Economie en ondernemen
World Economic Forum staat niet op 1 bij de mondiale zakelijke elite
Twan Houben7 min leestijd4 december 2022Het World Economic Forum (WEF) staat de afgelopen jaren veel in de belangstelling. Er is zelfs een WOB-verzoek ingediend om stukken boven tafel te krijgen over zijn relatie met onze regering. Maar het WEF blijkt niet de enige partij om de wereldpolitiek – dus ook die van ons land – te bepalen. Er zijn 500 multinationals die de agenda van de wereldpolitiek grotendeels dirigeren. Zij maken hun plannen in elf mondiaal actieve netwerkorganisaties, waarvan het WEF er een is. Wie zijn die andere, wat hebben zij op de agenda en hoeveel macht hebben zij?
DE ACTIVITEITEN VAN HET WEF ZIJN EEN VORM VAN CORPORATE POLITICAL ACTIVITY (CPA)
Corporate Political Activity is een in de VS ontwikkeld leerstuk met activiteiten van organisaties die gericht zijn op het beïnvloeden en/of bepalen van politieke agendapunten zoals gelijke behandeling man/vrouw, welke voedingsmiddelen gezond zijn en welke niet. Maar ook de hele mondiale discussie over fossiele brandstof, duurzaamheid, circulariteit en het klimaat.
Om Corporate Political Activity te ‘bedrijven’, wordt primair gebruikgemaakt van lobbyisten. Mensen die dagelijks hun brood verdienen met het bewerken van politici om de doelstellingen van hun opdrachtgevers te bereiken. Een mooi voorbeeld daarvan is Steve Richetti. Hij was vroeger een lobbyist bij de VS voor onder andere Pfizer. Later werd hij campagneleider voor Joe Biden tijdens de laatste verkiezingen en is nu politiek adviseur van Biden. Goed gedaan Pfizer!
Naast lobbyisten worden internationaal actieve strategische organisaties ingezet zoals het WEF. Deze organisaties zijn veel machtiger dan lobbyisten en hebben vaak rechtstreeks contact met regeringsleiders. De belangrijkste elf zijn geanalyseerd door twee professoren sociologie van de Canadese University of Victoria. Het onderzoek is echter van 2010 en dus deels gedateerd.
“Het WEF blijkt niet de enige partij om de wereldpolitiek – dus ook die van ons land – te bepalen. Er zijn vijfhonderd multinationals die de agenda van de wereldpolitiek grotendeels dirigeren”
WAT ZIJN DAN DIE BELANGRIJKSTE MONDIALE NETWERKORGANISATIES ?
Volgens de bovengenoemde studie zijn er elf transnationale netwerkorganisaties die bezet worden door directeuren van de vijfhonderd grootste multinationals in de wereld en/of hun vertegenwoordigers. De top vijf;
1. De Trilaterale Commissie (TC), opgericht in 1973 door David Rockefeller en oud-president van de Verenigde Staten Jimmy Carter. De TC behartigt de economische en financiële belangen van multinationals uit de VS, de EU en Japan. Speerpunten van hun werk; (1) Klimaatverandering stoppen (2) Nieuwe vorm van het kapitalisme ontwikkelen (3) Vormgeven van de digitale revolutie door het opzetten van een wereldwijd samenwerkingsverband van ‘technocratieën’. Hans Weijers vertegenwoordigt onder andere Nederland in deze commissie. Rob Jetten was actief lid van de Trilaterale Commissie vanaf 2020 tot zijn benoeming als minister van Klimaat en Energie. Op de website van de Rijksoverheid zijn 120 vermeldingen over evenementen van en met deze commissie te vinden.
