrs. 400 en 401).
    5. Pieter, geb. 06.03.1676 en 7de ged. (ss: Joannes Sterck en Maria Talboom).
    6. Josephus, geb. 03.12.1678 en 4de ged. (ss: Joannes Smet en Margarita Verschousel).
    7. Alexander, geb. 18.04.1681 (ss: Joannes de Swerte en Magdalena Segers).
    8. Jacob, geb. 29.02.1684 (ss: Petrus Smet en Judoca Staes).
    9. Lijsbette, geb. 30.05.1687 (ss: Theodorus van Geetsom en Elisabeth Vercauteren).

    Kinderen uit tweede echt geboren te Haasdonk:

    10. Maria, geb. en ged. 11.10.1697 (ss: Lucas Servaes en Maria Cauwers).
    11. Amelberga, geb. 18.10.1699 en 19de ged. (ss: Franciscus Beurghgraef en Amelberga Cauwers).
    12. Josina, geb. 18.01.1703 en 20ste ged. (ss: Adrianus Brame en Josina Betteson). Overl. Haasdonk 27.12.1704 en 29ste begraven.


    400 en 401. de BURGHGRAEF Adriaen fs Pieter en Amelberga van GENACHTEN, geb. Haasdonk 02.06.1673 en overl. Haasdonk 08.05.1742. Huwde Haasdonk 13.07.1700 BATENS Anna (Haasdonk 04.07.1672 - Haasdonk 22.12.1739) fa Gaspaer en Catharina de Puisseler.
    In 1700 verwierf hij op de Keure van Haasdonk van g(illi)s staes muysenhol 3 gemeten 104 roeden bestaande uit de kaartnrs. 1136 en 1141 gelegen in de wijk het pachtgoet. In 1702 in dezelfde wijk de kaartnrs. 1135 (302 roeden komende van zijn vader) en 1090 en 1207 (samen 141 roeden) (7).
    Adriaen bezat een huis gelegen op de keure van Haasdonk dat in 1733 eigendom werd van zijn zoon Pieter: ... een huijs ende de voordere edeficien gestaen ende geleghen op den keure in haesdonck, op den vercseijnsden gront compiterende sijne excellentie den Artogh van Arenbergh ende Arschodt, vercreghen van wijlent Adr. de burghgrave volgens den transport ende quictantie van volle voldoeninghe in daete 14en 8bre 1733 ... (8). In 1747 wordt dit huis als volgt beschreven: ... een seker huys ende stallinghe staende op cheyns gront, groot negen roeden welcken gront is compiterende aen sijne excelentie den Artogh van Arenbergh ende Arschot geleghen op dese keure in haesdonck oost, west ende noordt jan van raemdonck ende suijt d'heirbaene ofte calsije van haesdonck ... (9).
    Na zijn overlijden wordt op 12.06.1742 een Contract van uijtgroothjnghe tussen zijn kinderen gemaakt.
    Volgende kinderen geboren te Haasdonk:

    1. Francies, geb. en ged. 09.04.1702 (ss: Franciscus de Burchgraef en Paschasia de Oogh). Overl. Temse 16.04.1774. Gehuwd met Maria van GOETHEM, overl. Temse 30.09.1750, fa Jacobus en Anna d' Hooghe (nrs. 200 en 201).
    2. Amelberga, geb. en ged. 10.09.1704 (ss: Andreas de Puyselaer en Amelberga Maes). Overl. Haasdonk 19.11.1704 en 20ste begraven.
    3. Pieter, geb. en ged. 05.10.1705 (ss: Petrus Beurghgraeve en Amelberga Maes). Overl. Haasdonk 01.05.1746 en 2de begraven. Meester-schoenmaker te Haasdonk (10). Huwde te Haasdonk 20.10.1732 (tt: Petrus van Goey en Andreas Baert) Isabella Catharina SERVAES fa Jan en Amelberga de Winter. Zij stierf te Haasdonk 09.09.1742. Sterfhuis Isabella Catharina Servaes vermeldt op 15.01.1743 Frans. de Burghgrave en Jan Baptiste Servaes als voogden en o.m. geconquesteert een huijs (…) op den keure in haesdonck, op den vercseijnsden gront compiteren(de) sijne exe den Arthogh van Arenbergh ende Arschodt, vercreghen van wijlent Adr(iaen) de burghgrave volghens den transport ende quictantie van volle vold(oeningh)e in daete 24en 8bre 1733 … (8).
    Hun kinderen geb. te Haasdonk:

