De gebieden tussen de 200 en 5 á 6oo meter hoogte op La palma zijn het meest geschikt voor landbouw. Het is dus ook op deze hoogte dat de meeste bomen zijn gekapt. De thermofiele bossen in de middelhoge gebieden van weleer moesten plaats maken voor nederzettingen en akkers. Maar daar waar het land niet geschikt was voor landbouw zijn er nog enkele plekjes overgebleven met palmen, drakenbomen, wilde olijven en jeneverbesbomen. Ook door de teloorgang van de keuterboeren komt er meer en meer oerbos terug voor in de plaats.
Toen ik nog in een kartonnen doos onder een brug in Parijs woonde, droomde ik vaak over een eiland met palmbomen. Nu ik hier op "La Palma" woon, droom ik van lekker chillen in een hangmat tussen twee palmbomen.
|