Nostalgie
24-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lowland Trio
Image Slideshow

Het Lowland Trio was een noveltygroep uit de omgeving van Alkmaar met Joop van Twuyver als zanger. Hun bekendste hits waren Ik kan geen kikker van de kant afduwen en Mijn naam is Haas


Het Lowland Trio was afkomstig van omgeving Alkmaar en bestond uit leadzanger Joop van Twuyver, Jaap Hos en Hans le Grand. Ze braken door met het nummer Trouw niet voor je veertig bent, dat Joop zelf geschreven had. In 1966 bereikte het de 36e plaats in de Top 40. Twee jaar later kwamen ze wat sterker terug. De mannen hadden aan Peter Koelewijn gevraagd of hij komische liedjes voor hen wilde schrijven. Koelewijn had immers het jaar daarvoor groot succes gehad met zijn compositie Beestjes, uitgevoerd door Ronnie & de Ronnies. Voor het Lowland Trio schreef hij het nummer Ik kan geen kikker van de kant afduwen, dat qua compositie wel wat weg heeft van Dancing shoes van Cliff Richard & the Shadows. Dat nummer kwam tot #12. De samenwerking met Koelewijn klikte wel en tot 1982 schreef Koelewijn materiaal voor ze. Daarvan haalde alleen nog Potvolblommen, een singletje om de verkoop van bloemen te promoten, de Top 40. In 1973 wisten ze nog één keer de Top 40 te halen, maar niet met een Koelewijntekst.
Mijn naam is haas, een cover van Mein Name ist Hase van Chris Roberts, kwam dat jaar tot #12 in de Top 40.

In 1980 werd een rechtszaak tegen Peter Koelewijn aangespannen vanwege een nummer van het Lowland Trio. Het ging om het nummer We Are The Champions (Olé olé), dat dat jaar naar aanleiding van het Europees Kampioenschap voetbal in Italië was uitgebracht. Het nummer haalde dat jaar overigens de tipparade. De zingende Vlaamse kapper Gilbert de Nockere meende dat hij de rechten op het refrein van dat nummer had. Dat bestond namelijk uit de yell: olééééé oléhééééé olééééé oholé olééééé, etc. De Nockere had deze melodie inderdaad al in 1979 gebruikt voor een nummer over S.K. Beveren, maar werd door de rechter in het ongelijk gesteld, omdat de yell al een veel oudere oorsprong heeft (vermoedelijk bij Real Madrid supporters). De yell was trouwens een jaar eerder, in 1978, al te horen geweest op Olé (het W.K. lied) van de Bumpers, de Rotterdamse noveltygroep, bekend van hun hitje Ik dans de bump (met jou). Dat gegeven veegt de aanklacht van De Nockere helemaal onder tafel.

In 1982 nam het Lowland trio een nieuwe versie op van Trouw niet voor je veertig bent. Het verscheen als b-kantje van de single met de onwaarschijnlijk lange titel: Het drama van de klok en de 73 mensen in het pas gerestaureerde kerkje te Lange Panne. Dit was tevens de laatste samenwerking tussen Peter Koelewijn en het Lowland Trio. Daarna is er weinig meer van het Lowland Trio vernomen.


» Reageer (0)
23-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Livin' Blues
Image Slideshow

Uit Den Haag afkomstige band die, samen met The Bintangs en Cuby & the Blizzards, jarenlang de top van de Nederblues vormt. Livin' Blues verkrijgt halverwege de jaren '70 een opmerkelijke populariteit in Polen. De naam van de band is gebaseerd op het Living Theater, een experimentele theatergroep uit Amerika.

1967 Livin' Blues wordt opgericht door Ted Oberg, (ex-Andy Star & Stripes), Ruud Franssen (ex-Andy Star & Stripes). Djörn Pool, Niek Dijkhuis en John La Grand. Op 10 maart worden onder leiding van Hans Vermeulen in de Haagse G.T.B.-studio enkele nummers opgenomen, die pas in 1993 het licht zien via de compilatie The Early Blues Sessions, waar meer onuitgebracht werk uit de eerste jaren op staat.

1968 Terwijl de eerste single via Philips uitkomt, wordt er flink geschoven met personeel: Nicko Christiansen vervangt Djörn Pool en Cesar Zuiderwijk komt in de plaats van Niek Dijkhuis. Gerard Strötbaum vervangt Ruud Franssen. Onder productionele leiding van Jaap Eggermont worden twee singles opgenomen. De band treedt vaak op en maakt korte tournees door Duitsland en Engeland. Mevrouw Oberg, de moeder van Ted, treedt vanaf het begin van de band op als manager van de groep

1969 Gerard Strötbaum wordt vervangen door Henk Smitskamp. In de bezetting Christiansen, Oberg, La Grand, Smitskamp en Zuiderwijk wordt het debuut Hell's Session opgenomen. Het is een overtuigend debuut vol rauwe bluesrock, dat in slechts drie dagen in de Haagse G.T.B.-studio wordt opgenomen. Ondanks dat er geen single op dit album staat, groeit de populariteit in het clubcircuit en komt de groep op de tweede plaats te staan in de Muziek Express populariteitspoll in de categorie Bluesbands. In Nederland heeft de band een behoorlijk druk tourschema en ook in Duitsland worden steeds meer festivals en clubs aangedaan.

1970 Henk Smitskamp kan zijn baan niet combineren met de band en wordt vervangen door Ruud van Buuren (ex-Groep 1850). De groep speelt op diverse grote festivals in Duitsland en Zwitserland en is te zien op het eerste Pinkpop festival. Zuiderwijk verlaat Livin' Blues om naar Golden Earring te gaan. Op de tweede LP Wang Dang Doodle zit Dick Beekman achter de drumkit. Het album ligt sterk in het verlengde van het debuut en bevat een opwindende combinatie van covers en eigen werk, hoofdzakelijk geschreven door het duo Oberg/Christiansen.

1971 Begin 1971 heeft Livin' Blues een flinke hit met het aanstekelijke nummer Wang Dang Doodle. Het succes leidt tot optredens voor Thames Television en grote festivals in Duitsland en Zwitserland. Het hoogtepunt is het Palermo Popfestival waar de groep speelt voor zo'n 30.000 bezoekers. Beekman wordt opgevolgd door John Le Jeune (ex-Island).

1972 De derde LP Bamboozle komt uit, net als de twee voorgaande albums geproduceerd door Jaap Eggermont. LB Boogie wordt een grote hit. Het binnenlandse succes begint steeds meer over te slaan naar andere landen in Europa, zoals Zwitserland, België, West-Duitsland en vooral Polen. Later in 1972 vertrekt Le Jeune naar de Schick Band en wordt opgevolgd door Herman van Boeyen. Jaap van Eik vervangt tijdelijk Ruud van Buuren. Onder leiding van producer Mike Vernon (o.a. Fleetwood Mac) wordt in Engeland in oktober en november Rocking At The Tweed Mill opgenomen. De nieuwe drummer is Arjan Kamminga (die later zal spelen bij Mark Foggo & Secret Meeting). Ook gitarist Jan van der Voort (ex-Sammy Soul Set) maakt enkele maanden deel uit van de band. Hij is te horen op Choice, een reclamesingle voor verzekeringsmaatschapij Eerste Nederlandse/Nillmij. Van der Voort maakt in 1975 een soloalbum.

1973 In oktober wordt een tweede album met Mike Vernon opgenomen. Ram Jam Josey is de laatste met de kern John, Nicko, Ruud en Ted, de bezetting die over het algemeen beschouwd wordt als de 'eerste formatie'. Op Ram Jam Josey is nieuwe Britse drummer Kenny Lamb te horen. Lamb schrijft ook de titelsong.. Ook Ruud van Buuren, die het jaar daarvoor is teruggekeerd bij de groep, speelt mee op de plaat.

1974 Na een live-optreden voor het Vara televisieprogramma Nederpopzien maakt de groep het uiteenvallen bekend. Ruud gaat naar Long Tall Ernie & The Shakers, John is dan al bezig met de groep Water. Kenny Lamb gaat terug naar Engeland en Nicko formeert de band Himalaya. Ted is min of meer verplicht door te gaan onder de naam Livin' Blues vanwege de in 1973 gesloten contracten met Ariola en Grandad Music. Met John Fredriksz (George Cash) vormt hij tot 1980 de nieuwe kern.

1975 Henk Smitskamp komt een jaar terug en neemt Cor van der Beek mee met wie hij samen de ritmesectie heeft gevormd bij Shocking Blue. De groep staat in de Top 20 met het nummer Boogie Woogie Woman. De twee andere leden, Ronnie Meyjes (gitaar) en Michel Driesten (drums) houden het snel voor gezien en vertrekken na de opname van de single. Het album Live '75 wordt opgenomen tijdens een optreden in de Kunstmin in Dordrecht.

1976 Door de komst van John Fredriksz verandert Livin'Blues in een melodieuze bluesrock band. Op het album Blue Breeze is deze nieuwe muzikale lijn sterk doorgevoerd. De plaat wordt door de band samen met John Sonneveld geproduceerd. Andre Reijnen (ex-Brainbox) en Jacob van Heiningen (ex-Galaxis) spelen tijdens de opnamesessies respectievelijk op bas en drums. Margriet Eshuys en Maggie McNeal verzorgen de achtergrondzang. De elpee wordt uiteindelijk het best verkochte Livin'Blues album, vooral door de verkopen in het buitenland. Met name in Polen heeft de groep veel succes. Ze spelen er dagelijks shows met zo'n 20.000 bezoekers

1978  Door een slechte verhouding met de A&R manager komt de groep zonder plaatcontract te zitten.

1979 De bezetting wordt uitgebreid met Pietjan Visser (harmonica, voorheen lid van The Houseband).

1980 - 1986 In het nieuwe decennium begint Livin' Blues met een nieuwe line-up: Ted Oberg, Nicko Christiansen (ex-Himalaya), Evert Willemstein (bas) en Boris Wassenbergh (voorheen Cashmere). De band participeert in het Haagse Beatnach-festival, waar bijna alle Haagse blues-, en beatbands nog eenmaal op het podium staan. De ex-leden van Livin' Blues, André Reynen, Johnny Fredriksz en Pietjan Visser formeren de band Nighthawk, maar deze groep is geen lang leven beschoren. Wanneer ook Livin' Blues stopt, gaan Johnny Fredriksz en Ted Oberg verder als het duo J. & T., dat zich laat begeleiden door Peter Vink (ex-Q65 en Finch) en Fred van Vloten (drums, ex-Finch). Paul Vink gaat naar Limousine, Pietjan Visser naar Rex Reason Bluesband en Evert Willemstein naar Bizarre. Geen van de projecten en bands kent evenveel succes als Livin' Blues in haar hoogtijdagen

1986 Livin' Blues wordt opnieuw opgericht en bestaat uit Nicko Christiansen, John La Grand, Joop van Nimwegen (ex-Q65), Willem van de Wall, Aad van Pijlen en Art Bausch (ex-Barrelhouse, ex-Oscar Benton). In het live-circuit blijkt de band weer een graag geziene gast, maar het album Now valt tegen en wordt genegeerd.

1987 Christiansen is samen met onder meer bassist Arie van Duyvenvoorde (Les Charmeurs) twee jaar op de podia actief in de urban funkgroep Timbuktu.

1988 - 1997 Via het kleine Cordury-label komt een live-registratie, waarop oude klassiekers staan naast de nieuwe nummers: verwaterde blues met funk-, jazz-, en soulinvloeden. Ted Oberg speelt samen met zanger/mondharmonicaspeler Jan J. Scherpenzeel de groep Oberg. Christiansen formeert New Livin' Blues. De groep beleeft evenveel bezettingswisselingen als voorheen. In 1995 verschijnt een album.

1998 De Livin' Blues doet een éénmalig optreden tijdens de CD presentatie van de Nicko C. Band, de nieuwe band van Nicko Christiansen.

2000 Na het behalen van de onderwijsakte popmuziek aan het conservatorium, les geven, ontwikkelen van electronica dat door vele bekende gitaristen worden gebruikt en het schrijven van artikelen voor het blad Music Maker, richt gitarist Ted Oberg de band Oberg op. Aan het eind van het jaar toeren zanger Nicko Christiansen en mondharmonicaspeler John LaGrand samen met Eelco Gelling (ex-Cuby + Blizzards) door het land onder de naam Nederblues Summit.

2003 Als in augustus de Blues Summit van Niko Christiansen en John Lagrand stopt, vormen de twee muzikanten de nieuwe band Blues a Livin'. In dezelfde periode verschijnt van Livin' Blues de compilatie Livin' Blues - The Complete Collection.

2004 Jeroen van Niele uit Amsterdam, de nieuwe bassist van Livin' Blues, speelde eerder bij Terry Man en Blue Souls. Ted Oberg start samen met drummer Pierre van der Linden (Focus, Brainbox) en Erwin Nyhoff (Prodigal Sons) de bluesgeoriënteerde rockgroep Grand Slam!

2005 In de ochtend van donderdag 30 juni overlijdt mondharmonicaspeler John Lagrand op slechts 55jarige leeftijd in het VU Ziekenhuis te Amsterdam aan een longemfyseem. Christiansen vormt samen met gitarist Loek van der Knaap, bassist Yaroon Vanniele en drummer Ronald Oor The Nicko C. Livin' Blues Experience. Nicko Christiansen zingt nummers van Livin' Blues tijdens de Haagse Beatnach op Parkpop.

2006 Christiansen brengt in het najaar de Nederlandstalige cd De Kwast uit onder de naam Dr. Bongobrain. Hij wordt op de plaat terzijde gestaan door o.a. toetsenist Michael Eschauzier.

2007 Christiansen maakt deel uit van Pink Project, een Pink Floyd coverband die is opgericht in 1994.


» Reageer (0)
22-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Liesbeth List
Image Slideshow

Chansonnière die solo en met Ramses Shaffy behoort tot de meest gewaardeerde theaterpersoonlijkheden van de jaren zestig-generatie.

1941 - 1960 Liesbeth List wordt op 12 december 1941 als Elisabeth Dorothea Driessen geboren in Bandoeng (Indonesië) en brengt haar eerste vier levensjaren door in een Japans interneringskamp. Als haar moeder, terug in Nederland, zelfmoord pleegt, wordt ze geadopteerd in het gezin van een Vlielandse vuurtorenwachter. Al op jonge leeftijd houdt ze zich bezig met muziek, één van haar hobby's naast tekenen en literatuur. Op haar achtiende vertrekt ze naar Amsterdam, neemt zanglessen bij Bep Ogterop en verdiept zich in het Franse chanson. Dit bevalt haar zo goed dat ze kiest voor een carrière in de muziek.

1962 De zangeres maakt haar opwachting in de tv-show van Rob de Nijs, waar ze terecht komt via het AVRO-programma Nieuwe Oogst. Ze komt in contact met Ramses Shaffy waarmee de basis wordt gelegd voor een jarenlange intensieve samenwerking op het gebied van de lichte muziek. De shows Shaffy Chantant (met List, Loesje Hamel, Polo de Haas en Joop Admiraal) en Shaffy Chantate blijven jarenlang zeer geliefd om het ingetogen repertoire van bevlogen cabaretliedjes en Nederlandstalige chansons.

1965 Op het Knokkefestival in België oogst List veel waardering.

1967 Een ontmoeting met de fameuze Griekse zanger/componist Mikis Theodorakis resulteert in het album Liesbeth List Zingt Theodorakis, gewijd aan zijn befaamde Mauthausen cyclus. De sterren zijn haar goed gezind want regelmatig zal zij in contact komen met de juiste artiesten die haar carrière een nieuwe impuls geven.

1969 List's artistieke hoogtepunt breekt aan. Het duet Pastorale met Ramses Shaffy haalt in september de top drie. Ook verschijnt het gelijknamige album. Op het album Liesbeth List Zingt Jacques Brel vertolkt ze op succesvolle wijze het repertoire van de Belgische chansonnier. Het album behaalt goud.

1970 In De Armen Van De Stad, een tweede duet met Ramses Shaffy, komt niet verder dan de tipparade. Maar de solosingle Brussel is een klassieker. Het album Victoria verschijnt. De gelijknamige single doet het ook goed.

1971 Rond deze tijd is List veel op tv te zien in eigen shows. Ze ontvangt een Edison. Aan De Andere Kant Van De Heuvel, wederom met Ramses Shaffy, is een volgende klassieker.

1972 List werkt samen met internationaal gerenomeerde artiesten als Rod McKuen en Charles Aznavour.

1973 Het duo-album Shaffy Chantant verschijnt.

1974 Het album Foto komt uit. Het niveau van haar artistieke prestaties kan zich spiegelen aan die van Franse chansonières als Juliette Greco en Barbara. In april bereikt de single Te Veel, Te Vaak bijna de top tien en het liedje Kinderen Een Kwartje doet het in december ook goed.

1976 De albums Samen en 10 Jaar van Shaffy en List verschijnen. Voor een soloplaat ontbreekt het haar aan een platencontract, maar dit weerhoudt de zangeres niet veelvuldig op tv te verschijnen in de hoedanigheid van bekende Nederlander.

1977 Het album Live wordt gevolgd door Madame Melancholie.

1979 Het album Meisjes Van 30 verschijnt, evenals de compilatie Grootste Hits. Ondertussen trekt de Tour de Chant van Ramses Shaffy en Liesbeth List nog immer volle zalen.

1985 Successen staan verzameld op de compilatie Grootste Hits.

1987 Het tv-programma Een Kwart Eeuw Kleinkunst herdenkt het 25-jarig jubileum van Liesbeth List. De compilatie Liesbeth & Ramses verschijnt.

1988 List tekent een platencontract bij EMI en maakt het album Geen Wereld Zonder Jou.

1989 Na jaren van afwezigheid op de bühne, maakt ze haar comeback met een zeer succesvolle Tour de Chant. Het album Liesbeth List verschijnt.

1994  Het album List dat ze maakt in samenwerking met zanger/componist Frank Boeijen wordt onderscheiden met een Edison. List ontvangt de Visserneerlandiaprijs van het ANV, een Nederlands-Vlaamse Vereniging voor Taal en Cultuur, vanwege het constant hoge niveau van haar oeuvre en haar verdiensten voor het Nederlandstalige lied.

1996 Het zwaar georkestreerd album Noach wordt geproduceerd door Frank Boeijen en Jos Haagmans. Tekstuele en muzikale bijdragen worden o.a. geleverd door Freek de Jonge en Henk Hofstede. List gaat op tournee met de begeleidingsband van Frank Boeijen.

1997 Na haar hele carrière lang hetzelfde karakteristieke pagekapsel te hebben gedragen, laat List zich door Paul de Leeuw publiekelijk kortwieken in zijn roemruchte tv-programma Laat De Leeuw. In de rol van een alcoholische ex-groupie maakt List haar debuut in de musical Eindeloos (ook met ondermeer gitarist Mark Boon en Coen van Vrijberghe de Coningh) die vanwege het faillissement van het productiebureau slechts korte tijd loopt.

1998 List neemt een Gouden Harp in ontvangst. De zangeres speelt de rol van Bella Bekker in De Tijdaffaire, een musical ter gelegenheid van het 100 jarig bestaan van de Rabobank. De cast bestaat verder uit ondermeer Adèle Bloemendaal, Ben Cramer en Danny de Munk.

1999 Op de cd Vergezicht staat ondermeer een nieuwe versie van De Pastorale gezongen samen met De Kast. De plaat wordt geproduceerd door Haro Slok en bevat bijdragen van Pascal Jacobsen (Bløf), Henk Hofstede, Jan Tekstra en Han Kooreneef. Twee liedjes van Riccardo Cocciante worden door Boudewijn Spitzen en Rob Crispijn in het Nederlands vertaald. In het theaterseizoen 1999/2000 speelt List de hoofdrol in een musical over het leven van de Franse zangeres Edith Piaf. De musical is vanaf de première op 11 oktober een doorslaand succes en wordt drie seizoenen geprolongeerd.

2000 De dubbel cd Het Mooiste Van Lisbeth List verschijnt met daarop 18 nog niet eerder op cd verschenen nummers. Het album Piaf, De Musical verschijnt, waarop List nummers van Piaf zingt. De zangeres wordt voor haar rol bekroond met de Johnny Kraaykamp Musical Award 2000.

2001 Van Shaffy Tot Piaf is de titel van de jubileumtournee van List. Tegelijkertijd met de tournee verschijnt de biografie Het Voorlopige Leven over de zangeres bij de Arbeiderspers.