        1. Augustinus, geb. 27.08.1733 (ss: Adrianus de Burggrave en Amelberga de
            Winter).
        2. Fredericus Aloysius, geb. 01.08.1735 (ss: Joannes Baptista Servaes en Anna  
            Baetens). Overl. Haasdonk 27.08.1745.
        3. Maria Theresia, geb. 22.11.1737 (ss: Franciscus Burggrave en Maria Theresia
            Servaes).
        4. Joannes Franciscus, geb. 13.06.1740 (ss: Joannes Franciscus Brijs en Joanna
            Servaes). Overl. Haasdonk 26.12.1740.
        5. Anna Isabella, geb. 22.03.1742. Overl. Haasdonk 20.04.1742.

    4. Cornelia, geb. 29.11.1708 en 30ste ged. (ss: Cornelius Baetens en Margarita Ransaerts). Overl. Haasdonk 30.12.1750 en 31ste begraven. Huwde te Haasdonk 27.09.1732 (tt: Joseph Brijs en Judocus van Cothem) Jan Francies BRIJS fs Joseph en Catharina van Royen (Haasdonk 27.04.1678 - Haasdonk 20.03.1743). Sterfhuis Cornelia de Borghgrave fa Adriaan, houder Jan Frans Brijs fs Joseph: voogden zijn Pieter Brijs fs Joseph en Frans de Borghgrave fs Adriaen. Verder: 1/26ste in stuk land binnen Vrasene bij successie van haar oom paterneel Joseph de Borghgrave; zij verkocht 1/4de part in een behuisde hofstede te Haasdonk haar toekomende bij successie van haar ouders aan Josijne de Borghgrave; nog gederft 10 £ 4 s. 2 gr. over de verkochte goederen ten sterfhuyse van wijlent joseph de borghgrave tot Vrachene oom paterneel (11).
    5. Josyne, geb. en ged. 16.04.1711 (ss: Laurentius Heylegier en Josina Durinckx). Overl. Haasdonk 08.10.1769. + Quesula en begr. Haasd. Josyna de Burgghraeve fa Adriaen Geestel(ycke) Dochter. Zij verkoopt op 31.08.1747 aan Gillis van Daele voor 41 £ courant gelt seker huyseken ende grond te haesdonck in den tweeden hamanswyck, 38 roeden, palende o. Jacobus Rotthier, z. den gentschen heirewegh w. en n. Michiel Brijs. Goed haar toegewezen in voormeld Contract van uytgroothjnge (12).
    6. Anna, geb. en ged. 22.03.1714 (ss: Joannes Mersman en Anna Leyssens). Overl. Haasdonk 28.10.1741.