2. De Bilderberg Conferentie (BC), opgericht door wijlen Prins Bernard in mei 1954, heeft tot doel om politici en CEO’s van multinationals uit de EU en VS met elkaar in dialoog te brengen. Het was altijd een geheimzinnig geheel. Daarin is de laatste jaren wat veranderd door Kamervragen. De agendapunten van het jaarlijks overleg worden vrijgegeven en volgen grotendeels die van eerdergenoemde Trilateral Commission. De gastenlijst wordt tegenwoordig ook gedeeld. Dit jaar (juni 2022) waren vanuit Nederland aanwezig; Ben van Beurden (CEO Shell), Victor Halberstadt (vicevoorzitter), Ralph Hamers (voormalig CEO ING), Wopke Hoekstra, Jean Marc Huet (CEO Heineken), koning Willem-Alexander, Mark Rutte, Peter Wennink (CEO ASML). Opvallende overige gasten waren Alfred Bourla (CEO Pfizer), meerdere CEO’s van Oekraïense energiebedrijven en de top van de EU zoals Jose Manuel Albarez en Charles Michel. Ook een aantal mensen van Amerikaanse ministeries, waaronder het ministerie van Defensie. Uiteraard kon de Amerikaanse buitenlandexpert Henry Kissinger niet ontbreken.
3. European Round Table of Industrialists, opgericht in 1983 met als belangrijkste doel één verenigd Europa waarin geen plaats meer is voor landen die een eigen interpretatie aan bepaalde EU-wetten en -verordeningen proberen te geven. De ERT is primair op het functioneren van de EU gericht. Ze vindt in haar verklaring van 27 juni 2022 dat er nog te veel landen in de EU zijn die dwarsliggen over de Verenigde Staten van Europa. Ook vinden ze dat het huidige EU-bestuur te weinig haar tanden laat zien naar die dwarsliggers. Al op 1 maart, een paar dagen na de start van de Oekraïne-oorlog, had de top van de ERT een bespreking met de presidenten van Duitsland (Scholz) en Frankrijk (Macron) en beide EU-presidenten von der Leyen en Michel om het EU-beleid voor Oekraïne op te tuigen. Inmiddels is dat beleid ruimhartig geïmplementeerd. Hoezo EU-onafhankelijk? Tot de leden van de ERT behoren een zestigtal CEO’s van in de EU actieve multinationals onder wie die van; Philips, Solvay, L‘Oreal, ENGIE, Airbus, CapGemini, Siemens, BMW, ASML, Heineken, AkzoNobel, Wolters Kluwer en dergelijke. Alle zijn het bedrijven die geen belang hebben bij het politiek bedienen van burgers, noch van het mkb in de aangesloten EU-landen.
4. World Business Council for Sustainable Development (WBCSD). De naam zegt het al; een groep bedrijven die een groot financieel en commercieel belang heeft bij het bepalen van politieke agenda’s die de circulaire industrie, sustainability, duurzaamheid, groene energie, CO2-reductie, of stikstofreductie hoog in het vaandel dragen. Opgericht in 1995, staat deze netwerkclub nu al op de vierde plaats van de lijst met meest bepalende organisaties op het gebied van mondiale politiek. Zowel richting de VN als de EU zien zij zichzelf als de belangrijkste groep bedrijven die de Agenda’s 2030 en 2050 gaan realiseren. De meeste leden bevinden zich in de EU (46 procent), gevolgd door de VS (23 procent). Die leden zijn hoofdzakelijk energiebedrijven, chemiebedrijven en multinationals in de voedingsmiddelen. Maar – uiteraard – ook de Big Four accountantskantoren in de wereld en de Big Four High Tech bedrijven Microsoft, Google, Amazon en Apple. De politieke activiteiten zijn verdeeld in drie hoofdgroepen; klimaatacties zoals biodiversiteit, vermogensvraagstukken waaronder het bestrijden van ongelijkheid en natuurgerichte acties zoals het reduceren van emissies door landbouw en het bestrijden van de klimaatverandering.
5. Transatlantic Business Council (TBC). Deze organisatie werd ook in 1995 opgericht door het Amerikaanse ministerie voor Handel met de Europese Commissie als wederpartij. Doel van de organisatie is het bevorderen van handel tussen de VS en de EU door verdragen en nieuwe EU-wetgeving.
Zo stond deze organisatie aan de wieg van het inmiddels opgegeven TTIP-verdrag tussen beide machtsblokken. Inmiddels wordt aan een nieuwe versie van dit mislukte verdrag gewerkt onder de naam TTC. Naast een directie die opgebouwd is uit topambtenaren van de EU en de VS, is een beperkt aantal (22) multinationals als raadgevend lid aan dit instituut verbonden. Daartoe behoren weer bekende namen als Google, KPMG, BASF, Pfizer en Exxon.
