Haspengouw is van nature een landbouwstreek waar tot ongeveer 1960 de fruitteelt zich beperkte tot hoogstamaanplantingen in de omgeving van de hoeves. Sinds een 40-tal jaren is een explosieve aanplanting van laagstamappelen en -peren gebeurd. Appelen en peren dus, deze staan centraal in de bloesemtrip langs de Haspengouwse boomgaarden die we zondag fietsten. Je kan echt genieten van een bloesemzee. In de bloeiperiode vertoont de perelaar witte bloesem, terwijl de appelboom meestal wit/roze bloesem heeft. We fietsten van Mettekoven via Helshoven naar Rijkel. Vervolgens Zepperen, Melveren om daarna even uit te blazen op de grote markt te St-Truiden. Via Brustem, Engelmanshoven, Gelinden en Groot Gelmen terug naar ons vertrekpunt. De lus rond is goed voor 35 km fietsplezier met enkele nijdige hellingen.
Elk jaar worden er in Anna Paulowna de zogenaamde Bloemendagen gehouden. Tijdens dit evenement , dat jaarlijks door tienduizenden mensen wordt bezocht, worden door de plaatselijke bevolking gemaakte bloemenmozaïeken langs de wegen in de polder tentoongesteld en bewonderd. Honderden mensen werken elk jaar samen om ongeveer 100 mozaïeken te maken. Voor de mozaïeken worden hyacinten gebruikt, waarvan de nagels met spelden worden vastgezet. Per mozaïek zijn circa 10.000 nagels nodig per m2 . Tijdens de bloemendagen staan de vele bloembollenvelden in deze gemeente in volle bloei! Hierdoor ontstaat een ongelooflijk mooi kleurig schouw-spel. (Voor meer foto's klik op de afbeelding) (info: www.bloemendagen.nl)
Luus van den Berg Mulder en Martien van den Berg gaan fietsen heen en terug naar Santiago de Compostela. Het is de bedoeling om op 1 mei 2006 te vertrekken. Op 4 mei wijken ze even af van hun route en komen Luus en Martien naar Gierle en zullen ten huize Pedro overnachten
Hier laat ik Luus en Martien aan het woord, hun motivatie, hun gedrevenheid en hun doel je kan het hier onder lezen en wij zullen ze volgen, 5000 km lang ook een onderdeel van Pedros mentale voorbereiding voor zijn tocht.
Voor velen een begrip maar hoe komt iemand er toe om te voet of per fiets daar naar toe te gaan. Het is een natuurlijk een grote uitdaging, je weet niet waar je onderweg voor komt te staan. Is het mooi of slecht weer, en houd je het wel vol. Ook willen wij deze tocht doen uit dankbaarheid omdat wij het hier zo goed hebben, en niet alles zo vanzelfsprekend gaat worden. Ook is het een oude route dus er valt cultureel vast veel te beleven zoals oude steden en mooie kerken bekijken. Wij wilden onze fietstocht koppelen aan een goed doel, en gingen ons daar goed in verdiepen. Het goede doel werd de gehandicapte kinderen in het plaatsje Livno in Bosnië. Als we in Santiago de Compostela zijn aangekomen is het de bedoeling na een rustdag door te rijden naar Cabo Fisterra. Het ligt ongeveer 120 km verder aan Atlantische kust op het meest westelijke punt van Spanje. Van daar pakken we dan de terugroute op.
En de voorbereiding?
Wij hebben er nu al zin in. Ondanks kou, wind, regen en zelfs sneeuw zijn we al volop bezig met de voorbereidingen en trainingen.
De fietsen die we hiervoor gebruiken zijn randonneurs, dit zijn echte pakezels die wel een stootje kunnen hebben, het zijn handgemaakte maatfietsen van het merk Vittorio. Op deze fietsen plaatsen we dan per fiets vier waterdichte tassen van het merk Vaude. Twee bij het voor- en twee bij het achterwiel. We nemen per fiets ongeveer 22kg mee. Inclusief tent en demontabele aluminium stoeltjes. Wij overnachten zoveel mogelijk in een drie persoons tentje die we eind 2004 aangeschaft hebben, en koken ons eten op een benzinebrander.
Er zijn boekjes te koop waarin de route staat beschreven. Ondanks dat de route regelmatig kleine wijzigingen ondergaat, hebben we toch deze boekjes aangeschaft. Ook in deze boekjes staat waaraan je moet denken als je zo'n tocht onderneemt. Verder staan er diverse adressen in waar je informatie kunt krijgen. Daarnaast maakt het lezen van de boekjes je bijzonder nieuwsgierig.