    200 en 201. de BURGGRAVE Franciscus fs Adriaen en Anna BATENS, geb. Haasdonk 09.04.1700 en overl. Temse 16.04.1774. Huwde Haasdonk 30.09.1725 van GOETHEM Maria fa Jacobus en Anna d’Hooghe, geb. ca 1692 en overl. Temse 30.09.1750.
    Franciscus was landbouwer en herbergier vermits op 19.10.1761 vernoemd als De Borghgraeve, Frans fs. Adriaen, 60 j, landman en hostellier te Temse. Dochter is Anna Catarina, 31 j. (13).
    - Juni 1750 door landmeter Van Goethem in Themsche lantmaeten gemeten, ten versoecke van Frans Burghgrave seker partye grond bij hem in cheynse genomen van Joos Peertsman, gelegen binnen de prochie van Themsche ontrent de Banck, palende o. Pieter de Ropsdam n. den Heirwegh, alsnu betimmert met een nieuw huis genaemt “De Nieuw Banck”, welcken gront is deel maeckende van de nrs. 1760 en 1761, ten deele onder Steenbrugge, ende int geheel groot bevonden 177 roeden. (14).
    - kaartnr. 1760: hofstede, 145 roeden en kaartnr. 1761 hofland, 181 roeden. Hofstede en hofland, w. en n. den Ghentschen Heirwegh, samen 326 roeden later nog bebouwd met 2 huizen. In 1754 177 roeden op Jan (?) Frans De Burghgrave, daer zijn huys op staet. Blijft op Joos Peersman 125 roeden, dit is de hofstede. In 1760 ook de hofstede op voornoemde Jan Frans De Burghgrave tot Haesdonck . In 1774 177 roeden op Jozef de Burggraeve, eigenaar, wezende leen onder Steenbrugge, o. Pieter de Ropsdam. De hofstede op Frans de Burggrave. Later op Jozef Meersman? In 1813 (de 177 roeden) op Marie Colete Burggrave (15).
    In 1759 bezit hij te Haasdonk in de wijk het pachtgoet 21 gemeten 10 roeden komende van Pieter Busschaert. In 1766 komende van dheer castro wonende te Sint-Niklaas 365 roeden in het wijcxken achter de bancke. En op 01.06.1768: Michiel Frans. Anné griffier van de keure in Haasdonk verkoopt namens Sr. Laurentius Ignatius van Raemdonck aen francis de burghgraeve 2 stukken land de peylacker aan elkaar gelegen binnen Haasdonk in den wyck genaemt de westackers t’samen groot een alf buynder paelende o. Sr. N. Vereecken, s. jan wielandt w. de weynstraete n. den heer advocaet rotthier ende jan bauwens (…) in pachte by Gillis volkerick fs Gillis tot keirsavont 1773 … Koop gesloten voor 417 gulden courant gelt (16).
    Hun kinderen geboren te Haasdonk:

    1. Jacobus, geb. en ged. 12.08.1726 (ss: Jacobus van Goethem en Anna Baetens). Bleef ongehuwd. Stierf te Temse 16.10.1788.
    2. Anna Catharina, geb. en ged. 04.01.1728 (ss: Adrianus Burghgrave en Catharina van Goethem). Huwde te Temse 09.04.1769 Petrus van ROYEN fs Pieter en Anna van Weirde. Zij woonden te Beveren in de herberg “de drij Lindekens“ (17).
    3. Josephus, geb. en ged. 07.07.1731 (ss: Egidius d'Ooge en Cornelia Burghgraeve). Overleden Temse 12.02.1787. Gehuwd te Haasdonk 13.09.1773 (tt: Petrus Jacobus Buytaert en Jacobus van Gassen) met Joanna Catharina SMET fa Jan en Anna Maria Colleman.
    4. Petrus Franciscus, geb. en ged. 16.09.1734 (ss: Petrus de Burggrave en Anna Catharina van Goethem). Overl. Temse 30 prairial j. XI (19.06.1803). Gehuwd te Haasdonk 25.06.1766 (Petrus Melis en Bernardus Lemmens) met Maria Magdalena BUYTAERT(Haasdonk 23.02.1739 - Temse 21.02.1815), fa Petrus en Catharina Vergauwen (nrs. 100 en 101).
    6. Egidius, geb. 26.04.1738 en volgende dag gedoopt (ss: Egidius Haegeman en Judoca Burghgrave). Stierf te Haasdonk 29.12.1742 en er s'anderdaags begraven.


    100 en 101. DE BURGGRAVE Petrus Franciscus fs Franciscus en Maria van GOETHEM, geb. Haasdonk 16.09.1734 en overl. Temse 30 prairial j. XI (19.06.1803). Gehuwd te Haasdonk 25.06.1766 met BUYTAERT Maria Magdalena (Haasdonk 23.02.1739 - Temse 21.02.1815), fa Petrus en Catharina Vergauwen. Petrus Franciscus wordt nu eens arbeider dan weer landbouwer genoemd. Woonde o.m. te Temse op de wijk de Banck waar zijn vrouw overleed.
    Hun kinderen:

