Ik ben Juliën - Jozef, en gebruik ook soms de schuilnaam Jullouis. Woon in Maldegem Oost-Vl. Ben geboren op 20/03/1927 en ben nu dus 91 jaar. Mijn hobby's zijn: fietsen, computer en wat poëzie, maar ik beperk mij enkel tot het lezen ervan. De poëzie, schilderijen en tekeningen zijn van auteur "Nest Martens" Het is zeer vriendelijk van u mijn blog te bezoeken. Mijn dank daarvoor. Met vriendelijke groeten. Juliën
Dichter Schilder
Dichter schilder Schilder dichter wie van beiden wat van beiden
Mijn beeld is woord mijn woord is beeld
Het zijn mijn kinderen die ik zie en zegen Maar zij mij kwellen tot rust nog duur
Weet ik wat ik doe Is het een het ander niet Zijn zij niet mijn hartebrood mijn groot leed mijn kleine troost als ik ze lees ze zie mijzelve lees en zie
Is dit openbaring Moet het zo zijn tot mijn laatste dag schilder dichter dichter schilder
het zij dan zo.
Niets uit, in deze blog aangehaalde poëzie, schilderijen, beelden of tekeningen van Nest Martens mag op eender welke wijze dan ook, voor commerciële doeleinden worden gebruikt zonder schriftelijke toestemming van de auteur.
Deze uitzichten zijn te zien vanuit de living van mijn appartement in het centrum van Maldegem.
Deze zomereik is met zijn omtrek van 5;85m. de bomenkoning in het Sint-Annapark te Maldegem.
"Rob broek" heeft verscheidene wereldreizen gedaan en daarbij vele foto's opgenomen.
Amerika
Uitzicht over de Arches.
Oog in Arches.
Delicate Arch
Grand Canyon kleurenspel
Uitzicht Zion dal
ZONSONDERGANG
Surrealisme
_
Oude Schoonheden
OUD ENGELAND
OLDTIMERS
Een toevallig treffen met een oldtimerclub aan Crémerie Monique Damme-Moerkerke
WONDERBAREBOOM in Zuid-Afrika De auteur is onbekend.
POËZIE. SCHILDERIJEN. BEELDEN.
Gedichten over zin, onzin. Humor. Liefde. En nog veel meer.
17-03-2011
Aan de Schelde
Een Antwerpse wandelaar ziet een persoon gehurkt zitten aan de oever van de Schelde Hij merkt op dat die gast met zijn rechterhand water uit de Schelde aan het scheppen is en er dan gulzig van drinkt. 'Hé manneke,' roept de wandelaar 'ge meugt van dat water niet drinken!!! Het is stark vervuild zulle! Het is giftig. Ge gaat er van staarreven!!' Traag veert de gehurkte persoon recht, draait zich om en zegt tegen de wandelaar: 'Ikke Marokkaan. Ikke u niet goed begrijpe'. Antwoordt de Antwerpenaar: 'DA GE MEE OE TWEE HANDEN MOET DRINKEN !!!'
