(Foto treurnis op de gezichten)Afgemat beslijkt, ziek van uitputting, bereikten onze jagers laat in den avond Oostduinkerke. Daar vonden zij de kompagnies van het bataljon Leblanc terug, die den zelfden morgen waren afgelost in hun loopgraven van Keizershoek. in hun kantonnement was het hun eindelijk mogelijk hun honger te verzadigen; bovendien liet men hun weten dat, als loon hunner bewonderenswaardige daperheid en voor al de geleden vermoeienissen, achtenveertig uuren zouden worden toegestaan. Dan, blij te moede den honger bevredigd en niet het rooskleurige vooruitzicht dat het hun eindelijk toegelaten was eens flink te slapen, streken onze soldaten zich neer op het stroo van hun legerplaatsen,waar een looden slaap weldra de oogen dicht drukte.De jagers meenden dat hun lijden bijna ten einde was,en toch, reeds bij het aanbrengen van een volgenden dag, zou zou men van hun nieuwe en verschrikkelijke offers moeten vragen, en ze nogmaals, voor drie dagen lang, in het heetste van den strijd werpen. Want daar kwam het ontstellende nieuws van Tervate, dat den vijand een geweldige offensief begon,en reeds vasten voet aan den overkant te hebben gekregen. Het bruggenhoofd van Diksmuide liep gevaar uit het noorden omsingeld te worden, want de Duitsche benden verdeelden zich bij hun passage der rivier in twee stroomen, een naar rechts en een naar links.Als de reserven, die nog ten westen vanDiksmuide beschikbaar waren, werden zoo spoedig mogelijk naar de plaats van het gevaar gezonden. Door den tegenaanval zou men trachten, zoo met den vijand geheel terug te dringen ,dan toch zijn poging ten minste genoegzaam te breken om het verschrikkelijke gevaar af te wenden, dat zijn vorderingen had doen ontstaan.En het is daarom dat de twee bataljons uitgeputte jagers, in de plaats van rust te genieten ,die men gemeend had te kunnen beloven, dien morgen van 24October, moesten terugkeeren in den geweldigen veldslag, een der belangrijktste van den oorlog. Ze kregen bevel zich naar Oud- Stuivekenskerke te begeven, waarvan den zwaare vierkanten toren,ginder verre den hemel als een herkenningsteeken uitstak; en, daar aangekomen, op te rukken naar de hoeven"Den Toren" en "Van de Woude" die op den linker IJzeroever ,ten Westen van mijlpaal14 tot steunpunten van den Duitsche aanvallen dienden,Ter zelfder tijd werd majoor Leblanc verwittigd dat troepen van het 11*linie regiment alsook mariniers-fusiliers den aanval van de jagers aan de rechterzijde steunnen en onze kanonnen de beweging voorbereiden zouden. Voor het overige luidde het bevel kost wat kost vooruit te rukken, zonder een oogenblik te verliezen.Vervolg op 19.
|