    1. Maria Catharina, geb. en ged. Haasdonk 01.11.1761 (???) (ss: Petrus Buytaert en Judoca Maria Stout). Overl. Haasdonk 16.11.1761 en er volgende dag begraven.
    2. Maria Jacoba, geb. Haasdonk 22.12.1766 en 23ste ged. (ss: Jacobus de Burggraeve en Maria Catharina Buytaert).
    3. Anna Maria Catharina, geb. Temse 07.09.1768 (ss: Petrus Buytaert en Anna Catharina de Borggraeve). Huwde te Temse 14 pluviose j. VII (02.02.1799) Joseph VERBRAECKEN.
    4. Joanna Petronilla, geb. Temse 29.07.1770 (ss: Petrus van Royen en Joanna Catharina Smet).
    5. Josephus, geb. Temse 11.05.1773 (ss: Josephus Buytaert en Amelberga Francisca van Gassen). Huwde te Haasdonk 07.07.1798 (tt: Amelberge Anné en Amelberge Ver….) Maria Judoca SMET (nrs. 50 en 51), fa Petrus Joannes en Joanna Theresia Verberckmoes.
    6. Amelberga, geb. Temse 03.03.1775 (ss: Josephus de Burggraeve en Angela de Munck). Overleden te Temse 25.10.1834. Zij was dagloonster en woonde op de Bank. Twee onwettige kinderen:
        1. Francisca, geb. Temse 28 messidor j. VI (16.07.1798) en er overl. 14
           thermidor j. VIII (02.08.1800).
        2. Francois, geb. Temse 23.08.1809 en er overl. 12.11.1809.

    7. Petrus Franciscus, geb. Temse 09.05.1778 (ss: Petrus Jansens en Joanna Catharina de Rijck).


    50 en 51. BURGGRAVE Josephus fs Petrus Franciscus en Maria Magdalena BUYTAERT, geb. Temse 11.05.1773 en overl. Temse 18.03.1844. Huwde Haasdonk 07.07.1798 SMET Maria Judoca fa Petrus Joannes en Joanna Theresia Verberckmoes (Haasdonk 13.01.1777 - Temse 28.05.1849 of 29.03.1849). Josephus woonde in 1810 te Haasdonk op de Bank en in 1844 te Temse op de Luyseek. Dagloner en ongeletterd.
    Uit dit huwelijk o.m. geboren te Haasdonk:

    1. Joanna Catharina, geb. 07 prairial j. IX (27.05.1801). Overl. Haasdonk 21.07.1862. Gehuwd te Haasdonk 04.08.1832 met Josephus van ACKER (Temse 19.04.1802 - Haasdonk 27.09.1883) fs Andries en Francisca van Kerckhove (nrs. 24 en 25). Zij woonden te Haasdonk in het gehucht De Banck. Hij werd arbeyder en ongeletterd genoemd, zij eerst dienstmeijt later huishoudster.
    2. August, geb. 30 thermidor j. XI (18.08.1803) (ss: Augustinus Smet en Maria Magdalena Buytaert).
    3. Martina, geb. 06.06.1805 (ss: Petrus Franciscus Lissens en Maria A. Verbercken).
    4. Joseph, geb. ca 1807 en overl. Haasdonk 16.10.1810.
    5. Leocadia, geb. en ged. 12.03.1811 (ss: Martinus Smet en Maria Jacoba Burggraef).