Deze boekjes bestaan uit drie delen en zijn geschreven door Clemens Sweerman.
Dat zijn dus ook de boekjes die Pedro hanteert om de route uit te stippelen
Deel 1: Haarlem via Breda naar Tours ( 860 km. Vanaf Breda 749 km.
Deel 2: Tours naar Dax (650 km)
Deel 3: Dax naar Santiago de Compostela (1023)
De terugweg gaat over de Cantabrica Route, deze gaat door Noord-Spanje terug naar Pamplona, aansluitend op de Roeland-pas over de Pyreneeën. Vandaar naar Dax en verder langs de kust, bij Royan richting Tours, Compiène, Noyon. Bij Flavy-le-Marnel (even voor St. Quentin) vervolgen we dan een eigen route naar Forrières in België, hier vandaan richting Leuven en volgen hier de lange afstandroute LF2 naar Amsterdam. Hier pakken we de LF 7 op naar Schoorl (NH).
Mag ik jullie alvast en goede start toewensen voor maandag 1 mei en tot donderdag bij Pedro.
In het weekend van 28 - 30 april 2006 organiseert de Vlaamse Vereniging voor Entomologie, Natuurpunt Educatie en Natuurpunt Studie de derde Europese Vlindernacht. (voor meer info klik op de afbeelding.)
Hageven -Plateaux in Neerpelt. Het gebied ligt op de overgang van de droge zandgrond naar het vochtige beekdal van de Dommel. Op Vlaams grondgebied bevinden zich langs de Dommel vijvers en vennen. Heide en bos bevinden zich vooral op het hoger gelegen Plateaux in Nederland. In het gebied kan de wandelaar getuige zijn van een ingenieus bevloeiingssysteem dat werd uitgedacht om de in cultuur gebrachte gronden met Maaswater te irrigeren, de zgn. vloeiweiden. Dat Maaswater, aangevoerd via het Kempisch Kanaal, bemestte het land met kalk en voedingsstoffen. Een netwerk van sloten en grachten bracht het water tot diep in de weilanden, terwijl het overtollige water langs lager gelegen kanaaltjes weer wegvloeide. Er werd een alpenzadenmengsel ingezaaid, met kruidenrijke, geurende hooilanden als resultaat. Door de opkomst van de kunstmest geraakte dit systeem in onbruik. Omdat er meer behoefte was aan hout (o.a. voor lucifers en klompen) werden de weiden met populieren beplant. In 1983 heeft Natuurmonumenten 13 ha van deze cultuurhistorisch en natuurlijk waardevolle vloeiweiden in ere hersteld. De populieren zijn grotendeels gekapt en de aquaducten gerestaureerd. Opnieuw vloeit het Maaswater over de weiden. De bloemenpracht met o.a. brede orchis en herfsttijloos is na al die jaren gewoon weer opgekomen. (info: natuurpunt)
Wandelingen: Natuurleerpad (groen): 1,6 km - startplaats aan bezoekerscentrum De Wulp; Vloeiweidenpad (rood): 4,5 km - vertrek aan de werkschuur in Nederland; Boomleeuwerikpad (geel): 6 km - vertrek aan de Borkelse brug; Verkeerde-lieve-Heerpad (paars): 6 km - startplaats aan bezoekerscentrum De Wulp; Tweelandenpad (blauw): 8,5 km - vertrek aan de werkschuur in Nederland.
Miljoenen Japanners willen deze periode in de parken zijn. En waarom? Ze willen alleen maar onder een bloeiende kerseboom zitten. De "Sakura" / kersenbloei, is een hoogtepunt in de Japanse traditie, het brengt veel geluk als men onder zo'n pracht zit.
De Kersenbloei duurt ca. twee weken, in de Japanse traditie is het een teken van, hoe snel het leven vergaat, in de middeleeuwen was het ook voor de Samurai het symbool voor hun ridderstand, altijd bereid om te sterven voor het goede doel.
Trappistenroute, met start in Malle zijn het 44 km landelijke wegen. Om de naam eer aan te doen, kan je best vertrekken aan Café Trappisten, waar je vooraf de nodige energie kan opdoen. Deze toeristische fietstocht voert je door bosrijke en landelijke gebieden. Weilanden, akkers, maar ook residentiële wijken zorgen voor de nodige afwisseling. Wij hebben er 63 km van gemaakt met startplaats Gierle centrum en onze energie helemaal op het laatst opgedaan bij "den Dobbele Pater" in Malle...