Lieg nooit tegen je vrouw Een man belt naar huis van zijn werk en zegt: Lieverd, ik ben uitgenodigd om mee te gaan vissen in Schotland met mijn baas met een stel van zijn vrienden. We gaan een week weg zijn. Dit is een goede gelegenheid om te proberen promotie te maken, dus zou jij zo lief willen zijn om een tas in te pakken met voldoende kleding voor een volle week? Leg je ook meteen even mijn hengel en visbox klaar? We gaan meteen vanuit kantoor, dus ik rijd dan snel even langs om alles op te halen. Oh, en vergeet niet mijn nieuwe blauwe zijden pyjama in te pakken. Vroulief denkt dat aan dit verhaal toch wel een luchtje zit, maar een goede echtgenote als ze is, doet ze precies wat haar man gevraagd heeft. Aan het eind van de week komt haar man weer thuis. Een beetje moe maar verder ziet hij er goed uit. Zijn vrouw verwelkomt hem en vraagt: Heb je veel vis gevangen? Ja, heel veel zalm, enkele snoeken en ook veel grote baarzen. Maar waarom had je eigenlijk mijn nieuwe pyjama niet ingepakt? Maar dat heb ik wel gedaan
Ma en pa op de tandem ze rijden vrolijk door het land langs mooie wegen een helle lach Een felle dag de zon hoog aan de hemel de dieren in de wei de wind een beetje mee ze trappen lustig door genieten van het rijden Een zorgeloze dag een paardje draaft wat mee vogels scheren over Heel ver roept de koekoek bode van wat regen een horzel zoemt voorbij Ze roepen dag en daar het zondag is is iedereen voldaan en wuift terug een heel goede wereld Daar pa wat dorstig is en ma naar koffie snakt wordt halt gemaakt aan een klein café terrasje op en neergeploft Kalmpjes aan de zakdoek over bol geveegd ze zweten allebei ze lachen naar elkaar een gelukkig paar dat even weg is van de dag van steeds hetzelfde De drankjes komen ma nipt even pa een grote teug 't is ook een man niet zo beschaafd als ma die elegant haar kopje roert Ze keuvelen een beetje ze zien er heel tevreden uit
't is zo eenvoudig leven 't is zo een mooie dag Binnen horen ze gelach waar oudjes biljard spelen het klikken van de ballen het plagen met het woord Een koetsje rijdt voorbij twee paardjes lichte draf en uitgelaten mensen Een sjofel hondje kijkt naar hen en kwispelt met zijn staart wat vijgen blijven achter 't is allemaal natuur Ma betaalt want zij is baas als het over centjes gaat Pa is braaf verdient wel goed maar ma behoedt Zo blijft de kerk in 't midden en vormen zij het ideale paar De tandem staat symbool zij duwen beiden gaan saam vooruit eenzelfde weg Dit is het schone volk dat weltevreden is met kleine fijne dingen Een mooie dag meer hoeft het niet pa voor schijn aan 't stuur en ma weet goed dat zij de richting geeft waarlangs het tochtje gaat En pa laat toe want 't is een brave man die van het meisje houdt dat hij trouwde op een dag en nu zijn dikke vrouwtje is waarmee hij heel tevreden de dagen deelt en alsmaar dikker wordt
Een diepgelovig man is bij zijn dagelijkse wandeling aan het bidden tot God. Bij het slot van elk gebed vraagt de vrome man aan God opdat hij een wens zou mogen doen. Na vele gebeden breekt plots het wolkendek open en verschijnt God omgeven door een fel licht. "Beste man" zegt God "U bent mij steeds trouw gebleven en altijd mijn beste dienaar geweest daarom zal uw wens dan ook in vervulling gaan. Wat wenst u ?" De man, nog lijkbleek van de schrik zegt met bevende stem. "Ik zou graag Amerika eens zien maar heb zo een grote vliegangst dat ik niet in een vliegtuig durf te stappen. Daarom Heer God is mijn wens dat U een brug zou bouwen over de Oceaan van hier tot Amerika zodat ik met de auto dit land kan bezoeken." "Beste man, dat is wel een grootse wens die u daar hebt, en hebt u wel al eens nagedacht wat voor een enorm werk dat zal zijn, met al die peilers in die diepe Oceaan. Een iets eenvoudiger wens zou mij wel beter uitkomen." De man denkt een poosje na en zegt "Wel ja 'k heb een eenvoudige vraag. Zou U Heer God mij de kennis willen geven om het vrouwelijk wezen te doorgronden." "Hmm" zegt God. "Hoe moet die brug zijn, twee of viervak?"
De verzekering voor arbeidsongevallen kreeg een aanvraag voor tussenkomst van een Gentse aannemer die naar eigen zeggen een ongeval had door ... "alleen te werken". Hij had: - een gebroken schouder - een gebroken linkerarm - 2 gebroken benen - een hersenschudding De verzekering vroeg een duidelijke uitleg hoe zoiets kon gebeuren en kreeg van de Gentse aannemer volgende brief...