    24. Joseph VAN ACKER
        
    Temse 19 germinal j. X (19.04.1802) - Haasdonk 27.09.1883

    25. Joanna Catharina DE BORGGRAVE
         
    Haasdonk 7 prairial j. IX (27.05.1801) - Haasdonk 21.07.1862
     


    Noten: (1) J. SMET, Genealogisch Repertorium 1166-1620 Gemeente Temse, Temse 2003, p. 101). (2). RABev, GOA Temse nr. 402, f° xxvi). (3). RABev, GOA Haasd. nr. 350. (4) id. nr. 645, p. 285r. (5) id. nr. 74, 75,77 (Landboeken). (6) id. nr. 355 f° 127 e.v. Sterfhuis Amelberga van Genachten, houder Pr. de Burchgrave. (7) id. nr. 542. (8) id. nr. 602, f° 91v. Sterfhuis Isabella Catharina Servaes. Houder Pieter de Burghgrave. (9) id. nr. 597. Rekeningbewijs dd. 13.09.1747. (10) en (13) Vlaamse Stam, 1978, p. 488. (11) RABev, GOA Haasd. nr. 604, f° 145v t.m. 151v.Sterfhuis Cornelia de Borghgrave fa Adriaan. Houder Jan Frans Brijs fs. Joseph (29.12.1751). (12) id. nr. 651, 16r e.v. (14) R. COLAES, Landelijk Temse 1670-1815, Temse 1986, p. 169. (15) R. COLAES, op.cit. nr. 213. (16) RABev, GOA Haasd. nr. 652, f° 41r. (17) BLATON, Gen. Repert. Haasdonk, p. 1202. Op deze auteur ook beroep gedaan voor diverse kwartieren.

