Kemmelberg: toppunt van cynisme?
Sven Spoormakers (in De Morgen van vrijdag) schrijft: 'onder het mom van veiligheid de ziel van koersen raken, gaat te ver.'
Behoren breuken, of zelfs dodelijke ongevallen zoals met Fabio Casartelli tot 'de ziel van koersen'?
Zijn de wielerwedstrijden dan de moderne variant op de Romeinse gladiatorenkampen toen gevochten werd totterdood?
Hoe kun je nu de doping bestrijden 'onder het mom van de bescherming van de gezondheid' en tegelijk verkondigen dat vermijdbare ongevallen tot het wezen van de sport behoren? Wees toch even consequent: je neemt de gezondheid ernstig of je kiest voor sensatie wat de gevolgen voor de betrokkenen ook mogen zijn.
En telkens lees je, niet alleen bij Spoormakers, remedies die de verantwoordelijkheid leggen bij de renners: zij moeten een helm dragen, aangepaste velgen en drinkbussen monteren etc Over de verantwoordelijkheid van organisatoren geen woord: dat zoiets voorkomt in een sensatieblad is te verwachten, maar in een krant die doorgaans een visie van respect voor menselijke waarden verspreidt lijkt me zo'n cynisme onaanvaardbaar.
Nogmaals: maak de vergelijking met andere beroepen die in het verleden soms dodelijke risico's inhielden (bijvoorbeeld asbestose): behoorden die ziekten en sterfgevallen soms ook tot de risico's van het vak?
Tot slot: moet je een sentimentele sukkel zijn om het wielrennen in navolging van Briek Schotte te omschrijven als 'zere riejen' en niet als 'zere stuukken'?