Een gedicht van Guido Gezelle 1830-1899
Tempus edax...
't Is stille! Neerstig tikt het ongedurig hangend wezen, waarop de weg naar 't eeuwige, in twaalf stappen, staat te lezen.
't Is stille en middernacht! Alsof ik blind ware, om mij henen, in donkere diepten schijnt het al verduisterd en verdwenen.
't Is stille! Niets te zien en niets te horen, 't doet mij beven! als 't altijd neerstig bijten van den tijdworm aan ons leven!
1890
|