2002 List tourt verder met het programma Van Shaffy Tot Piaf gevolgd door een reeks theaterconcerten met de Kapel van de Koninklijke Luchtmacht. Op 7 oktober verschijnt de compilatie Portret waarop 36 niet eerder uitgebrachte versies van bekende nummers zijn te vinden. Liesbeth List wordt benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Ze ontvangt de koninklijke onderscheiding op 4 november in een uitverkocht Theater Carré in Amsterdam van demissionair staatssecretaris van Cultuur, Cees van Leeuwen.

2003 Het Hemelbed is een musical voor twee personen. Het stuk is geschreven door Tom Jones en Harvey Smidt. Jos Brink maakt de vertaling en bewerking en staat er vanaf november samen met Liesbeth List mee in de theaters.

2004 Liesbeth List staat in het najaar nog vier keer in Nederland en 27 keer in België met het programma Van Shaffy Tot Piaf. Tijdens haar optredens in Amsterdam wordt de zangeres terzijde gestaan door Ramses Shaffy. De hernieuwde samenwerking wordt vastgelegd op de dvd Liesbeth List : Van Shaffy Tot Piaf.

2005 Liesbeth List wordt in oktober benoemd tot Officier de la Légion d'Honneur (Officier in het Legioen van Eer). De zangeres krijgt de hoge Franse onderscheiding voor buitenlanders uit handen van de ambassadeur van Frankrijk, J.M. Gaussot. Dat gebeurt na afloop van de première van de voorstelling Dichter bij Liesbeth in Theater Castellum in Alphen aan den Rijn. De onderscheiding wordt uitgereikt 'als erkenning van buitengewone diensten aan de Franse natie op militair of burgerlijk gebied'. List kan volgens de Franse ambassadeur worden beschouwd als 'de ambassadrice van het Franse chanson in Nederland'.

2006 Op 18 en 19 september staat Liesbeth List centraal op de eerste Carré Vedetten Gala. List zingt tijdens het Gala een duet met Paul de Leeuw. Ook Frank Boeijen en de groep Alderliefste zijn te gast. Tijdens het IDFA gaat eind november de documentaire Liesbeth List - Heb Me Lief van regisseur Deborah van Dam in première. In de week van de 65ste verjaardag van de zangeres wordt de documentaire uitgezonden in Het Uur Van De Wolf op Nederland 2.

2007 De zangeres viert op 4 februari verlaat haar 65ste verjaardag met haar Vlaamse fans in een uitverkocht De Roma in het Belgische Borgerhout, ondersteund door haar vaste band en met bijdragen van Johan Verminnen, Mich Walschaerts (Kommil Foo) en Kathleen Vandenhoudt. Liesbeth List maakt in februari deel uit van de vakjury van het 24ste Concours de la Chanson Alliance Française, een chansonconcours in de Kleine Komedie te Amsterdam.


» Reageer (0)
21-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Les Baroques
Image Slideshow

Beat-kwintet uit Baarn. Op plaat vallen Les Baroques op door hun veelzijdigheid. De muziek varieert van blues, garage en folk tot pure popmuziek. Ook de instrumentatie reikt verder dan de klassieke beatsound van gitaren, drums en mondharmonica. In navolging van The Beatles experimenteert de band met ongebruikelijke instrumenten als de banjo, de balalaika en de klavecimbel.

1959 - 1965 In 1959 speelt de band al onder de naam Modern Teenage Quartet en later als Hurricane Combo. Begin 1965 wordt de bandnaam veranderd in Les Baroques. De eerste single Silky flopt. Met optredens in Nederland en West-Duitsland werkt de band in de loop van het jaar gestaag aan een live reputatie.

1966  In de winter van 1965/1966 regisseert Frans Rühl de twintig minuten durende zwart-witfilm Brake Down, met Les Baroques in de hoofdrol. De groep speelt onder andere Such A Cad, de single die tegelijk met de film uitkomt. De eerste en grootste hit dankt de band aan een onvergetelijk riedeltje op de fagot. Al zal ook de bijzonderheid dat Rob Out van het toen nog almachtige Veronica achter de opnameknoppen zat, zeker niet ten nadele van het succes hebben gewerkt. Such A Cad is nog niet verdwenen uit de Top 40 als de opvolger verschijnt. I Know wordt de op-een-na-grootste hit van Les Baroques. Het plaatsucces leidt tot een optreden op het Grand Gala du Disque, het jaarlijkse feestje van de platenindustrie. In september 1966 moet zanger Gerard Schoenaker (Gary O' Shannon) in militaire dienst. Hij wordt opgevolgd door Michel van Dijk (ex-James Mean). Van Dijk heeft een prima stem, die soms doet denken aan de onnavolgbare zang van the Shoes-zanger Theo van Es (die zelf ook als nieuwe zanger was benaderd). Toch zal de band nooit meer zo populair worden als in de dagen van Schoenaker. Deze richt na zijn diensttijd, samen Ferry Maat, de Gary O'Shannon Group op. Maar ook voor Schoenaker blijft verder succes uit.

1967 - 1969 De eerste single van Les Baroques met Van Dijk, Working On A Tsjing-Tsjang, staat begin 1967 slechts één week in de Top 40. Van de vier singles die de resterende twee jaren verschijnen, wordt alleen Bottle Party een bescheiden succes. De bezetting verandert in deze periode voortdurend. Gitarist Hans van Emden speelt tijdens zijn laatste concerten liever achter gordijnen of naast het podium omdat hij niet meer in het openbaar wil optreden. Het publiek kan hem daarom tijdens zijn solo's niet zien. Hij verliest zijn belangstelling voor popmuziek en verruilt eind 1967 de band voor het conservatorium in Hilversum waar hij klassiek gitaar studeert en les gaat geven. Frank Muyser neemt de rol van Van Emden over. Zijn spel is dusdanig dat tijdens een optreden in Nieuwkoop in december zijn broer Robin hem uit de band zet. Daarmee zijn Les Baroques ook hun manager kwijt en gaat het snel bergafwaarts met de band. Vanaf 1968 maakt de latere Herman Brood-gitarist Ferdy Karmelk deel uit van de band.
Als toetsenist Krijen in mei 1968 niet meer komt opdagen, Robin Muyser na de optredens in Zermatt en Montreux opstapt en Raymond van Geytenbeek een goede baan krijgt als grafisch ontwerper is het gedaan met Les Baroques. Samen met twee ander bandleden (John Dankmeyer en Bart ter Laak) gaat Karmelk kortstondig verder onder de bandnaam Island. Van Dijk werkt in 1969 en 1970 als vocalist bij Ekseption.


» Reageer (0)
20-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jasperina de Jong
Image Slideshow

Vlot gebekte diva van het Nederlandse cabaret, die ook in film en musicals overtuigt.

1938  Jasperina de Jong wordt geboren op 7 januari op het Javaplein te Amsterdam. Haar vader is metselaar, haar moeder geïnteresseerd in het theater. Ze heeft een 8 jaar oudere broer, Wim, (werkt later als toneelmeester in de Stadsschouwburg in Groningen) en een 10 jaar oudere zus, Stien.

1953 Omdat De Jong graag balletdanseres wil worden, neemt ze lessen bij de balletschool van de Nederlandse Opera. Als ze na balletles staat te zingen onder de douche, vragen anderen haar waarom ze niet gaat zingen. De combinatie van dans, zang en theater lijkt De Jong wel wat, maar ze heeft geen idee dat die vorm musical heet. Ze ziet voor het eerst Wim Kan optreden.

1955 Jasperina ziet Wim Sonneveld voor het eerst optreden. Nadat ze geslaagd is voor de Mulo, vindt ze werk als tandartsassistente en typiste.

1955 - 1960 Ze doet auditie bij Wim Kan, maar hij vindt haar stem niet mooi. Ze meent dat hij daar ongelijk in heeft en dat stimuleert haar om door te gaan. Ze volgt een cabaretcursus bij Cor Lemaire, maar daar leert ze niet veel. Vervolgens gaat ze enige maanden naar de cabaretschool van Bob Bouber. Daar ontmoet ze een jongen die haar vertelt over het beginnende cabaretgroepje Lurelei. Als Adèle Bloemendaal die groep verlaat, wordt er een opvolgster gezocht. De Jong doet auditie bij de oprichters van het Lurelei Kabaret, Ben Rowold en Eric Herfst. Ze wordt aangenomen.

1960 De Jong studeert liedjes in voor het Lurelei-programma Niet Sexpres. Haar eerste optreden vindt plaats in Edam. Ze krijgt een lovende recensie. Een auditie bij My Fair Lady (om in het koor te zingen) levert niets op. De Amsterdamse besluit daarop om zanglessen te nemen bij Kees Smulders, die het kinderkoor Morgenrood leidt. De Jong ontmoet tekstdichter Guus Vleugel. Ze krijgt oude radio-teksten mee voor Lurelei. Vleugel schrijft De Stand-in voor haar, De Jongs eerste succesnummer op het podium

1961 Rudi Carell vraagt de leden van Lurelei mee te werken aan een nieuw cabaretprogramma, Schermutselingen. Wim Sonneveld treedt daarbij op als regisseur. Schermutselingen is echter weinig succesvol. Lurelei brengt vervolgens haar eigen programma Hotel de Botel, dat aanzienlijk beter loopt. Hoogtepunt van de show is de song Call Girl. Ondertussen is er ook persoonlijk geluk: op 14 maart trouwen De Jong en Eric Herfst.

1962 Op 28 april wordt in het Vondelparkpaviljoen te Amsterdam het tweede ICC-Concours gehouden, een cabaretwedstrijd voor beginnend talent. Er zijn 23 deelnemers en 11 finalisten. In de jury zitten Wim Sonneveld, Conny Stuart, Wim Ibo, Albert Mol en Cor Lemaire. In verwachting en in een geleende duster brengt De Jong het nummer Call Girl. Ze wint de eerste prijs. Ze treedt een paar maanden lang op in de musical My Fair Lady, om en om met Margriet de Groot en Dorien Mijksenaar. Met Lurelei brengt ze het programma O.K & W.

1963 Op 23 maart wordt zoon Pelle geboren. Lurelei staat op het podium met Doe 't Zelf. De Jong is inmiddels de leading lady van de theatergroep.

1964 Het nieuwe programma van Lurelei gaat in premiere: Wij Lurelei. De Jong ontvangt een Edison voor het lied Call Girl.

1965 Wie Is Er Bang Voor Lurelei? is de naam van de nieuwe Lurelei-show.

1966 Met het programma Relderelderel speelt Lurelei in diverse theaters. De groep komt regelmatig op tv en boekt succes met de prachtige teksten van Vleugel.

1967 Musicals blijven De Jong trekken. Daarom schrijft Vleugel de (weinig succesvolle) musical De Stunt. Wel scoort Jasperina een hit met het liedje De Wandelclub van de lp Jasperina De Jong.

1968 De Jong speelt een rol in de musical Sweet Charity.

1970 De eerste one-womanshow van De Jong komt in het theater, De Jasperina Show.

1971 De Jong ontvangt een Gouden Harp.

1972 Ook de tweede one-womanshow, Jasperina's Grote Egotrip, is een succes.

1973 De Amsterdamse ontvangt een tweede Edison, dit keer voor haar plaat De Jasperina Show. Er komt een eind aan de samenwerking met Vleugel. De Jong gaat met Ivo de Wijs werken. Alle teksten worden op muziek gezet door Joop Stokkermans.

1980 De Jong ontvangt een derde Edison voor Thuis Best.

1985 Op 21 februari overlijdt De Jong's levenspartner Eric Herfst.

1986 Jasperina maakt haar acteerdebuut in de film Vroeger is Dood.

1987 Voor die rol krijgt de Amsterdamse een Gouden Kalf.

1989 Ze speelt een rol in de speelfilm Jan Rap En Z'n Maat.

1994 Na het overlijden van Eric Herfst, doet De Jong jarenlang geen theater meer. Als ze een keer wat gedichten voorleest voor een volle zaal, krijgt ze weer de kriebels en gaat ze het land in met het programma Morgenster.

1995 Samen met Lieuwe Visser treedt ze avond aan avond op met de musical Lang Leve De Opera! Ook vertolkt ze een stem in de Nederlandse versie van de tekenfilm Doornroosje.

1998 De Jong brengt liederen van Bertolt Brecht en Kurt Weill. Ook speelt ze, om en om met Jenny Arean, de hoofdrol in de musical Heerlijk Duurt Het Langst.

1999 In het najaar brengt De Jong een programma met het Metropole Orkest. In dit programma brengt zij liederen ten gehore van Joop Stokkermans en Harry Bannink.

2000 Op 12 januari gaat de theatershow Uitgestelde Ontmoetingen in première. De Jong heeft dit programma samen met pianist Louis van Dijk geschreven. Ze kruipt in de huid van Koningin Emma in de verfilming over het leven van Wilhelmina. In november wordt bekend gemaakt dat De Jong de rol speelt van World Online-oprichter Nina Brink in een aflevering van de satirische televisieserie 25 Minuten van Arjan Ederveen. Brink laat weten 'niet blij' te zijn met het programma dat in het voorjaar van 2001 wordt uitgezonden. Het album Die Sieben Todsünden bevat het gelijknamige stuk van Kurt Weill aangevuld met andere liederen uit zijn oeuvre. Op de plaat wordt De Jong begeleid door het Rotterdam Young Philharmonic onder leiding van Henk Guittart. De Jong is Phyllis in de musical Follies (1971, muziek door Stephen Sondheim met teksten van James Goldman), een productie van het Koninklijk Ballet van Vlaanderen. Allard Blom is verantwoordelijk voor de vertaling. De première is op 7 december in Antwerpen.

2001 In het kader van het Turkije Festival treedt Jasperina de Jong in het voorjaar samen met de Turkse volkszangeres Sabahat Akkiraz op in Nederlandse theaters.

2002 In de Telegraaf meldt Jasperina de Jong nog één grote productie te zullen doen. Ze speelt de titelrol in de musical Marlene Dietrich. Het verhaal speelt zich af rond 1963 rondom een concert in Parijs. De voorstelling eindigt met een optreden van een half uur waarbij De Jong wordt begeleid door Trio Ad van Dijk (Ad van Dijk: piano/arrangementen, Martin de Deugd: viool, Lou Kuijper: contrabas). Het album Jasperina De Jong Zingt Marlene Dietrich verschijnt in april. Voor haar rol ontvangt De Jong de Musical Award 2002 in de categorie Beste Vrouwelijke Hoofdrol.

2003 Jasperina de Jong speelt de rol van God in Jona De Nee-zegger, een opera van Willem Breuker op een libretto van Karel Deurloo. De titelrol wordt gezongen door Marcel Beekman, Frits Lambrechts is de verteller en jazz-zangeres Denise Jannah zingt de rol van schipper.

2004 In april wordt 'Jazzperina' tijdens het Jazzfestival in Arnhem begeleid door het jazzorkest van het Concertgebouw onder leiding van Henk Meutgeert. Jasperina de Jong is jurylid tijdens het Zeeuwse filmfestival Film By The Sea waar acht literatuurverfilmingen in de competitie zitten. De zangeres speelt de rol van Odette in de film Confituur van de Belgische regisseur Lieven Debrauwer. Ze zingt daarin ook enkele liedjes waaronder Female Touch en Neben Mir.

2006 De box met zes dvd's onder de titel Portret bevat liedjes en sketches van het Lurelei-cabaret (1963) tot aan De Jongs vertolking van Marlène Dietrich (2002) aangevuld met interviews en twee documentaires. De zangeres geeft ook commentaar bij de beelden.


» Reageer (0)
19-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Johnny en Rijk
Image Slideshow

Johnny & Rijk zijn als 'paar apart' een succesvol komisch duo met een eigen show op de Nederlandse televisie. Ze brengen ook platen uit en hebben in 1957 hun eerste hits met de singles Ik Ben Zo Blij en De Ouwe Sopraan Uit De Jordaan. Hun grootste hit hebben Johnny & Rijk in 1967 met De Bostellla.

1925 - 1951 Rijk de Gooyer (Utrecht, 17 december 1925) mag van zijn zwaar gereformeerde bakkersvader niet naar de toneelschool. Na de Tweede Wereldoorlog begint De Gooyer op de radio waar hij verschillende komische typetjes neerzet in hoorspelen. Hij maakt korte tijd deel uit van het ABC Cabaret van Wim Kan en Corry Vonk en speelt een rol in Het Wonderlijke Leven Van Willem Parel, de geflopte speelfilm van Wim Sonneveld.

1952 - 1957 In 1952 ontmoet hij Johnny Kraaykamp (Amsterdam, 19 april 1925). Ze vormen een 'paar apart' en nemen het liedje Twee Jongens En Een Gitaar op. Het duo wordt ontdekt door de AVRO. Hun Johnny en Rijk-show is jarenlang een groot succes op de televisie en is ook twee jaar op de Duitse televisie te zien. Uit het huwelijk van Johnny Kraaykamp met Rim Panhuijsen wordt op 22 februari 1954 Johnny Kraaykamp jr. geboren. Johnny & Rijk scoren in 1957 hun eerste hits met de singles Ik Ben Zo Blij en De Ouwe Sopraan Uit De Jordaan.

1958 Johnny Kraaykamp ontdekt op Bevrijdingsdag op de Albert Cuyp de dan acht jaar oude André Hazes. Hij nodigt het jonge zangtalent uit voor een van de weekendshows van Johnny & Rijk. Kraaykamp wisselt zijn rol als komiek af met rollen in serieuze toneelstukken bij toneelgroep Ensemble en later het Amsterdam Volkstoneel (1962-1964). Later is hij ook te zien in musicalproducties als De Man Van La Mancha en Irma la Douce.

1960 - 1964 De twee komieken brengen ook solo platen uit. Johnny Kraaykamp heeft in 1960 hits met Heer Prinz De Trompettist en Laat Hem Maar Gaan. In 1964 staat Rijk de Gooyer in de hitparade met de single Brief Uit La Courtine op een tekst van Eli Asser.

1965 De single Kareltje De Grote is een Nederlandstalige bewerking van Sacré Charlemagne van France Gall. In hetzelfde jaar is de vertaling ook een hit voor zangeres Marijke Merckens.

1967 De single De Bostellla behaalt de gouden status.

1968  Het liedje De Roddel Van De Stad op de hitsingle Pa Wil Niet In Bad is een Nederlandstalige bewerking van La Felicidad van Palito Ortega die er een jaar eerder een Spaanse zomerhitwedstrijd mee won.

1969 Oh Waterlooplein is een vertaling van Waterloo Road (Lionel Morton). Het is een van de bekendste liedjes van Johnny & Rijk, maar in de Top 40 blijft de single steken in de tipparade.

1970 - 1975 Johnny & Rijk verzorgen hun laatste gezamenlijke televisieseizoenen. Het liedje Vader's Fanfare is in 1975 hun laatste gezamenlijk hitsingle.

1976 - 2005 Johnny Kraaykamp en Rijk de Gooyer hebben ieder hun eigen succesvolle carrière die zich vooral op het toneel, de televisie en op het witte doek afspeelt. Als duo zijn ze te zien in reclamespotjes voor C&A ('C&A is toch voordeliger!'). Kraaykamp is van 1979 tot 1984 actief bij het RO Theater en krijgt bijzonder goede kritieken voor zijn serieuze rollen. In 1984 krijgt hij de Louis d'Or voor zijn rol in Jacques De Fatalist En Zijn Meester en in 1986 een Gouden Kalf voor zijn rollen in de films De Aanslag en De Wisselwachter. In de jaren tachtig is hij samen met o.a. Rijk de Gooyer en Adèle Bloemendaal bij de AVRO te zien in de komische televisieserie De Brekers. Hij speelt samen met zijn zoon Johnny Kraaykamp jr. en Martine Bijl de hoofdrol In 't Zonnetje In Huis (1993-2003). De Gooyer woont jarenlang in het rustieke Giethoorn. Hij brengt platen uit zoals Roept U Maar!! (1976), Ik Ben Ontzettend Rijk (1977) en 't Jochie Dat Altijd Zal Blijven Sappelen (1980). Samen met Eelke de Jong en later met
Maarten Spanjer vult hij de column Beste Jongens in de Haagsche Post. Met De Jong schrijft hij het feuilleton De Belevenissen Van Koos Tak. Hij maakt reclamespotjes voor het kaasmerk Paturain en verzekeringsmaatschappij Reaal en is samen met Maarten Spanjer te zien in een spotje voor de KPN. De acteur is in meer dan veertig speelfilms te zien. 'Een Nederlandse speelfilm is pas een Nederlandse speelfilm als Rijk de Gooyer erin meespeelt', aldus Simon Carmiggelt. Rijk de Gooyer is te zien in o.a. De Inbreker (1972), Naakt Over De Schutting (1973), Grijpstra & De Gier (1979), Hoge Hakken, Echte Liefde (1981), Ciske de Rat (1984), Hoogste Tijd (1995, Gouden Kalf), Filmpje! (1995) en Madelief (1999, Gouden Kalf). Op televisie speelt hij in onder meer De Ondergang Van De Onan (Wim T. Schippers, 1976) en In Voor En Tegenspoed (1991). Bij uitgeverij Thomas Rap verschijnt in 2003 het boek Rijk, samengesteld uit gesprekken door Stijn Aerden en Klaas Vos.