HET WEF STAAT OP DE ACHTSTE PLAATS OP EEN LIJST VAN ELF
Het WEF staat in de ranglijst van het eerstgenoemde onderzoek op een achtste plaats van de elf. Dat kan wat vertekend zijn door de tijd. Genoemd onderzoek is immers uit 2010. Een meer recent onderzoek – met dezelfde diepgang – heb ik niet kunnen vinden. Die achtste plaats in 2010 heeft het WEF voornamelijk te danken aan het aantal bemiddelingen tussen een WEF-lid en een bepaalde regering. Dat waren er slechts 204 tegenover 3.466 van de nummer 1, de Trilaterale Commissie (pag. 526 van het boven geciteerde onderzoek.)
Het is zeer goed denkbaar dat het WEF – bij een vergelijkbaar onderzoek als in 2010 – nu veel hoger scoort. Het is tegelijkertijd moeilijk voor te stellen dat de TC inmiddels van de eerste plaats afgestoten zou kunnen zijn, gezien de grote verschillen in resultaten tussen hen en andere clubs uit het onderzoek.
LANDELIJKE NETWERKCLUBS ALS VNO/NCW EN MKB-NEDERLAND HEBBEN WEINIG MEER TE VERTELLEN
Meerdere sociologische/geopolitieke studies – zoals die van de University of Victoria – hebben aangetoond dat de traditionele nationale netwerkclubs van bedrijven nauwelijks meer invloed hebben op de politieke agenda’s. In Nederland gaat het dan om bijvoorbeeld VNO/NCW en MKB-Nederland. Hun inbreng en invloed is gedecimeerd ten opzicht van de bovengenoemde vijf supranationale organisaties en het WEF.
Peter Goodman: “We moeten politici vinden en benoemen die de democratie weer hoger in het vaandel dragen dan de belangen van transnationale netwerkorganisaties en hun VS- en EU-vazallen”
EPILOOG
De wereld verandert in razend tempo in de richting van minder democratie en fors lagere welstand van burgers en – specifiek – de middenklasse. Veel van deze ontwikkelingen worden aan de activiteiten van het WEF en zijn oprichter Klaus Schwab, geweten. Dat lijkt wat kort door de bocht als je het onderzoek van de Canadese University of Victoria leest. Daaruit blijken een aantal andere partijen die een veel grotere macht over de huidige wereldpolitiek hebben.
Als je zelf de moeite neemt de websites van deze wereld top vijf te bekijken, wordt deze studie sterk bevestigd. Op nummer één staat de Trilaterale Commissie (TC) en niet het WEF. Die TC heeft de meeste bemiddelingen tussen multinationals en bepaalde regeringen op zijn conto kunnen schrijven. Als je de samenstelling van haar directie en leden bekijkt, verbaas je je niet over deze nummeréénpositie.
De agenda’s van de topvijforganisaties zijn vergelijkbaar en omvatten de thema’s duurzaamheid, circulaire economie, milieu, CO2 reductie, gelijke behandeling, resetten van het kapitalistisch systeem en de financiële markten. Belangrijk daarbij is te beseffen dat zij de belangen van supranationale organisaties nastreven. Niet die van burgers of het mkb.
De vijf meest bepalende mondiale organisaties verkopen hun politieke agenda’s – net als het WEF – ‘ten behoeve van alle stakeholders’. Die term is volgens Peter Goodman – hoofdredacteur economie van The New York Times – afkomstig uit de laboratoria van communicatiewetenschappers en heeft niets met de realiteit van doen.
Als je jezelf afvraagt welke ideeën en motieven mensen als Mark Rutte, Olaf Scholz en Emmanuel Macron motiveren, is het goed kennis te nemen van genoemde vijf organisaties en niet alleen het WEF. Je snapt dan ook beter waarom overal de democratie wordt afgebroken. De oplossing is echter weer simpel, aldus Peter Goodman in zijn boek Davos Man (2022). We moeten politici vinden en benoemen die de democratie weer hoger in het vaandel dragen dan de belangen van transnationale netwerkorganisaties en hun VS- en EU-vazallen.
Democratie en nationale belangen moeten weer een comeback maken op het wereldtoneel. Dat gaat tijd, geld van burgers en buitenlui en een hoop geduld kosten. Het begin hiervan kan worden gemaakt door het verkrijgen van inzicht.