Een gedicht van Hieronymus van Alphen 1746-1803
De verwelkte roos
Waarom verwelkt de roos zo ras? Zei Jantje, och of 't anders was! God wierd ook, dunkt me, meer geprezen, Zo 't roosje langer bleef in wezen.
Al denkt ge, dat ge 't wel doorziet, Mijn lieve Jan! het is zo niet. De Schepper weet het best van allen, Waarom 't zo schielijk af moet vallen; En wil ook, dat ge gadeslaat, Hoe ras het aardse schoon vergaat. De schepper, die 't ons past te vrezen, Wordt door bedillen nooit geprezen.
|