» Reageer (0)
18-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jacques Brel
Image Slideshow

Jacques Romain Georges Brel (Schaarbeek (Brussel), 8 april 1929 - Bobigny (Parijs), 9 oktober 1978) was een Belgische zanger, componist en tekstschrijver die in de vroege jaren zestig uitgroeide tot een internationale vedette. Na zijn afscheid van het podium in 1967 was hij enige tijd actief als filmacteur en -regisseur. Tijdens het belangrijkste deel van zijn carrière werkte hij intensief samen met de componisten François Rauber en Gérard Jouannest.

De Brusselaar Brel beschouwde zichzelf als Franstalige Vlaming. Hij zong voornamelijk in het Frans maar nam ook enkele Nederlandse versies van zijn chansons op, meestal door Ernst van Altena vertaald.

Bekende liedjes van Brel zijn onder andere:

Ne me quitte pas (Laat me niet alleen / If you go away) (1959)
Les Flamandes (1959)
Marieke (1961)
Le Moribond (Seasons in the sun) (1961)
Le Plat Pays (Mijn vlakke land) (1962)
Amsterdam (1964)
La chanson des vieux amants (Liefde van later) (1967)
Voir un ami pleurer (Een vriend zien huilen) (1977)
Vanwege zijn kritische, vaak spottende, teksten over de Vlaamse Beweging en het leven onder de vleugels van de rooms-katholieke Kerk was Brel vooral onder Vlamingen omstreden. Hij heeft echter ook diverse lofzangen geschreven op het Vlaamse land en het vrouwelijk deel van zijn bewoners.

Vele artiesten hebben Brel-chansons uitgevoerd of opgenomen. Nederlandse vertalingen werden onder meer door Liesbeth List en Herman van Veen opgenomen. In het Engelse taalgebied zorgden met name vertaler Rod McKuen en de zangers Scott Walker en Terry Jacks voor Brels bekendheid. Van If you go away (de Engelse bewerking van Ne me quitte pas) bestaan talloze versies, waarvan die van Dusty Springfield, Neil Diamond en Frank Sinatra waarschijnlijk de bekendste zijn.

 

Proloog: de voorouders van Jacques Brel
De overgrootvader van Jacques Brel, Jean-Augustin Brel, was vanaf 1833 burgemeester van het Vlaamse Zandvoorde (nu een deelgemeente van Zonnebeke). Als lid van de gegoede burgerij sprak hij, haast vanzelfsprekend, Frans.

De vader van Jacques, Romain (6 februari 1883 - 8 januari 1964) vertrok in 1911 naar Congo, werkend voor een handelsfirma. Op 3 december 1921 trouwde hij in Brussel met Elisabeth Van Adorp (14 februari 1896 - 7 maart 1964). Ze vestigden zich samen in Congo waar op 13 augustus 1922 de tweeling Pierre en Nelly werd geboren. In januari 1923 overleden beide kinderen aan tyfus. Op 19 oktober 1923 werd een zoon geboren die (opnieuw) de naam Pierre kreeg. In 1926 keerden de Brels definitief terug naar Brussel. Ze vestigden zich in de buitenwijk Schaarbeek, waar in 1929 Jacques werd geboren. Romain verliet in 1931 de import-export en werd vennoot in de Brusselse kartonfabriek die in 1921 door zijn zwager Armand Vanneste was opgericht. Het bedrijf werd omgedoopt in Vanneste & Brel.

Jacques' moeder, door hem steevast Mouky genoemd, was erg gelovig. Ze hield van acteren en zingen en schreef af en toe liedjes. Romain Brel was een niet-praktiserend katholiek met een liberale politieke overtuiging. Hoewel hij Franstalig was, was hij niet uitgesproken francofiel. Op zijn twaalfde leerde hij Nederlands en zijn houding tegenover de taalkwestie was pragmatisch. Het bekrompen bourgeois-milieu waartegen Jacques Brel zich later in zijn chansons afzet is volgens tijdgenoten dan ook niet zozeer gebaseerd op het gezin waarin hij zelf opgroeide, maar veel meer op bijvoorbeeld de familie Vanneste, die Jacques van zeer nabij kende.


Levensloop

Jeugd
Brel groeide op in een burgerlijk milieu. Aanvankelijk wees alles erop dat hij zijn vader later zou opvolgen als fabrieksdirecteur. Na het verlaten van de middelbare school werkte hij vier jaar lang bij de kartonfabriek Vanneste & Brel waarin zijn vader medevennoot was. Bij de humanistisch-Katholieke jeugdbeweging Franche Cordée legde hij zich ondertussen toe op zang en toneelspel. Hij ontmoette er ook Thérèse Michielsen ('Miche') met wie hij op 1 juni 1950 trouwde. Het paar kreeg drie dochters: Chantal (1951-1999), France (1953) en Isabelle (1958).


Eerste stappen als chansonnier
Ondertussen was Brel liedjes en gedichten gaan schrijven. In 1952 begon hij onder de hoede van Angèle Guller voorzichtig aan een carrière als chansonnier. Hij trad op in haar radioprogramma, gaf diverse optredens en maakte in 1953 een 78-toerenplaat met de, vergeleken bij zijn latere repertoire, brave liedjes La Foire en Il y a. Een jaar later werd het definitief duidelijk dat Brel geen fabrieksdirecteur wilde worden maar chansonnier: hij vertrok naar Parijs waar hij met wisselend succes zijn werk aan de man bracht. Zijn plaat had de aandacht van onder meer Jacques Canetti getrokken; deze liet hem een paar keer in zijn cabaret Les Trois Baudets optreden en zou zich later als Brels ontdekker beschouwen.

Brels verrichtingen werden met wisselend enthousiasme ontvangen maar waren in ieder geval succesvol genoeg om in 1954 zijn gezin over te laten komen. In datzelfde jaar ontmoette hij Georges Pasquier ('Jojo') die zijn leven lang een boezemvriend zou blijven. Uit dezelfde periode stammen ook de eerste contacten met pianist/arrangeur/orkestleider François Rauber en pianist Gérard Jouannest die Brel tijdens de rest van zijn muzikale carrière terzijde zouden staan. Rauber verzorgde de muzikale omlijsting op Brels grammofoonplaten terwijl Jouannest de vaste begeleider op het podium was. Beiden staan ook te boek als coauteur van diverse chansons. Later voegde accordeonist Jean Corti zich bij deze kern van Brel-begeleiders.

In 1955 stond Brel aan de vooravond van zijn doorbraak. In de Brusselse Ancienne Belgique verzorgde hij een week lang het voorprogramma van Bobbejaan Schoepen.


Doorbraak
In 1956 beleefde Brel zijn definitieve doorbraak met het succesvolle plaatje Quand on n'a que l'amour. Brel was vanaf dat moment een erkend artiest. Dat de kwaliteit van zijn gezinsleven er intussen niet op vooruit was gegaan, bleek toen Miche in 1958 besloot om met de kinderen weer in Brussel te gaan wonen. Miche en Jacques leidden vanaf dat moment gescheiden levens maar de relatie werd nooit definitief verbroken. Jacques bleef kostwinner van het gezin en speelde incidenteel de rol van huisvader. Dat hij er tevens vele minnaressen op nahield, was een publiek geheim.

Vanaf de late jaren vijftig werd het werk van Brel grimmiger. Tijdgenoten meldden dat het vooral Jojo was die Jacques inspireerde om zijn katholiek-humanistische levensvisie te verruilen voor een wereldbeeld waarin de mens in de eerste plaats een strijder is. Gekoppeld aan de muzikale vakkunst van Jouannest en Rauber leverde dit een vernieuwde Jacques Brel op: in Les Flamandes uit 1959 trekt hij van leer tegen de hypocriete burgerlijke moraal die hij uit zijn jeugd kende; in Ne me quitte pas (1959) lijkt de liefde meer pijn dan goed te doen en La mort (1960) is de eerste uit een hele reeks Brel-chansons over de dood. Het zijn drie thema's die vanaf dat moment voortdurend opduiken in Brels teksten. Hij verwierf daardoor een serieuzer, meer literair imago, maar joeg ook luisteraars tegen zich in het harnas die het zoetsappige Quand on n'a que l'amour misschien nog wel konden waarderen.


Brel als vedette
Het succes was er in ieder geval niet minder om. In de periode tot 1967 leidde Brel een hectisch bestaan waarin het niveau van zijn liedjes en optredens onveranderd hoog bleef. Tijdens zijn concerten verschoof het accent: was Brel aanvankelijk nog een cabareteske hofnar die ook af en toe een gevoelig liedje zong, naarmate de jaren vorderden speelde hij steeds meer de rol van gedoemd dichter, die op het podium zijn persoonlijke pijn voor het voetlicht bracht. De intense manier waarop hij zijn chansons de zaal in spuugde, oogstte zelfs bewondering in landen waar de Franse taal traditioneel een onneembare hindernis vormt: in 1965 trad Brel op in Moskou en in de Carnegie Hall in New York.

Ook in interviews, waar hij zich aanvankelijk met beleefde grapjes vanaf maakte, gaf Brel zich in de loop der tijd steeds vaker over aan tobberig gefilosofeer over zijn door de volwassenen geroofde jeugd en de waarde van het najagen van, desnoods stompzinnige, dromen. Dergelijke ontboezemingen werden meestal snel gevolgd door een relativerend grapje want, hield Brel vol, het leven is uiteindelijk oninteressant en niet serieus te nemen.

Naast een intens tourschema (gemiddeld 300 optredens per jaar) hield Brel er al die jaren ook een intens drink- en rookschema op na. Zijn nachtrust bestond uit hazenslaapjes en hij verloor tijdens een optreden naar eigen zeggen in een klein uur ruim een halve kilo aan lichaamsgewicht. Het wekte dan ook geen verbazing dat hij op 16 mei 1967 zijn laatste concert gaf. Als reden voor zijn afscheid gaf hij op dat hij bang was om zijn artistieke scherpte te verliezen. Ook wilde hij meer tijd vrijmaken voor 'andere dingen'. Daarnaast deden er geruchten de ronde dat Brel om gezondheidsredenen met optreden stopte. De titel van een Amerikaanse musical die rond dezelfde tijd een belangrijke impuls aan Brels bekendheid in de Angelsaksische wereld gaf, is in dit verband dan ook enigszins wrang: Jacques Brel is alive and well and living in Paris.


Brels tweede carrière
Brel ging het vanaf 1967 rustig aan doen. In zijn geval betekende dat: Don Quichot spelen in een door hem zelf geregisseerde musical (l'Homme de la Mancha) en een filmcarrière beginnen.

Hoewel zijn verrichtingen als filmacteur welwillend werden ontvangen, behaalde hij op dat gebied niet het enorme succes dat hem als zanger ten deel viel. De twee films die hij zelf regisseerde waren ronduit flops en Brel moest concluderen dat het najagen van deze droom in een mislukking was geëindigd. Ook de kindertheatervoorstelling Voyage sur la lune leverde niet het gewenste resultaat. Brel en Rauber leverden de liedjes voor deze musical maar bliezen de voorstellingen vlak voor de geplande première in 1970 af, omdat ze het werk van regisseur Jean-Marc Landier ondermaats vonden.

Ook minder artistieke bezigheden hadden in de periode na 1967 Brels aandacht: hij behaalde zijn vliegbrevet en zijn zeilbrevet en bevoer samen met minnares Maddly Bamy per zeiljacht Askoy de Atlantische en Stille Oceaan. Uiteindelijk belandde het paar op het eiland Hiva Oa, onderdeel van de Marquesaseilanden in de Stille Oceaan.


Afscheid
Toen bij Brel in 1974 longkanker werd geconstateerd besloot hij zich definitief op Hiva Oa te vestigen. Met het vliegtuigje 'Jojo' (genoemd naar zijn kort tevoren overleden vriend) verleende hij hand- en spandiensten aan de lokale bevolking. Hij reisde nu en dan naar Europa voor medische behandeling (een deel van zijn linkerlong werd verwijderd) en uiteindelijk voor het opnemen van een laatste LP.

De LP Brel verscheen eind 1977 en was de eerste volwaardige Brel-plaat in bijna tien jaar. Er werden op de dag dat de plaat uitkwam 600.000 exemplaren van verkocht en ook in artistiek opzicht werd Brel als een succes beschouwd. Kort na het uitkomen van de plaat keerde Brel alweer terug naar Hiva Oa, waar hij tot de zomer van 1978 samen met Maddly verbleef.

Een snel verslechterende gezondheidstoestand dwong Brel de laatste drie maanden van zijn leven in Frankrijk door te brengen. Hij stierf in een ziekenhuisbed in Bobigny (vlakbij Parijs) aan een longembolie en werd begraven op Hiva Oa.


Na zijn dood
In de jaren na zijn dood raakte Brel allerminst in de vergetelheid. Zijn dochter France richtte in 1981 de Fondation Jacques Brel op, die sindsdien waakte over zijn artistieke nalatenschap. Al in 1962 had Miche Brel de muziekuitgeverij Editions Pouchenel in het leven geroepen om Brels werk uit te geven. In 2006 fuseerden beide tot Editions Jacques Brel.

Ook in de 21ste eeuw wordt Brels werk nog volop door andere artiesten uitgevoerd. Franstalige radioluisteraars uit diverse landen riepen Ne me quitte pas uit tot het beste lied van de twintigste eeuw en kijkers van de RTBF kozen Brel op 20 december 2005 als De Grootste Belg. In de Vlaamse tegenhanger van deze verkiezingen eindigde hij als 7de.

Ook Brels gecompliceerde verhouding met vrouwen echoot nog jaren na: de twee weduwes Miche Brel en Maddly Bamy bakkeleien 25 jaar na Brels overlijden nog steeds over de vraag waar Brels graf zich behoort te bevinden en wat (lees: wie) er precies op de steen vermeld moet staan. Daarnaast houdt Maddly Bamy de wereld periodiek op de hoogte van hetgeen Brel haar op bovennatuurlijke wijze vanuit het hiernamaals doorseint.

In zijn jeugd was Brel lid van de scouting. Zijn totemnaam was phoque hilarant ("grappige zeehond"). Volgens de scoutingtradities is de zeehond "bedrijvig", "vinnig" en "zwijgzaam".
In "Asterix en de Belgen" verwijzen René Goscinny en Albert Uderzo naar Brel. Wanneer het Belgische stamhoofd Vandendomme met Asterix, Obelix en Abraracourcix door een typisch vlak Belgisch landschap wandelt, merkt hij in de Franse versie op: "...in mijn vlakke land zijn de enige bergen oppidums." (Een "oppidum" is een Latijnse heuvel) Dit is een referentie naar Brel's "Le Plat Pays" (Het Vlakke Land) waarin hij kerken "de enige bergen in zijn vlakke land noemt." De grap werd in de Nederlandse vertaling echter niet in de context van Brel vertaald.


» Reageer (2)
17-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jaap Valkhoff
Image Slideshow

Jaap Valkhoff is Nederlands meest swingende accordeonist, liedjesschrijver en vertolker van het levenslied met een schuine knipoog.

1919 - 1926 Jacobus Valkhoff wordt op 16 augustus 1910 in de Hendrikstraat te Rotterdam geboren. Japie is de middelste telg uit een gezin van vijf kinderen uit de volkswijk Crooswijk. Vader Valkhoff is meubelmaker en speelt orgel en accordeon. Al gauw heeft hij door dat Japie muzikale talenten bezit. Nog voor Valkhoff drie jaar is, kan hij uitstekend met de harmonica overweg. Hij ontwikkelt zich snel en staat al als zevenjarig jochie op een groot podium te spelen. Naast Jaap is ook zus Marie een begenadigd accordeonspeelster. Samen spelen ze vaak op bruiloften en partijen. Daarmee verdienen broer en zus flink wat geld. Tot zijn zeventiende weten zijn ouders Jaap van een carrière als beroepsmuzikant af te houden. Hij werkt in die jaren onder meer in een kledingzaak, een slagerij en een chocoladefabriek.

1926 - 1940 In 1927 krijgt Valkhoff zijn eerste contract bij een populaire dancing in het Rotterdamse uitgaansleven. Jazz is 'in' en Valkhoff leert zichzelf tenorsaxofoon spelen. Een slimme zet, want met twee instrumenten is hij een welkome gast in veel orkesten. Met broer Arie gaat hij op tournee door Tsjechië. Ook belandt hij in Zweden en Duitsland. Met Arie en zus Jopie vormt Jaap jarenlang het accordeontrio The Three Hawkcourts. Zij gaan werken voor de Tuschinski theaters, en worden een bekende naam in het variétécircuit. Het trio krijgt goede recensies. Na 1935 stoppen The Three Hawkcourts. Jaap legt zich meer en meer toe op de saxofoon, maar maakt op accordeon een plaat voor het Decca-label. Dat gebeurt in 1937 onder leiding van de uit Duitsland gevluchte Joodse violist Hans 'Secco' Seligsohn.

1940 - 1945 Gedurende de oorlogsjaren probeert Valkhoff, zoals zovelen, gewoon door te werken. Hij begint in 1941 met het zelf schrijven van songs. Enkele van zijn liedjes uit die tijd groeien uit tot Nederlandse evergreens, zoals Diep In Mijn Hart, Denk Jij Nog Aan Die Tijd, en Ik Ben Verliefd Op Een Keukenmeid. Valkhoff, liefhebber van Amerikaanse muziek, krijgt vanzelfsprekend problemen met de Kultuurkamer. Zo wordt één van zijn, onschuldige, liedjes verboden. Het lied klinkt te Amerikaans. Vanaf 1943 speelt Valkhoff voor het orkest van de Deen Boyd Bachmann. Daar komt een ander talent van de musicus bovendrijven. Hij blijkt erg komisch te zijn. In de revue wordt hij dan ook een bekende verschijning. Conny Stuart is in die jaren een collega van Valkhoff.

1946 - 1955 Jaap Valkhoff wordt na de oorlog ingelijfd door de VARA. In het orkest Accordeola speelt hij een voorname rol. Met zangers als Max van Praag en Eddy Christiani neemt hij een reeks zeer succesvolle nummers op. Samen met Hans Ruf jr. (Sternsdorff) schrijft Valkhoff ook nog een paar hits, onder anderen voor Tante Leen. Valkhoff en Ruf tekenen voor Oh Johnny, de grootste hit van de Amsterdamse volkszangeres.

1956 - 1966 Valkhoff keert terug naar Rotterdam en begint een leven als kroegbaas. Samen met broer Arie is hij de stuwende motor achter bekende kroegen als de Taboe, de Horlepiep en vooral Oase. Portier Jaap Plugers, die veel bekender is onder zijn artiestennaam Jackie van Dam, maakt van Japie De Portier een klassieker. Voor Van Dam schrijft Valkhoff nog meer onvergetelijke songs, zoals de Feyenoord-hymne Hand In Hand. Valkhoff zingt ook zelf enkele nummers de hitlijsten in. Als Slome Japie heeft hij succes met Ik Heb Mijn Hart Op Katendrecht Verloren. Drs. P. schrijft de tekst. Smartlappenkoning Johnny Hoes spint garen bij het repertoire van Slome Japie. Hoes heeft voor de ondeugende liedjes het label OJEE in het leven geroepen. In 1967 zegt Valkhoff in de Volkskrant over zijn pseudoniem Slome Japie: 'Die naam is een stupide uitvinding van Johnny Hoes'.

