Eindelijk tussen verf en kwast door even tijd maken om iets te vertellen over onze reis naar Bulgarije.
Het startschot wordt gegeven om negen uur zaterdagmorgen op 26 april. Samen met kleindochter Emelie rijden we richting Zaventem. Stress tot en met. Het begint al in de luchthaven, discussie over de bagage. De bediende ziet er niet goed uitgeslapen uit, maakt een vergissing en probeert het in onze schoenen te schuiven. Detector piept wanneer ik de controle passeer. Ik word gefouilleerd. Uiteindelijk blijken het mijn schoenen te zijn. Eens op het vliegtuig kom ik een beetje tot rust. Ik heb een hekel aan al die controles, al besef ik wel dat het voor onze eigen veiligheid is. We vertrekken met twintig minuten vertraging, dat valt nog mee.
Emelie vindt vliegen leuk, alsof ze nog nooit iets anders gedaan heeft. Ze tekent, kleurt, eet met smaak haar belegd broodje en geniet van een fruitsapje. Opgeruimd staat netjes denkt ze bij zichzelf en begint vrolijk haar opklaptafeltje te kuisen met het verfrissingsdoekje. Vooral het toilet is zeer interessant. Geveinzde buikpijn brengt ons een paar keer naar het kleinste kamertje, waar ze honderduit vraagt. "Voor wat dient dit ? Wat is dat ? Hoe werkt het? Bij het landen weent ze eventjes om de pijn in haar oortjes. Voor de rest is de reis heel vlotjes verlopen.
In Sofia worden we opgewacht door de ouders van mijn schoondochter. Het is een emotioneel weerzien met Emelie. Nog drie uur rijden tot Sopot waar we enkele dagen zullen logeren. Na een lekkere maaltijd, een stoofpotje van buffelvlees met frietjes, gaan we doodmoe naar bed. Morgen vieren we orthodoxe Pasen, 'k ben benieuwd naar de bulgaarse tradities! Wordt vervolgd.