Eén detail in het interview met schepen van Bellingen en zijn moeder (zie Humo van deze week) viel me op: 'Trouwens, een deel van de extreem-rechtse tak van onze familie was vroeger extreem-links.'
Dit bevestigt mijn vermoeden dat het toch wel indrukwekkend succes van het VB in het Waasland voortvloeit uit het failliet van de Boelwerf - ooit een rood bastion - en de teleurgang van de Wase textielindustrie. Heel wat VB-kiezers zijn waarschijnlijk niet racistischer dan de gemiddelde Vlaming - wat op zich geen compliment is. Hun kiesgedrag komt in grote mate neer op een foertstem. Zij voelen zich in de steek gelaten door de beloftencultuur van de traditionele partijen.
En sommige politici leren het nooit. Verhofstadt kondigt de creatie van 200 000 nieuwe arbeidsplaatsen aan alsof hij daar eigenhandig voor zal zorgen. In een milde bui kan men dit 'voluntarisme' noemen, in een meer kritische: zelfoverschatting of verlies van realiteitszin. Wat meer psychologisch inzicht zou de beleidsmakers het besef bijbrengen dat aangekondigde resultaten waar men zelf weinig greep op heeft en die men in het beste geval slechts bij benadering kan halen, alleen maar leiden tot ontgoocheling, zoniet verbittering. De beloftencultuur is de beste voedingsbodem voor de anti-politiek.
Niettemin, het schizofrene of perverse is echter dat geen enkele andere partij zoveel belooft als het VB: zij brengen hun kiezers in de waan dat met separatisme, migratiestop en zero tolerancebeleid al hun problemen zouden zijn opgelost. Op de meest urgente vraagstukken van deze tijd: de vergrijzing, de milieuverloedering en de macro-economische verschuivingen (delocaties en intercontinentale handel) , armoede in Derde en Vierde Wereld heeft het VB geen zinnig antwoord. Hun versie van de beloftencultuur doorprikken zou de opdracht moeten zijn van onze media en dat gebeurt, zeker in de populairste en in de visuele media, nog veel te weinig.