Tijdens onze fietstocht van Gierle over Zevendonk naar Kasterlee en een ommetje langs Ten Aard en terug via Lichtaart en Tielen naar Gierle heb ik een foto van het 'Schaepershuys' genomen. Op de gevel prijkt een jaarindicatie in Romeinse cijfers: 'MDXXXXII' = 1542...
De veenmol - Gryllotalpa grylloyalpa. (foto: provant.be)
Dat de tulp nu een Amsterdamse of Antwerpse aangelegenheid is zal de veenmol een zorg zijn. Feit is dat deze krekelsoort alles op eet wat het op zijn weg vindt, inclusief de tulpenbol... Toen ik vanmorgen in de tuin kwam zag ik aan de kleine aardophopingen in de borders dat er nachtelijk bezoek geweest was. Veenmollen komen bijna altijd voor op zandgrond. In de losse grond kunnen ze gemakkelijk graven, en er is voldoende voedsel. Omdat de veenmol ondergronds leeft - net onder de grond - en dus niet echt opvalt, wordt de verspreiding van de veenmol onderschat. Voor onze normen is de veenmol een groot angstwekkend insect dat tot 5 cm groot kan worden. De veenmol is gemakkelijk te herkennen aan zijn tot graafpoten omgevormde voorpoten. Hij gebruikt zijn gangen meer dan eens en schuilt vaak onder loopplanken in de tuin. Met zijn graafpoten kan de veenmol ook goed zwemmen. Op zijn kop zitten twee sprieten voor reuk, tast en smaak en zijn twee staartsprieten dienen voor de tast tijdens het achteruit kruipen.Vanaf eind juli tot in augustus zoeken de veenmollen hun overwinteringsplaats op. Daar zitten ze in een vaste houding in een verticale gang wat dieper onder de grond. De veenmol maakt ook een doordringend snorrend geluid zoals de krekel. De veenmol is een alleseter die insectenlarven, regenwormen, weekdieren, plantenwortels, kiemende zaden en zelfs soortgenoten verobert. Dus letterlijk een alleseter. Niettegenstaande zijn zeer vervelend karakter komt de veenmol voor op de rode lijst als bedreigd insect en de veenmol mag zodoende NIET worden bestreden. (info: concentra)
Zowat alles wat te maken heeft met Jacobus, Saint Jacques, Jacobi, Sint Jakob wordt aandachtig gelezen door Pedro. Vorige week was Pedro in Leuven en zag de Sint Jakobskerk aldaar. Wat deze kerk met Compostela te maken heeft lees je in volgende bijdrage
In de Middeleeuwen doorkruisten grote pelgrimroutes het Europese continent op weg naar het (vermeende?) graf van apostel Jacobus in Santiago de Compostela. Deze pelgrimroutes vervulden door hun internationaal karakter een cruciale rol bij de totstandkoming van de Europese cultuur. De Leuvense Sint-Jakobskerk was eeuwenlang een belangrijke halte op een van deze routes. De Niederstrasse kwam van Keulen en liep via Aken naar Maastricht, waar de pelgrims de Maas overstaken. Vervolgens liep het traject over Tongeren, Sint-Truiden, Tienen en Leuven naar Brussel, waar de aansluiting gemaakt werd met de route Utrecht-Parijs. Een kleinere route splitste zich af in Maastricht en ging via Hasselt en Diest naar Leuven. Een straat naast de kerk heet nog steeds Pelgrimstraat en aan de Blauwe Hoek stond tot aan de Franse Revolutie het Sint-Laureisgasthuis, dat specifiek voor de opvang van pelgrims bestemd was. De stempel waarmee de pastoor van Sint-Jakob hun bezoek aan de kerk bevestigde, bestaat nog steeds. (Info: De Pelgrim)
En Pedro hoe ver staat het met de training?
Momenteel op schema, niettegenstaande het slechte weer van de voorbije weken. Veel beweging, zowel fietsen als wandelen om de conditie op te bouwen.
Wat zijn de vooruitzichten voor de maand mei en volgende?
Volgende maanden wordt het accent gelegd op fietsen, veel fietsen. Geen lange afstanden maar wel indien mogelijk dagelijks de fiets op, vooral met het oog op de fietsgewenning. Je weet wel, het vermijden van zadelpijnen en de daaraan verbonden ongemakken. Ook ga ik een paar dagen aan zee fietsen, de wind trotseren. In juni doe ik dit nog een keer over en in juli trekken we naar Gelderland om de Gelderse glooiingen af te fietsen.