Gent, den vierentwintegste mije, 2009
Geachte menier,
Op n'een schune, zonnige zondagmorgend wierde k'ik nogal vroeg wakker. Ik koste nie mier sloapen. Nu moede weten da'k ik een appartementsgebèw van vaaf verdiepingen aan 't zetten ben en ik hè toens moar besloten van een beetse vuurs te wirken onder mijnen alliene. Ik ginge dus noar maane bèw en op het dak boven de vaafde verdiepinge lag't er n'een uup van 100 kilo stienen die noar benein moesten. Ik op da dak, die stienen almoal in n'een bak gedoan die'k toens mee de katrolle noar benein zoe doen. Oals de bak gevuld was ging ik noar benein en 'k trokke an de kuurde. Nu moede wete da'k ik moar tseventig kilo wege en diene bak hoenderd. Diene bak kwam mee een snelhaad noar benein en ik mee dezelfde snelheid noar omhuuge schote. In de buurt van de 3de verdiepinge kwam ik diene bak tege en krege 'k ik n'een stamp op mijne schèwer. Vandoar mijne gebroken schèwer. Den bak valdige op de groend en ik hangdige doar op de 5de verdiepinge. Nu moete wete da den bom van diene bak deure de slag doar uitgevallen es en diene bak, zoender stienen, moar 10 kilo weegt. Ik kwame nu toch mee een snelheid were noar benein. In de buurt van de 3de verdiepinge kwam ik diene bak were tege en krege 'k ik n'een stamp tegen maane linkerôrme. Vandoar maane gebroken ôrme. Benein sloege k' ik tegen den huup mee stienen. Vandoar mijn 2 gebroken bienen. Deure 't verschieten è 'k ik de kuurde losgeloaten en kwam diene bak were noar benein mee een geweld op mijn huufd. Vandoar mijn hessenschuddinge.
Kleine muis piept door leven pikt wat op en weg ermee
Loeren op kat en muizenvallen
Behoedzaam om het hoekje gluren de baan is vrij geen kattenstank
De maan staat aan de hemel het is allemaal van mij Zo tippel ik onopgemerkt mijn muizengang
Helle plekken licht vallen door het raam Ik loop er omheen mijn angst behoedt leidt mijn stapjes
Ik dwars de reuzenkamer op rooftocht Een kruimel die ik zie en nog een het is goed
Ik leef in celibaat hoef geen nest met jongen Bedien mijzelf luister goed heb grote horen en als het licht op groen is ren ik door Bij rood stil onzichtbaar
Niemand merkt mijn kleur is grijs Ik ken de wetten mij vangt men niet ik weet waar ik mijn kostje haal ken mijn plaatsjes Snabbel snabbel beetje beetje wie merkt het
Een student is gebuisd op het examen logistics en organitatie. Na het examen gaat hij de confrontatie met zijn profesor aan. Student: "Professor begrijpt U wel iets over het onderwerp?" Professor: "Dat spreekt van zelf, zoniet was ik geen professor." Student: "Goed, dan wil ik U graag een vraag stellen. Indien U mij het correcte antwoord kan geven, aanvaard ik de buis op mijn examen. als U echter het antwoord schuldig blijft geeft U mij een A op mijn werk." Professor: "Oké, wat is de vraag?" Student: "Wat is legaal, maar niet logisch, logisch maar niet legaal en daarbij noch logisch noch legaal?" Na lang nadenken en overwegen blijft de professor het antwoord schuldig en verandert zoals afgesproken de examenpunten in een A Nogal gefrustreerd besluit de man die bewuste vraag aan zijn beste student voor te leggen. Deze antwoordt direct: Kijk professor, U bent 65 jaar en gehuwd met een vrouw van 30 jaar, dat is legaal maar niet logisch. Uw vrouw heeft een minnaar van 25 jaar, dat is logisch maar niet legaal. Maar het feit dat U de minnaar van Uw vrouw een A geeft voor zijn examen alhoewel hij gebuisd is, is niet logisch en ook niet legaal."