    04-09-2008 om 00:00 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (19 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    23-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Temse vroeger
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    In 821 voor ‘t eerst vermeld als Tamisich, schrijft men later Temsica (940), Tempseca (1050), Thamisia (1331), Themseke (1458), Temsche, Temse. Verschillende naamsverklaringen waaronder als meest waarschijnlijke: van Tamasiacum, d.i. afgeleid van een zekere Tamasius, waarvan men niet weet of het een Kelt of Romein was. Of van een oude riviernaam te vergelijken met Thames in Engeland. Of van het keltisch Taomaisuisge ( woud langs het water).
    Waterlopen die door Temse vloeiden: de Barbierbeek, de Vrouwenhofbeek, de Hollebeek, de Dijksloot, de Vliet en de Gote. Zelfs de Durme liep eertijds door Temse om er in de Schelde uit te monden.
    Temse zou al bewoond geweest zijn in het 4de millennium v.Kr. Deze voorlopers van de Menapiërs waren misschien Friezen die langs de Schelde woonden. Later vestigden er zich wellicht Romeinen, gelet op de restanten van Gallo-Romeinse nederzettingen her en der in Temse blootgelegd.
    Al in 770 werd een kerk gebouwd toegewijd aan O.L. Vrouw. In 1298 waren er verschillende bewoonde plaatsen: Brant, Heygerloo, Briel, Driesch, Cruysacker, Bolsele, Scousele, Hermelghem, Steendonc … De bevolking groeide gestaag aan. In 1408 telde men 1400 communicanten. In 1552 maakt een lijst melding van 303 weerbare mannen om eventueel de Fransen te bestrijden. De pest maaide 431 personen in 1676 weg. Maar dan gaat de bevolkingsaangroei crescendo: 4.959 inwoners in 1774, 7.883 in 1824 en 9.803 in 1880.
    De Heerlijkheid van Koudeburg , een leen van de graaf van Vlaanderen, strekte zich uit tot in Bazel, Tielrode, Elversele, Lokeren, Sinaai en Haasdonk. Baljuws hiervan waren o.m. Gillis Laurens (1647) en Lieven van Hese (1682). De Heerlijkheid van Weert was sinds 1240 bezit van de Gentse Sint-Baafsabdij. De Heerlijkheid van Steenbrugge was een leen gehouden van de Graaf van Vlaanderen met als afhangende lenen: de Heerlijkheid Fijns, de Heerlijkheid van Desteldonk al bekend in 1298, en de Heerlijkheid Kattenbrugge. De Heerlijkheid van de Royere had als onderlenen Tergauwen en Ten Eynde.
    Enkele namen van baljuws te Temse: Peeter van Asbrouc (1370), Jan Bristinc (1394), Baudewijn van Wijngaerde (1413), Peeter van der Straten (1550), Pauwel Hauweel (1512), Daneel uuten Eechaute (1521), Adriaen de Backere (1575), Rijkaerd Moenins (1594) en Audoor Rooman (stadhouder in 1616) … Burgemeester waren o.m. Jan de Malsche (1635), Michiel Vercauteren (1620), Jan van Hove (1651), Jan Seghers (1657 en 1666), Jan de Hondt (1672) …
    Een groot gedeelte van Temse bestond in de 12de en 13de eeuw nog uit heide. Tijdens de 13de eeuw waren de laaggelegen gronden reeds ingedijkt. Al in de 9de eeuw bestond er een “heerlijke landhoeve”, wellicht dezelfde als het latere ’t Vroen - of Vroonhof ? Dit hof besloeg 39 bunder 200 roeden. In 1406 beliep de jaarlijkse pacht hiervan 15 à 17 pond alsmede twee suffisante vette verkens en 24 pond parisis voor sheeren cappe. Onder de andere grote hoeven vermelden we Hof ter Beken, Hof te Coudenberg, Hof ter Hermelgem, ‘t Annemansgoed, den Oostbroek en ‘s Hertogenhove. Een telling van 1408 maakt melding van 326 hofsteden. Einde 15de eeuw waren het er al 466.
    Sinds 1264 had Temse het recht om ‘s woensdags een markt te organiseren. Onder Karel V vond de jaarmarkt een plaatsje langs de Scheldeboorden. Wevers en volders zorgden al in de 14de eeuw voor een zekere welstand. En in 1448 stond er al een steenoven, want de Temsese grond is rijk aan gele potaarde. In de 17de en 18de eeuw kende Temse een bloeiende handel in fruit en vooral krieken. In 1658 houdt men een “Vlasmarkt”. Tijdgenoten schrijven dat er in Temse “veel en zeer schoon vlas” stond. Er komt een nering der schippers (1630) en in de 17de eeuw ook van kaaiwerkers en zakkendragers.
    Rond 1825 verbouwden de Temsenaren tarwe, rogge, gerst, haver, boekweit, aardappelen en lijnzaad. De veestapel omvatte naast 180 landbouwpaarden, 865 stuks hoornvee, 230 schapen en 480 varkens.
    Rond 1860 moet het voor de inwoners niet moeilijk geweest zijn om een job te vinden. Zij hadden keus uit 2 garenspinnerijen, een katoenspinnerij, 3 zeildoekfabrieken, 3 zoutziederijen, 2 zijdefabrieken, 2 zwingelmakerijen, een geweerkolfzagerij, 4 bloempelderijen, 3 cementmolens, 3 hoedenmakerijen, 5 steenbakkerijen, 4 tabaksfabrieken, een sigarenfabriek, 7 bierbrouwerijen, een huidenvellerij, een potbakkerij, een zeepziederij, een lijnkoekmolen, een watermolen, 2 windmolens (de Veldmolen en de Steenen Molen), 5 graanmolens met stoom, een houtzagerij, 3 touwslagerijen, een boekdrukkerij, 5 kantfabrieken, een scheepstimmerwerf, een 50-tal schippers en 70 klompenmakerijen. De Veldmolen was als gekend voor 1450.
    Vanaf 1331 had Temse een hospitaal. Voor 1255 was er al sprake van een begijnhof. De Oratorianen stichtten in 1631 een “Latijnse School” en in 1649 het eerste college van het Land van Waas. Ook hadden er zich in 1507 Dominikanessen gevestigd.
    Biertapperijen en jeneverhuizen in 1779: St. Hubrecht, ‘t Veirhuys, Den Hertog van Beyeren, De Swaene, Den Schilt van Mechelen, Amsterdam, ‘t Schippershuys, Den Ancker, Den Steenhoven, De Vier Heemers, ‘t Bourgoens Cruys, St. Sebastiaen, Ste Amelberga, Den Engel, De Sterre, Den Coninck van Spangnien, St. Pieter, ‘t Lieve Vrouwke, Den Spiegel, De Swaene, De Drie Haringen, De Croone, De Lange Munte, Den Hert, Den Hantboogh, Den Prince-Cardinael, Den Arend, ‘t Schaliënhuys, ‘t Krebbeken, De Koeysteert, ‘t Swaentje, Den Doornboom, In den Doorn, De Velthoeck, De Halve Maene, De Nieuwe Banke, Den Deckpriem, Den Wijngaerdrank, Den Martico en De Dry Coninghen.
    De rederijkserskamer De Wijngaertrancke speelde reeds in 1517 te Rupelmonde. Hoofdmannen hiervan waren o.m. Thomas Smet, Michiel Keppens en Pieter Suys (1707). De Sint-Sebastiaansgilde, een scutterye vanden handboghe, bestond reeds in 1456 met als deken Joannes van der Straeten. In 1835 zag een nieuwe schutterij het licht die luisterde
    naar de naam “Willem Tell”. In 1880 kwam er nog een 3de handboogmaatschappij bij, met name “De Leerlingen”.
    Om Sint-Amelberga te vereren, beschermheilige van Temse, hielden de Temsenaren de Wegom: een bedevaart die vertrok aan de kerk van Temse en langs de oude grenzen van Temse liep. Nu nog vindt men kappelletjes die deze grenzen afbakenden.


