jubileum in een voorjaar, een toespraak
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
wat zijn vrienden
zal ik zeggen dat het minnaars zijn
met wie je nooit zal slapen
dat ze zeldzaam zijn
als stenen waar een vis
van een verdwenen soort in zwemt
zal ik zingen met mijn valse stem
dat ze trouw zijn
en eens een vriend, altijd een vriend
ook al drijven op je vel
de levervlekken van het verre zwijgen
want zo zijn onze wegen
bezaaid met landmijnen :
zet mij aan land,
heb het land aan mij
daarom dat we vaak branden
met onze schepen
maar op een dag als deze
vlak voor de heer verrezen is
die net zo goed een dame kon zijn
een slet mooi en geil en onvolprezen
nu spreken we het uit
er is geen verdict dat afsluit
geen slotsom
vrienden berekenen niet
en daar gaat het om
|