Disclaimer
In verband met een recent dispuut omtrent plagiaat wil ik bendadrukken dat deze teksten uiteraard niet origineel zijn maar een condensatie van teksten die over dit onderwerp werden gepubliceerd. Ik kan de geschiedenis van Egypta niet heruitvinden en mijn persoonlijke bijdragen aan origineel onderzoek hierover zijn nihil. Ik tracht hier met zoveel mogelijk bronvermelding een samenvatting te geven over wat hedendaags bekend is.
Ronald Milo
Hierboven vind je een afbeelding van de god HAPI, de Nijlgod of beter gezegd de God van de Overstroming van de NIjl. De Egyptenaren maakten immers een onderscheid tussen de nijl als stroom, die ze "iteroe" noemden, en de welvaart brengende overstroming die ze personifiлerden in de god Hapi. Hij werd meestal voorgesteld met een hangbuikje en hangborsten (een teken van welvaart voor de oude Egyptenaren) en met een haartooi van waterplanten. Vaak wordt hij echter ook in de verschillende provincies ( nomen) afgebeeld met het embleem van de provincie op zijn hoofd. Dit is ook het geval in bovenstaande afbeelding. Hapi werd vooral vereerd te Assoean en Jebel el Silsila waar hij geacht werd rond te dwalen in de grotten bij de eerste stroomversnelling (cataract). In de Delta daarentgen geloofde men dat hij in grot nabij Memfis woonde. Om hem te vereren en gunstig te stemmen werden, meestal in de nabijheid van een nilometer, offergiften in de stroom gegooid.
Een herschikking van het blog is aan de gang om alle delen aanklikbaar te maken vanuit het centrale Inhoudsmenu. Enig geduld wordt op prijs gesteld. Ondertussen kan u nog steeds bij de artikels terecht via de inhoud in rechterkolom
e-mail van de auteur: ronald.milo@skynet.be
11-01-2010
Horus valk
DE GOUDEN HORUS
De gouden valk van Hiërakonpolis. De Horus valk werd reeds van in de predynastische tijd als hemelgod vereerd in de stad Nekhen, die later Hiërakonpolis ( Grieks voor de Valkenstad) zou worden genoemd. De stad waar zich de Horus tempel bevond ontleende haar naam Nekhen aan een nog oudere valkgod die kan onderscheiden worden van de jongere Horus door de twee grote gouden pluimen die hij droeg als kroon.
De meer algemeen verspreidde Horus werd niettemin ook reeds vanaf de eerste tijden vereerd in de tempel te Nekhen als "Har-Nekheny" of "Horius de Nekheniet". Horus werd op verschillende plaatsen in Egypte vereerd onder steeds verschillende lokale titels. Dit is goed vergelijkbaar met de Apollo cultus bij de Grieken, die ook lokale varianten vertoonde zoals de Apollo van Delphi of de Phytische Apollo. Nekhen was het spirituële hart van het zuiden en men neemt aan dat een groep van goden met jakhals hoofden , bekend onder de naam van de "Geesten van Nekhen", de verpersoonlijking zijn van de semi-mythische vroege koningen van Nekhen. Aan de andere zijde van de Nijl lag de tweelingstad van Nekhen namelijk Nekheb. De giergodin Nekheb.t " ( zij van Nekheb) was ook bekend als "de Witte" omdat zij de Witte Kroon van Opper-Egypte droeg. De ruïne van haar tempel bevindt zich momenteel in de moderne stad El Kab. Een naam waarin de oude naam nog weerklinkt.
Het was te Hiërakonpolis dat in 1898 de schitterende gouden kop van de oudste zonnevogel van Nekhen werd gevonden. Hij is bekroond met de ureaus (de cobra godin van Beneden-Egypte) en twee pluimen, die we ook bij Amon-Re terugvinden. De kop bestaat uit een houten kern waarrond een dikke laag bladgoud werd geslagen. De snavel is gesoldeerd en werd later apart toegevoegd. Emile Vernier een Franse edelsmid stelde vast dat de ogen gemaakt zijn van een enkele staaf obsidiaan , waarvan de uiteinden bolgeslepen en gepolijst werden. Het beeld stamt uit de zesde dynastie (ca 2.300 voor Chr.) en behoort tot de oudste edelsmeedwerken van Egypte die bewaard zijn gebleven. Hoogte van de kop is 10 cm, van de veren 28 cm, en de ureaus meet 5,1 cm.