    Bron: F. De Potter en J. Broeckaert, Op.cit.

    23-05-2008 om 00:00 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (27 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    20-01-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Anno 1699: Have en goed van een landman in Temse
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

           Mijn voorvader Andries van Acker fs Gillis is een schoolvoorbeeld van de gemiddelde Wase boer uit de 17de eeuw. Hij runde met zijn huisgezin een kleine hoeve, waarschijnlijk zonder vreemde hulp want zijn staat van goed maakt nergens melding van dienstboden of knechten (1). Andries van Acker kwam ter wereld op 04.12.1643 te Temse als zoon van Gillis en Barbara van Polfliet. Gestorven op 55 jaar werd hij begraven op 03.02.1699 op het kerkhof te Temse in een graf “tegenover het Oosten“. Uit zijn eerste huwelijk (Temse 23.12.1666) met Maghdalena van POLFLIET fa Petrus (1645 - 1672) (2) had hij twee dochters: Maria (1667 en overl. voor 1700) en Barbara (1670 - 1737). Uit de tweede echt (Temse 08.04.1673) met Elisabeth VARENDONCK fa Jan (1652 - 1706) acht kinderen: Gillis (1674 - 1706), Joos (1675 - 1741), Amelberga (1678 - 1741), Elisabeth (1680 - 1721), Andries (1683 - 1766), Jan (1686 - 1769), Pieter(1689 en jong gestorven), Matthijs (1691 - ?), Adriaen (1694 - 1760).
           Bij zijn overlijden bewoonde het gezin een hofstede gelegen te Temse in de Bolderickstraete serverende onder de heerlijkheid van Barbara Buijtaert. De hoeve, gekomen van vader, was een vierendeel groot en paalde o. s’ Heerenstraat, z. land van de kerk van Temse, w. Joos de Volder en n. Elisabeth Verstraeten. Daarnaast was het echtpaar eigenaar van:
    - den slabbaert, 400 roeden land in Temse, landende o. de erven Gillis van Putte, z. Guill. Smet w. Anna van Laecke en n. Inghelbert Annens;
    - 2 stukken land te Temse in de Bolderickstraete, groot 2 gemeten, palende o. Joos van de Velde, z. Matthijs van Wijnacker en Barbara van Laecken, w. Pieter van Acker en n. ‘s Heerenstraat. Jaarlijks belast met seven ponden thien schell. gr.tsiaers penninck xvi e ende vier maeten evene t’siaers sijnde verleende erfve onder de heerel.van cattenbrugghe.
           Bovendien pachtte Andries nog 6 stukken land, waarvan we de oppervlakte niet kennen. Waarvoor hij op kerssavondt pacht betaalde aan Juffrouw Leppiepper (?), Jan de Volder, Joos van Mieghem, Joos van Acker en Joos van de Velde. Waarschijnlijk werd nog een 7de stuk land gepacht van de Armenkamer van Temse. Canthout ende willighenrijs omzoomden het bouwland.
           Verder bezat Elisabeth Varendonck een cavel rente van 11 gulden t’siaers penninck xvi e.
           Op stal stonden 2 peerden, 3 coijen 2 renderen met een chalf, alles geprezen op 49 pond gr. Op het neerhof liepen 12 hennen met een haan, geprezen op 17 sch.gr. In het wagenkot: een wagen met mestbarden, 2 karren, een sledde, een ploeg en een eg. In de schuur: een repe met banck, 2 kruiwagens, 2 wannen, boeckhaemers, vlegels, een slecht dorszeil, een graanmaat en tarwezeef, rieken, bijlen, spaden, vorcken ende meshaecken.
           In schuur of stal lag ongezwingeld vlas, tarwe, rogge, koren,gedorste en ongedorste haver, gerst, boekweit, stro, hooi en klaver.
           Een rondeeltafel en acht stoelen vormden het meubilair. In woonkamer of keuken: 3 ijzeren potten, 2 maten, 2 wateremmers, pincthen ende potten, een lepel, tassen, kannen, zoutvat, strijkijzers, wafelijzer, 2 ketels, een sije, een struifpan, een anghyser, een visspaan en een keiren … Als verlichting: eenen candelaer, een lampe, een repse, een lainterne. De haard bestond uit een hanghel, eenen roester, eenen brander, een nusken en een tanghe. Geslapen werd er in een coutse, een beddeken en 3 cafbeddens.
            Onder zijn schuldeisers: de ontvangers van Bazel en Temse voor prochie oncosten, Joos van Mieghem die hem een koe verkocht, Jan van Ercke voor leveren van laken en stoffen, Jan Suij voor waeghemaeckers werck, Cornelis Vermijlen voor smidswerk, Jan Bauaert voor winkelwaren, Frans van Rompaeij voor aankoop meel, Meester Jan Peeters (geneesheer?), Joos Smet voor het maken van kleren …
           De begrafeniskosten beliepen 6 pond 9 sch. gr. waarin 2 pond 4 sch. 8 gr. voor het leveren van bier en hout door Guilliam Smet. Vermits de schulden de baten overtroffen sloot de staat van goede af met een passief van ca 35 pond gr.



