etruskisch xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
soms toch zoals Mozart
een riet doet trillen, kon
mijn adem jouw lichaam in
en onze doden, jonge en
vermoeide, stonden op
en bleken ongeschonden
de aarde was een tak
waaraan ze bloeiden
soms een keertje een avond
in concerto streken de duiven
om ons neer, zwegen de
sluipende dieren en water
sprong en viel in water
en in het water lag de ruimte
en de ruimte liet zich inkijken
gelijk een gulden boek
zoals Mozart met macht
van adem over riet en zoals
riet dan bovenligt: meer hoefde
niet dan trillen gelijk de bloemen
doen in zomerwind en de wind
die zijn en haar dromen open legt
zo voor even zo hevig
liet onze droom zich weven
gelijk een laken over
jouw lichaam en het mijne
en ze lagen één
en we waren schone doden
van een volmaakte steen
|