Ik denk dat onze scoutsgroep in Kapellen, St. Mauritius heete. Ik herinner me vaag nog Akela, en Bagheera, dat waren leidsters bij de wolfkes. Op Akela waren er velen een beetje verliefd. Ik herinner me nog zo goed een voorval, we hadden een oude legermotorfiets gevonden, de schroefdop van de brandstoftank was eraf en ik vond het niet beter om daar in dat open gat een lucifer te werpen, een steekvlam verschroeide heel mijn rechter arm, toen ben ik naar het huis van ons Akela gelopen die heeft me verzorgd en mijn ouders verwittigd. We droegen toen bij de scouts nog die populaire hoeden, met vier deuken zoals het liedje zingt, het was toen nog VVKS of Vlaams Verbond der Katolieke Scouts, dat is nu ook verandert. Er is mij een ding, buiten de plezierige herinneringen, bijgebleven, namelijk dat we toen toch probeerde van een goede daad per dag te doen. En u moogt het geloven of niet dat heb ik lang kunnen volhouden, en nu nog denk ik er dikwijls aan, oei ik heb mijn goede daad vandaag nog niet gedaan. Mijn goede daden nemen nu meer tijd in, ik zal nu de goede daad langer rekken. Zo kom ik op het eigelijke onderwerp waarover ik vandaag wou schrijven, een die ik zeker als een goede daad beschouw. Hier volgt ze. Enkele weken geleden vroeg een vriend, of ik soms goesting had om in een kortfilm, een eindwerk, wou optreden gemaakt door, leerlingen Klank en Beeld van De Rits in Brussel, een school voor toekomstige cameramensen bij de film en teevee. Ik ging op het voorstel in, en trok naar een eerste kennismaking in Schoten met een van de leerlingen. Toen ik het zogenaamde draaiboek las, een draaiboek dat eigelijk een draaibladje bleek te zijn ,want het was een film van amper 7 minuten, ging ik akkoord en zou in een ouderlingetehuis, present zijn om de film optenemen. Het gegeven was, een ouderling heeft een kamer in een Rustenverzorgingstehuis, hij heeft een muziekinstallatie en met die instalatie maakte hij te veel lawaai. De directeur beslist, na enige klachten van de andere bewoners, dat hij de instalatie moet afgeven. Ik moest om 10.30 uur in Schoten zijn, om die tijd zou een der ouderlingen zijn kamer afstaan zodat we ongestoord konden filmen. Toen ik om 10.15 uur mijn wagen parkeerde stonden de jongelingen al te wachten, de zo specifieke reuk van deze tehuizen sloeg me in het gezicht,de wouldbe cameramensen hadden een afspraak met de directeur van het tehuis, die tevens ook de rol van directeur zou spelen in de film. Na een kort gesprek met de baas van het home, trokken we naar boven en betrokken een kamer terwijl de bewoner een wandelingetje in het dorp ging doen, er was veel te zien in Schoten want 's anderendaags zou de Scheldeprijs worden gereden men was al tribunes aan het opzetten. We filmden in verschillende stukken, eerst zat ik aan een tafeltje waar mijn muziekinstalatie opstond, een wagentje met daarop de camera gemonteerd, reed door de gang en wanneer ik het woord "actie" hoorde roepen moest ik een fonoplaat op de draaitafel opleggen, ik moest het vier maal opnieuw doen zodat er zeker wel een goede zou bij zijn. De geluidsman zat op het bed uit het zicht van de camera. De volgende take bestond uit het wegnemen van de muziekinstalatie, een van de leerlingen kleede zich om als verpleger, hij kwam de kamer binnen en zegde "Sorry, ik moet uw muziek komen halen." Daar zat ik dan met de platenhoes van Elvis in mijn handen mijn moed zonk in mijn schoenen, ik was mijn enigste hobby waar ik nog plezier in had kwijt, de volgende opname was het gebaar dat ik de telefoon afnam ik moest zeggen "zeker mijnheer de directeur ik kom naar beneden". Weer driemaal herdaan. Toen trokken we naar het bureel van het hoofd van het tehuis om daar het stuk optenemen waar de directeur de woorden uitsprak dat hij na klachten van de andere bewoners mijn instalatie zou afnemen. Toen waren we toch al zo een uur of drie bezig geweest, mijn rol was uitgespeeld de leerlingen gingen nog wat vrije shots opnemen. Ik nam afscheid van deze toffe ploeg, ik voelde me goed want ik had mijn zoveelste goede daad gedaan.