1967 - 1992 Na tien jaar vindt Jaap Valkhoff het welletjes in het café, maar de ontmanteling van zijn business draait uit op een persoonlijk drama. Hij raakt gebrouilleerd met Arie. Valkhoff sluit zich aan bij het accordeontrio The Three Jacksons en gaat met de groep op tournee. In de jaren zeventig werkt hij samen met producer Tony Dirne. Voor de muzikale leiding op de grammofoonplaat Remember Holland, in opdracht van de VVV, ontvangt Valkhoff in 1974 een gouden plaat. In de laatste jaren van zijn leven leidt Valkhoff een redelijk teruggetrokken leven. Zo af en toe doet hij wat jurywerk of treedt hij op voor tv. Op 30 januari 1992 wordt hij, tijdens de feestelijkheden van zijn 70-jarig artiestenjubileum, door de Rotterdamse loco-burgemeester met de Erasmusspeld onderscheiden voor zijn verdiensten voor de stad. Een paar maanden later wordt Valkhoff in Hoek van Holland tijdens het fietsen aangereden. Hij overlijdt op 3 juli 1992 aan de gevolgen van het ongeluk. Hij is dan 81.


» Reageer (0)
16-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Herman Brood
Image Slideshow

1946 Herman Brood wordt op 5 november 1946 geboren in Zwolle.

1959 Herman neemt zijn eerste pianolessen.

1964 Brood verlaat Zwolle om te gaan studeren aan de Academie voor Beeldende Kunsten te Arnhem. Muziek begint steeds belangrijker te worden en hij begint de beatgroep The Moans (het latere Moan, c.q. Long Tall Ernie and the Shakers), waarmee hij enkele tournees in West-Duitsland onderneemt.

1967 Hij wordt gevraagd als pianist in Cuby & The Blizzards. In die hoedanigheid doet hij mee op het inmiddels legendarische album Groeten Uit Grollo en begeleidt hij onder meer Eddie Boyd, Van Morrison en John Mayall. De samenwerking met de Blizzards wordt echter verbroken, wanneer de platenmaatschappij verneemt dat Brood drugs gebruikt. De jaren hierna verblijft Herman in de gevangenis (wegens handel in LSD) of aan de Middellandse Zee. Op muzikaal gebied wordt niet veel van hem vernomen.

1974 De Blizzards, inclusief Brood, geven hun afscheidsoptreden in het VARA-televisieprogramma Nederpopzien. Vervolgens speelt Herman een blauwe maandag piano in de formatie Stud.

1975 Showbiz Blues komt uit, een nogal onevenwichtige rock & roll/blues plaat die Brood samen met o.a. ex Blizzards-drummer Hans Lafaille en Jan Akkerman opneemt onder de naam Flash & Dance Band. Hierna komt Brood terecht in Vitesse. Hij is te horen op de eind '75 verschijnende debuutplaat van het gezelschap. Zodra de plaat uit is vertrekt Herman weer.

1976 Een cruciaal jaar voor Brood. Hij sluit zich even aan bij de kortstondig herenigde Blizzards en loopt dan horecaman Koos van Dijk tegen het lijf, die zich al snel als manager cq. beschermheer opwerpt. Dit betekent een radicale ommekeer. Brood besluit een solocarrière te beginnen en richt als begeleidingsgroep Wild Romance op, waarvan de eerste bezetting o.a. gitarist Ferdi Karmelk, bassist Gerrit Veen, drummer Peter Walrecht en achtergrondzangeressen Ellen Piebes en Ria Ruiters bevat. Met deze formatie wordt in hoofdzaak in het kroegencircuit van Groningen gespeeld, hetgeen hem uiteraard een plaatselijke, maar ook een langzaam stijgende landelijke bekendheid oplevert.

1977 Brood’s eerste elpee Street (met o.a. gitarist Erik de Zwaan) komt uit en wordt door pers èn publiek zeer enthousiast ontvangen. Het betekent een nieuwe, uiterst succesvolle fase in zijn carrière.

1978  De elpee Shpritsz komt uit en de single Saturday Night begint te lopen. In korte tijd groeit Herman Brood uit tot een ster. Hij toont zich een kundig bespeler van de media en trekt in hoog tempo door het land. De tot op heden onovertroffen bezetting waarmee hij dan speelt bestaat uit de Belg Dany Lademacher (ex-Kleptomania) op gitaar, Freddie Cavalli (eigenlijk: van Kampen) op bas en Ani (eigenlijk: Kees) Meerman op drums. Na het verschijnen van de live-plaat Cha Cha en de single Still Believe raken ook West-Duitsland en Frankrijk geinteresseerd.

1979  Brood neemt de film Cha Cha op, waarin ook de zangeressen Lene Lovich en Nina Hagen figureren. In de film treedt hij met deze laatste zelfs in het huwelijk. In juli vertrekt hij naar de Verenigde Staten waar de compilatie Herman Brood & His Wild Romance langzaam de albumcharts inkomt. In eigen land scoort Brood weer twee grote hits met de singles Never Be Clever en I Love You Like I Love myself. Brood neemt de Zilveren Harp in ontvangst uit handen van Stichting Conamus.

1980 De opnamesessies voor Go Nutz verlopen rampzalig. De Amerikaanse producers weigeren te werken met de ritmesectie van de Wild Romance en laten wat anonieme studiokrachten opdraven. Het resultaat is een zielloze plaat, die in Nederland èn de VS slecht wordt ontvangen. Het feit dat Herman zich dit in zijn jacht naar Amerikaanse roem allemaal heeft laten welgevallen zorgt voor onenigheid binnen het succesvolle kwartet, dat dan ook uit elkaar valt. Het later dat jaar uitgebrachte Wait A Minute..., waaraan Lademacher en Cavalli nog wel meewerken wordt eveneens gekraakt. Lademacher’s eigen band Innersleeve is evenmin een succes.

1981 Vanwege de publicitaire 'overkill' geeft Brood geen interviews meer en treedt hij alleen nog op in kleine gelegenheden. Het door Rinus Gerritsen (Golden Earring) geproduceerde Modern Times Revive is weliswaar beter dan zijn voorganger maar bevat weinig nieuws, behalve dan de entree van de nieuwe Wild Romance-gitarist David Hollestelle.

1982  In de jaren 1981-82 is Erwin Java (ex-White Honey) gitarist in de Wild Romance. Brood werkt samen met Bertus Borgers. Over het dat jaar uitgebrachte Frisz & Sympatisz zijn de meningen verdeeld. Ferdi Karmelk, Kees Meerman en Freddy Cavalli vormen enige tijd de band The Managers.

1983 Renee van de Graaf (ex-Bruno Basta) speelt een jaartje mee in de band van Brood. Herman Brood bedenkt voor de bassist de naam Renee Lopez.

1984 Na te zijn veranderd van platenmaatschappij komt Brood met zijn beste plaat in jaren, The Brood. Bovendien treedt hij in het huwelijk met Xandra Jansen, wat hem weer de nodige aandacht van de media oplevert. Samen met Henny Vrienten van het inmiddels ontbonden Doe Maar scoort hij een top tien hit met het nummer Als Je Wint. Ook het reggaeliedje Tattoo Song wordt een hit.

1985 Het verdienstelijke live-album Buhnensucht verschijnt, voorlopig zijn laatste plaat.

1986 Brood acteert in het spectaculaire toneelstuk Kamikaze, dat zich afspeelt in een rijdende en geblindeerde autobus. Ondertussen maakt Brood ook flink carrière in de beeldende kunst. Zijn schilderijen gaan voor fikse bedragen van de hand.

1987 Voormalig Wild Romance bassist Cavalli komt met de niet erg originele plaat Gimme A Night. Brood speelt een rol in de Duitse speelfilm Stadtrand van regisseur Volker Führer.

1988 Herman Brood maakt een comeback met het goed ontvangen album Ya Ya, geproduceerd door George Kooymans. De van die plaat getrokken single Sleepin’ Bird wordt een bescheiden hit. In juni staat Hermanus met zijn Wild Romance op Pinkpop.

1989 Brood, inmiddels 25 jaar in het vak, continueert het succes met de cover-plaat Hooks. Met een vernieuwde Wild Romance (dit keer met o.a. Lademacher, Engelbert en Bakker) toert hij zes weken door Duitsland.

1990  Brood wint de BV Popprijs 1989. Met medewerking van Clarence Clemons, de saxofonist uit de E-Street Band van Bruce Springsteen, en de fameuze tex mex-accordeonist Flaco Jiminez neemt Brood het album Freeze op. Als het succes uitblijft kondigt Brood aan te stoppen met optreden. Zijn werk als schilder begint steeds succesvoller en lucratiever te worden.

1991 Dany Lademacher maakt enkele jaren deel uit van The Radios, de Belgische band rondom de populaire televisiepresentator Bart Peeters. Hun eerste album heet No Television. Met de single She Goes Nana scoren The Radios een grote hit in Nederland, België en Duitsland.

1992 Het live/best of album Saturday Night Live komt uit en wordt ondersteund met veel optredens.

1994 De verwachtingen rond de nieuwe CD Fresh Poison zijn hoog. Geproduceerd door Shell Shellekens krijgt de plaat dan ook goede kritieken, die echter niet resulteren in een massale verkoop. Jan Eilander schrijft Rock ‘n Roll Junkie, een verhaal over het fenomeen Brood. Het boek is binnen een jaar aan een herdruk toe. Eilander maakt onder dezelfde titel ook een documentaire.

1996 Bart Chabot schrijft de biografie Broodje Gezond, een boek dat maar liefst acht keer wordt herdrukt. Brood verrast vriend en vijand en vooral zichzelf door in dit jaar Abraham te zien. Er wordt een groots feest georganiseerd in poptempel Paradiso. Een bonte verzameling gasten rockt met Brood op het podium; van Nina Hagen tot Linda, Roos en Jessica. Vrijwel elke genodigde krijgt van Brood een VIP-pas waar hij of zij niets mee kan. De cameraploegen en fotografen struikelen over elkaar. Alle muzikale gasten zijn te horen op een CD die ter gelegenheid van zijn vijftigste verjaardag wordt uitgebracht. Brood speelt een cameo als bovenbuurman van Ramon (gespeeld door acteur Roeland Fernhout) in de succesvolle speelfilm Zusje.

1997  Herman Brood staat nog steeds volop in de belangstelling. Speciale concerten, compilatie-cd's, boeken, schilderijen en gedichten vinden nog steeds hun weg naar de liefhebber. Samen met Van Dik Hout heeft Brood een bescheiden hitje met het nummer Pijn.

1999 Begin ’99 wordt Herman Brood opgepakt wegens verboden wapenbezit. Op de golven van de swing-rivival verschanst Brood zich met zijn big band van topmusici, onder leiding van producer/pianist Edwin Schimscheimer, in de Wisseloord Studios. Hier neemt hij in verschillende live-sessies nummers op van zijn nieuwe CD Back On The Corner. Brood neemt nummers op van zijn persoonlijke favorieten als Duke Ellington en Cole Porter. Brood & Co weten de publiciteit te halen door de CD te beveiligen tegen illegaal kopiëren. Maar er is meer. Herman Brood gaat samen met zijn vrienden Jules Deelder en Bart Chabot de Nederlandse theaters in met een programma en Brood en manager Koos van Dijk slaan hun slag op internet. Provider Planet Internet maakt de officiële site voor Brood. Zo krijgt Brood naast geld de felbegeerde aandacht op televisie, in de bladen én op het internet. Brood kan natuurlijk niet ontbreken in de Duitse documentaire Nina Hagen = Punk + Glory (regie: Peter Sempel).

2000 De try-out die Herman Brood & His Wild Romance in juni zouden geven in de Winston Kingdom in Amsterdam wordt afgelast. Het zou het eerste concert van Brood worden dit jaar, maar hij is klaarblijkelijk nog niet helemaal bekomen van het afkicken. Het autobiografische album Ciao Monkey is een duidelijke verwijzing naar zijn afscheid van de drugs. De cd verschijnt in twee verschillende versies. Een goedkopere versie met zwart-wit hoesje en slechts tien in plaats van dertien nummers en een duurdere versie met naast de extra nummers en een kleurenhoes een extra gedeelte met tekeningen, een screensaver, wallpaper en links naar de website van Brood. Brood speelt de rol van Drugsbaron in de Nederlandse film Total Love.

2001 Madame Tussaud maakt van Brood een wassen beeld dat, op zijn uitdrukkelijke verzoek, aan het eind van het jaar naast het beeld van Elvis Presley gezet zal worden. Brood zal dat niet meer meemaken. Op woensdag 11 juli overlijdt hij op 54 jarige leeftijd na een sprong van het Amsterdamse Hilton Hotel. Hij laat een afscheidsbriefje achter met de woorden: 'Ik heb er geen zin meer in, misschien zie ik jullie nog wel eens. Maak er een mooi feest van.' Voor vrienden en familie vindt op maandag 16 juli een herdenking plaats in Paradiso waarna Brood onder grote belangstelling naar het crematorium Westgaarde in Amsterdam-Osdorp wordt gereden. Brood's versie van My Way die tijdens de dienst wordt gedraaid verschijnt op single en belandt enkele weken later op de eerste plaats van de Top 40. Uitgeverij De Bezige Bij brengt de dichtbundel Zoon Van Alle Moeders (1988) opnieuw uit en de documentaire Rock'n'Roll Junkie van Jan Eilander draait weer in enkele bioscopen. Het borstbeeld van Brood dat kunstenaar
Frank Rosen heeft gemaakt krijgt een plek in Brood's geboorteplaats Zwolle. Tegelijkertijd met het afscheidsfeest in Paradiso op 5 november (de verjaardag van Brood) verschijnt My Way: The Box, een vier cd's tellende compilatie. De single Saturday Night wordt opnieuw uitgebracht.

2002 Voormalige Broodgitarist Dany Lademacher vormt samen met ondermeer Dirk Vermeij de band Paris Dandies en brengt met die groep in juni het album Le Boudoir Rouge uit. Op 11 juli presenteren weduwe Xandra en zus Beppie hun boek De Sprong, In Memoriam Herman Brood. In dezelfde maand verschijnt het boek Herman Brood, De Schilder waarin 150 schilderijen en tekeningen van de schilder te vinden zijn. In het Cobra Museum te Amstelveen is in de zomer een overzichtstenstoonstelling te zien van het schilderwerk van Brood. Het museum stelt daarnaast ook foto's tentoon die Anton Corbijn sinds 1974 van de rockster heeft gemaakt. In augustus krijgt het bronzen borstbeeld van Herman Brood een plek voor het gebouw van Hedon in Zwolle.
 

2003 David Hollestelle en Gus Genser van de Wild Romance doen samen met zanger/gitarist Vinny Fazzari, toetsenist Matthijs van der Spek en bassist/gitarist Gregorio de Angelo onder de naam The Circus een try-out in Amsterdam. Genser speelt daarnaast ook in de band Yellow Pearl waarmee hij in 2004 meedoet aan het Nationaal Songfestival. Het boek Broodje Springlevend is het vierde en laatste deel van de biografiereeks over Herman Brood. In dit deel beschrijft Bart Chabot de nadagen van de rocker. Op 28 oktober verschijnt de dvd-box Live And More met daarop ondermeer optredens in de Westfalenhall in Dortmund (9 december 1978) en de Live Music Hall in Keulen (11 december 1990).

2004 In de zomer worden plannen bekend gemaakt over Kijken Kreng, een speelfilm over het leven van Herman Brood in de periode 1976-1980. Ernst Löw, de in België wonende broer van acteur Victor Löw, wordt genoemd als mogelijke vertolker van Brood. Verder dan plannen en een website (www.kijkenkreng.nl) komt het niet. In dezelfde periode komt het nieuws naarbuiten over de voorbereidingen op een andere speelfilm over Brood: Shpritz, waarin verteld wordt over de jonge jaren van Herman Brood tot en met zijn Amerikaanse avontuur. Het scenario is van Marten Lebens (Polleke, Madelief) en de regie is in handen van Jean van de Velde (Lek, Floris).. Van de speelfilm Cha-Cha (1979) is in september tijdens de Nederlandse filmdagen in Utrecht een nieuwe versie te zien met een nieuwe proloog en epiloog.

2005 Schilderijen van Herman Brood zijn veel waard en daarom ook geliefd bij kunstrovers. Een van de diefstallen vindt eind februari plaats in kunstgalerie Galerie Broodnodig van Broods zoon Marcel Buissink te Heerhugowaard waar ruim veertig kunstwerken van Herman Brood verdwijnen. De waarde van de gestolen stukken loopt in de tienduizenden euro's. Bart Chabot en literatuurcriticus Arjan Peters stellen Ik Hoop Dat Ik Stoor samen, een boek dat bestaat uit een verzameling teksten, gedichten, notities op bierviltjes en invallen van Herman Brood. Het boek verschijnt in 2006.

2006  Bart Chabot en Jules Deelder openen op 16 mei de Herman Brood-vergaderzaal in de Openbare Bibliotheek Amsterdam op de eerste verdieping van Keizersgracht 440. Tijdens de onthulling worden diverse schilderijen, foto's en andere spullen van Herman Brood tentoongesteld. In september gaat in Utrecht de Herman Brood Academie van start, de eerste vmbo-muzikantenopleiding. Op 5 november wordt in het Groninger Museum de tentoonstelling Cha Cha.Fenomeen Herman Brood geopend. Een van de onderdelen van de tentoonstelling is een replica van het voormalige atelier van Brood aan de Spuistraat. Op dezelfde datum is er in de RockArt Galerie te Hoek van Holland de expositie Brood's Leven die in het teken staat van de diverse facetten uit het leven van Herman Brood. Op 5 november wordt ook de 60ste verjaardag van Brood uitbundig gevierd in Paradiso met optredens van o.a. de Wild Romance en Ellen ten Damme en de Amsterdamse première van de speelfilm Wild Romance. Regisseur Jean van der Velde filmt het verhaal
vanuit het perspectief van de beginnende kroegbaas Koos van Dijk (de manager van Brood), die een act zoekt voor zijn Groningse café. Acteur Daniël Boissevain speelt de rol van Herman Brood. Gitarist Danny Lademacher verzorgt de muziek. Naast het boek Wild Romance, 'n Fijne Hel van Lademacher, met herinneringen aan belevenissen met Herman Brood, verschijnt bij BZZTôH de heruitgave van Sex, Drugs En Een Shitpiano, een bundeling sterke verhalen uit de nederpop door auteur Jan Colijn waarin de capriolen van de rockster als een rode draad doorheen lopen.

2007  In de voorstelling Rock ON Roll, The Stories vertelt vanaf maart Herman Brood-manager Koos van Dijk, samen met Def P van Osdorp Posse en Johannes de Boom van The Shavers, over zijn belevenissen in de oefenruimte. Frank Black, onder naam Black Francis bekend als voorman van de Amerikaanse band The Pixies, maakt de soloplaat Bluefinger die in het teken staat van Herman Brood. Black kwam op het idee toen hij in de studio zat om een bonustrack op te nemen voor een nog te verschijnen verzamelalbum. De in totaal elf nummers hebben allemaal iets te maken met Brood. Tussen de elf songs bevindt zich één Herman Brood cover: You Can't Break A Heart And Have It. Op 11 juli wordt door Broods dochter Holly op de vierde etage in de nieuwe Centrale Bibliotheek op het Oosterdokseiland te Amsterdam het Herman Broodplein geopend.

2008 Op vrijdagavond 18 januari overlijdt Wild Romance-bassist Freddie Cavalli op 52jarige leeftijd aan de gevolgen van longkanker.


» Reageer (0)
15-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hank the Knife and the Jets
Image Slideshow

Arnhemse rock & roll-band die in het midden van de jaren zeventig met hits als Guitar King en Stan The Gunman hoge ogen gooit in de nationale hitparade. De groep gaat na 1977 als Hank The Knife & Crazy Cats verder. De riff uit Guitar King duikt in 1997 op als sample in de dance-hit Donuts With Buddah van Eboman.

1974 Wanneer Henk Bruysten de rock & roll groep Long Tall Ernie & The Shakers verlaat om zijn eigen band te beginnen, noemt hij de groep Darling. Op het Pink Elephant label verschijnt de eerste en enige single Love Centaur/Lazy Daisy, maar veel succes oogst deze niet.

1975  Het grote succes begint voor Henk Bruysten wanneer hij de groepsnaam wijzigt in Hank The Knife & The Jets.Hij wordt bijgestaan door Alan Pierre Beek, eerder ook gitarist bij Darling, bassist Jan van Haaften, drummer Rob Mijnhart en gitarist Hans van Geffen. Met de eerste single Guitar King is het meteen al raak: het nummer staat maar liefst elf weken in de hitparade en bereikt de tweede plaats. Nog beter vergaat het de opvolger, Stan The Gunman, met een eerste plaats. Het singles kopende publiek laat echter het album The Guitar King links liggen. De elpee bereikt de albumlijsten niet.

