In de natuurkunde, c.q. scheikunde, wordt het begrip element doorgaans gebruikt voor de stoffen (atomen) die geordend zijn in het periodiek systeem. Een element wordt dan gezien als een bouwsel dat bestaat uit elementaire deeltjes zoals proton, neutron, elektron, etc. We kunnen natuurlijk van deze conventie afwijken, maar liever zou ik deze conventie toch maar willen blijven volgen. Temeer ook daar, naar ik meen, dit concept ons kan helpen om "de kleinste bouwsteen van onze psychische werkelijkheid" te definiëren. Laten we deze kleinste bouwsteen eens een BE (BestaansElement) noemen. Een BE kan dan worden gezien als het samengaan van een indruk (iets zintuiglijks), een sensatie (gevoelservaring), een actie (eventueel actietendens) en een evaluatief moment. Een voorbeeld: we merken een plotselinge geur, deze geeft een prettig gevoel, we halen aandachtig adem, we constateren weldadigheid. Op deze wijze kunnen we alles wat we in ons leven meemaken in een samenhangend verband onderbrengen. In dit verband, een zintuiglijke indruk zie ik als behorend tot het cognitieve betekenisveld. Ook alle interacties met onze medemensen passen goed in een dergelijke structuur. Met andere woorden we hebben naar mijn mening een concept voor een "psychologisch element". Een voordeel van deze zienswijze is dat deze los staat van de taal en kunnen we ermee inderdaad "de taalstructuren passeren". De taal kunnen we er juist mee onderzoeken als een psychologisch fenomeen. John, als je de vraag stelt of het misschien tijd wordt voor nieuwe cognities over gedrag, dan zou dit mijn antwoord zijn. Het bovenstaande is een summiere samenvatting van mijn ideeën over dit onderwerp, maar als jullie dit aanspreekt zal ik graag laten zien hoe dit verder kan worden uitgewerkt.
|