Moeder was druk in de keuke toeng ze inies kèihard riep: "Vader, godis baute naar 't huuske en mokt die zitplank is" Vader roept terug: "Dor is toch niks mis me 't scheithuus" Dan moeder weer: " Tis wel waor jong, mokket nei mor in orde." Dus vader wer noar baute noar 't weecee, bekeket is en roept wer terug: "Mengs, der is echt hielemaol niks misme." Moeder roept weer terug: "Nou, stekt auwe kop mor is in 't schietgat." Vader kekt goe rond en roept: Mensg, in da gat is oek niks mis." Moeder roept wer: "Nou den kommer mor trug out me aowe kop." Vader wil zeine kop out 't gat omhoog trekke en roept den beangstigend: Moeder, helpt mei is, want het hor van miene board zit vast in een spleet van de plank!" Waarop moeder rupt:
Gezellig bij elkaar wijl het stoofke brandt en iedereen zich rond de tafel schaart genietend van het maal de wijn de goede gaven het onheil ver van hier de vrede in de harten toastend op elkaar bedankt het lot dat ons dit alles schenkt
Leef als een monnik strijd als een krijger min als een dichter vermenigvuldigt u zie uzelf wel duizendmaal één is genoeg
Een dol geworden hond raast en bijt en wordt neergeschoten de razenij verstild bloedend leeggelopen een kadaver dat blijft waarop het oog rust dat niet vraagt waarom die woede
't Is goed hier zo te liggen te reizen in de geest een warm gevoel van binnen rust om je heen om kalm te leven een afgesloten wereld waar niets je raken kan meester van je voelen tevreden met jezelf
Ik hoor dat ik zie wat jij ziet ik zie dat iij hoort wat ik hoor dat is ons samenzijn dat ik voel wat jij voelt dat is ons innig samenzijn dat jij onderhuids in mij bent dat ik mijn weg vind in jou dat is ons welzijn dat jij hurkt en ik sta dat is ons anders zijn
Als ik een kleine God was en scheppen kon hoe zou je beeld dan zijn welke toets zou ik je geven welke glans hoe zou de fluister van je stem zijn je zingen je dans je lach hoeveel mooier beter liever zou ik je maken je zou nog dezelfde zijn
Het varken krijst zo fel als 't wordt gekeeld en het het leven laat ook wij krijsen schel als het laatste loodje ligt en wij verscheiden gaan maar ze eten ons niet op ze stoken ons tot as ik krijg een plaatsje op de schouw zodat ik de kamer zie wijl men 't varken eet en men mij vereert hoewel we beiden zwijntjes zijn.
Als ik God ben ben ik dan goed is noch leed noch kommer plaats ik hebzucht in het hart of mildheid zijn mijn schepsels vredig dogen zij elkaar is er vrede ben ik rechtspraak krijgt men zijn deel of ween ik om mijn schepping
Banieren strak in wind de hopman rijdt ons voor op schimmelros de scharen volgen een prieter sluit de rij gedragen door een ezel hij zal ons zonden wassen voor ons bidden de ogen sluiten als het voorbij is en men ons wegstopt in een deken onder zoden met een lans in grond gespietst de koele aarde waarin we rusten wat resten blijven nog
En dus moet hij dan zo snel hij kan naar huis naar 't warme bed hij kruipt lanszij en knort tevree dat warme lijf zijn eigen wijf niets mis daarmee zijn voeten warmen aan dit stoofken oh zaligheid dit lapke vlees de vette borstjes een kontje als fluweel een beetje goesting wel een stapke verder gaan hmmmm hij boert een keer en doet zijn oogkens toe zo moe
De Kardinalen.
Mensen hullen zich in gewaden en maken verheven gebaren. Doordrongen van hun eigen belangrijkheid.
WACHTEN
Wachten op liefde
De komst van hem van haar die streelt en kust en lief heeft Eén moment
Mijn dierbare die hoopt en wenst en biddend vreest dit kort moment is al