Een gedicht van C.S.Adama van Scheltema 1921-1947
De moede
Mijn lijf is mat, Mijn ogen zoeken In alle hoeken - Ik weet niet wat.
Een zwakke lach Valt van mijn wangen, Ik ben gevangen Met een slag.
Alles verstomt, Alles wordt duister, 0 luister, luister: De wanhoop komt!
De wanhoop sart Me en wil 't beslechten, Help gij mij vechten Mijn dapper hart!
Steun gij mij weer, Keer het ten goede, Ik ben zo moede - Ik kan niet meer
Zwerversverzen (1904)

|