Een gedicht van Nicolaas Beets 1814-1903
Zwart en blauw
(Naar Th. Moore)
Het gloeiend gitzwart oog Schiete al zijn dolken rond, Gevoelloos voor wie 't wond' Of doodlijk treffen moog: Het blauwe kwetst geen hart, Of 't lenigt graag de smart, En wie 't een dolk moog wezen, 't Schept wellust in 't genezen.
Het zwarte zegge ons dit: ‘Heb eerbied voor mijn gloed! Zo gij mij hulde doet, Licht dat gij mij verbidt!’
Maar 't blauwe fluistert zacht, Daar 't vriendlijk lonkt en lacht: ‘Ik wil u toebehoren, Mits liefde u 't hart doe gloren!’
Nu, zeg mij eens oprecht: Voelt, liefste, uw boezem niet Wat mij de blauwheid zegt, Die m' in uw ogen ziet? Of zijt gij de eenge vrouw Met ogen zacht en blauw, Die minnaars zou ontvlieden, En liefde weerstand bieden?
![schrijver](http://www.gedichten.nl/smoelen/nicolaas_beets.jpg)
|