1976 De band blijft met haar goed meezingbare rock & roll-liedjes hoge ogen gooien in de nationale hitparade. Het nummer Yesterday Star behaalt een veertiende plaats, Crazy Cat doet het iets minder goed met een eenendertigste notering. Drummer Rob Mijnhart is dan inmiddels al vervangen door ex-Trademark drummer Eugene Arts en Hans van Geffen, die zijn eigen Van Geffen Band opzet, maakt plaats voor ex-Long Tall Ernie & The Shakers gitarist Alfons Haket.

1977 Na de geflopte single Ennio/Crackerjack valt de groep uiteen. De single The Man With The Golden Guitar wordt al niet eens meer uitgebracht. Eugene Arts verdwijnt naar Long Tall Ernie & The Shakers en Henk maakt onder de naam Silvertone de single So What/O.K.

1979 Bruysten keert terug als Hank The Knife & Crazy Cats. De Crazy Cats is een Arnhems damestrio, bestaand uit Yvonne, Kitty Bruysten en Letty Arts. De eerste single Johnny & Honey/ Song For Kim haalt de hitparade niet.Van Hank The Knife & The Jets verschijnt bij Bovema-Negram de compilatie Golden Greats.

1980 Ook voor de singles Crazy Guitar/Return Of The Knife en Diamonds/Tenderfoot is geen plaats in de nationale hitparade en het eerste Hank The Knife & Crazy Cats-album Crazy Guitar verkoopt nagenoeg niet. Ondertussen verschijnt een tweede compilatie met hitmateriaal van Hank The Knife & The Jets bij het Music For Pleasure-label onder de titel Best Of.

1981 Wanneer ook de single Six Bassman/Home niet het gewenste succes oogst, valt de groep uiteen. De Crazy Cats maakt nog de single Crazy Crazy Crazy, maar de neerwaartse lijn is voorgoed ingezet.

2003 Vanaf 1 januari gaan Hank the Knife & The Jets weer in de orginele bezetting optreden.

2006  De band maakt een nieuwe cd. Het album Black telt vijftien nummers die de groep de afgelopen jaren heeft opgenomen. De cd wordt zondag 17 december gepresenteerd in Capital X in Arnhem met een optreden en een vertoning van een dvd met opnamen uit de jaren zeventig. De bezetting van Hank the Knife & the Jets bestaat naast Henk 'The Knife' Bruysten uit gitarist/zanger Alan Pierre Beek, gitarist Alfons Haket (beiden bandleden van het eerste uur) en drummer Alan Macfarlane (o.a. ex-The Moans en Long Tall Ernie & The Shakers).


» Reageer (0)
14-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gruppo Sportivo
Image Slideshow

Haagse popband met een aanstekelijk gevoel voor humor, die eind jaren zeventig op de eerste golven van de new wave een enorme populariteit behaalt. Balanceert in die periode knap tussen pastiche en persiflage. Creatief brein en anti-held Hans Vandenburg doekt de band in 1979 onverwacht op. Nadat zijn project Buddy Odor Stop genadeloos flopt gaat hij weer verder met Gruppo Sportivo, echter zonder het oude succes te evenaren.

1976  Maart 1976 spelen Max, Peter en Eric tijdens een feestje in het Haagsche Kijkhuis. Zij vragen Hans Vandenburg (uit de Leo Unger Band, bekend van hun hit Run To The Sunshine) mee te spelen, hetgeen resulteert in meer repeteren en een professionelere kijk op het spelen in de band. Zappa- en Beatlesfan Hans schrijft al enige jaren songs onder het pseudoniem VanDeFruits en is al snel de bandleider. Hij kent ook zangeres Meike Touw die zich bij de groep voegt, even later gevolgd door Josee van Iersel. Van een poster in de oefenruimte leent men de groepsnaam. De zangeressen gaan door het leven als de Gruppettes. John van Vueren wordt de manager en bezorgt de groep behoorlijk wat optredens in de open jongerencentra. De carrière krijgt een stevige impuls als Gruppo het voorprogramma van de Nederlandse tournee van de Golden Earring mag verzorgen. Earring-zanger Barry Hay produceert de debuutsingle Out There In The Jungle, die verschijnt bij Polydor. Het plaatje is goed voor wat radio airplay en een notering
in de tipparade van Veronica.

1977 In maart verschijnt de tweede single Hoola Fever, geproduceerd door de dan inmiddels uit de Golden Earring vertrokken toetsenist Robert-Jan Stips. De single flopt en het platencontract met Polydor wordt niet verlengd. Andere maatschappijen zien echter potentie in de groep en al snel tekent men bij Ariola. Robert-Jan produceert de eerste elpee 10 Mistakes, die in oktober wordt uitgebracht. Een enkele criticus struikelt over het veelvuldig ‘citeren’ uit popklassiekers, maar over het algemeen zijn de kritieken lovend. Er wordt evenwel geen single uitgebracht om de plaat verder onder de aandacht van het publiek te brengen.

1978 In maart verschijnt de single Rock And Roll, een nieuw nummer dat niet op het debuutalbum voorkomt. Een bescheiden hit ondanks de boycot van de NCRV die de plaat niet draait wegens de ‘obscene’ hoes van de elpee. In de slipstream komt 10 Mistakes binnen in de albumlijsten. In april verschijnt de plaat ook in Engeland, waar de reacties enthousiast zijn. De elpeetrack Beep Beep Love wordt daar wel op single uitgebracht. Een succesvolle tournee door het Verenigd Koninkrijk volgt. Alvorens de groep op de Europese zomerfestivals te zien is neemt ze haar tweede elpee op. In september ontvangt Gruppo een Edison voor 10 Mistakes. Als die elpee zonder verdere aanleiding in september weer terugkeert in de verkooplijsten is dat het eerste teken van de Gruppo-koorts die in het najaar van ‘78 door Nederland waart. Deze bereikt haar hoogtepunt als begin november de prima elpee Back To 78 verschijnt, gevolgd door de single Hey Girl. Beiden beklimmen rap de hitlijsten en de band trekt met haar tournee volle zalen.
In Britse poppolls wordt Gruppo als derde genoemd in het staatje meest belovende nieuwe bands, direct achter Ian Dury en Dire Straits.

1979  Na uitvoerige promotie-activiteiten in Frankrijk en Duitsland gaat de band een maand lang op tournee door Engeland. In maart verschijnt de single Disco Really Made It, een nieuw nummer dat niet te vinden is op Back To 78. In Nederland is het de grootste hit voor de band. Terwijl de platen met een grote publiciteitscampagne in de Verenigde Staten worden uitgebracht komt tot ieders verrassing het bericht dat Hans Vandenburg heeft besloten de groep op te heffen omdat hij zich beperkt voelt in zijn muzikale ontwikkeling. Zijn plan is een nieuwe band op te richten met muzikanten die hij in New York zal uitzoeken. In juni doet de groep nog een uitgebreide afscheidstournee. De laatste single Sleeping Bag flopt. Eind van het jaar verschijnt het debuutalbum van Vandenburg’s nieuwe band Buddy Odor Stop, waarin geen Amerikanen voorkomen maar wel Peter Calicher, Max Mollinger en Meike Touw. Nieuwe gezichten zijn Martin Bakker (bas) en Lisa Bialac (zang). De begeleidende concertreeks trekt veel publiek,
maar de reacties zijn gereserveerd. Het jazzy geluid is voor velen een te grote stijlbreuk en de zaal roept voortdurend om de oude successen. Het album Buddy Odor Is A Gas! en de gelijknamige single floppen genadeloos.

1980  Gruppo Sportivo wordt heropgericht met Calicher, Bakker, Mollinger, Laurens de Jonge en de Engelse zangeres Bette Bright (ex-Deaf School). Deze laatste haakt echter al snel weer af. Ze wordt vervangen door Lies Schilp. De elpee Copy Copy stelt velen teleur. Het is een magere kopie van het vernuft dat de eerste twee platen zo sprankelend maakte. Wel keert de band ermee terug in de albumlijsten. Meike Touw richt haar eigen groep op (met daarin o.a. Fay Lovsky) waarmee ze de in alle ongecompliceerdheid overtuigende elpee Tutti Frutti maakt. Vervolgens richt ze samen met Josée van Iersel de hobbyclub The Tweeters op. Hiermee treden ze op tijdens het Knokke Festival in 1983. Ook zingen ze korte tijd bij de Westduitse groep Spliff, waar ze Lisa Bialac vervangen.

1981 Pop! Goes The Brains is de vierde elpee en klinkt wat geïnspireerder dan zijn voorganger. In Nederland, Engeland en de Verenigde Staten is de interesse voor de groep inmiddels gezakt tot een dieptepunt. In Italië en Duitsland groeit de populariteit evenwel en is Gruppo een goedbezochte live-band. De groep speelt op het Deense festival Roskilde.

1982 Happily Unemployed van de elpee Design Moderne wordt een bescheiden hit in Duitsland.

1983 Gruppo Sportivo speelt op het Parkpop Festival in de thuisstad Den Haag.

1984 Met de verzamelaar Greatest Hats blikt platenmaatschappij Ariola terug op de succesjaren. Een nieuw platencontract zit er echter niet meer in, waardoor de elpee Sombrero Times verschijnt bij het kleine onafhankelijke label Nova Zembla. Het bij vlagen onderhoudende album gaat onopgemerkt ten onder.

1985 De groep valt uit elkaar.

1987 Hans Vandenburg formeert een nieuwe groep: Ugly Head.

1988 Als Ariola Ugly Head’s versie van het Wall Of Voodoo-nummer Mexican Radio op single wil uitbrengen wordt de groepsnaam terugveranderd in Gruppo Sportivo. Onder die naam treedt de band weer op in België en West Duitsland. Mexican Radio staat ook op de cd Back To 19 Mistakes, samen met de eerste twee elpees. Hans Vandenburg produceert enkele singles van de Drentse gitaarband The Charlies, presenteert enkele tv-programma’s, speelt in de tv-serie Familie Oudenrijn en duikt regelmatig op in de videoclips van de Golden Earring.

1990  Zangeres Inge Bonthond (net als Lies Schilp afkomstig uit de Bombitas en actief in Girls Wanna Have Fun) voegt zich bij de band. Begin ‘90 verschijnt de mini-cd Sucker Of The Century, gestoken in een prachtig strip-hoesje, waarin Vandenburg wordt geportretteerd als de tegenpool van Batman. Het plaatje slaagt er niet in de belangstelling voor Gruppo Sportivo weer aan te wakkeren.

1992 De dubbel-cd Young & Out bevat zoals de titel al doet vermoeden oud (studio-outtakes) en nieuw materiaal. De single She Was Pretty is regelmatig op de radio te beluisteren maar haalt de hitlijsten niet. Vandenburg doekt in stilte Gruppo Sportivo op en gaat solo.

1994  De titel van zijn solodebuut Hans Vandenburg’s Commercial Break verraadt de nodige frustratie, die echter niet af te horen is aan de luchtige popliedjes, die weliswaar wat moderner zijn geproduceerd maar door zijn herkenbare stemgeluid en relativerende teksten toch ogenblikkelijk doen denken aan Gruppo Sportivo. De band brengt onder de titel Sing Sing een akoestisch concert uit op VAN. Naast nieuwe songs krijgt ook oud materiaal een nieuw akoestisch arrangement. Gerrit-Jan Konink wordt de nieuwe bassist.

1996 Dat ook solo commercieel succes uitblijft weerhoudt Vandenburg er niet van zijn tweede solo-album (volgens hetzelfde recept vervaardigd) Shake Hands With Vandenburg uit te brengen.

1997 Hans Vandenburg produceert het album Hallo Venray van Hallo Venray. Hij slaagt erin de groep een passend nieuw geluid aan te meten, maar de plaat wordt geen verkoopsucces.

1998 Na platen onder zijn eigen naam te hebben uitgebracht verschijnt van Hans Vandenburgs Dierenpark het debuutalbum. De band heet eerst Ouwe Hans Dierenpark, maar moet de naam veranderen omdat dierentuin Ouwehands Dierenpark bang is voor naamsverwarring.

2000 De complete catalogus van Gruppo Sportivo wordt opnieuw op cd uitgebracht door Double Dutch. Op elke cd staan twee albums. Ook verschijnt er een cd met alle singles en b-kantjes, inclusief een in de originele bezetting opgenomen nieuwe single. In deze bezetting wordt er ook getoerd. De band is veelvuldig te zien en te horen op radio en TV.

2002 Gruppo Sportivo blijkt nog steeds actief. De band werkt aan een nieuwe cd.

2003 Gruppo Sportivo tekent in november een platencontract bij PIAS. Voor het voorjaar van 2004 staat het nieuwe album Topless 16 gepland. Daarnaast worden er opnamen gemaakt voor een dvd die de naam Career Movies krijgt.

2004 In de lente komt het album Topless 16 uit, verpakt in een ontwerp van een LP-hoes die Hans Vandenburg, volgende de overlevering, als puber boven zijn bed had hangen. Omdat hij nooit heeft kunnen horen hoe de muziek op die lp klonk heeft hij verzonnen 'covers' op de nieuwe cd gezet. De release wordt gevolgd door een tournee. Met Bob Fosko (Raggende Manne) en Beatrice van der Poel (Beeswamp) staat Hans Vandenburg op de Parade met het programma Muziek Om Bij Over Te Geven. De dvd Career Movies bevat vier uur aan videoclips, een optreden in Rockpalast en een documentaire over een Italiaanse tournee.

2006 Op 28 oktober bestaat Gruppo Sportivo 30 jaar. Het verjaardagsfeestje wordt op die dag gevierd in Pakhuis Wilhelmina te Amsterdam. Ter gelegenheid van het jubileum verschijnt het dubbelalbum Rock Now, Roll Later.


» Reageer (0)
13-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Greenfield and Cook
Image Slideshow

Haags duo dat met melodieuze liedjes tussen 1969 en 1974 actief is. Rink Groeneveld en Peter Kok, die elkaar leerden kennen in de Hurricanes, hebben zeven Top 40-hits, waarvan drie in de Top 10.


1969 Rink Groeneveld, platenproducent en zanger en Peter Kok, gitarist/zanger/componist, zijn beiden afkomstig uit de Haagse Hurricanes, die één single maken in 1967. Sinds hun vijftiende zijn de muzikanten al goede vrienden. In 1968 vormen zij het duo Popshop. In 1969 noemen ze zich Greenfield & Cook. In 1970 scoren zij een eerste tipparade-notering: The End, geproduceerd door Jaap Eggermont.

1971 In 1971 volgt de doorbraak met A Day Begins en de melodieuze up-tempo top-10 hits Only Lies en Don't Turn Me Loose. Het repertoire van welluidende gitaarliedjes is soms wat zoetsappig, hoewel Easy Boy een pittige gospel-achtige song is. In 1973 ontvangen zij de Zilveren Harp van Conamus.

1974 Na enkele succesvolle jaren met in totaal zeven Top-40 noteringen gaan Greenfield & Cook in 1974 uit elkaar. De beide solocarrières zijn nauwelijks succesvol te noemen. Groeneveld werkt onder meer met de groep Holland. Peter Kok wordt manager van Euson en verruilt in 1977 Apeldoorn voor Amerika.


» Reageer (0)
12-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gerard Cox
Image Slideshow

De rasechte Rotterdammer Gerard Cox was aanvankelijk onderwijzer, maar ontwikkelde zich als cabaretier, zanger, acteur en Feyenoord-supporter tot bekende Nederlander. Na als geëngageerd en omstreden cabaretier in de jaren zestig te zijn begonnen, komt hij met de megahit 't Is Weer Voorbij Die Mooie Zomer onverwacht in het Willem Duyscircuit terecht. Behalve als zanger van Nederlandstalige luisterliedjes is Gerard Cox in de jaren zeventig en tachtig actief als cabaretier (met Frans Halsema en in het radioprogramma Cursief), acteur (Het Debuut) en (scenario)schrijver. Van recenter datum is zijn succesvolle werk als acteur/scenarioschrijver van de televisieserie Toen Was Geluk Heel Gewoon en in reclames voor Duyviszoutjes.


1961 Als zanger/gitarist maakt de onderwijzer Gerardus Antonius Cox (Rotterdam, 6-3-1940), begeleid door Peter Blanker op gitaar, een eptje met 6 nummers voor de Studenten Gramofoonplaten Industrie. De muziek is geïnspireerd op Jaap Fischer en bezorgt Cox vele optredens in België.

1962 Gerard Cox wordt afgewezen voor de toneelschool, maar maakt zijn toneeldebuut bij het Gezelschap Lily Bouwmeester met een rolletje in Blijde Verwachting . Vanaf 1962 is hij als geëngageerd cabaretier actief in Delft met pianist Jan Willem ten Broeke (van het Utrechts Studentencabaret) in de programma's Van De Prins Geen Kwaad (1963), Moeilijk Doen (1964) en Welvraat (1966).

1964 Maakt omstreden singletje De Pil: 'Met de pil, met de pil, wordt de angst tot een paskwil, ga je net zo dikwijls als je wil, la la - la la la la la la...'

1966 Vanaf 1966 is Gerard Cox lid van Lurelei (met Eric Herfst, Jasperina de Jong, Marjan Berk en Rogier van Otterloo op piano, teksten Guus Vleugel). In 1966 hebben zij veel succes met het programma Relderelderel, waarin Cox de omstreden nummers God Is Niet Dood en Arme Ouwe (over koningin Juliana) zingt. Volgens de dagboeken van Wim Kan is Gerard Cox 'de grote verrassing'. Op 28 oktober 1966 wordt proces-verbaal opgemaakt vanwege opzettelijke belediging 'de Koning of de Koningin aangedaan' in het liedje Arme Ouwe.

1967 In 1967 brengt Lurelei het minder succesvolle Oud Zeer.

1968 Op 10 maart 1968 gelast de VPRO-leiding het programma Geef 'm De Ruimte af, vanwege het liedje Tango Met God van Gerard Cox. Lureleimedewerkers Frans Halsema en Gerard Cox gaan samenwerken in de NV SPOT. Op 26-9-1968 gaat Met Blijdschap Geven Wij Kennis in première, een samenwerking met Adèle Bloemendaal. Hierin is o.a. het befaamde Broekje In De Branding te horen, dat ook op single verschijnt.

1969 In het tweede Spotseizoen is de plaats van Adèle Bloemendaal ingenomen door Conny Stuart.

1970 Vanaf 1970 is Cox betrokken bij het satirische KRO-radioprogramma Cursief, met o.a. Luc Lutz, Frits Lambrechts en Gregor Frenkel Frank. Zijn conference Polleke, over een gedrogeerde Vlaamse wielrenner, is legendarisch geworden. In oktober 1970 haalt Cox zich heel wat -Amsterdamse- vijanden op de hals met het ironische singletje Ajax Is Dood, naar aanleiding van de overwinningen van Feyenoord in Europacup en Wereldcup.Op 23 oktober 1970 suggereert Elseviers Weekblad een vervolging tegen Gerard Cox, die bij de VARA het bevriende staatshoofd Richard Nixon een moordenaar heeft genoemd door 100.000 doden op zijn naam te schuiven.

1971 De politieke potpourri, gezongen tijdens de televisieshow Wie Wijst Gerard Cox De Weg In Hilversum?, uitgezonden op 1 februari 1971komt niet, als voorgenomen, op de grammofoonplaat. De directie van Phonogram spreekt er haar veto over uit. Cox speelt de hoofdrol in de Nederlandse versie van Promises Promises, Promotie Promotie.

1972 Gerard Cox heeft een eerste hit met het nummer 1948, een fraaie nostalgische bewerking van Alone Again (Naturally) van Kees van Kooten en Wim de Bie. Speelt met Willeke Alberti in het toneelstuk Liebelei.

1973 In 1973 starten Frans Halsema en Gerard Cox een nieuwe samenwerking met het programma Wat Je Zegt Dat Ben Je Zelf met teksten van Michel van der Plas. De persiflages op de spelletjes Geen Ja Geen Nee, Voor Een Briefkaart Op De Eerste Rang en Raden Maar horen tot hun bekendste nummers. Het duo wordt onder meer begeleid door bassist Jan van der Voort, pianist Frans Ehlhart en organist Ruud Bos. Tot 1976 blijven ze samen optreden. 't Is Weer Voorbij Die Mooie Zomer staat najaar 1973 18 weken in de hitparade, waaronder 5 weken op nummer 1. Het nummer is een vertaling van Salut Les Amoureux van Joe Dassin, wat op zijn beurt weer een bewerking is van City Of New Orleans van Arlo Guthrie. Prominent aanwezig op 't Is Weer Voorbij Die Mooie Zomer zijn de arrangementen van Rogier van Otterloo en het karakteristieke gelalala van Letty de Jong. Cox is goed bevriend en werkt veel met Rogier van Otterloo. Zijn eerste lp's bevatten veelal vertalingen van chansons en songs zoals Tegen De Tijd Dat 'k Bij Parijs Ben (By The Time I Get To Phoenix), Als Je In Mijn Hart Kon Kijken (If You Could Read My Mind) en Wie Wijst Mij De Weg In Hilversum (Do You Know The Way To San Jose).

