oude man in een containerparkxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
hij loopt alsof zijn hoofd
en schouders het grote heimwee
betonen, het delen van weefsel
in de vrede van atomen
hij scharrelt, koestert wat
hij aanraakt, hij wil het al
bewaren, heel dit park van
containers, die oeroude
dieren met hun open muil
hij kan het niet toestaan
deze geeuwhonger die hapt
naar het mooie dat overbodig
werd: een koperen olielamp,
een smeedijzeren naaitafeltje
dat nog krult als meisjeshaar
rusteloos schuifelt hij, schuw
insect, even beroeren zijn
vingers, langer strelen zijn
ogen, hij mompelt een
verschrikt excuus wanneer
hij uit de weg moet gaan
hij luistert naar het piepschuim
dat geduldig wordt gebroken
het werkvolkje plaagt hem:
neem het maar mee
|