Voor wie het nog niet weet, de tulp is niet Nederlands maar Belgisch! Een geschiedkundig onderzoek heeft uitgewezen dat de tulp in West-Europa voor het eerst in Antwerpen te vinden was. Een Antwerpse handelaar vond in 1562 enkele onbekende knollen tussen een vracht stoffen uit Turkije. Omdat de knollen op uien geleken at hij er enkele op maar...eetbaar waren ze niet en daarom gooide de handelaar de knollen in de tuin. Korte tijd later groeiden er prachtige bloemen in zijn tuin. En de Nederlanders zult u zeggen...die zouden pas in 1592 met de tulpenbollen over de grens getrokken zijn. (info: TV nieuws op één)
's Gravenvoeren en Sint Martens Voeren, startplaatsen van respectievelijk de Noordalwandeling en de Bovenhoutwandeling. Het domein Altenbroek 160 ha groot is een grensoverschrijdend en aaneengesloten natuurgebied op het grondgebied van 's-Gravenvoeren en Noorbeek (NL). Het dankt zijn naam aan het prachtige privé kasteeldomein midden in het gebied. De natuurwaarde van de voerstreek is groot. Het variërende landschap toont hier oude Maasterrassen en leemplateaus, hoogstamgaarden met poelen, brongebieden en veel bossen. Voorkomende dieren: edelhert, everzwijn, das. De dassenstand groeit in de Voerstreek nog altijd aan. Op dit ogenblik wordt hun aantal al op meer dan 300 geschat. De vroedmeesterpad komt ook nog voor in de Voeren. Dankzij het relatief warm microklimaat kan je deze kleine pad met haar wrattige kop tegenkomen in het domein Altenbroek. De Noor is een vrij gave heuvellandbeek. Ze ontspringt bij de St.-Brigidabron en meandert door het kasteeldomein en het natuurgebied in zuid-westelijke richting waar ze na enkele kilometers uitmondt in de Voer. De grote gele kwikstaart is er vaak te zien lagnsheen de oevers. Het gebied is heel het jaar door toegankelijk. Deze wandeling is ongeveer 10 km lang en neemt zon drie uur in beslag. Het tracé loopt bijna volledig over niet-verharde wegen, die over het algemeen wel goed begaanbaar zijn. Bij goed weer volstaan gewone wandelschoenen.(info: natuurpunt.be)
Fietsen aan de rand van 'het stad'... Met vertrek aan fort 2 te Wommelgem, via Borsbeek en Boechout en langs de 'Koude Beek' naar Edegem. Middelheimpark, Nachtegalenpark en langsheen de Singel naar het Rivierenhof. Onderweg oog hebbende voor de mooie architectuur en uiteraard de natuur aan randje stad.
Wommelgemse Fort 2, startplaats van onze trip. Via de loop van de "Koude Beek" naar de parken. Middelheim. Sterckshof, gezien vanuit het Rivierenhof. (voor meer info, klik op de foto's ÓPedro)
Het Gorenpad situeert zich in de deelgemeente Ravels, vertrek uit het centrum en leidt de wandelaar doorheen het Domeinbos van Ravels. In de Turnhoutse Kempen strekken zich over een oppervlakte van 830 ha de Gewestbossen van Ravels uit. Het langgerekte bos, dat loopt van zuidwest naar noordoost, maakt deel uit van een grotere beboste omgeving die tot de Nederlandse grens reikt. Vanaf 1906 begon de bebossing van de heide met het huidige resultaat. Nu treft men er een variatie aan van loof- en naaldhout. De 35 m hoogtelijn die het staatsbos dwars doorsnijdt, vormt de scheiding tussen het Maas- en Scheldebekken.
De Gewestbossen van Ravels staan bekend om zijn vennetjes. Vanaf de vroege Middeleeuwen domineerden deze elementen het open landschap. Bij de aanleg van het bos, begin twintigste eeuw, werden een aantal vennetjes ontgonnen, beplant of omgezet in weiland.
Het meest intacte vennetje is het Klotgoor. Het hele jaar staat dit ven onder water.
Vogeltjes kijken...aan het Klotgoor.
Een variatie van loof- en naaldhout.
Zachte mossen en heide.
De Ravelse Pier, ontleent zijn bestaan aan de spotnaam die men aan de inwoners van Ravels heeft gegeven. (foto's: ÓPedro)
Over mezelf... Ik ben Pierre V alias Pedro Op Sinterklaasdag, anno 1948, ben ik als Mechelaar de wereld op gezet. Nu al geruime tijd woonachtig in "mijn dorp in de Kempen". Hobby's: Fietsen in de vrije natuur Geocaching en koffieleut... Heb net een fietstocht als peregrino naar Santiago de Compostela achter de rug ten voordele van... LCH Belgium vzw (Langerhans Cel Histiocytose)