1974 Het succes van 't Is Weer Voorbij Die Mooie Zomer levert Cox veel kritiek op bij zijn collega-cabaretiers. Het cabaret van Ivo de Wijs hekelt zijn artistieke uitverkoop in Pak De Poen Ome Gerard: 'Eens verklaarde jij de charmezang voor gek, Ome Gerard, Jij hebt de jongens zonder idealen, Die hun emoties eeuwig uit het Frans vertalen, Al bij Lurelei bezeken tot en met. Je had vroeger een verrekte grote bek Ome Gerard, Willem Duys vond je totaal niet te vertrouwen, En je greep de koningin in 'Arme Ouwe', Want je maakte scherp en cynisch cabaret. Dat was toen, Ome Gerard, Elk seizoen, Ome Gerard, Kwam jij met een nieuwe zure scheut citroen, Ome Gerard. Nu zing je eikelige liedjes van de zomer en de mei, Wel, die zomer is wat ons betreft voorbij.' Ook in de hitparade lijkt de zomer voorbij. De follow up Die Goeie Ouwe Tijd behaalt nog een zesde plaats in de Top 40, maar latere singles komen meestal niet verder dan de tipparade.

1977 Cox debuteert als acteur in de speelfilm Het Debuut van Nouchka van Brakel. Als hoofdrolspeler heeft hij de jeugdige Marina de Graaf tegenover zich. In de jaren zeventig heeft Cox ook vele rolletjes in televisieseries zoals Rust Nog Duur, Waaldrecht en Klaverweide. Gerard Cox heeft zijn eerste eigen theaterprogramma: Niemand Weet, Niemand Weet Dat Ik Repelsteeltje Heet. Na een eerder huwelijk met Elly Rietveld trouwt Cox nu met zangeres Joke Bruys, met wie hij ook platen maakt.

1979 Gerard Cox schrijft de tekst van Colorado, een compositie van Bolland & Bolland waarmee Xandra (Sandra Reemer) een twaalfde plaats op het Eurovisie Songfestival behaalt.

1980 Cox heeft een rol in Lieve Jongens, een speelfilm van Paul de Lussanet naar het boek van Gerard Reve.

1982 Herfst 1982 speelt en zingt Cox met Jasperina de Jong in de musical Fien van Ivo de Wijs.

1983 Cox heeft een rol in de speelfilm Een Zaak Van Leven En Dood van George Schouten. Hij schrijft het scenario voor de speelfilm Zwarte Ruiter, dat ook als roman in boekvorm verschijnt. Eind jaren zeventig heeft hij ervaring opgedaan in het schrijven van scenario's door de bewerking voor de TROS-televisieserie De Fabriek.

1985 Cox werkt samen met Rients Gratema in het programma De Grijze Plaag en het jaar daarop in Beperkte Dijkbewaking.

1987 Gerard Cox heeft weer eens een kleine hit met Die Laaielichter.

1988 Cox publiceert zijn memoires onder de titel Jongen, Rook Jij Wel Genoeg? Hij krijgt de Bob Scholte Ring.

1990 Cox zegt zijn links-intellectuele verleden en het theater vaarwel en stort zich in het schnabbelcircuit. Ongeveer honderd keer per jaar treedt hij op op congressen, bruiloften en partijen. Hij krijgt een Gouden Harp van Conamus. Ter gelegenheid van zijn 50ste verjaardag krijgt hij de Erasmusspeld.

1991 Een boek met voetbalverhalen over zijn geliefde Feyenoord verschijnt: 3-0 Achter, Niks Aan De Hand. Al eerder had hij van zijn liefde voor de Rotterdamse club laten blijken in de liedjes Feyenoord Feyenoord Feyenoord Feyenoord Feyenoord, Coen! en Werkmansleed (Feyenoord Feyenoord). Sinds 1993 heeft Cox een veelgelezen column in de Feyenoordkrant.

1992 Cox is acteur en medescenarist van de comedy Toen Was Geluk Heel Gewoon. Een bewerking van de Britse serie The Honeymooners, met Sjoerd Pleisier, Jokle Bruys en Mouna Goeman-Borgesius.

1994 De musical Kaat Mossel, een gezamenlijk project van Gerard Cox en Peter Blanker uit 1986, wordt voor het eerst opgevoerd.

1995  Cox neemt een cd op met liedjes van Jules de Corte: Uit Liefde En Respect, een initiatief van Robert Long, die ook de productie doet.

1998 In november verschijnt met Andere Noten een album van Cox. De titel verwijst naar zijn optreden in reclamefilmpjes voor Duyvis. Nooit Meer Verkering is de eerste single van de cd.

1999 De tweede single (Ik Wil Vanavond Met Je Vrijen) komt uit en doet weinig. Later in het jaar worden nieuwe afleveringen van het nog altijd populaire Toen Was Geluk Heel Gewoon opgenomen. In oktober ontvangt de serie de Gouden Televizierring en verschijnt er een CD met daarop liedjes gezongen door de hoofdrolspelers.

2001 Gerard Cox speelt een van de hoofdrollen in de film De Vriendschap van Nouschka van Brakel. Het album Wat Je Zingt, Dat Ben Je Zelf bevat een overzicht van cabaret- en luisterliedjes uit de periode 1900 tot 1980.

2002 Op maandag 18 november viert Gerard Cox zijn 40-jarig jubileum samen met het Metropole Orkest en vele bekende gasten in het Nieuwe Luxor Theater in Rotterdam. Gasten zijn o.a.: André van Duin, Robert Long, Sjoerd Pleysier, Joke Bruijs en Willem Nijholt. In december verschijnt Frans Halsema & Gerard Cox : Voor Altijd, een door Kick van der Veer samengestelde boxset met drie cd's waarop een veertigtal liedjes en enkele conferences staan verzameld. De tweede cd bevat solowerk van Cox.

2003 Gerard Cox is betrokken bij het scipt voor Drie Musketiers (geschreven door André Breedland), de musical van Bolland & Bolland die 30 maart in Rotterdam in première gaat.

2006 Gerard Cox speelt een gastrol in de nieuwe versie van de door Eli Asser geschreven televisieserie 't Schaep Met De 5 Pooten.


» Reageer (0)
11-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gebroeders Brouwer
Image Slideshow

De Gebroeders Brouwer was een Nederlands trompetduo afkomstig uit Hierden.

Het door Pierre Kartner ontdekte duo, bestaand uit de broers Rende en Henk Brouwer, was vooral in de jaren zeventig van de twintigste eeuw succesvol. Zij maakten toen samen met onder meer Ben Cramer en Jacques Herb deel uit van de De Vader Abraham Show (met diverse optredens in het Rotterdamse Ahoy') en traden regelmatig op in Op volle toeren, een televisieprogramma van de TROS vol met Nederlandstalige muziek. Ook namen ze diverse albums op en traden ze op met koren. Het duo was tot 1993 actief.

Henk Brouwer woonde vele jaren, tot zijn overlijden in oktober 1999, in Vierhouten. Rende Brouwer is tevens een verdienstelijk dammer.


» Reageer (0)
10-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Frans Halsema
Image Slideshow

Nederlands cabaretier, onder meer bekend van zijn programma's samen met Gerard Cox en het duet Vluchten Kan Niet Meer met Jenny Arean.

1960 - 1966 Frans Halsema wordt als Franciscus Aert Maria Halsema op 1 september 1939 in Amsterdam geboren. Na onafgemaakte opleidingen bij de MULO en de banketbakkersschool en diverse baantjes treedt hij op in cafés en op bruiloften en partijen, zichzelf begeleidend op accordeon en piano. Tijdens zijn militaire dienstplicht (1958-1960) krijgt hij een schrijversopleiding en is hij in de gelegenheid 's avonds naar de cabaretschool van Bob Bouber in Amsterdam te gaan. Halsema debuteert in 1960 als cabaretier in het Pauze-Cabaret in de City Music Hall te Amsterdam. Een jaar later wordt hij pianist bij cabaret Lurelei van Eric Herfst en Ben Rowold. In 1964 presenteert Halsema samen met Rowold voor de VPRO-radio het amusementsprogramma Parlando. Na Lurelei treedt de cabaretier toe tot het ABC-cabaret van Wim Kan en Corry Vonk.

1967 - 1984 Halsema verlaat het gezelschap in 1967 en start een freelancecarrière. Hij ontmoet Gerard Cox in Klein Bellevue in Amsterdam. Samen met Adèle Bloemendaal spelen ze in 1968 het succesvolle programma Met Blijdschap Geven Wij Kennis. Het duet Vluchten Kan Niet Meer met Jenny Arean uit de musical En Nu Naar Bed van Annie M.G. Schmidt en Harry Bannink wordt een grote hit. Samen met Gerard Cox speelt Halsema vanaf 1973 nog twee seizoenen het programma Wat Je Zegt Dat Ben Je Zelf. Na de breuk met Cox staat Halsema op het toneel met zijn eerste onemanshow Ik, Ik En Nog 's Ik, gevolgd door de programma's Je Moet Er Geweest Zijn (samen met Guus Vleugel geschreven), Is Die Kruk Vrij (in 1981 met het muzikale damestrio The Angels Of Hope en regisseur Bram Vermeulen) en Dag Droom (1983). Op 24 februari 1984 overlijdt Frans Halsema op 44-jarige leeftijd aan keelkanker.

2005 De dvd De Laatste Tango is een hommage aan de cabaretier, samengesteld door diens zoon Marijn Halsema. De dvd bevat opnamen van succesnummers als Voor Haar, Zondagmiddag Buitenveldert, Miriam, Ik Mis en de originele theaterversie van Vluchten Kan Niet Meer met Jenny Arean. Daarnaast zijn liedjes te zien uit het tv-programma Frans Halsema In Spanje (1968) en privé-filmpjes. Als extra is de complete one man show Ik, Ik En Nog Eens Ik met Ruut Weissman uit 1979 op de dvd gezet.


» Reageer (1)
09-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Elly en Rikkert
Image Slideshow

Populair duo, dat halverwege de jaren zeventig van hippie-songs overstapt naar christelijke luisterliedjes voor volwassenen en kinderen.


1965 Elly Nieman (7 april 1946) wordt geboren als oudste van vijf kinderen in een winkeliersgezin in Hilversum. Al op jonge leeftijd schrijft ze liedjes en zingt ze die op school, in de kerk of in het clubhuis. In 1965 wint ze het Cabaret der Onbekenden. Hoofdprijs is het maken van een elpee voor Philips. Naast voornamelijk eigen nummers, zingt ze ook door anderen geschreven materiaal. O.a. van Lennaert Nijgh en Guus de Bakker.

1967 Rikkert Zuiderveld (Groningen, 5 februari 1947) groeit op in een onderwijzersgezin. Tijdens de middelbare school-periode houdt hij zich bezig met het schrijven van gedichten en liedjes. Als student geschiedenis in Amsterdam leert hij Job Pannekoek kennen. Via hem komt hij in contact met platenmaatschappij Philips, waarvoor hij de elpee Achter Glas opneemt. Pannekoek brengt hem ook in contact met Elly Nieman. Al snel zijn Elly & Rikkert een paar.

1968 Samen met Boudewijn de Groot scoort Elly Nieman een grote hit met het duet Meester Prikkebeen. Het duo was bij elkaar gebracht door Lennaert Nijgh. Elly en Rikkert blijven afzonderlijk optreden maar worden steeds vaker samen geboekt, zeker als ze in 1968 in het huwelijk treden.

1969 Op aandringen van producer Tony Vos maken Elly & Rikkert een duo-plaat, Een Ander Land. Het is een typisch hippie-album, vol filosofisch-mythologische teksten waarin het duo zich afzet tegen de gevestigde orde. Het album is behoorlijk succesvol.

1970 Geheel in de tijdgeest verhuizen Elly & Rikkert naar het platteland. Met producer Tim Griek neemt het duo het album De Draad Van Ariadne op. Ook deze elpee staat vol met hippiemuziek en één kinderliedje: De Kauwgomballenboom.

1971 De Kauwgomballenboom wordt op single uitgebracht en haalt de tipparade. Deze bescheiden notering is echter geen goede afspiegeling van de enorme populariteit van dit liedje bij kinderen. Ook de opvolger Alles Is Vrij geniet grote bekendheid. Later in het jaar volgt het album Parsifal, een soortgelijke plaat als het succesalbum De Draad Van Ariadne.

1972 Samen met Dimitri van Tooren nemen Elly & Rikkert het kinderalbum Het Oinkbeest op.

1973 De elpee Maarten En Het Witte Paard is een muzikaal sprookje voor volwassenen. Ondertussen verhuizen Elly & Rikkert naar Drenthe, waar ze hun intrek nemen in een commune. De mensen daar hebben een grote inbreng in het album Adem.

1974 Het uiteenvallen van de commune vormt de inspiratie voor de elpee Sta Op En Wandel.

1975 - 1983 Elly & Rikkert laten zich bekeren. Het geloof vindt ook zijn weerslag in de songteksten op de albums Levend Water, Al Je Haren Zijn Geteld, De Late Regen en Zend Mij. Een tijdlang treedt het duo alleen in religieuze kringen op.

1984 Het duo neemt enige afstand van het geloof met het album Maskers Af. Deze staat niet meer bol van (verwijzingen naar) bijbelverzen, maar behandelt realistische items als materialisme, politici en Freek De Jonge. Voor het eerst sinds jaren is het duo weer te horen bij andere omroepen dan de EO.

1985 Voor het aan EMI geliëerde Disky produceert het duo het project In Verwondering, waaraan onder andere Hans Vermeulen en Ruth Jacott meewerken.

1986 De opvolger Het Hart Op De Tong laat eenzelfde licht-kritische toon horen.

1988 Tijdens de opnamen van het album Jarenlang verongelukt producer Tim Griek. Verschillende teksten roepen hem in herinnering.

1990 Het duo maakt een album vol kinderliedjes.

1991  Het album Koorddanser bevat het nummer Rosa, over een meisje dat seksueel misbruikt is. Elly, zelf incestslachtoffer, krijgt daar veel reacties op. Naar aanleiding van dit nummer treedt ze geregeld op tijdens manifestaties van hulpverleningsorganisaties.

1995 Deze thematiek is ook aanwezig op de cd De Tranen Van De Kleine Mensen. Het nummer Anders handelt over mensen met een meervoudig persoonlijkheidssyndroom (MPS), iets wat veel bij incestslachtoffers voorkomt.

1997  Rond het verschijnen van de cd Van Het Water En De Oever geeft het zingende duo een benefietconcert om straatkinderen in Brazilie aan adoptieouders te helpen.

1998 Toneelstichting Tosti maakt van het album Het Oinkbeest een musical. Zesenveertig kinderen voeren het stuk op. Het duo werkt mee aan Uit De Wind, een cd rond het thema incest, de psychiatrie en rouwverwerking. Het is een project waaraan ook andere vocalisten en componisten meewerken. Van Elly & Rikkert verschijnt het dubbelalbum 30 Jaar Onderweg, dat een bloemlezing biedt uit hun oeuvre. Tien nummers worden hiervoor opnieuw opgenomen, waarbij o.a. Boudewijn de Groot, Dimitri van Tooren, Ernst Jansz, Johan Verminnen en Hans Vermeulen hun medewerking verlenen. Het verschijnen van de plaat is tevens de aanleiding voor een uitgebreide theatertournee. Het duo werkt zelf mee aan Over The Ages van Dick Le Mair en het radioprogramma Andermans Veren.

1999 Voor het eerst stelt het duo op veler verzoek een kerst-CD samen met zowel oude als nieuwe nummers. In dezelfde tijd komen er twee kinder-kerstmusicals uit: Piekobello en Glitter. Ook dit jaar zijn Elly & Rikkert te horen op een album van van Dick Le Mair met de titel Pilgrimage.

2000 Elly & Rikkert treden nog steeds enkele malen per week op, zowel met kinderprogramma's als met concerten voor volwassenen. Hierbij worden ze begeleid door percussionist Dick Le Mair en Jan Borger op toetsen. Violist Peter van Essen speelt af en toe ook mee. Naast de reguliere concerten treedt het paar ook regelmatig op in kerken, scholen, instellingen voor gehandicapten etc. Het werk dat het duo verricht gaat niet onopgemerkt, ze worden tijdens de jaarlijkse lintjesregen koninklijk onderscheiden. In november verschijnt het album Reisverhalen. Hierop staan luisterliedjes, ballades en zelfs wat steviger werk. Voor kinderen verschijnt de cd De Ark Van Stekeltje Gaat Op Reis.

2002 Elly & Rikkert presenteren samen met kinderkoor Vredoza op 1 juni hun album Bûter, Brea En Griene Tsiis. De cd bevat Friese vertalingen (ondermeer door Syb van der Ploeg, de neef van de zanger van De Kast) van liedjes die eerder in het Nederlands verschenen op hun laatste drie kinderalbums. Geloven Als Een Kind is een muziekboek plus cd met liedjes voor de kinderviering.

2003 Gefeliciteerd! is een kinder-cd waarop wordt meegezongen door de Fountainkoren uit Soest onder leiding van Liesbeth en Wilma van den Akker. Het album bevat een bonus-cd met zes kerstliedjes.

2004 Elly & Rikkert zijn betrokken bij de Karungu Kids, een project voor zo'n dertig weeskinderen in Kenia, Afrika. Zang van deze kinderen is te horen op een aantal kinderplaten van het duo. Voor kinderen verschijnen ook de verhalenbundel Door Het Brilletje Van Elly, de cd Op Reis, Op Reis en de dvd Kinderconcert. Voor volwassenen verschijnt de dvd Al Die Jaren met liedjes die in de loop der tijd voor tv-specials zijn opgenomen en Een Mens Is Nooit Te Fout Om Te Leren, een boekje van Rikkert met 150 oneliners over God en mensen. Vanaf 8 december verzorgt het duo weer kerstconcerten begeleid door Jan Borger, Dick Le Mair en Rob Vermeulen.

2005 De Steen Is Weg is een compilatie van liedjes rond Pasen, zowel voor kinderen als volwassenen, samengesteld door Co Hermans van het label Disky. De cd De Omgekeerde Wereld komt voort uit het bezoek aan het weeshuis in het Afrikaanse dorpje aan de rand van het Victoriameer. Het duo vertaalt en bewerkt enkele Afrikaanse liedjes en laat ze inzingen door de Kids Crew, Spetters, Friends en de Ridderkerkse Kinderkoren. De Engelstalige versie van de cd heet Amani/Peace.

2006 Ter gelegenheid van het 40-jarig artiestenjubileum van Elly & Rikkert schrijft de journalist Herman Veenhof het boek Vrije Vogels (De Omgekeerde Wereld Van Elly En Rikkert) over het leven van het duo. Voor het geschiedenisprogramma Andere Tijden van de NPS treden Elly & Rikkert voor het eerst sinds jaren weer op in De Waag te Haarlem met naast vaste begeleiders Jan Borger en Dick Le Mair ook bijdragen van Jaap van Beusekom en Joost Belinfante van CCC Inc. Elly maakt voor de EO het kinderprogramma Elly En De Wiebelwagen. Veertien liedjes over bijbelverhalen uit dit programma, gezongen samen met De Spettertjes van kinderkoor De Spetters, verschijnen in oktober op cd.
 

2007  Na veertig jaar brengt Rikkert Zuiderveld zijn tweede soloalbum uit: Solo.


» Reageer (0)
08-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Catapult

Leidse formatie die midden jaren '70 het Nederlandse antwoord is op de Engelse glamgolf, aangevoerd door Slade, The Sweet en Mud. Dankzij een ijzersterk imago (oogverblindende kleding en opvallende kapsels) en pakkende singles heeft de band in Nederland en België veel succes. Na het wegebben van de glitterrage gaan de muzikanten verder als het productiebedrijf Cat Music.