    Illustr. Detail "Hoeve langs waterkant" van Frans Hens.
    (1) RABev, GOA Temse nr. 288, f° 367r e.v.: Sterfhuis Andries van Acker fs gs. dd. 05.06.1699. (2) In hoofdcijns Temse, Sint-Bertinus Sint-Omaars, § 8.

    20-01-2008 om 14:56 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (25 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    20-11-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spotnamen van Wase Dorpen

    Spotnamen kunnen zeer oud zijn. Zo waren de Waaslanders al bij het begin van de 15de eeuw gekend als RAEPETERS.

    Lokale spotnamen zijn: BAZELSE BULTEN (Bazel) KLOKKELAPPERS (Belsele) GEITEKOPPEN (Beveren) HOTTENTOTTEN (Daknam) VODDENRAPERS (De Klinge) BLAUWBUIKEN (Eksaarde) BLARERIJVERS (Elversele) ROSTEKOPPEN (Haasdonk) KOUTERMOLLEN (Kieldrecht) RAPENBRADERS (Lokeren) KLETSKOPPEN (Meerdonk) PIJPKENS (Melsele) SMEERKOEKETERS (Moerbeke) SCHAPEN (Nieuwkerken) MUGGENBLUSSERS, POMPKOEKEN ? PAPMANNEN ? SPECULOSE MANNEKENS ? (Rupelmonde) SCHINKELETERS (Sinaai) EIERTRAPPERS (Sint-Gillis) OLIEZEKERS, BLAUWSELMANNEN ? (Sint-Niklaas) VECHTERS (Stekene) AZIJNZEKERS, AZIJNPISSERS (Temse) FILIPPEN (Verrebroek) BULTEN (Vrasene). MACHUTEN (Zwijndrecht).

    Gemeenten zonder spotnaam? Burcht, Kallo, Kruibeke, Sint-Pauwels en Tielrode. Wie er toch kent mag ons altijd e-mailen!

    20-11-2007 om 00:00 geschreven door Frans Bellon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (26 Stemmen)
    >> Reageer (3)


    T -->

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!