1973 Geertjan Hessing, Erwin van Prehn, Aart Mol en Cees Bergman besluiten kort voor een zomervakantie in Spanje tot het oprichten van een groep. De muzikanten kennen elkaar reeds enkele jaren uit de muziekwereld van Leiden. Vanaf het begin is het motto: 'wat er ook gebeurt, we blijven bij elkaar'. Het verblijf aan de stranden van Lloret de Mar wordt gebruikt om plannen te smeden, waarbij vooral het succes van Mud, The Sweet en Slade als lichtend voorbeeld dient. In september wordt de groep gecompleteerd met toestenist Michael Eschauzier. In de eerste single worden de ervaringen aan het Spaanse strand verwerkt. De titel verwijst naar de aanmoediging van de vakantievriendinnen die hoorden van de wilde plannen: (We hope you're gonna) Hit The Big Time, die opgenomen wordt met producer Jaap Eggermont (ex-Golden Earrings). De band doet nog dat jaar de eerste optredens, als voorprogramma van Golden Earring. Het is Earring-zanger Barry Hay die de bandnaam bedenkt, terwijl kunstenaar Wim T. Schippers het logo
voor zijn rekening neemt. De band modelleert zich naar de Britse voorbeelden: opvallend piekhaar en matje in de nek, glimjasjes, strakke kruippakjes en torenhoge plateauzolen.

1974 In februari komt de eerste single Hit The Big Time uit. Toetsenist Michael Eschauzier besluit de band te verlaten. Hij wordt in mei vervangen door Elmer Veerhoff. Hit The Big Time bereikt de 28ste positie in de Veronica top 40. Catapult treedt veel op in Nederland, België en Duitsland. De tweede single Let Your Hair Hang Down wordt een groot succes, het nummer haalt de 5de plaats in de top 40, nadat het Treiterschijf is geweest bij Radio Noordzee. Op de golven van dit succes wordt de single ook uitgebracht in Oostenrijk, Zwitserland, Engeland en Duitsland. In augustus en september worden met Jaap Eggermont in de studio van Phonogram en Frans Peters opnamen gemaakt voor de debuut-LP. Het jaar wordt afgesloten met een top 10-succes met het Catapult op het lijf geschreven Teeny Bopper Band.

1975 In januari 1975 komt het debuutalbum Catapult uit. De plaat wordt door Muziekkrant Oor ongenadig afgekraakt, maar wordt - desondanks - een bescheiden succes. Toch is Catapult ook dit jaar een groep die het van de singles moet hebben: Seven Eleven en The Stealer.

1976 De nieuwe single Remember September wordt nog wel troetelschijf bij Hilversum 3, maar dat kan niet verhullen dat het langzaam maar zeker minder wordt met de glambands. Nieuwe rages dienen zich aan en dat ondervindt ook Catapult. Er verschijnen nog wel singles, die steeds minder succes hebben in de hitparades, en later dat jaar nog de verzamel-LP Catapult. De inspiratie om zich nog in te spannen voor het zieltogende Catapult wordt kleiner, als de groep langzamerhand steeds meer materiaal schrijft en inspeelt voor andere artiesten en groepen. Zo profiteren vanaf 1976 onder meer André Hazes, Patricia Paay, Rita Hovink, Barry Hughes, André van Duin, Imca Marina, Lia Velasco en Liberation Of Man van het hitgevoelige materiaal dat de muzikanten aanleveren. Het toepasselijk getitelde Here We Go is in november de laatste single van Catapult die de top 40 weet te halen.

1977 Terwijl de media en platenkopers het laten afweten, de single Disco Njet - Wodka Da flopt, is Catapult op het podium nog wel een succes. Ook in het buitenland, zo wordt er in mei opgetreden in Oost-Duitsland, waar zelfs tv-opnamen worden gemaakt.

1978 Nieuwe singles floppen opnieuw, maar Catapult begeleidt dit jaar wel de drie Haagse zusjes The Internationals bij het Nationale Songfestival.

1979 Vanwege gebrek aan succes heft Catapult zich op. In het Feest-paleis in Beervelde (België) wordt op 23 december het laatste optreden gedaan.

1980 Het credo 'wat er ook gebeurt, we blijven bij elkaar' blijft gehandhaafd. De muzikanten richten Cat Music op, een studio en productiebedrijf waar men artiesten begeleidt en songs aanlevert. Om de - negatieve - associatie met Catapult te voorkomen voeren de muzikanten vanaf die tijd hun eigen werk uit in velerlei vermommingen, zoals The Surfers (Windsurfin'), Snoopy (No Time For Tango), The Monotones (Mono), Master Genius (Let's Break), De Videokids (Woodpeckers From Space, met zang van Peter Slaghuis), Rubberen Robbie (De Nederlandse Sterre Die Strale Overal), Holland (Aanvallen!), Ome Henk en Irene Moors & De Smurfen (No Limits). Zo blijft Catapult, zij het meer achter de schermen, ook in de jaren '80 en '90 een stempel op de polderpop drukken. Het glitterpak wordt af en toe nog eens uit de kast getrokken om in Leiden of omgeving een reünie-optreden te doen.


» Reageer (0)
07-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dolf Brouwers
Image Slideshow

Adolphus (Dolf) Brouwers (Utrecht, 31 augustus 1912 – Den Haag, 23 september 1997) was een Nederlands operazanger en komiek. Hij werd op zestigjarige leeftijd ontdekt door Wim T. Schippers en groeide als Sjef van Oekel uit tot hoofdrolspeler in een televisieshow van Schippers en in een reeks stripverhalen, getekend door Theo van den Boogaard.

Brouwers werd geboren te Utrecht en groeide op in Den Haag. Op zijn twaalfde werd hij timmermansknecht in Scheveningen, maar op zijn veertiende werd hij kappersknecht. Tot de klanten van Brouwers, die in de kapsalon graag operetteliederen zong, behoorden Prins Hendrik, en de directeur van het Scalatheater in Den Haag. Toen de laatste Brouwers hoorde zingen, vroeg hij hem voor het operettekoor van het theater. Bij het koor ontmoette Brouwers zijn vrouw Greet. Na de Tweede Wereldoorlog werd hij opnieuw kapper en later reisleider. In de jaren vijftig schreef hij met tekstdichter Jack Bess liedjes onder het pseudoniem D. Goldstein, evenwel zonder succes. Toch was Dolf Brouwers vlak na de oorlog vaak op de radio te horen met het bekende lied "Eens zal de Betuwe in bloei weer staan".

In 1972 werd Brouwers ontdekt door Wim T. Schippers. Schippers zocht voor de Fred Hachéshow iemand voor een bijrolletje als de patatbakker 'S. van Oekel' uit het Belgische plaatsje Reet. (De naam had Schippers in België op een bedrijf in auto-accessoires zien staan.) Hoofdrolspeler Harry Touw dacht meteen aan Brouwers, die hij kende van de Haagse Artiesten Club. Brouwers gaf zijn personage de voornaam 'Sjefke' en kreeg vervolgens van Schippers verschillende bijrollen in het programma. In de volgende programmareeks, Barend is weer bezig, met IJf Blokker als 'Barend Servet' werd Brouwers' rol, nu als 'Sjef van Oekel', al belangrijker. Brouwers introduceerde een geheel eigen taalgebruik, vol Schippersvondsten als 'reeds', 'pardon reeds', 'dat ben ik dus' en 'ik word niet goed'. Op 9 april 1973 werkte Brouwers als Sjef van Oekel, directeur van Radio Stereo Petat, mee aan een eenmalige uitzending van klassieke muziek door het Comité Nederland Muziek vanaf het sportvissersschip MV De Morgenster, als persiflage op de een week eerder aan de grond gelopen zeezender Radio Veronica.

Af en toe barstte hij in de shows ook in zingen uit, wat Brouwers heel goed kon als ex-operettezanger, maar hier dik aanzette en met opzet net niet op toon. Nationaal bekend werd hij met het lied "Vette Jus" (1973), dat hij vanachter een volgeladen tafel zong, waarna hij tenslotte ter aarde stortte te midden van de borden en schotels. Uit hetzelfde jaar dateert "Juliana onze vorstin", een tekst van Schippers en Gied Jaspars; volgens de hoestekst van de single geschreven 'N.a.v. het 25-jarig jubileum van H.M. de Koningin'.
Tenslotte kreeg hij in het seizoen 1974-1975 zijn eigen televisieprogramma: Van Oekels Discohoek.


Populairste televisiepersoonlijkheid
Nadat Van Oekel tijdens de Kerstuitzending in de fietstas van zijn sidekick ir. Evert van der Pik (Jaap Bar) had gekotst, begon Henk van der Meyden een actie tegen het programma. De lezers van het tijdschrift Muziek Expres verkozen Sjef van Oekel echter tot populairste televisiepersoonlijkheid van 1974. In het seizoen 1978 was Brouwers tien afleveringen te zien als de verlopen nachtclubeigenaar 'Waldo van Dungen' in Het Is Weer Zo Laat (Waldolala). In 1979 nam hij een single op met Herman Brood (Nooit Meer Terug Naar Die Rotschool), en in 1980 volgde de carnavalskraker Oei Oei Dat Was Lekker. In 1981 speelde Brouwers in de serie De lachende scheerkwast, opnieuw geschreven door Wim T. Schippers. In 1984 speelde hij nog een bijrol in de serie Op zoek naar Yolanda.

Inmiddels was hij bezig afscheid te nemen van zijn personage. Onder zijn eigen naam werd hij in 1983 "parlementáár verslaggever van de Vara" in het VARA-radioprogramma Paviljoen Drie van Felix Meurders, en in 1985 nam hij onder zijn eigen naam de single Oh, Wat Is Het Toch Fijn Om Gelukkig Te Zijn op, die net geen hit werd.
Met de show "De ondergang van de Onan" (waarmee een passagiersschip werd bedoeld waarop alle personages (in een zogenaamd toneelstuk) nog eens in allerlei idiote situaties ten tonele verschenen) werd het tijdperk Van Oekel zo'n beetje afgesloten.

In de negende aflevering van Kinderen voor Kinderen in 1988 figureerde Brouwers tijdens het lied "Sneu" als een vader die tot grote schaamte van zijn dochter in een bulderend gelach uitbarstte op een voor hem zeer typerende wijze.

In 1995 deed Brouwers nog een serie korte interviews voor de tv met bekende Nederlanders, die hij meenam ergens op een buitenlocatie om in de van hem bekende stijl met deze mensen te spreken (zoals met de operettezanger Marco Bakker: "ik heb in uw kleedkamer bij uw kostuum ook zo'n rijzweepje zien staan, is dat nou voor SM... of zoiets?")

In 1995 reikte burgemeester Wim Deetman aan Brouwers de Gouden Speld van de stad Den Haag uit. In datzelfde jaar overleed Brouwers' echtgenote.
Brouwers zelf overleed twee jaar later op 85-jarige leeftijd in zijn woning te Den Haag.

Op 3 oktober 2004 vond de première plaats van de voorstelling Dolf Brouwers, Ben Ik Dat? geschreven door Rob van Dalen, met Manou Kersting als Dolf Brouwers, Marieke van Leeuwen als zijn vrouw Greet, Clous van Mechelen als zichzelf, en Johnny Kraaykamp jr. als Wim T. Schippers. De regie was van Guusje Eijbers.


Taalverrijking
Ook is Dolf Brouwers verantwoordelijk voor diverse hedendaags gangbare uitspraken in de Nederlandse taal. Verreweg de bekendste daarvan zijn "Als het ware ...", "Maar ik kwam van rechts", "Dat ben ik dus" en "Pardon ... Reeds!".


Strip
Vanaf 1976 verscheen de succesvolle strip Sjef van Oekel in het tijdschrift Nieuwe Revu en in stripalbums. Het scenario was van Wim T. Schippers en de tekeningen waren van Theo van den Boogaard. De strips werden goed verkocht en er verschenen vertalingen in Frankrijk (waar de hoofdpersoon Léon van Oukel heette, later: Léon la Terreur), Duitsland (Julius Patzenhofer), Denemarken en Spanje. Brouwers ontving echter niets van het met de strip verdiende geld, hoewel hij wel werd afgebeeld. Bovendien wenste hij niet langer vloekend of in pornografische situaties in beeld te worden gebracht. In 1989 spande hij een rechtszaak aan. In 1991 besliste de rechter dat Brouwers niet langer mocht worden afgebeeld in ‘obscene of pornografische scènes’. Over de financiële vergoeding bereikten Schippers en Brouwers in 1992 een schikking, waardoor het hoger beroep geen doorgang hoefde te vinden.


» Reageer (0)
06-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Doe Maar
Image Slideshow

1978 Doe Maar wordt opgericht door Ernst Jansz en bassist Piet Dekker, die samen actief waren in de Slumberland Band en als begeleiders van Boudewijn de Groot op diens elpee Waar Ik Woon En Wie Ik Ben. Drummer is dan nog Carel Copier en het repertoire bestaat uit een mengeling van Nederlandstalige punk, rock'n'roll, calypso en ook al een flinke dosis reggae en ska.

1979  Opname van de eerste elpee voor Telstar, het label van schlagerkoning Johnny Hoes. Op de hoes van de plaat pronkt bassist Piet Dekker als potloodventer met zijn geslachtsdeel, al verhult een slim geplaatste sticker veel. De single Ik Zou Het Willen Doen haalt de tipparade en de groep is regelmatig te zien in het clubcircuit.

1980 Piet Dekker verlaat de band en wordt tijdelijk vervangen door Joost Belinfante totdat Henny Vrienten diens plaats inneemt. Ook Vrienten heeft al een behoorlijke staat van dienst. Hij heeft eind jaren zestig deel uitgemaakt van Les Cruches. In 1977 maakt hij als Paul Santos een solo-elpee en als componist levert hij met evenveel gemak werk aan voor de Twee Pinten als voor Sammy America's Gasphetti. Ernst Jansz kent Vrienten nog van een tournee met Boudewijn de Groot. Bij Doe Maar geeft Vrienten een impuls aan het songmateriaal op het tweede album in de vorm van drie door hem geschreven nummers waarvoor drie eerder geplande skanummers opzij worden gezet: Wegwerpaansteker van Joost Belinfante, Man O Man van Ernst Jansz (dat later op de B-kant van De Bom verschijnt) en het instrumentale titelnummer Skunk (een samentrekking van de termen punk en ska).

1981  De single Sinds 1 Dag Of 2 van het album van Skunk wordt pas opgepikt wanneer op advies van de toonaangevende DJ Frits Spits de titel van de eerste single wordt veranderd in 32 Jaar. De muziekpers neemt Doe Maar nauwelijks serieus. Het jongere poppubliek doet dat wel, ondanks dat de teksten regelmatig over typische dertigersproblemen gaan. Henny Vrienten maakt van een aantal nummers van het Doris Day album een eigen dub-variant op Doe De Dub. Drummer Copier maakt in november plaats voor de jeugdige René van Collum (zoon van filmprogrammamaker Simon van Collem).

1982  De grote doorbraak volgt met de singles Doris Day en Is Dit Alles? beide van het album Doris Day En Andere Stukken. Doe Maar ontketent een rage die slechts vergelijkbaar is met The Beatles in hun hoogtijdagen, compleet met flauwvallende meisjes, platina albums en een gigantische verkoop van allerlei prullaria. Binnen enkele maanden ziet het halve land fosforgroen en zuurstokroze. De single De Bom schiet binnen de kortste keren naar de eerste plaats van de hitparade. René van Collum past niet zo goed bij de andere, veel oudere bandleden en wordt op zijn beurt vervangen door Jan Pijnenburg. Als die kort na zijn toetreden tot de band een auto-ongeluk krijgt neemt Van Collum nog een half jaar lang voor hem waar. Doe Maar ontvangt de Zilveren Harp. Jansz, Hendriks en Belinfante maken deel uit van de eenmalige supergroep De Orde (ook samen met Bram Vermeulen).

1983  Release van de elpee 4Us, in muzikaal opzicht het meest gewaagde (en geslaagde) werkstuk van de groep. De mix van reggae en ska is inmiddels een volstrekt eigen geluid geworden. Oosterse invloeden en dub-effecten zorgen voor het nodige avontuur. Door titels als Je Loopt Je Lul Achterna en Heroïne Godverdomme maakt het album bij de ouders van de veelal jonge fans vaak heftige reacties los. Dit generatieconflict wordt door de band treffend verwoord in de nummer-1 hit Pa. Ondertussen neemt de Doe Maar-rage zulke vormen aan dat de band een publiciteitsstop afkondigt en het aantal optredens minimaliseert. Het effect is echter averechts: de roddelpers blijft de meest onzinnige verhalen publiceren. De fans kunnen zich, in afwachting van nieuw materiaal, laven aan de live-dubbelaar Lijf Aan Lijf, waarop zij vooral zelf te horen zijn. Van Ernst Jansz verschijnt de debuutroman Gideons Droom.

1984 In de winter van ‘83/’84 wijdt Henny Vrienten zich aan het maken van een solo-album, Geen Ballade. De single Als Je Wint, een duet met Herman Brood, is in februari een hit. Het solo-album wordt, in tegenstelling tot het groepsmateriaal, wel door de muziekpers geprezen. Ondertussen verlopen de opnamen voor een nieuw Doe Maar-album moeizaam. Halverwege besluiten de bandleden ermee op te houden. De single Macho laat horen waarom: de creatieve pijp is leeg. De band geeft op 14 april twee emotionele afscheidsconcerten in de Maaspoort in ‘s-Hertogenbosch, die live door de televisie worden uitgezonden. Daarna gaat ieder zijns weegs. Het dubbelalbum Het Complete Overzicht houdt aan het eind van ’84 nog even de herinnering levend.

1985 - 1990 Ernst Jansz duikt samen met Jan Hendriks op in The Midnight Hour en Rienne Va Plus. Vrienten, Belinfante en Pijnenburg spelen enkele jaren met o.a. Fay Lovsky, Jakob Klaasse en Jan de Hont bekende filmthema's in The Magnificent Seven. Vrienten ontwikkelt zich tot een gevierd componist van filmmuziek (o.a. In De Schaduw Van De Overwinning, De Prooi, Spoorloos). Verder zijn zowel Vrienten, Jansz als Hendriks actief als producer.

1991 In 1991 leidt het verschijnen van de compilatie De Beste Van Doe Maar tot een heuse Doe Maar-revival en verschijnt Sinds 1 Dag Of 2 (32 Jaar) opnieuw in de hitlijsten.

1992 Slechts een zaal vol genodigden is er getuige van dat tijdens een reünie van CCC Inc., eind ‘92 in de Amsterdamse Melkweg, de Nederlandse fab four weer op het podium staat om nog één keer Joost Belinfante’s klassieker Nederwiet te spelen.

1994 Het Doe Maar-oeuvre blijft in de jaren negentig onverminderd populair. Op dansavonden in het clubcircuit komen regelmatig liedjes als Sinds Een Dag Of 2 en Smoorverliefd voorbij. Het Complete Hitoverzicht staat enkele maanden lang in de albumlijst.

1996 De behoefte aan nieuw materiaal van Doe Maar kan worden gestild met een dubbel-cd van het afscheidsconcert in de Maaspoort in Den Bosch. Van dit concert verschijnt ook een videoband. Een reünie zit er echter niet in, zo vertellen de bandleden telkens in interviews. Wel zingt Henny samen met Herman Brood weer eens 32 jaar (ter gelegenheid van Hermans verjaardag in 50 jaar omgedoopt) de hitparade in.

1999 Op 2 november maakt Doe Maar tijdens een persconferentie in het Nationaal Pop Instituut bekend weer bij elkaar te komen. Heel Nederland is in rep en roer. Elke krant en elke (Nederlandse en Vlaamse) televisiezender besteedt er aandacht aan en de Doe Maar-hits zijn overal te horen. De band kondigt twee concerten in Ahoy aan (het worden er zestien) plus een nieuw album dat voor april 2000 staat gepland. De reünie wordt gesponsord door telefoonbedrijf Dutchtone, iets waar de bandleden vroeger altijd mordicus tegen waren.

2000  Via platenmaatschappij V2 verschijnt een compilatie-cd waarop de artiesten Postmen (met Def Rhymz), Bløf, Skik, Rowwen Hèze, Trijntje Oosterhuis, Caesar, Prodigal Sons, Grof Geschut, Daryll-Ann, Abel, Heideroosjes, Marcel de Groot, Bob Fosko en Osdorp Posse bijdragen leveren. Als voorloper van het album Klaar verschijnen tegelijkertijd twee singles, Watje en Als Niet Als. Het boek Doe Maar Het Virus - Het Boek verschijnt. Het is zonder medewerking van de band geschreven door Oor-journalist en voormalig winnaar van de pop-persprijs Tom Engelshoven. Watje berijkt de Top 10 in de hitparade. en op de dag van het eerste Ahoy' optreden ontvangt de band een platina plaat voor het album Klaar. De PTT geeft een Doe Maar postzegel uit. Supermarktketen Dirk van den Broek biedt tijdens een op=op actie de eerste vier albums van Doe Maar voor 14,95 aan. Dit schiet menig muziekwinkel in het verkeerde keelgat, maar platenmaatschappij RAM zegt er niks tegen te kunnen doen. Het live album Hees Van Ahoy verschijnt.
Het Popinstituut heeft de primeur. Op haar website is het van de live-cd afkomstige nummer Belle Helène te downloaden voordat het album in de winkels ligt. Aan het eind van het jaar blijken de concerten in Ahoy' de bestbezochte van 2000 te zijn. In totaal 173.634 mensen waren bij de reünie-optredens aanwezig.

2005 In november wordt officieel bevestigd dat er een musical komt over de band Doe Maar. Bandleden Henny Vrienten, Ernst Jansz en Jan Hendriks zijn dat met theaterproducent V&V van Albert Verlinde overeengekomen. De muzikanten zullen niet zelf op het podium staan, hun rol wordt ingenomen door acteurs en vocalisten waaronder Lenette van Dongen en Kim-Lian. Volgens V&V wordt de voorstelling in de sfeer van de Abba-musical Mamma Mia gemaakt.

2006 Tekenaar Barbara Stok maakt een stripversie van Is Dit Alles? De strip maakt onderdeel uit van Strips In Stereo, een boek en cd met veertien stripversies van veertien Nederlandstalige liedjes. De uitgave wordt in maart in Paradiso gepresenteerd aan de vooravond van de Boekenweek 2006.

2007 Leden van Doe Maar zijn op 28 januari aanwezig tijdens première in Tilburg van de musical Doe Maar. De recensies zijn zeer lovend en de musical is in mei de grote winnaar tijdens de uitreiking van de John Kraaijkamp Musical Awards 2007 met naast de publieksprijs ook prijzen voor Daniël Boissevain, Annick Boer, Pieter van de Waterbeemd en Jan Elbertse. Het is 25 jaar geleden dat Doe Maar voor het eerst een nummer 1 hit scoorde met De Bom. Ter gelegenheid hiervan brengt platenmaatschappij CNR op 5 februari het nummer opnieuw uit in een gelimiteerde oplage op zowel cd als roze vinyl. Daarnaast worden alle nummers van Doe Maar voor het eerst samen in één box verzameld onder de titel Echt Alles.

2008 Doe Maar treedt 10 en 12 juli op in de Rotterdamse Kuip. Het is de eerste keer dat de band een stadionconcert geeft.


» Reageer (0)
05-04-2001
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BZN
Image Slideshow

1966  De Band Zonder Naam (BZN) wordt opgericht met in de gelederen bassist Jan Tuyp, zanger Jan Veerman en gitarist/tekstschrijver Cees Tol naar aanleiding van een eerste optreden in het Volendamse jeugdhonk Pius X. BZN '66 zoals de band eerst heet, begint als Shadows-achtige groep voor feesten. De eerste paar singles worden bescheiden successen maar wanneer BZN begin jaren '70 overstapt van harmony-pop naar hardrock, breekt de band door.

1974  Zanger Jan Veerman verlaat de band en wordt vervangen door Jan Keizer (voorheen in de Q-Tips) die tot dan de drummer van de band was.

1976 Niet tevreden met de ingeslagen muzikale weg roept BZN de hulp in van producers Cor Aaftink en Roy Beltman, die ervoor zorgen dat de band een enorme koerswijziging ondergaat. De sound wordt omgebogen van hardrock naar gezellig meedeinbare volkspop. Het meest in het oog springende element is daarbij het zangduo Jan Keizer en de 17-jarige visverkoopster Annie Schilder, nadat de latere Eurovisiesongfestival-deelneemster Maribelle (Marietje Kwakman, ook bekend van Marietje & Het Volendams Operakoor) de band al na een paar maanden heeft verlaten. Met hun dubbele vocalen zingen zij de Franstalige single Mon Amour in september naar de hoogste positie in de hitlijsten (100.000 verkochte exemplaren). De ommekeer zorgt ervoor dat twee decennia lang alle door BZN uitgebrachte singles scoren en alle jaarlijks uitgebrachte albums minimaal goud behalen. Componist en gitarist Thomas Tol zorgt ervoor dat de herkenbare eigen sound gehandhaafd blijft, zelfs op de Kerstplaten die de groep uitbrengt.

1984 Annie Schilder verlaat BZN om meer tijd te kunnen besteden aan haar gezin. Een jaar later start ze een solo-carrière die vrij succesvol wordt. In de persoon van de zangeres Carola Smit van de band Friends wordt een vervangster gevonden en het succes gecontinueerd.

1987  Op tweede Paasdag wordt Carola getroffen door een hersenbloeding en komt het voortbestaan van BZN in gevaar. Gelukkig verloopt haar revalidatie voorspoedig en na slechts vijf maanden zingt ze de elpee Visions in, die binnen twee en een halve maand platina wordt. Op 17 oktober staat ze alweer op het podium in Groningen.

1988 In respectievelijk februari en mei verlaat het schrijversduo Thomas en Cees Tol de groep, moe van het vele optreden. Vervangers worden gevonden in Dirk van der Horst (ex-Dizzy Man's Band, ex-Next One) op gitaar en toetsenist Dick Plat (ex-Canyon). Wederom weet BZN deze tegenvaller boven te komen, het album Endless Dream wordt net als zijn voorganger binnen tweeënhalve maand platina.

1989 De gebroeders Tol blijven productief en komen aan het eind van het jaar met een album waarvan de single Eleni een grote hit wordt. De succesvolle BZN-afsplitsing is echter geen commerciële bedreiging.

1990  Na het album Horizon waaraan bijna de hele band meeschrijft, kan BZN een totaal aantal van maar liefst vijf miljoen verkochte platen achter zijn naam schrijven.

1991  Na een tournee door Zuid-Afrika verschijnt het jubileum-album Congratulations waarmee BZN zijn vijfentwintigjarig bestaan viert. In Volendam geeft de band op het Europaplein een gratis toegankelijk concert dat live op televisie wordt uitgezonden.

1993 Halverwege het jaar verschijnt het verzamelalbum Gold dat wederom uiterst succesvol is. Een belangrijke bijdrage aan het succes zijn de jaarlijkse tv-specials waarmee de band zijn nieuwe albums presenteert. Nadat de band deze specials veertien jaar bij de NCRV heeft laten produceren, sluit BZN aan het eind van het jaar een exclusief contract af met de TROS, zich daarmee verzekerend van een goed geoliede promotiemachine.

1996 Na de jaarlijkse releases van nieuwe studio-albums volgens het bekende stramien, verschijnt het album Symphonic Night, een live-plaat opgenomen ter gelegenheid van het dertigjarige bestaan in het Bredase Chassé Theater met medewerking van het Eindhovense koor De Toonkunst, het Groot Gala Orkest onder leiding van Harry van Hoof en het kinderkoor De Zangertjes Van Volendam. De plaat wordt het beste verkochte BZN-album in jaren en vormt de perfecte sprinkplank voor het debuterende elfjarige zangertje Jantje Smit. Niet lang daarna komt hij op de eerste positie in de hitparade binnen met zijn door BZN geschreven solo-single Ik Zing Dit Lied Voor Jou Alleen. Dit werd al snel geparodieerd door Ome Henk, waarachter de leden van Catapult zich verschuilen.

1997 In april krijgt zanger Jan Keizer een koninklijke onderscheiding. De groep ontvangt dit jaar tevens een Gouden Palm voor hun eigen repertoire en de liedjes die ze voor derden schrijven. Voor de promotiefilm voor hun nieuwste album reist de groep af naar Maleisië. Polygram brengt de BZN-video Serenade Around The Fire uit. Middels Pearls verschijnt later in het jaar een cd van de Volendammers. Er wordt een aantal singles van het album getrokken die het aardig doen in de hitparade. Met Rhythm Of My Heart wordt opnieuw een video uitgebracht.

1998 Na de uitstekende verkoopresultaten van A Symphonic Night ligt een tweede editie voor de hand. Tijdens twee optredens in theater De Flint in Amersfoort (op 19 en 20 juni) worden hiervoor opnamen gemaakt. BZN wordt dit keer bijgestaan door het Symphonic Night Orchestra en het Volendams Opera Koor, beiden onder leiding van Paul Natte. De plaat komt in oktober uit en wordt goud. Verder verschijnt de budget line verzamel-cd El Cordobes. Oud-leden van BZN komen in de zomer van ’98 bij elkaar voor een optreden onder de naam BZN 66. Het optreden trekt echter weinig belangstelling.

1999 Jan Keizer, Jack Veerman en Jan Tuijp schrijven het liedje Coming Home waarmee zangeres Tamara in maart meedoet aan het Nationale Songfestival. Reünie-band BZN 66 speelt eind maart opnieuw, ditmaal voor een uitverkochte St. Jozef in Volendam. Het succes is mede te danken aan de aanwezigheid van Annie Schilder. De reguliere BZN ligt stil als Jan Keizer vier maanden moet herstellen van een open hartoperatie waarbij vier bypasses worden aangebracht. Het werk aan zijn langverwachte solo-album, waarop hij Franstalige chansons vertolkt, komt daardoor stil te liggen. Het BZN-album The Best Days Of My Life komt wel gewoon op de markt, hoewel de verkoop door een verminderde beschikbaarheid voor promotie een tikkeltje tegenvalt. Jantje Smit en BZN-producer Roy Beltman ontvangen voor hun werk een Gouden Harp.

2000 Jan Keizer is hersteld en BZN toert weer door het land. BZN ontvangt een speciale Lif Time Award voor de verkoop van meer dan 4,5 miljoen geluidsdragers. Jan Keizer brengt een Franstalige soloplaat uit.

2001 Naar aanleiding van hun bijdrage aan de nationale en internationale popmuziek ontvangt BZN in februari de Edison Oeuvre Prijs. In februari verschijnt Out Of The Blue, het dertigste studio-album van BZN. De opbrengsten van de single Where The Nightingales Sing (een aangepaste versie van het nummer When The Churchbells Still Ring) gaan naar de Stichting Slachtoffers Nieuwjaarsbrand Volendam. In april veilen ze voor hetzelfde doel persoonlijke eigendommen als muziekinstrumenten en een schilderij van Jan Keijzer. In het TV-programma BZN Ontmoet ontvangt de groep in de zomer vijf weken lang artiesten uit binnen- en buitenland op het zeilschip De Willem Barentz.

2002 De opbrengst van de single Will There Be A Time komt ten goede aan Golf Van Californië, een project van het Wereld Natuur Fonds voor het behoud van de walvis. Het nummer is afkomstig van het album Tequila Sunset dat eind september verschijnt. Vanaf september zendt de TROS zes nieuwe, in Malaga opgenomen afleveringen uit van het tv-programma BZN Ontmoet. Jaap Kwakman verlaat Jen Rog. Later in zijn carrière is hij onder meer actief in begeleidingsbands voor o.a. Sita, Jan Smit, Lange Frans & Baas B., Twarres en Leoni Jansen.

2003 Gitarist Dirk van der Horst moet wegens een ernstige ziekte stoppen met de band. Zijn plaats wordt ingenomen door John Meijer (ex-Drukwerk, ex-Next One). Op het album Leef Je Leven, dat eind september verschijnt, zingt BZN voor het eerst in het Nederlands.

2004 In navolging van artiesten als Patty Brard, Frans Bauer en René Froger wordt ook voor BZN een reality soap voorbereid. In mei maakt de band bekend toch af te zien het tv-programma, volgens Jan Keizer omdat het technisch niet haalbaar blijkt te zijn en ook niet is te betalen. Het besluit zorgt ervoor dat de uitbreng van het nieuwe album vertraging op loopt. Keizer is wel te zien als jurylid in enkele afleveringen van Een Ster In 40 Dagen, een talentenshow waarin wordt gezocht naar een nieuwe vertolker van het Nederlandse levenslied. Na een lang ziekbed overlijdt Dirk van der Horst op 22 september in een Alkmaars ziekenhuis. Van Jan Keizer verschijnt in oktober de cd Going Back In Time 3 met daarop bewerkingen van o.a. Ring Of Fire, On The Wings Of A Nightingale, Rhinestone Cowboy en The Most Beautiful Girl In The World.

2005 BZN vertrekt in januari weer naar Zuid-Afrika voor een tv-special met optredens in Johannesburg en Kaapstad. De uitzending is in februari. In dezelfde maand verschijnt het veertigste album Die Mooie Tijd met daarop Nederlandstalige liedjes geschreven door Jan Keizer en Jan Tuijp. Eind februari verschijnt hetalbum van BZN. Die Mooie Tijd, geproduceerd door Roy Beltman en BZN, is de tweede Nederlandstalige cd van de groep. Het veertigjarig bestaan van BZN wordt onder meer gevierd met de uitgave van een cd-box met daarop de A-kanten van de 54 singles van de band die de Top 40 hebben gehaald. De box komt uit in oktober uit in verschillende versies waaronder een luxe uitgave met dvd. Ook verschijnt een box met daarin alle reguliere albums die BZN ooit heeft uitgebracht, verzamelalbums uitgezonderd, maar wel met veel bonusmateriaal. De boxset BZN Moments In Time: The Essential NEGRAM Collection komt uit bij Pseudonym Records. De box belicht de periode 1966-1977 en bestaat uit twee cd's en een DVD. Onder de
zeldzame opnamen onder meer de jingle die BZN ooit maakte voor diskjockey Tom Collins, een vertolking van Gilbert Bécaud's L'Important C'est La Rose plus de niet eerder op plaat verkrijgbare Engelse versie van BZN's grootste hit Mon Amour. Mon Amour verschijnt ook opnieuw op CD-single. Het eerste BZN-album The Bastard uit 1971 komt in een oplage van 100 exemplaren opnieuw uit, op zowel zwart als blauw vinyl. In november zendt de TROS een feestelijk jubileumfeest uit waar echter oudbandleden als Annie Schilder ontbreken.

2006 - 2007 Woensdag 15 februari 2006 maakt BZN op een persconferentie in hotel Spaander te Volendam bekend te gaan stoppen. In het najaar start de groep de afscheidstournee The Final Tour die loopt tot juni 2007. Tijdens de tournee wordt de band gevolgd door de Tros voor de dertiendelige reality soap Adieu BZN. Jacques Hetsen, samen met Dick de Boer manager van BZN, overlijdt op 4 mei 2007 op 61jarige leeftijd aan een hersenbloeding. Eind mei verschijnt een set postzegels die bestaat uit een speciaal ontworpen boekje met daarin een hitoverzicht, foto's en postzegels van de individuele bandleden en de hele band samen. Op 16 juni treedt de groep voor het laatst op, in Ahoy' Rotterdam. Het optreden wordt rechtstreeks uitgezonden door de Tros. De kijkdichtheid van het programma is 1.613.000. Een paar dagen later ligt het door Peter Visser samengestelde afscheidsboek BZN Tot Ziens! in de winkel met daarin verschillende columns van de bandleden. Deze columns verschenen eerder in het Noordhollands Dagblad.
In november verschijnt Jan Keizers soloalbum Geef Mij Je Lach.


» Reageer (0)
Foto

NEDERLANDSE TELEVISIEPROGRAMMA'S

Foto

MUZIEK VAN VROEGER


Om iets in het gastenboek te schrijven klik je hieronder op het plaatje


Foto

Zoeken in blog


Blog als favoriet !

Foto

Archief per dag
  • 05-01-2007
  • 04-01-2007
  • 03-01-2007
  • 02-01-2007
  • 01-01-2007
  • 07-01-2003
  • 06-01-2003
  • 05-01-2003
  • 04-01-2003
  • 03-01-2003
  • 02-01-2003
  • 01-01-2003
  • 09-01-2002
  • 08-01-2002
  • 07-01-2002
  • 06-01-2002
  • 05-01-2002
  • 04-01-2002
  • 03-01-2002
  • 02-01-2002
  • 01-01-2002
  • 19-05-2001
  • 18-05-2001
  • 17-05-2001
  • 16-05-2001
  • 15-05-2001
  • 14-05-2001
  • 13-05-2001
  • 12-05-2001
  • 11-05-2001
  • 10-05-2001
  • 09-05-2001
  • 08-05-2001
  • 07-05-2001
  • 06-05-2001
  • 05-05-2001
  • 04-05-2001
  • 03-05-2001
  • 02-05-2001
  • 01-05-2001
  • 30-04-2001
  • 29-04-2001
  • 28-04-2001
  • 27-04-2001
  • 26-04-2001
  • 25-04-2001
  • 24-04-2001
  • 23-04-2001
  • 22-04-2001
  • 21-04-2001
  • 20-04-2001
  • 19-04-2001
  • 18-04-2001
  • 17-04-2001
  • 16-04-2001
  • 15-04-2001
  • 14-04-2001
  • 13-04-2001
  • 12-04-2001
  • 11-04-2001
  • 10-04-2001
  • 09-04-2001
  • 08-04-2001
  • 07-04-2001
  • 06-04-2001
  • 05-04-2001
  • 04-04-2001
  • 03-04-2001
  • 02-04-2001
  • 01-04-2001
  • 31-03-2001
  • 30-03-2001
  • 29-03-2001
  • 28-03-2001
  • 27-03-2001
  • 26-03-2001
  • 25-03-2001
  • 24-03-2001
  • 23-03-2001
  • 22-03-2001
  • 21-03-2001
  • 20-03-2001
  • 19-03-2001
  • 18-03-2001
  • 17-03-2001
  • 16-03-2001
  • 15-03-2001
  • 14-03-2001
  • 13-03-2001
  • 12-03-2001
  • 11-03-2001
  • 10-03-2001
  • 09-03-2001
  • 08-03-2001
  • 07-03-2001
  • 06-03-2001
  • 05-03-2001
  • 04-03-2001
  • 03-03-2001
  • 02-03-2001
  • 01-03-2001
  • 28-02-2001
  • 27-02-2001
  • 26-02-2001
  • 25-02-2001
  • 24-02-2001
  • 23-02-2001
  • 22-02-2001
  • 21-02-2001
  • 20-02-2001
  • 19-02-2001
  • 18-02-2001
  • 17-02-2001
  • 16-02-2001
  • 15-02-2001
  • 14-02-2001
  • 13-02-2001
  • 12-02-2001
  • 11-02-2001
  • 10-02-2001
  • 09-02-2001
  • 08-02-2001
  • 07-02-2001
  • 06-02-2001
  • 05-02-2001
  • 04-02-2001
  • 03-02-2001
  • 02-02-2001
  • 01-02-2001
  • 31-01-2001
  • 30-01-2001
  • 29-01-2001
  • 28-01-2001
  • 27-01-2001
  • 26-01-2001
  • 25-01-2001
  • 24-01-2001
  • 23-01-2001
  • 22-01-2001
  • 21-01-2001
  • 20-01-2001
  • 19-01-2001
  • 18-01-2001
  • 17-01-2001
  • 16-01-2001
  • 15-01-2001
  • 14-01-2001
  • 13-01-2001
  • 12-01-2001
  • 11-01-2001
  • 10-01-2001
  • 09-01-2001
  • 08-01-2001
  • 07-01-2001
  • 06-01-2001
  • 05-01-2001
  • 04-01-2001
  • 03-01-2001
  • 02-01-2001
  • 01-01-2001
  • 08-02-2000
  • 07-02-2000
  • 06-02-2000
  • 05-02-2000
  • 04-02-2000
  • 03-02-2000
  • 02-02-2000
  • 01-02-2000
  • 31-01-2000
  • 30-01-2000
  • 29-01-2000
  • 28-01-2000
  • 27-01-2000
  • 26-01-2000
  • 25-01-2000
  • 24-01-2000
  • 23-01-2000
  • 22-01-2000
  • 21-01-2000
  • 20-01-2000
  • 19-01-2000
  • 18-01-2000
  • 17-01-2000
  • 16-01-2000
  • 15-01-2000
  • 14-01-2000
  • 13-01-2000
  • 12-01-2000
  • 11-01-2000
  • 10-01-2000
  • 09-01-2000
  • 08-01-2000
  • 07-01-2000
  • 06-01-2000
  • 05-01-2000
  • 04-01-2000
  • 03-01-2000
  • 02-01-2000
  • 01-01-2000


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!